Bij het slaan van ‘de eerste paal’ van de nieuwe bibliotheek achter de Aula sprak architecte Francine Houben van het bureau Mecanoo de onderstaande rede uit:
if”>
Figuur 1 Francine Houben (Klik voor grotere foto)
,, Vier jaar geleden ontstonden onze eerste ideeën voor dit gebouw. Ze zijn gebaseerd op vier fascinaties, vier peilers, vier verhalen. Over die vier fascinaties wil ik wat vertellen.
Zoals u wellicht weet ben ik een Delftenaar. Dat wil zeggen: ik ben er niet geboren, maar heb er gestudeerd. Ruim twintig jaar geleden – wat word ik oud- kwam ik naar Delft. Door weer en wind fietsend naar het laatste gebouw aan de Mekelweg: het gebouw voor Bouwkunde.
Er werd altijd op deze wijk gemopperd door de studenten: het waaide er teveel, het was ongezellig, de gebouwen waren te koud en er waren maar weinig meisjes. Ik was naïef. De gebouwen waren zo lelijk nog niet, dacht ik. Wacht maar, zeiden de docenten. Wacht maar tot de bomen gegroeid zijn. Dan wordt het hier wel wat.
Het was twintig jaar verder toen wij hier aan de bibliotheek mochten schetsen. Ik ging er vaak kijken en keek inmiddels met andere ogen. En inderdaad: de bomen waren gegroeid. De iepen langs de Mekelweg waren zelfs zo hard gegroeid dat de Mekelweg zèlf wel een groot lang massaal gebouw leek.
En toch was de TU-wijk in de twintig jaar niet fundamenteel veranderd. De ruimtes tussen de gebouwen waren nog steeds of te kaal of te nietszeggend.
Ik miste een ‘campusgevoel’, met bloeiende grasvelden en bloesemdragende bomen, waartussen de nieuwe en de bestaande gebouwen staan.
Boeken
Toen de bibliotheek van de TU-Delft ons belde of wij mee wilden doen met de meervoudige opdracht, raakten we enthousiast. Een bibliotheek voor meer dan een miljoen boeken! En meteen flitsten er voorbeelden door het hoofd.
-De bibliotheek van Applund in Stockholm: dat gebouw met de ronde hal met die duizenden boeken om je heen.
– En de reading rooms in Londen: van die prachtige ruimtes waar je omringd wordt door boeken die je eindeloos mag doorbladeren en die je ook kan ruiken.
Het bezoek aan het magazijn van de huidige bibliotheek was dan ook een ware teleurstelling. Niet alleen zijn de boeken van de Technische Universiteit niet zo interessant (de architectuurboeken daargelaten), voor een groot deel zijn het ingebonden rapporten. De bibliotheek was eigenlijk helemaal niet van plan ze te tonen, maar wilde ze in een groot magazijn opslaan om ze vervolgens per computer op te sporen.
Techniek
Een bibliotheek voor de Technische Universiteit Delft – die de modernste technieken van de electronic highway wil gebruiken om de bibliotheek te ontsluiten.
Een bibliothecaris die zelf – tijdens het schrijven van programma van eisen – formuleerde dat hij een gebouw met een hal als die van een luchthaven wilde: modern, snel en op tijd.
Een gebouw van de toekomst voor een Technische Universiteit. Hoe moet dat, hoe vind je daar de juiste beelden bij – zonder high-tech te hoeven worden? In ieder geval besloten we vanaf het begin af aan om samen te werken met civiele ingenieurs. De constructeurs van ABT hebben van het begin af aan meegedacht.
De aula
De vierde fascinatie was de aula van het Bureau Van der Broek en Bakema. Daarnaast of daarachter moesten wij een gebouw neerzetten.
Een gek gebouw. Een enorme klont beton. Sculpturaal. Een vreemd element. Alsof er een spaceship was geland, maar dan wel in een maanlandschap- als je de betontegels en de bloembakken rond het gebouw beschouwt.
Of een kikker. Het gebouw noemden we ook wel een kikker – maar dan wel zonder gras. De kikker moest in het gras geplaatst worden.
Dit gebouw verdraagt geen ander gebouw naast zich. Het heeft iets onaantastbaars.
Deze vier fascinaties:
– de TU-wijk meer landschappelijk maken,
– boeken centraal: een gebouw maken waar je boeken kunt doorbladeren èn ruiken,
– de techniek: het gebouw moet de voortgang van de techniek symboliseren,
– de aula, die qua beeld zo dominant is, dat het geen gebouw naast zich duldt,
hebben tot het ontwerp geleid waarvan we vandaag één van de eerste palen slaan.
Op de maquette kunt u het zien: het is een gebouw dat eigenlijk geen gebouw wil zijn, maar landschap is. Eigenlijk hebben we de aula op een groot grasveld gezet. Dat grasveld als een velletje papier opgetild en daar kolommen onder gezet. Daar weer glas tussen gezet. Een gebouw van glas en gras.
Een kegel als symbool van de techniek steekt door dit grasveld. De kegel is geheel volgens de logica van de constructeur samengesteld. ‘s Avonds is hij verlicht.
En dan de boeken, Wij hebben de bibliotheek ervan kunnen overtuigen een deel van de boeken (waarvan het zinvol is) uit het magazijn te halen en in een immense boekenkast – over vier verdiepingen – uit te stallen.
Naast de technieken van de electronic highway zal het mogelijk zijn de boeken te zien, te voelen en te ruiken.
Voor ons is het vandaag een bijzondere dag. En we hopen op een voorspoedige bouw. Dank U wel. ”
Bij het slaan van ‘de eerste paal’ van de nieuwe bibliotheek achter de Aula sprak architecte Francine Houben van het bureau Mecanoo de onderstaande rede uit:
Figuur 1 Francine Houben (Klik voor grotere foto)
,, Vier jaar geleden ontstonden onze eerste ideeën voor dit gebouw. Ze zijn gebaseerd op vier fascinaties, vier peilers, vier verhalen. Over die vier fascinaties wil ik wat vertellen.
Zoals u wellicht weet ben ik een Delftenaar. Dat wil zeggen: ik ben er niet geboren, maar heb er gestudeerd. Ruim twintig jaar geleden – wat word ik oud- kwam ik naar Delft. Door weer en wind fietsend naar het laatste gebouw aan de Mekelweg: het gebouw voor Bouwkunde.
Er werd altijd op deze wijk gemopperd door de studenten: het waaide er teveel, het was ongezellig, de gebouwen waren te koud en er waren maar weinig meisjes. Ik was naïef. De gebouwen waren zo lelijk nog niet, dacht ik. Wacht maar, zeiden de docenten. Wacht maar tot de bomen gegroeid zijn. Dan wordt het hier wel wat.
Het was twintig jaar verder toen wij hier aan de bibliotheek mochten schetsen. Ik ging er vaak kijken en keek inmiddels met andere ogen. En inderdaad: de bomen waren gegroeid. De iepen langs de Mekelweg waren zelfs zo hard gegroeid dat de Mekelweg zèlf wel een groot lang massaal gebouw leek.
En toch was de TU-wijk in de twintig jaar niet fundamenteel veranderd. De ruimtes tussen de gebouwen waren nog steeds of te kaal of te nietszeggend.
Ik miste een ‘campusgevoel’, met bloeiende grasvelden en bloesemdragende bomen, waartussen de nieuwe en de bestaande gebouwen staan.
Boeken
Toen de bibliotheek van de TU-Delft ons belde of wij mee wilden doen met de meervoudige opdracht, raakten we enthousiast. Een bibliotheek voor meer dan een miljoen boeken! En meteen flitsten er voorbeelden door het hoofd.
-De bibliotheek van Applund in Stockholm: dat gebouw met de ronde hal met die duizenden boeken om je heen.
– En de reading rooms in Londen: van die prachtige ruimtes waar je omringd wordt door boeken die je eindeloos mag doorbladeren en die je ook kan ruiken.
Het bezoek aan het magazijn van de huidige bibliotheek was dan ook een ware teleurstelling. Niet alleen zijn de boeken van de Technische Universiteit niet zo interessant (de architectuurboeken daargelaten), voor een groot deel zijn het ingebonden rapporten. De bibliotheek was eigenlijk helemaal niet van plan ze te tonen, maar wilde ze in een groot magazijn opslaan om ze vervolgens per computer op te sporen.
Techniek
Een bibliotheek voor de Technische Universiteit Delft – die de modernste technieken van de electronic highway wil gebruiken om de bibliotheek te ontsluiten.
Een bibliothecaris die zelf – tijdens het schrijven van programma van eisen – formuleerde dat hij een gebouw met een hal als die van een luchthaven wilde: modern, snel en op tijd.
Een gebouw van de toekomst voor een Technische Universiteit. Hoe moet dat, hoe vind je daar de juiste beelden bij – zonder high-tech te hoeven worden? In ieder geval besloten we vanaf het begin af aan om samen te werken met civiele ingenieurs. De constructeurs van ABT hebben van het begin af aan meegedacht.
De aula
De vierde fascinatie was de aula van het Bureau Van der Broek en Bakema. Daarnaast of daarachter moesten wij een gebouw neerzetten.
Een gek gebouw. Een enorme klont beton. Sculpturaal. Een vreemd element. Alsof er een spaceship was geland, maar dan wel in een maanlandschap- als je de betontegels en de bloembakken rond het gebouw beschouwt.
Of een kikker. Het gebouw noemden we ook wel een kikker – maar dan wel zonder gras. De kikker moest in het gras geplaatst worden.
Dit gebouw verdraagt geen ander gebouw naast zich. Het heeft iets onaantastbaars.
Deze vier fascinaties:
– de TU-wijk meer landschappelijk maken,
– boeken centraal: een gebouw maken waar je boeken kunt doorbladeren èn ruiken,
– de techniek: het gebouw moet de voortgang van de techniek symboliseren,
– de aula, die qua beeld zo dominant is, dat het geen gebouw naast zich duldt,
hebben tot het ontwerp geleid waarvan we vandaag één van de eerste palen slaan.
Op de maquette kunt u het zien: het is een gebouw dat eigenlijk geen gebouw wil zijn, maar landschap is. Eigenlijk hebben we de aula op een groot grasveld gezet. Dat grasveld als een velletje papier opgetild en daar kolommen onder gezet. Daar weer glas tussen gezet. Een gebouw van glas en gras.
Een kegel als symbool van de techniek steekt door dit grasveld. De kegel is geheel volgens de logica van de constructeur samengesteld. ‘s Avonds is hij verlicht.
En dan de boeken, Wij hebben de bibliotheek ervan kunnen overtuigen een deel van de boeken (waarvan het zinvol is) uit het magazijn te halen en in een immense boekenkast – over vier verdiepingen – uit te stallen.
Naast de technieken van de electronic highway zal het mogelijk zijn de boeken te zien, te voelen en te ruiken.
Voor ons is het vandaag een bijzondere dag. En we hopen op een voorspoedige bouw. Dank U wel. ”
Comments are closed.