Campus

‘Een café actant heeft een ander soort entertainment’

Het werkpak is al verruild voor de statige lange winterjas, maar Aad van Doeveren, eigenaar van het Floratheater aan de Verwersdijk, zit nog op zijn knieën op het beton.

,,Nog even dit gat dichten met wat specie”, verontschuldigt hij zich. ,,Vanavond is er weer een feest en hier gaan mensen over struikelen.” En als hij klaar is: ,,Zullen we naar een café gaan”. Hij beschouwt het Flora duidelijk niet als de kroeg waar het door studenten nog wel voor wordt gehouden.

Van Doeveren is inmiddels al tien jaar bezig om ‘het Flora’, een theater van de Katholieke Volksbond uit 1894, langzaam maar zeker te veranderen in wat hij noemt ,,een café actant”. ,,Daarmee bedoel ik een theater, waar je ook leuk kunt uitgaan. Niet dat standaard consumptiegebeuren, met centraal een bar waar je aan het begin van de avond aan gaat zitten en waar je aan het eind van de avond nog aanhangt, maar een theater waar de spelers gewoon aan cafétafeltjes zitten en af en toe het toneel opklimmen om iets te doen. Je gaat tenslotte uit om mensen te ontmoeten – als je dat niet wilt kun je beter achter de tv blijven zitten. En die klereherrie die in gewone disco’s en cafés gedraaid wordt maakt daar een gesprek onmogelijk. Een café actant heeft een ander soort entertainment.”

Van Doeveren vertelt graag over zijn plannen. ,,Toen ik in 1984 het Flora kocht, wilde ik er een disco van maken. Rücksichtlos – gewoon een paar panelen aan de muur en wat draaitafels erin. Maar toen ik al het verrotte materiaal eruit sloopte, kwam ik heel bijzondere dingen tegen. Die Gotische nisjes binnen bijvoorbeeld, de dingen waardoor mensen vaak denken dat het een oude kerk is. Toneelspelende vrienden van me zaten me te pushen om er een theater van te maken. In de tijd dat ik bezig ben het Flora op te knappen, wordt er ook steeds toneel gespeeld en allerlei studentenfeesten gehouden. Alles wat maar het geld oplevert dat ik nodig heb om de restauratieperiode te overbruggen.”

Dat die feesten naast geld ook veel extra werk opleveren neemt Van Doeveren daarbij voor lief. ,,Er zijn afstudeerfeesten waarbij de afgestudeerde bijvoorbeeld een kruiwagen vol chips krijgt, wat dan vervolgens met scheppen tegelijk de zaal in gaat. De dag na zo’n feest kom ik binnenlopen en ik denk: het is hier wel erg glad. Dan moet ik inderhaast nog de platgetrapte chips van de vloer gaan krabben, vlak voordat het volgende feest begint.”
Vissekoppen

Maar er zijn meer klanten die het Flora meer als bierhal dan als theater blijken te zien. Van Doeveren: ,,Er is zelfs een keer een poëzieavond uit de hand gelopen. Daar waren de maximalen samen met één van hun grootste critici; Zeeman heette die geloof ik. Nou ja, de maximalen gingen dus aan hetbegin van de avond nog even naar de overkant, naar de Visbanken, om koppen en graten en ander afval te halen… Waarom dat nou zó moest. In elk geval was ik er minder blij mee.”

Zo is er altijd wel iets. ,,Als studenten een feest geven, wordt er vaak slecht getapt. Flesjes zijn handiger en goedkoper, maar dat weten ze meestal niet. Dus overal spettert het in het rond, glazen vallen om, de hele vloer is nat. Dat is natuurlijk slecht voor zo’n oude houtvloer. Maar zolang er nog geen schimmel op die vloer staat… En als ze dan na afloop opgeruimd hebben en ze hebben hun best gedaan, dan kan ik wel gaan zeuren over die koek van chips op de grond, maar het gaat bij mij toch om de goede intentie. Als ze niets met opzet kapot of vuil hebben gemaakt, ruim ik de laatste dingetjes wel op.”

,,Uiteindelijk heb ik besloten dat het Flora een kwalitatief hoogwaardige restauratie nodig had. Het kon dus al geen disco meer worden, of je zou alleen heel select publiek toe moeten gaan laten. Ik wil een plaats waar veel kunstenaars komen, een beetje als die cafés in Frankrijk, zoals de Follies Bergère, voordat het toeristententen werden waar blote vrouwen hun benen optillen. Natuurlijk had ik wat die kunstenaars betreft beter op de Dam in Amsterdam gezeten”, verzucht hij, ,,maar goed, hier in Delft gebeurt ook best het één en ander. En hiér kon ik indertijd iets kopen.”
Slagerij

Van Doeveren is geen nieuwkomer in het uitgaansleven. Na zijn opleiding aan de Kunstacademie en een vervolgstudie aan de Rijksacademie is hij tegen het eind van de jaren zeventig de uitgaansscene in gerold. ,,Eerst ben ik wat gaan rotzooien. Ik heb popmuziek gespeeld, in Duitsland voor de Amerikaanse troepen. Meestal speelden we covers van bekende nummers, dat wilden ze horen. Het was veel verdienen, wat dacht je – veel geld voor maar weinig moeite.”

,,We speelden maar tot een uur of elf en dan gingen we na het optreden naar nachtclubs toe waar andere muzikanten zich nog uit de naad stonden te spelen”, lacht hij. ,,Het was daar heel goed voor muzikanten. Daar had je nog grote gebouwen waar in gespeeld werd en was je Herr Musiker.”

,,Terug in Nederland begon ik een jeugdsociëteit in een pand van de gemeente, vlak buiten Delft. De oudere jongeren die zich daar eerst mee bezig hielden waren al een paar keer in elkaar geslagen door de jeugd uit de buurt. Dat waren van de opgeschoten jongens die helemaal niet tegen de softe benadering van die sociaal werkers konden”, lacht hij smalend. ,,Ik kon het dus makkelijk overnemen en deed gewoon waar ik zin in had: concerten, bijeenkomsten. Het liep prima, maar na een tijdje begonnen politie en gemeente dwars te doen, dus op een gegeven moment dacht ik: Krijg de klere, ik koop gewoon mijn eigen gebouw!”

,,Ik kocht een oude slagerij in Maassluis, aan de haven. Ik wilde er een café van maken. Toen ben ik aan het freewheelen gegaan, ontwerpen en veranderen. Dat was ook een chaos, maar veel kleiner dan hier,” zegt Van Doeveren, doelend op het Flora. ,,Ik ben daar zes jaar bezig geweest en ik wilde het nog lang niet openen, ik wilde nog mijn eigen lampen maken enhier nog wat en daar nog wat, maar op een gegeven moment zeiden de buurtbewoners dat ze het wel eens open wilden hebben. De eerste tijd liep het voor geen meter, maar later ging het beter en nu nog krijg ik reacties op dat café, hoe goed dat er uitzag. Toen ik het verkocht, had ik zoveel winst, dat ik een flink deel van het geld dat nodig was om het Flora te kopen al had.”

,,Aan het Flora ben ik eigenlijk ook begonnen omdat ik een kasteel in Frankrijk wil gaan kopen. Als het Floratheater opgeknapt is, moet het voldoende geld opleveren om dat te doen. Ik ben namelijk afkomstig van Franse adel”, voegt hij bezwerend toe. ,,En ik zou eerst samen met mijn broer een kasteeltje kopen, maar toen ik eenmaal iets gevonden had, wilde hij niet meer. Dus nou doe ik het alleen.”
Theetuin

Ook al is Van Doeveren al tijden bezig met ontwerpen en bouwen, toch hoopt hij in Frankrijk in een situatie te komen waarin hij ,,ècht autonoom aan kunst kan werken”. ,,Uiteindelijk wil ik daar dingen gaan maken. Daarvoor heb je twee dingen nodig: geld en ruimte. Dat geld kan komen van een soort theetuin bij het kasteel. Binnen heb ik dan ruimte zat om bijvoorbeeld te beeldhouwen en die sculpturen daar te laten staan – die dingen zijn al gauw te zwaar om te verplaatsen.”

,,Ik heb altijd al mijn eigen dingen willen doen. Ik vind dat iemand die zijn leiderschap niet waarmaakt, het ook niet moet krijgen. Ik ben geen entertainer, die met een minimaal artistiek niveau en met behulp van trucjes en praatjes zijn geld verdient. Kunst is méér. Kijk naar de luifel die nu op het theater zit. Voor veel mensen zou die af zijn: Een luifel, punt. Maar ik wil ook daar iets van maken waar je met plezier naar kijkt.”

Na tien jaar restauratiewerk waarbij Van Doeveren voornamelijk met beton, grondwater en de toiletten bezig is geweest, zal het Flora vanaf komend voorjaar een stukje straatbeeld aan de Verwersdijk gaan bepalen. ,,Komend jaar hoop ik de koffiebar aan de voorkant te openen, om een basisinkomen te hebben. Het restauratietempo wordt namelijk wel gedrukt door al die feesten die hier gehouden worden. Als ik mijn geld uit de koffiebar kan halen, zal de rest van het theater sneller klaar zijn.” (S.v.d.V.)

Sjoerd van der Veen


Aad van Doeveren: ,,Ik heb altijd al mijn eigen dingen willen doen”

Het werkpak is al verruild voor de statige lange winterjas, maar Aad van Doeveren, eigenaar van het Floratheater aan de Verwersdijk, zit nog op zijn knieën op het beton. ,,Nog even dit gat dichten met wat specie”, verontschuldigt hij zich. ,,Vanavond is er weer een feest en hier gaan mensen over struikelen.” En als hij klaar is: ,,Zullen we naar een café gaan”. Hij beschouwt het Flora duidelijk niet als de kroeg waar het door studenten nog wel voor wordt gehouden.

Van Doeveren is inmiddels al tien jaar bezig om ‘het Flora’, een theater van de Katholieke Volksbond uit 1894, langzaam maar zeker te veranderen in wat hij noemt ,,een café actant”. ,,Daarmee bedoel ik een theater, waar je ook leuk kunt uitgaan. Niet dat standaard consumptiegebeuren, met centraal een bar waar je aan het begin van de avond aan gaat zitten en waar je aan het eind van de avond nog aanhangt, maar een theater waar de spelers gewoon aan cafétafeltjes zitten en af en toe het toneel opklimmen om iets te doen. Je gaat tenslotte uit om mensen te ontmoeten – als je dat niet wilt kun je beter achter de tv blijven zitten. En die klereherrie die in gewone disco’s en cafés gedraaid wordt maakt daar een gesprek onmogelijk. Een café actant heeft een ander soort entertainment.”

Van Doeveren vertelt graag over zijn plannen. ,,Toen ik in 1984 het Flora kocht, wilde ik er een disco van maken. Rücksichtlos – gewoon een paar panelen aan de muur en wat draaitafels erin. Maar toen ik al het verrotte materiaal eruit sloopte, kwam ik heel bijzondere dingen tegen. Die Gotische nisjes binnen bijvoorbeeld, de dingen waardoor mensen vaak denken dat het een oude kerk is. Toneelspelende vrienden van me zaten me te pushen om er een theater van te maken. In de tijd dat ik bezig ben het Flora op te knappen, wordt er ook steeds toneel gespeeld en allerlei studentenfeesten gehouden. Alles wat maar het geld oplevert dat ik nodig heb om de restauratieperiode te overbruggen.”

Dat die feesten naast geld ook veel extra werk opleveren neemt Van Doeveren daarbij voor lief. ,,Er zijn afstudeerfeesten waarbij de afgestudeerde bijvoorbeeld een kruiwagen vol chips krijgt, wat dan vervolgens met scheppen tegelijk de zaal in gaat. De dag na zo’n feest kom ik binnenlopen en ik denk: het is hier wel erg glad. Dan moet ik inderhaast nog de platgetrapte chips van de vloer gaan krabben, vlak voordat het volgende feest begint.”
Vissekoppen

Maar er zijn meer klanten die het Flora meer als bierhal dan als theater blijken te zien. Van Doeveren: ,,Er is zelfs een keer een poëzieavond uit de hand gelopen. Daar waren de maximalen samen met één van hun grootste critici; Zeeman heette die geloof ik. Nou ja, de maximalen gingen dus aan hetbegin van de avond nog even naar de overkant, naar de Visbanken, om koppen en graten en ander afval te halen… Waarom dat nou zó moest. In elk geval was ik er minder blij mee.”

Zo is er altijd wel iets. ,,Als studenten een feest geven, wordt er vaak slecht getapt. Flesjes zijn handiger en goedkoper, maar dat weten ze meestal niet. Dus overal spettert het in het rond, glazen vallen om, de hele vloer is nat. Dat is natuurlijk slecht voor zo’n oude houtvloer. Maar zolang er nog geen schimmel op die vloer staat… En als ze dan na afloop opgeruimd hebben en ze hebben hun best gedaan, dan kan ik wel gaan zeuren over die koek van chips op de grond, maar het gaat bij mij toch om de goede intentie. Als ze niets met opzet kapot of vuil hebben gemaakt, ruim ik de laatste dingetjes wel op.”

,,Uiteindelijk heb ik besloten dat het Flora een kwalitatief hoogwaardige restauratie nodig had. Het kon dus al geen disco meer worden, of je zou alleen heel select publiek toe moeten gaan laten. Ik wil een plaats waar veel kunstenaars komen, een beetje als die cafés in Frankrijk, zoals de Follies Bergère, voordat het toeristententen werden waar blote vrouwen hun benen optillen. Natuurlijk had ik wat die kunstenaars betreft beter op de Dam in Amsterdam gezeten”, verzucht hij, ,,maar goed, hier in Delft gebeurt ook best het één en ander. En hiér kon ik indertijd iets kopen.”
Slagerij

Van Doeveren is geen nieuwkomer in het uitgaansleven. Na zijn opleiding aan de Kunstacademie en een vervolgstudie aan de Rijksacademie is hij tegen het eind van de jaren zeventig de uitgaansscene in gerold. ,,Eerst ben ik wat gaan rotzooien. Ik heb popmuziek gespeeld, in Duitsland voor de Amerikaanse troepen. Meestal speelden we covers van bekende nummers, dat wilden ze horen. Het was veel verdienen, wat dacht je – veel geld voor maar weinig moeite.”

,,We speelden maar tot een uur of elf en dan gingen we na het optreden naar nachtclubs toe waar andere muzikanten zich nog uit de naad stonden te spelen”, lacht hij. ,,Het was daar heel goed voor muzikanten. Daar had je nog grote gebouwen waar in gespeeld werd en was je Herr Musiker.”

,,Terug in Nederland begon ik een jeugdsociëteit in een pand van de gemeente, vlak buiten Delft. De oudere jongeren die zich daar eerst mee bezig hielden waren al een paar keer in elkaar geslagen door de jeugd uit de buurt. Dat waren van de opgeschoten jongens die helemaal niet tegen de softe benadering van die sociaal werkers konden”, lacht hij smalend. ,,Ik kon het dus makkelijk overnemen en deed gewoon waar ik zin in had: concerten, bijeenkomsten. Het liep prima, maar na een tijdje begonnen politie en gemeente dwars te doen, dus op een gegeven moment dacht ik: Krijg de klere, ik koop gewoon mijn eigen gebouw!”

,,Ik kocht een oude slagerij in Maassluis, aan de haven. Ik wilde er een café van maken. Toen ben ik aan het freewheelen gegaan, ontwerpen en veranderen. Dat was ook een chaos, maar veel kleiner dan hier,” zegt Van Doeveren, doelend op het Flora. ,,Ik ben daar zes jaar bezig geweest en ik wilde het nog lang niet openen, ik wilde nog mijn eigen lampen maken enhier nog wat en daar nog wat, maar op een gegeven moment zeiden de buurtbewoners dat ze het wel eens open wilden hebben. De eerste tijd liep het voor geen meter, maar later ging het beter en nu nog krijg ik reacties op dat café, hoe goed dat er uitzag. Toen ik het verkocht, had ik zoveel winst, dat ik een flink deel van het geld dat nodig was om het Flora te kopen al had.”

,,Aan het Flora ben ik eigenlijk ook begonnen omdat ik een kasteel in Frankrijk wil gaan kopen. Als het Floratheater opgeknapt is, moet het voldoende geld opleveren om dat te doen. Ik ben namelijk afkomstig van Franse adel”, voegt hij bezwerend toe. ,,En ik zou eerst samen met mijn broer een kasteeltje kopen, maar toen ik eenmaal iets gevonden had, wilde hij niet meer. Dus nou doe ik het alleen.”
Theetuin

Ook al is Van Doeveren al tijden bezig met ontwerpen en bouwen, toch hoopt hij in Frankrijk in een situatie te komen waarin hij ,,ècht autonoom aan kunst kan werken”. ,,Uiteindelijk wil ik daar dingen gaan maken. Daarvoor heb je twee dingen nodig: geld en ruimte. Dat geld kan komen van een soort theetuin bij het kasteel. Binnen heb ik dan ruimte zat om bijvoorbeeld te beeldhouwen en die sculpturen daar te laten staan – die dingen zijn al gauw te zwaar om te verplaatsen.”

,,Ik heb altijd al mijn eigen dingen willen doen. Ik vind dat iemand die zijn leiderschap niet waarmaakt, het ook niet moet krijgen. Ik ben geen entertainer, die met een minimaal artistiek niveau en met behulp van trucjes en praatjes zijn geld verdient. Kunst is méér. Kijk naar de luifel die nu op het theater zit. Voor veel mensen zou die af zijn: Een luifel, punt. Maar ik wil ook daar iets van maken waar je met plezier naar kijkt.”

Na tien jaar restauratiewerk waarbij Van Doeveren voornamelijk met beton, grondwater en de toiletten bezig is geweest, zal het Flora vanaf komend voorjaar een stukje straatbeeld aan de Verwersdijk gaan bepalen. ,,Komend jaar hoop ik de koffiebar aan de voorkant te openen, om een basisinkomen te hebben. Het restauratietempo wordt namelijk wel gedrukt door al die feesten die hier gehouden worden. Als ik mijn geld uit de koffiebar kan halen, zal de rest van het theater sneller klaar zijn.” (S.v.d.V.)

Sjoerd van der Veen


Aad van Doeveren: ,,Ik heb altijd al mijn eigen dingen willen doen”

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.