Studeren kost geld, maar een beetje ritselaar zoekt zijn weg in de wereld van de tegemoetkomingen en regelingen. En zet ze naar zijn hand.
if”>
Nu het collegegeld is betaald, de studieboeken weer zijn aangeschaft en de vaste lasten weer hun vaste patroon hebben, lijken de vijf jaar studie aan de TU een dure grap te worden. Maar veel van dat geld is weer terug te verdienen. De wakkere student die zich wegwijs maakt in het woud van regelingen, fondsen, tegemoetkomingen en andere student-vriendelijke maatregelen, weet van de grote hoop de graantjes mee te pikken. Dat kan variëren van goederen in natura tot harde pecunia.
Zo kun je al aan een geldverslindende cursus meedoen, zonder ook maar te overwegen om in Delft te gaan studeren. De TU organiseert namelijk elk jaar een zomercursus voor de bollebozen van het vwo. Elke begenadigde scholier met hoge cijfers, minimaal achten en negens, kan aan de cursus meedoen. In kleine groepjes verdiepen de cursisten zich, onder goede begeleiding, in actuele onderwerpen. Het eerste jaar kostte de cursus ongeveer tienduizend gulden per persoon, natuurlijk volledig betaald door de TU.
Eenmaal begenadigd, dan blijft de zegen komen. Want om die slimme vwo-ers over te halen naar Delft te komen, is de ‘ster-beurs’ bedacht. Hoge middelbareschool-cijfers en een ingevuld inschrijvingsformulier van de TU zijn voldoende om een bedrag van vijfduizend gulden op de studentenrekening bijgeschreven te krijgen. Met erg hoge cijfers is zelfs een transfersom van tienduizend gulden mogelijk. Voor de studies bouwkunde en industrieel ontwerpen is voldoende belangstelling, en daarom zijn daarvoor minder beurzen beschikbaar.
Ook buiten de TU zijn fondsen te rapen, mits aan een aantal voorwaarden kan worden voldaan. Zo hebben bedrijven als Shell en Philips fondsen voor werknemers met studerende kinderen. De gloeilampenfirma bijvoorbeeld keert vijf jaar lang tweehonderd gulden per maand uit.
Daarnaast bestaan er nogal wat particuliere fondsen die al de portemonee trekken op familienaam of geboorteplaats. Er is een fonds voor kinderen van Friese ouders en er bestaat zelfs een subsidie als je geboren en getogen bent in Dordrecht. Het staat allemaal op de fondsenflops bij het Studentenadviesbureau.
Vergoeding
Ook de woonplaats kan geld opleveren. Soms is de afstand van slaapplaats tot universiteit zo groot dat de eerste bus, trein of boot niet afdoende is om het eerste college te halen. Er kan dan bij de IBG een vergoeding worden aangevraagd voor de niet te gebruiken OV-kaart. In het eerste jaar maken veelDelftse studenten dagelijks gebruik van de OV-kaart. Velen wonen uit kostenoverwegingen nog thuis of hebben een kamer in Rotterdam of Den Haag. Het gemak van een OV-kaart is dan bijna niet in geld uit te drukken, maar het kan toch: aangezien de minister Ritzen de kortingen op de basisbeurs heeft goedgepraat met het zogenaamde duurder worden van de OV-kaart, bedraagt de vergoeding voor de OV-kaart ondertussen 93 gulden per maand. Ook als de kaart niet gebruikt wordt – vanwege een studie of stage in het buitenland – kan dat bedrag geclaimd worden.
Maar reizen kost tijd en dus wonen de meeste studenten vanaf het begin van de studie op kamers. Een beproefde methode om goedkoop te wonen is in joint-venture met de ouders. Oké, ze moeten wel een beetje ruim bij kas zitten, want je laat ze een binnenstadspandje kopen waarna zij de hypotheekrente van hun belastbaar inkomen kunnen aftrekken.
Een goedkope bovenwoning in Delft, Rotterdam of Den Haag kost ongeveer een ton. Bij tien procent rente kost dat tienduizend gulden per jaar. Aangezien de fiscus daar de helft van betaalt (hypotheekrente gaat van de bovenste belastingschijf af) zijn de echte kosten maar vijfduizend gulden. Opgeteld met de vaste woonlasten van pak ‘m beet vijfduizend gulden komen de totale kosten per jaar uit op tienduizend gulden.
In zo’n woning kunnen drie studenten wonen. Verhuur twee kamers aan mede-studenten – voor 425 gulden per maand. De inkomsten: 425 x 2 x 12 = 10.200 gulden per jaar en omdat ze komen uit kamerverhuur zijn ze grotendeels belastingvrij. Zo kan zoon of dochter gratis wonen.
Aandoening
Naast een dak boven je hoofd is ook het levensonderhoud een belangrijke kostenpost. Zeker de drankrekening wil nog wel eens uit de klauwen lopen. Op een sociëteit is het goedkoop drinken, maar het kan nog goedkoper: gratis. Dat vereist wel enig proletarisch denken. In- en uitreeredes van hoogleraren, congressen, promoties en afstudeerpraatjes eindigen steevast met een borrel. In de Aula zijn dat er dagelijks wel twee en op een willekeurige faculteit zeker twee in de week. Wie het uitkient zou er per week veertig kunnen doen. Dat is niks om je voor te schamen, want je bent echt niet de enige die ze allemaal afloopt. Na een tijdje kom je steeds dezelfde mensen tegen, dus het is nog gezellig ook.
De borrel bij de opening van het academisch jaar is een aanrader. Als afsluiting van een jaar succesvol studeren is tijdens die gebeurtenis ook de TU-trui af te halen voor wie zijn propedeuse in één jaar heeft gehaald heeft, en er in de winter lekker warm bij wil zitten.
Veel studenten halen hun propedeuse helaas niet in één jaar. Dat is in veel gevallen niet alleen aan studenten te wijten. Soms is het onderwijs zo slecht ingericht dat het niet mogelijk is om snel te studeren. Veel vierdejaars vakken civiel worden bijvoorbeeld in de tweede helft van het vierde jaar gegeven, terwijl de student dan ook geacht wordt om af te studeren. Loopt de student studievertraging op door zo’n fout van de TU, dan kan schadevergoeding geëist worden uit het afstudeerfonds. Deze procedure staat uitgebreid beschreven in het Studentenstatuut. Ook een ziekte of zwangerschap geeftrecht op afstudeersteun. Let wel op bij het kiezen van een gesimuleerde ziekte. Psychische aandoeningen bijvoorbeeld kunnen zich later tegen je keren als je begint aan je een carrière.
Na het eerste jaar hebben de meeste studenten hun weg wel gevonden. Die verse kennis over Delft is geld waard. Voordat de Owee van start gaat zijn alle opleidingen naarstig op zoek naar geschikte mentoren. Natuurkunde-studenten zijn blijkbaar erg gewild, want die krijgen zo’n 250 gulden. Voor dat geld moet wel een week lang feest worden gevierd in de Owee en daarna zeven keer met de mentorkindjes worden geluncht. Andere opleidingen betalen iets minder.
Het is al even genoemd: het afstudeerfonds. Een deel van dat fonds is bedoeld om bestuurlijk actieve studenten te ondersteunen. Dat ‘actief’ een breed begrip is weten alle studenten van almanakcommissies die al eerder het recht hebben gekregen op drie maanden steun, à 566 gulden per maand. Niet slecht voor een adressenboek, waarvan het geen probleem is dat hij exact lijkt op die van het jaar ervoor.
Het geld stroomt pas echt binnen bij studenten die werken voor de TU. Student-assistenten zijn te vinden op belangrijke plaatsen als bibliotheken, bij practica en als studie-voorlichter. Het is wel zaak om van tevoren goed te informeren wat het werk precies inhoud. Op boeken passen is uiteraard beter met de studie te combineren dan hulpje spelen bij een intensief en langdurig practicum. Een student met een aanstelling voor één dag in de week verdient zo’n 500 gulden in de maand.
Met een zo’n vaste aanstelling aan de TU vallen ook de rechten van een ambtenaar in je schoot. Bij ontslag door de universiteit, ook wegens niet functioneren, volgt een wachtgelduitkering: zeventig procent van het laatst verdiende loon.
Bestuur
Een belangrijke bron van inkomsten in het derde jaar kan te maken hebben met een studie- of studentenvereniging. Delft heeft een rijk verenigingsleven. Jaarlijks vloeien er ruim 180 bestuursbeurzen van de TU richting de verenigingen. Daarmee is een slordige 1,3 miljoen gulden gemoeid. De TU stelt deze bestuursbeurzen beschikbaar voor de studenten die zich een jaar volledig storten op het runnen van hun club. De studiefinanciering moet worden stopgezet, maar in plaats daarvan keert de TU maandelijks 600 gulden beurs uit. Dat wordt meer als je daarvoor een aanvullende beurs uit Groningen ontving, want die vergoed de TU ook. De TU stelt wel een ‘P-eis’ en een gemiddeld studietempo van dertig studiepunten per jaar.
Ook de TU moet bestuurd worden. Studenten die actief zijn in in de zogenaamde studentenraden worden beloond voor hun inbreng. Naast de geschatte studievertraging van drie maanden, die wordt gecompenseerd via het afstudeerfonds, krijgen leden van de facultaire studentenraad 140 gulden. Studenten in faculteitsbesturen verdienen meer, maar de studenten in deoverkoepelende studentenraad spannen de kroon. Zij krijgen bovenop hun bestuursbeurs nog zo’n 700 gulden ‘loon’ aan het eind van elke maand.
Hoe hoger het politieke niveau, hoe beter de verdiensten. De studenten in de Delftse gemeenteraad strijken maandelijks bijna 2500 gulden op van de gemeente en dat bovenop hun bestuursbeurs van de TU. Studenten in het bestuur van de Landelijke Studenten Vakbond hebben ook geen klagen. Dat idealisme schuift ruim 2200 gulden per maand. Voor alle bestuursfuncties geldt: het werk is leuk, maar besef wel dat een veertigurige werkweek voorgoed tot het verleden behoort.
Aruba
Als derdejaars wordt het langzaamaan tijd om te zien naar een vakgroep, want dan kun je op ‘de kleintjes’ letten. In een doorsnee-vakgroep wordt minstens vier keer per dag (gratis) koffie gedronken en die is lekkerder dan automatenkoffie. Vijftig cent maal vier, twintig dagen in de maand, scheelt dus veertig gulden op maandbasis. Studenten met een hoge koffie-intake hebben er dus baat bij om snel een vakgroep te kiezen. Soms wordt er wel een eigen bijdrage gevraagd, maar daarbij gaat het meestal om dubbeltjes en kwartjeswerk: niets om je zorgen over te maken.
Na een jaar of vier rondlopen op de TU is de kennis over de universiteit groot genoeg om bij Delta terecht te komen. De redactie maakt dankbaar gebruik van de belevingswereld van de student en de student is dankbaar voor de werkervaring en de riante vergoeding voor het schrijven van verhaaltjes zoals deze (vierhonderd gulden).
Een gratis vakantie is een goede manier om even te ontkomen aan de studiestress. En waar kun je beter relaxen dan op een eiland als Aruba. Dit soort vakanties worden aangeboden door grote Nederlandse multinationals onder de noemer ‘stage’. Shell stuurt jaarlijks tientallen Delftse studenten de wereld rond om levens- en werkervaring op te doen. Zo’n verblijf in een zonnig land zit vol zware programmaonderdelen: contacten opdoen met de locale bevolking, meer leren over de cultuur van het land, verkennen van de hoofdstad, noem maar op. Toegegeven, het is niet zo makkelijk om een volledig betaalde buitenland-stage te regelen, maar proberen kan geen kwaad. Wees er snel bij, want vooral rond deze tijd zijn veel bedrijven weer op zoek naar studenten die wel uit Delft weg willen.
Bij terugkomst volgt er natuurlijk een dik verslag vol wetenschappelijke verhandelingen en nieuwe inzichten. Er ligt dan weer een mogelijkheid om in de (financiële) prijzen te vallen. Veel bedrijven en kranten geven geldprijzen voor interessante scripties en stageverslagen. Bedragen van tienduizend gulden zijn geen uitzondering.
Eenmaal afgestudeerd, dan nog zijn alle mogelijkheden niet benut. Oud-studenten die als eigen baas verder willen, kunnen aankloppen bij hun voormalige ‘werkgever’. De TU steunt deze ‘technostarters’ bij hun poging een eigen bedrijf op te zetten. De TU biedt ruimte, ondersteuning en subsidie. Zo is een financieel gezonde start in de maatschappij verzekerd.
,
Studeren kost geld, maar een beetje ritselaar zoekt zijn weg in de wereld van de tegemoetkomingen en regelingen. En zet ze naar zijn hand.
Nu het collegegeld is betaald, de studieboeken weer zijn aangeschaft en de vaste lasten weer hun vaste patroon hebben, lijken de vijf jaar studie aan de TU een dure grap te worden. Maar veel van dat geld is weer terug te verdienen. De wakkere student die zich wegwijs maakt in het woud van regelingen, fondsen, tegemoetkomingen en andere student-vriendelijke maatregelen, weet van de grote hoop de graantjes mee te pikken. Dat kan variëren van goederen in natura tot harde pecunia.
Zo kun je al aan een geldverslindende cursus meedoen, zonder ook maar te overwegen om in Delft te gaan studeren. De TU organiseert namelijk elk jaar een zomercursus voor de bollebozen van het vwo. Elke begenadigde scholier met hoge cijfers, minimaal achten en negens, kan aan de cursus meedoen. In kleine groepjes verdiepen de cursisten zich, onder goede begeleiding, in actuele onderwerpen. Het eerste jaar kostte de cursus ongeveer tienduizend gulden per persoon, natuurlijk volledig betaald door de TU.
Eenmaal begenadigd, dan blijft de zegen komen. Want om die slimme vwo-ers over te halen naar Delft te komen, is de ‘ster-beurs’ bedacht. Hoge middelbareschool-cijfers en een ingevuld inschrijvingsformulier van de TU zijn voldoende om een bedrag van vijfduizend gulden op de studentenrekening bijgeschreven te krijgen. Met erg hoge cijfers is zelfs een transfersom van tienduizend gulden mogelijk. Voor de studies bouwkunde en industrieel ontwerpen is voldoende belangstelling, en daarom zijn daarvoor minder beurzen beschikbaar.
Ook buiten de TU zijn fondsen te rapen, mits aan een aantal voorwaarden kan worden voldaan. Zo hebben bedrijven als Shell en Philips fondsen voor werknemers met studerende kinderen. De gloeilampenfirma bijvoorbeeld keert vijf jaar lang tweehonderd gulden per maand uit.
Daarnaast bestaan er nogal wat particuliere fondsen die al de portemonee trekken op familienaam of geboorteplaats. Er is een fonds voor kinderen van Friese ouders en er bestaat zelfs een subsidie als je geboren en getogen bent in Dordrecht. Het staat allemaal op de fondsenflops bij het Studentenadviesbureau.
Vergoeding
Ook de woonplaats kan geld opleveren. Soms is de afstand van slaapplaats tot universiteit zo groot dat de eerste bus, trein of boot niet afdoende is om het eerste college te halen. Er kan dan bij de IBG een vergoeding worden aangevraagd voor de niet te gebruiken OV-kaart. In het eerste jaar maken veelDelftse studenten dagelijks gebruik van de OV-kaart. Velen wonen uit kostenoverwegingen nog thuis of hebben een kamer in Rotterdam of Den Haag. Het gemak van een OV-kaart is dan bijna niet in geld uit te drukken, maar het kan toch: aangezien de minister Ritzen de kortingen op de basisbeurs heeft goedgepraat met het zogenaamde duurder worden van de OV-kaart, bedraagt de vergoeding voor de OV-kaart ondertussen 93 gulden per maand. Ook als de kaart niet gebruikt wordt – vanwege een studie of stage in het buitenland – kan dat bedrag geclaimd worden.
Maar reizen kost tijd en dus wonen de meeste studenten vanaf het begin van de studie op kamers. Een beproefde methode om goedkoop te wonen is in joint-venture met de ouders. Oké, ze moeten wel een beetje ruim bij kas zitten, want je laat ze een binnenstadspandje kopen waarna zij de hypotheekrente van hun belastbaar inkomen kunnen aftrekken.
Een goedkope bovenwoning in Delft, Rotterdam of Den Haag kost ongeveer een ton. Bij tien procent rente kost dat tienduizend gulden per jaar. Aangezien de fiscus daar de helft van betaalt (hypotheekrente gaat van de bovenste belastingschijf af) zijn de echte kosten maar vijfduizend gulden. Opgeteld met de vaste woonlasten van pak ‘m beet vijfduizend gulden komen de totale kosten per jaar uit op tienduizend gulden.
In zo’n woning kunnen drie studenten wonen. Verhuur twee kamers aan mede-studenten – voor 425 gulden per maand. De inkomsten: 425 x 2 x 12 = 10.200 gulden per jaar en omdat ze komen uit kamerverhuur zijn ze grotendeels belastingvrij. Zo kan zoon of dochter gratis wonen.
Aandoening
Naast een dak boven je hoofd is ook het levensonderhoud een belangrijke kostenpost. Zeker de drankrekening wil nog wel eens uit de klauwen lopen. Op een sociëteit is het goedkoop drinken, maar het kan nog goedkoper: gratis. Dat vereist wel enig proletarisch denken. In- en uitreeredes van hoogleraren, congressen, promoties en afstudeerpraatjes eindigen steevast met een borrel. In de Aula zijn dat er dagelijks wel twee en op een willekeurige faculteit zeker twee in de week. Wie het uitkient zou er per week veertig kunnen doen. Dat is niks om je voor te schamen, want je bent echt niet de enige die ze allemaal afloopt. Na een tijdje kom je steeds dezelfde mensen tegen, dus het is nog gezellig ook.
De borrel bij de opening van het academisch jaar is een aanrader. Als afsluiting van een jaar succesvol studeren is tijdens die gebeurtenis ook de TU-trui af te halen voor wie zijn propedeuse in één jaar heeft gehaald heeft, en er in de winter lekker warm bij wil zitten.
Veel studenten halen hun propedeuse helaas niet in één jaar. Dat is in veel gevallen niet alleen aan studenten te wijten. Soms is het onderwijs zo slecht ingericht dat het niet mogelijk is om snel te studeren. Veel vierdejaars vakken civiel worden bijvoorbeeld in de tweede helft van het vierde jaar gegeven, terwijl de student dan ook geacht wordt om af te studeren. Loopt de student studievertraging op door zo’n fout van de TU, dan kan schadevergoeding geëist worden uit het afstudeerfonds. Deze procedure staat uitgebreid beschreven in het Studentenstatuut. Ook een ziekte of zwangerschap geeftrecht op afstudeersteun. Let wel op bij het kiezen van een gesimuleerde ziekte. Psychische aandoeningen bijvoorbeeld kunnen zich later tegen je keren als je begint aan je een carrière.
Na het eerste jaar hebben de meeste studenten hun weg wel gevonden. Die verse kennis over Delft is geld waard. Voordat de Owee van start gaat zijn alle opleidingen naarstig op zoek naar geschikte mentoren. Natuurkunde-studenten zijn blijkbaar erg gewild, want die krijgen zo’n 250 gulden. Voor dat geld moet wel een week lang feest worden gevierd in de Owee en daarna zeven keer met de mentorkindjes worden geluncht. Andere opleidingen betalen iets minder.
Het is al even genoemd: het afstudeerfonds. Een deel van dat fonds is bedoeld om bestuurlijk actieve studenten te ondersteunen. Dat ‘actief’ een breed begrip is weten alle studenten van almanakcommissies die al eerder het recht hebben gekregen op drie maanden steun, à 566 gulden per maand. Niet slecht voor een adressenboek, waarvan het geen probleem is dat hij exact lijkt op die van het jaar ervoor.
Het geld stroomt pas echt binnen bij studenten die werken voor de TU. Student-assistenten zijn te vinden op belangrijke plaatsen als bibliotheken, bij practica en als studie-voorlichter. Het is wel zaak om van tevoren goed te informeren wat het werk precies inhoud. Op boeken passen is uiteraard beter met de studie te combineren dan hulpje spelen bij een intensief en langdurig practicum. Een student met een aanstelling voor één dag in de week verdient zo’n 500 gulden in de maand.
Met een zo’n vaste aanstelling aan de TU vallen ook de rechten van een ambtenaar in je schoot. Bij ontslag door de universiteit, ook wegens niet functioneren, volgt een wachtgelduitkering: zeventig procent van het laatst verdiende loon.
Bestuur
Een belangrijke bron van inkomsten in het derde jaar kan te maken hebben met een studie- of studentenvereniging. Delft heeft een rijk verenigingsleven. Jaarlijks vloeien er ruim 180 bestuursbeurzen van de TU richting de verenigingen. Daarmee is een slordige 1,3 miljoen gulden gemoeid. De TU stelt deze bestuursbeurzen beschikbaar voor de studenten die zich een jaar volledig storten op het runnen van hun club. De studiefinanciering moet worden stopgezet, maar in plaats daarvan keert de TU maandelijks 600 gulden beurs uit. Dat wordt meer als je daarvoor een aanvullende beurs uit Groningen ontving, want die vergoed de TU ook. De TU stelt wel een ‘P-eis’ en een gemiddeld studietempo van dertig studiepunten per jaar.
Ook de TU moet bestuurd worden. Studenten die actief zijn in in de zogenaamde studentenraden worden beloond voor hun inbreng. Naast de geschatte studievertraging van drie maanden, die wordt gecompenseerd via het afstudeerfonds, krijgen leden van de facultaire studentenraad 140 gulden. Studenten in faculteitsbesturen verdienen meer, maar de studenten in deoverkoepelende studentenraad spannen de kroon. Zij krijgen bovenop hun bestuursbeurs nog zo’n 700 gulden ‘loon’ aan het eind van elke maand.
Hoe hoger het politieke niveau, hoe beter de verdiensten. De studenten in de Delftse gemeenteraad strijken maandelijks bijna 2500 gulden op van de gemeente en dat bovenop hun bestuursbeurs van de TU. Studenten in het bestuur van de Landelijke Studenten Vakbond hebben ook geen klagen. Dat idealisme schuift ruim 2200 gulden per maand. Voor alle bestuursfuncties geldt: het werk is leuk, maar besef wel dat een veertigurige werkweek voorgoed tot het verleden behoort.
Aruba
Als derdejaars wordt het langzaamaan tijd om te zien naar een vakgroep, want dan kun je op ‘de kleintjes’ letten. In een doorsnee-vakgroep wordt minstens vier keer per dag (gratis) koffie gedronken en die is lekkerder dan automatenkoffie. Vijftig cent maal vier, twintig dagen in de maand, scheelt dus veertig gulden op maandbasis. Studenten met een hoge koffie-intake hebben er dus baat bij om snel een vakgroep te kiezen. Soms wordt er wel een eigen bijdrage gevraagd, maar daarbij gaat het meestal om dubbeltjes en kwartjeswerk: niets om je zorgen over te maken.
Na een jaar of vier rondlopen op de TU is de kennis over de universiteit groot genoeg om bij Delta terecht te komen. De redactie maakt dankbaar gebruik van de belevingswereld van de student en de student is dankbaar voor de werkervaring en de riante vergoeding voor het schrijven van verhaaltjes zoals deze (vierhonderd gulden).
Een gratis vakantie is een goede manier om even te ontkomen aan de studiestress. En waar kun je beter relaxen dan op een eiland als Aruba. Dit soort vakanties worden aangeboden door grote Nederlandse multinationals onder de noemer ‘stage’. Shell stuurt jaarlijks tientallen Delftse studenten de wereld rond om levens- en werkervaring op te doen. Zo’n verblijf in een zonnig land zit vol zware programmaonderdelen: contacten opdoen met de locale bevolking, meer leren over de cultuur van het land, verkennen van de hoofdstad, noem maar op. Toegegeven, het is niet zo makkelijk om een volledig betaalde buitenland-stage te regelen, maar proberen kan geen kwaad. Wees er snel bij, want vooral rond deze tijd zijn veel bedrijven weer op zoek naar studenten die wel uit Delft weg willen.
Bij terugkomst volgt er natuurlijk een dik verslag vol wetenschappelijke verhandelingen en nieuwe inzichten. Er ligt dan weer een mogelijkheid om in de (financiële) prijzen te vallen. Veel bedrijven en kranten geven geldprijzen voor interessante scripties en stageverslagen. Bedragen van tienduizend gulden zijn geen uitzondering.
Eenmaal afgestudeerd, dan nog zijn alle mogelijkheden niet benut. Oud-studenten die als eigen baas verder willen, kunnen aankloppen bij hun voormalige ‘werkgever’. De TU steunt deze ‘technostarters’ bij hun poging een eigen bedrijf op te zetten. De TU biedt ruimte, ondersteuning en subsidie. Zo is een financieel gezonde start in de maatschappij verzekerd.
Studeren kost geld, maar een beetje ritselaar zoekt zijn weg in de wereld van de tegemoetkomingen en regelingen. En zet ze naar zijn hand.
Nu het collegegeld is betaald, de studieboeken weer zijn aangeschaft en de vaste lasten weer hun vaste patroon hebben, lijken de vijf jaar studie aan de TU een dure grap te worden. Maar veel van dat geld is weer terug te verdienen. De wakkere student die zich wegwijs maakt in het woud van regelingen, fondsen, tegemoetkomingen en andere student-vriendelijke maatregelen, weet van de grote hoop de graantjes mee te pikken. Dat kan variëren van goederen in natura tot harde pecunia.
Zo kun je al aan een geldverslindende cursus meedoen, zonder ook maar te overwegen om in Delft te gaan studeren. De TU organiseert namelijk elk jaar een zomercursus voor de bollebozen van het vwo. Elke begenadigde scholier met hoge cijfers, minimaal achten en negens, kan aan de cursus meedoen. In kleine groepjes verdiepen de cursisten zich, onder goede begeleiding, in actuele onderwerpen. Het eerste jaar kostte de cursus ongeveer tienduizend gulden per persoon, natuurlijk volledig betaald door de TU.
Eenmaal begenadigd, dan blijft de zegen komen. Want om die slimme vwo-ers over te halen naar Delft te komen, is de ‘ster-beurs’ bedacht. Hoge middelbareschool-cijfers en een ingevuld inschrijvingsformulier van de TU zijn voldoende om een bedrag van vijfduizend gulden op de studentenrekening bijgeschreven te krijgen. Met erg hoge cijfers is zelfs een transfersom van tienduizend gulden mogelijk. Voor de studies bouwkunde en industrieel ontwerpen is voldoende belangstelling, en daarom zijn daarvoor minder beurzen beschikbaar.
Ook buiten de TU zijn fondsen te rapen, mits aan een aantal voorwaarden kan worden voldaan. Zo hebben bedrijven als Shell en Philips fondsen voor werknemers met studerende kinderen. De gloeilampenfirma bijvoorbeeld keert vijf jaar lang tweehonderd gulden per maand uit.
Daarnaast bestaan er nogal wat particuliere fondsen die al de portemonee trekken op familienaam of geboorteplaats. Er is een fonds voor kinderen van Friese ouders en er bestaat zelfs een subsidie als je geboren en getogen bent in Dordrecht. Het staat allemaal op de fondsenflops bij het Studentenadviesbureau.
Vergoeding
Ook de woonplaats kan geld opleveren. Soms is de afstand van slaapplaats tot universiteit zo groot dat de eerste bus, trein of boot niet afdoende is om het eerste college te halen. Er kan dan bij de IBG een vergoeding worden aangevraagd voor de niet te gebruiken OV-kaart. In het eerste jaar maken veelDelftse studenten dagelijks gebruik van de OV-kaart. Velen wonen uit kostenoverwegingen nog thuis of hebben een kamer in Rotterdam of Den Haag. Het gemak van een OV-kaart is dan bijna niet in geld uit te drukken, maar het kan toch: aangezien de minister Ritzen de kortingen op de basisbeurs heeft goedgepraat met het zogenaamde duurder worden van de OV-kaart, bedraagt de vergoeding voor de OV-kaart ondertussen 93 gulden per maand. Ook als de kaart niet gebruikt wordt – vanwege een studie of stage in het buitenland – kan dat bedrag geclaimd worden.
Maar reizen kost tijd en dus wonen de meeste studenten vanaf het begin van de studie op kamers. Een beproefde methode om goedkoop te wonen is in joint-venture met de ouders. Oké, ze moeten wel een beetje ruim bij kas zitten, want je laat ze een binnenstadspandje kopen waarna zij de hypotheekrente van hun belastbaar inkomen kunnen aftrekken.
Een goedkope bovenwoning in Delft, Rotterdam of Den Haag kost ongeveer een ton. Bij tien procent rente kost dat tienduizend gulden per jaar. Aangezien de fiscus daar de helft van betaalt (hypotheekrente gaat van de bovenste belastingschijf af) zijn de echte kosten maar vijfduizend gulden. Opgeteld met de vaste woonlasten van pak ‘m beet vijfduizend gulden komen de totale kosten per jaar uit op tienduizend gulden.
In zo’n woning kunnen drie studenten wonen. Verhuur twee kamers aan mede-studenten – voor 425 gulden per maand. De inkomsten: 425 x 2 x 12 = 10.200 gulden per jaar en omdat ze komen uit kamerverhuur zijn ze grotendeels belastingvrij. Zo kan zoon of dochter gratis wonen.
Aandoening
Naast een dak boven je hoofd is ook het levensonderhoud een belangrijke kostenpost. Zeker de drankrekening wil nog wel eens uit de klauwen lopen. Op een sociëteit is het goedkoop drinken, maar het kan nog goedkoper: gratis. Dat vereist wel enig proletarisch denken. In- en uitreeredes van hoogleraren, congressen, promoties en afstudeerpraatjes eindigen steevast met een borrel. In de Aula zijn dat er dagelijks wel twee en op een willekeurige faculteit zeker twee in de week. Wie het uitkient zou er per week veertig kunnen doen. Dat is niks om je voor te schamen, want je bent echt niet de enige die ze allemaal afloopt. Na een tijdje kom je steeds dezelfde mensen tegen, dus het is nog gezellig ook.
De borrel bij de opening van het academisch jaar is een aanrader. Als afsluiting van een jaar succesvol studeren is tijdens die gebeurtenis ook de TU-trui af te halen voor wie zijn propedeuse in één jaar heeft gehaald heeft, en er in de winter lekker warm bij wil zitten.
Veel studenten halen hun propedeuse helaas niet in één jaar. Dat is in veel gevallen niet alleen aan studenten te wijten. Soms is het onderwijs zo slecht ingericht dat het niet mogelijk is om snel te studeren. Veel vierdejaars vakken civiel worden bijvoorbeeld in de tweede helft van het vierde jaar gegeven, terwijl de student dan ook geacht wordt om af te studeren. Loopt de student studievertraging op door zo’n fout van de TU, dan kan schadevergoeding geëist worden uit het afstudeerfonds. Deze procedure staat uitgebreid beschreven in het Studentenstatuut. Ook een ziekte of zwangerschap geeftrecht op afstudeersteun. Let wel op bij het kiezen van een gesimuleerde ziekte. Psychische aandoeningen bijvoorbeeld kunnen zich later tegen je keren als je begint aan je een carrière.
Na het eerste jaar hebben de meeste studenten hun weg wel gevonden. Die verse kennis over Delft is geld waard. Voordat de Owee van start gaat zijn alle opleidingen naarstig op zoek naar geschikte mentoren. Natuurkunde-studenten zijn blijkbaar erg gewild, want die krijgen zo’n 250 gulden. Voor dat geld moet wel een week lang feest worden gevierd in de Owee en daarna zeven keer met de mentorkindjes worden geluncht. Andere opleidingen betalen iets minder.
Het is al even genoemd: het afstudeerfonds. Een deel van dat fonds is bedoeld om bestuurlijk actieve studenten te ondersteunen. Dat ‘actief’ een breed begrip is weten alle studenten van almanakcommissies die al eerder het recht hebben gekregen op drie maanden steun, à 566 gulden per maand. Niet slecht voor een adressenboek, waarvan het geen probleem is dat hij exact lijkt op die van het jaar ervoor.
Het geld stroomt pas echt binnen bij studenten die werken voor de TU. Student-assistenten zijn te vinden op belangrijke plaatsen als bibliotheken, bij practica en als studie-voorlichter. Het is wel zaak om van tevoren goed te informeren wat het werk precies inhoud. Op boeken passen is uiteraard beter met de studie te combineren dan hulpje spelen bij een intensief en langdurig practicum. Een student met een aanstelling voor één dag in de week verdient zo’n 500 gulden in de maand.
Met een zo’n vaste aanstelling aan de TU vallen ook de rechten van een ambtenaar in je schoot. Bij ontslag door de universiteit, ook wegens niet functioneren, volgt een wachtgelduitkering: zeventig procent van het laatst verdiende loon.
Bestuur
Een belangrijke bron van inkomsten in het derde jaar kan te maken hebben met een studie- of studentenvereniging. Delft heeft een rijk verenigingsleven. Jaarlijks vloeien er ruim 180 bestuursbeurzen van de TU richting de verenigingen. Daarmee is een slordige 1,3 miljoen gulden gemoeid. De TU stelt deze bestuursbeurzen beschikbaar voor de studenten die zich een jaar volledig storten op het runnen van hun club. De studiefinanciering moet worden stopgezet, maar in plaats daarvan keert de TU maandelijks 600 gulden beurs uit. Dat wordt meer als je daarvoor een aanvullende beurs uit Groningen ontving, want die vergoed de TU ook. De TU stelt wel een ‘P-eis’ en een gemiddeld studietempo van dertig studiepunten per jaar.
Ook de TU moet bestuurd worden. Studenten die actief zijn in in de zogenaamde studentenraden worden beloond voor hun inbreng. Naast de geschatte studievertraging van drie maanden, die wordt gecompenseerd via het afstudeerfonds, krijgen leden van de facultaire studentenraad 140 gulden. Studenten in faculteitsbesturen verdienen meer, maar de studenten in deoverkoepelende studentenraad spannen de kroon. Zij krijgen bovenop hun bestuursbeurs nog zo’n 700 gulden ‘loon’ aan het eind van elke maand.
Hoe hoger het politieke niveau, hoe beter de verdiensten. De studenten in de Delftse gemeenteraad strijken maandelijks bijna 2500 gulden op van de gemeente en dat bovenop hun bestuursbeurs van de TU. Studenten in het bestuur van de Landelijke Studenten Vakbond hebben ook geen klagen. Dat idealisme schuift ruim 2200 gulden per maand. Voor alle bestuursfuncties geldt: het werk is leuk, maar besef wel dat een veertigurige werkweek voorgoed tot het verleden behoort.
Aruba
Als derdejaars wordt het langzaamaan tijd om te zien naar een vakgroep, want dan kun je op ‘de kleintjes’ letten. In een doorsnee-vakgroep wordt minstens vier keer per dag (gratis) koffie gedronken en die is lekkerder dan automatenkoffie. Vijftig cent maal vier, twintig dagen in de maand, scheelt dus veertig gulden op maandbasis. Studenten met een hoge koffie-intake hebben er dus baat bij om snel een vakgroep te kiezen. Soms wordt er wel een eigen bijdrage gevraagd, maar daarbij gaat het meestal om dubbeltjes en kwartjeswerk: niets om je zorgen over te maken.
Na een jaar of vier rondlopen op de TU is de kennis over de universiteit groot genoeg om bij Delta terecht te komen. De redactie maakt dankbaar gebruik van de belevingswereld van de student en de student is dankbaar voor de werkervaring en de riante vergoeding voor het schrijven van verhaaltjes zoals deze (vierhonderd gulden).
Een gratis vakantie is een goede manier om even te ontkomen aan de studiestress. En waar kun je beter relaxen dan op een eiland als Aruba. Dit soort vakanties worden aangeboden door grote Nederlandse multinationals onder de noemer ‘stage’. Shell stuurt jaarlijks tientallen Delftse studenten de wereld rond om levens- en werkervaring op te doen. Zo’n verblijf in een zonnig land zit vol zware programmaonderdelen: contacten opdoen met de locale bevolking, meer leren over de cultuur van het land, verkennen van de hoofdstad, noem maar op. Toegegeven, het is niet zo makkelijk om een volledig betaalde buitenland-stage te regelen, maar proberen kan geen kwaad. Wees er snel bij, want vooral rond deze tijd zijn veel bedrijven weer op zoek naar studenten die wel uit Delft weg willen.
Bij terugkomst volgt er natuurlijk een dik verslag vol wetenschappelijke verhandelingen en nieuwe inzichten. Er ligt dan weer een mogelijkheid om in de (financiële) prijzen te vallen. Veel bedrijven en kranten geven geldprijzen voor interessante scripties en stageverslagen. Bedragen van tienduizend gulden zijn geen uitzondering.
Eenmaal afgestudeerd, dan nog zijn alle mogelijkheden niet benut. Oud-studenten die als eigen baas verder willen, kunnen aankloppen bij hun voormalige ‘werkgever’. De TU steunt deze ‘technostarters’ bij hun poging een eigen bedrijf op te zetten. De TU biedt ruimte, ondersteuning en subsidie. Zo is een financieel gezonde start in de maatschappij verzekerd.
Comments are closed.