Informatica-student Emiel Ramakers (24) is sinds gisteren de nieuwe voorzitter van de VSSD (Vereniging voor Studie- en Studentenbelangen te Delft). De wisseling van de wacht gebeurt op een moment dat Nederlands’ grootste studentenbond, zoals de VSSD zich graag noemt, het knagend verlies van leden een halt probeert toe te roepen via een campagne op de faculteiten.
De VSSD komt dehalve deze weken naar de studenten toe om ze te confronteren met De Boodschap.
Lang van gestalte, verbaal nog wat onzeker; voor het overige is Emiel Ramakers, woonachtig te Den Haag, de vriendelijkheid zelve. Ja, ook hij was afgelopen zaterdag in eigen stad één van de drie- tot vijfduizend studenten die protesteerden tegen de bezuinigingen op onderwijs en studiefinanciering. Wel wat weinig hè? ,,Nou, weinig. Niet veel, nee.”
Reden voor het matige manifest is volgens Ramakers ondermeer de invoering van de nieuwe OV-kaart: juist dit weekende werd de week- of weekendpas van kracht – en de meesten kozen nu eenmaal voor de weekvariant. ,,Als je ziet dat vooral de studenten uit Groningen het lieten afweten, dan is het verband snel gelegd.”
Desondanks geen sterke verklaring voor de gebrekkige opkomst van ‘de woedende studenten’, geeft de nieuwbakken VSSD-baas toe. De pech van het protest was dat het niet gericht was tegen concrete maatregelen, aldus Ramakers, maar tegen een megabezuiniging waarvan de gevolgen nog niet te overzien zijn. ,,Mensen zijn eerder geneigd te protesteren als ze direct in hun portemonnee getroffen worden.”
,,Voor zover je hier een conclusie uit kunt trekken, is het dat studenten steeds minder actiebereid zijn, wat ook al eerder is gebleken. Ze zijn steeds meer alleen maar bezig met studeren en doen daarbuiten hooguit nog iets voor de gezelligheid; ze worden lid van een vereniging. Actief op gebied van onderwijs- en studiefinancieringsbeleid zijn er helaas steeds minder. Ik vind dat een probleem. Daar moet wat aan gedaan worden, door mensen te laten zien dat je een verschil kunt uitmaken. Feit blijft echter dat dit niet tot iedereen doordringt en dat is jammer.”
Gevaar daarbij is ook dat een steeds kleinere club studenten bepaalt wat wel en niet goed is voor ‘de student’, erkent Ramakers. ,,Ter voorkoming van dat gevaar is de VSSD in alle lagen van de Delftse studentenbevolking aanwezig”, zegt hij. ,,De meeste bestuursleden zijn lid van een vereniging, en zijn daarin ook actief. Van corps tot Koornbeurs.”
Rijke papa
Ramakers studeerde eerst informatica aan de hts in Den Haag en kwam in 1991 naar Delft om bouwkunde te studeren. Hij haalde er zijn propaedeuse, maar toen bleek dat de opleiding ,,toch niet zo aansloot” zocht hij zijn heil bij Informatica aan deJulianalaan. Aan de TU is hij nu derdejaars, inclusief alle vrijstellingen. Maar voor de minister van onderwijs is hij al achtstejaars. Zijn tijd is dus al op. ,,Ik ben nu auditor en één van die mensen die slechts kan studeren omdat-ie een rijke papa heeft.”
De nieuwe VSSD-voorzitter was al eerder betrokken bij de VSSD-werkgroep studiefinanciering en deed bestuurservaring op bij de Koornbeurs, waar hij tot september bestuurslid was. ,,Mijn temponorm heb ik wel gehaald en ik ben vastbesloten dat dit jaar ook te doen.” Studeren en voorzitten dus. Waarom eigenlijk? Het lijkt hem ‘leuk’, ,,en misschien dat ik het ook wel kan”. Ramakers’ voorganger bleek over die eigenschap te bezitten. ,,Hij heeft een grote rol gespeeld in de verdere acceptatie van de VSSD”, zegt Ramakers over Diederik Samsom.
,,Ik verkeer in de gunstige en ongunstige positie na een erg goede voorzitter te komen. Ongunstig, omdat de vergelijking al snel in mijn nadeel zal uitvallen. Gunstig, omdat ik een goed voorbeeld heb. Wat beleid betreft zal er in elk geval niets veranderen. Met het beleid zit de VSSD op de goede weg. Dat betekent dus veel de publiciteit zoeken met de dingen die de werkgroepen doen. Die werkgroepen doen heel veel werk. Ik ben grotendeels het gezicht naar buiten toe.”
,,Voor studenten wordt de positie er vooralsnog niet beter op, maar ik hoop dat ze nog plezier in hun studie hebben. Je moet studeren omdat je een studie leuk vindt en nooit met tegenzin naar die zaal gaan. Wij proberen daarom ook veel te doen aan de onderwijskwaliteit, want zo kan studeren alleen maar leuker worden.”
Desinteresse
,,Studeren aan de TU Delft is leuk, ja. Vergeleken met andere universiteiten hebben we het hier niet slecht getroffen. Pluspunt is de ondersteuning van extracurriculaire activiteiten, in de vorm van de bestuursbeurs. Vooral de hoogte is bijzonder. Ook wordt hier redelijk geluisterd naar de student. Dat is denk ik ook een verdienste van de VSSD. Die zorgt dat er geluisterd wordt. Daarom is het ook zo belangrijk dat je lid bent, zodat je een vuist kunt maken. Als alle veertienduizend studenten hetzelfde zeggen, maakt dat veel meer indruk.”
,,Belangrijke activiteit van de VSSD op dit moment is dan ook het op peil houden van het ledenbestand. Vorig jaar hadden we nog 5.700 leden maar dit jaar lijken we op 5.100 uit te komen. Dat zijn er maar liefst zeshonderd minder. Voor een deel is dat te wijten aan de daling van het aantal eerstejaars maar toch. Dat zijn er teveel.”
,,We beginnen onze ledencampagne bij Bouwkunde, waar het ledental het laagst is: 6,5 procent van alle studenten is VSSD-lid, terwijl het gemiddelde op dit ogenblik 35 procent is. Je zou bij Bouwkunde verwachten, enigszins geëngageerd als ze daar zijn, dat ze allemaal principieel lid zouden worden, maar nee dus. En helaas luidt de verklaring dat een bouko geen boekenvoordeel geniet; er zitten geen bouwkundeboeken in het Handleidingenfonds.”
Behalve ‘materiële redenen’ om lid te zijn, zijn er volgens Ramakers ook nog steeds ‘immateriële redenen’ om daarvan af te zien. ,,Ten eerste is dat het oude, verkeerde beeld van deVSSD als linksige communistische club, dat kennelijk nog steeds leeft. Laat ik volstaan met de mededeling dat we dat beeld nu definitief bijstellen en de goede kant opsturen. Ten tweede is dat de desinteresse die aanwezig is bij een grote groep studenten. Dat proberen we nu weg te nemen door op hun eigen faculteit naar ze toe te komen, want er is helaas ook veel luiheid.”
Ramakers kijkt op zijn polsklokje; de tijd heeft al bijna een uur weggetikt en hij moet zo naar college (gg14a – inleiding methodologie). ,,Ik heb niet direct de ambities verder de studentenpolitiek in te gaan”, besluit hij, ,,en het wordt inderdaad ook wel eens tijd af te studeren.” (H.O.)
Ramakers: ,,Vergeleken met andere universiteiten hebben we het hier niet slecht getroffen”
Informatica-student Emiel Ramakers (24) is sinds gisteren de nieuwe voorzitter van de VSSD (Vereniging voor Studie- en Studentenbelangen te Delft). De wisseling van de wacht gebeurt op een moment dat Nederlands’ grootste studentenbond, zoals de VSSD zich graag noemt, het knagend verlies van leden een halt probeert toe te roepen via een campagne op de faculteiten. De VSSD komt dehalve deze weken naar de studenten toe om ze te confronteren met De Boodschap.
Lang van gestalte, verbaal nog wat onzeker; voor het overige is Emiel Ramakers, woonachtig te Den Haag, de vriendelijkheid zelve. Ja, ook hij was afgelopen zaterdag in eigen stad één van de drie- tot vijfduizend studenten die protesteerden tegen de bezuinigingen op onderwijs en studiefinanciering. Wel wat weinig hè? ,,Nou, weinig. Niet veel, nee.”
Reden voor het matige manifest is volgens Ramakers ondermeer de invoering van de nieuwe OV-kaart: juist dit weekende werd de week- of weekendpas van kracht – en de meesten kozen nu eenmaal voor de weekvariant. ,,Als je ziet dat vooral de studenten uit Groningen het lieten afweten, dan is het verband snel gelegd.”
Desondanks geen sterke verklaring voor de gebrekkige opkomst van ‘de woedende studenten’, geeft de nieuwbakken VSSD-baas toe. De pech van het protest was dat het niet gericht was tegen concrete maatregelen, aldus Ramakers, maar tegen een megabezuiniging waarvan de gevolgen nog niet te overzien zijn. ,,Mensen zijn eerder geneigd te protesteren als ze direct in hun portemonnee getroffen worden.”
,,Voor zover je hier een conclusie uit kunt trekken, is het dat studenten steeds minder actiebereid zijn, wat ook al eerder is gebleken. Ze zijn steeds meer alleen maar bezig met studeren en doen daarbuiten hooguit nog iets voor de gezelligheid; ze worden lid van een vereniging. Actief op gebied van onderwijs- en studiefinancieringsbeleid zijn er helaas steeds minder. Ik vind dat een probleem. Daar moet wat aan gedaan worden, door mensen te laten zien dat je een verschil kunt uitmaken. Feit blijft echter dat dit niet tot iedereen doordringt en dat is jammer.”
Gevaar daarbij is ook dat een steeds kleinere club studenten bepaalt wat wel en niet goed is voor ‘de student’, erkent Ramakers. ,,Ter voorkoming van dat gevaar is de VSSD in alle lagen van de Delftse studentenbevolking aanwezig”, zegt hij. ,,De meeste bestuursleden zijn lid van een vereniging, en zijn daarin ook actief. Van corps tot Koornbeurs.”
Rijke papa
Ramakers studeerde eerst informatica aan de hts in Den Haag en kwam in 1991 naar Delft om bouwkunde te studeren. Hij haalde er zijn propaedeuse, maar toen bleek dat de opleiding ,,toch niet zo aansloot” zocht hij zijn heil bij Informatica aan deJulianalaan. Aan de TU is hij nu derdejaars, inclusief alle vrijstellingen. Maar voor de minister van onderwijs is hij al achtstejaars. Zijn tijd is dus al op. ,,Ik ben nu auditor en één van die mensen die slechts kan studeren omdat-ie een rijke papa heeft.”
De nieuwe VSSD-voorzitter was al eerder betrokken bij de VSSD-werkgroep studiefinanciering en deed bestuurservaring op bij de Koornbeurs, waar hij tot september bestuurslid was. ,,Mijn temponorm heb ik wel gehaald en ik ben vastbesloten dat dit jaar ook te doen.” Studeren en voorzitten dus. Waarom eigenlijk? Het lijkt hem ‘leuk’, ,,en misschien dat ik het ook wel kan”. Ramakers’ voorganger bleek over die eigenschap te bezitten. ,,Hij heeft een grote rol gespeeld in de verdere acceptatie van de VSSD”, zegt Ramakers over Diederik Samsom.
,,Ik verkeer in de gunstige en ongunstige positie na een erg goede voorzitter te komen. Ongunstig, omdat de vergelijking al snel in mijn nadeel zal uitvallen. Gunstig, omdat ik een goed voorbeeld heb. Wat beleid betreft zal er in elk geval niets veranderen. Met het beleid zit de VSSD op de goede weg. Dat betekent dus veel de publiciteit zoeken met de dingen die de werkgroepen doen. Die werkgroepen doen heel veel werk. Ik ben grotendeels het gezicht naar buiten toe.”
,,Voor studenten wordt de positie er vooralsnog niet beter op, maar ik hoop dat ze nog plezier in hun studie hebben. Je moet studeren omdat je een studie leuk vindt en nooit met tegenzin naar die zaal gaan. Wij proberen daarom ook veel te doen aan de onderwijskwaliteit, want zo kan studeren alleen maar leuker worden.”
Desinteresse
,,Studeren aan de TU Delft is leuk, ja. Vergeleken met andere universiteiten hebben we het hier niet slecht getroffen. Pluspunt is de ondersteuning van extracurriculaire activiteiten, in de vorm van de bestuursbeurs. Vooral de hoogte is bijzonder. Ook wordt hier redelijk geluisterd naar de student. Dat is denk ik ook een verdienste van de VSSD. Die zorgt dat er geluisterd wordt. Daarom is het ook zo belangrijk dat je lid bent, zodat je een vuist kunt maken. Als alle veertienduizend studenten hetzelfde zeggen, maakt dat veel meer indruk.”
,,Belangrijke activiteit van de VSSD op dit moment is dan ook het op peil houden van het ledenbestand. Vorig jaar hadden we nog 5.700 leden maar dit jaar lijken we op 5.100 uit te komen. Dat zijn er maar liefst zeshonderd minder. Voor een deel is dat te wijten aan de daling van het aantal eerstejaars maar toch. Dat zijn er teveel.”
,,We beginnen onze ledencampagne bij Bouwkunde, waar het ledental het laagst is: 6,5 procent van alle studenten is VSSD-lid, terwijl het gemiddelde op dit ogenblik 35 procent is. Je zou bij Bouwkunde verwachten, enigszins geëngageerd als ze daar zijn, dat ze allemaal principieel lid zouden worden, maar nee dus. En helaas luidt de verklaring dat een bouko geen boekenvoordeel geniet; er zitten geen bouwkundeboeken in het Handleidingenfonds.”
Behalve ‘materiële redenen’ om lid te zijn, zijn er volgens Ramakers ook nog steeds ‘immateriële redenen’ om daarvan af te zien. ,,Ten eerste is dat het oude, verkeerde beeld van deVSSD als linksige communistische club, dat kennelijk nog steeds leeft. Laat ik volstaan met de mededeling dat we dat beeld nu definitief bijstellen en de goede kant opsturen. Ten tweede is dat de desinteresse die aanwezig is bij een grote groep studenten. Dat proberen we nu weg te nemen door op hun eigen faculteit naar ze toe te komen, want er is helaas ook veel luiheid.”
Ramakers kijkt op zijn polsklokje; de tijd heeft al bijna een uur weggetikt en hij moet zo naar college (gg14a – inleiding methodologie). ,,Ik heb niet direct de ambities verder de studentenpolitiek in te gaan”, besluit hij, ,,en het wordt inderdaad ook wel eens tijd af te studeren.” (H.O.)
Ramakers: ,,Vergeleken met andere universiteiten hebben we het hier niet slecht getroffen”
Comments are closed.