Promovendus Arjen Zoeteman en Coenraad Esveld, hoogleraar railbouwkunde, werken aan een schadecatalogus voor het spoor. Met deze gids in de hand kan spoorbeheerder Prorail kosten besparen.
De directe schade aan het landelijk spoornet, bijvoorbeeld door vandalisme, kan effectiever geregistreerd worden. Ook de algemene achteruitgang van het spoornetwerk in ons land door ouderdom.
Volgens promovendus Arjen Zoeteman, die onderzoek deed naar de beheerseffectiviteit van het spoornet, is er op onderhoudsgebied veel te verbeteren. Zoeteman promoveert maandag bij Rob van der Heijden van TBM en hoogleraar railbouwkunde Coenraad Esveld.
“Het beheer kan minstens tien procent goedkoper als Prorail slimmer zou beheren en materiaal zou hergebruiken”, zegt Zoeteman. “Dat geld zou je weer in de betrouwbaarheid van andere spooronderdelen kunnen steken.”
Ook zou geld bespaard kunnen worden door meer overzicht te hebben in de gegevens. “Alle partijen afzonderlijk, zoals de aannemers en de beheerder, hebben allemaal wel kennis en gegevens over de mate van schade aan trajecten”, zegt Zoeteman. “Maar die is nog niet voor iedereen tegelijk inzichtelijk. Het management kan daarom geen effectief onderhoudsbeleid voeren.”
De privatisering van de NS, waaruit Prorail als zelfstandig beheerder ontstond, heeft niet voor lagere onderhoudskosten gezorgd. In tegendeel, de kosten stegen zelfs en op jaarbasis zijn de onderhoudskosten sterk wisselend. De chaotische categorisering van onderhoudsgegevens en zwakke plekken in het spoor zijn hier debet aan.
Om dit te veranderen werkt Zoeteman samen met Prorail de komende jaren aan een schadecatalogus. “Hierin staat per spoorgedeelte de schade gecategoriseerd met een puntensysteem”, zegt hij. “Daarmee kun je voor een heel spoortraject inschatten binnen welk tijdsbestek reparatie noodzakelijk is. Ook kun je zien waar net onderhoud is gepleegd.”
Een beheerder kan in een soort fotoboek zien of de schade over een heel traject het repareren waard is. In plaats van steeds kleine stukjes te repareren, is het misschien goedkoper om het hele baanvak in één keer aan te pakken. Dat scheelt weer een aantal dagen met treinomleidingen.
Tijdig en slim onderhoud kan dus vertragingen voorkomen. Een groot deel van vertragingen wordt overigens niet door achterstallig beheer veroorzaakt, maar door vandalen. Jaarlijks zorgen deze voor honderden vertragingen door bijvoorbeeld stenen op de rails en vernieling van wissels en spoorovergangen. Zelfs kwartjes op de lasnaad van een wissel, kunnen voor storingen zorgen. De muntjes kunnen voor tienduizenden euro schade veroorzaken, omdat voor reparatie van de wissel het treinverkeer moet worden omgeleid. Seinstoringen en wissels komen respectievelijk op een tweede en derde plek.
Wat de schademonitoring betreft: volgens Zoeteman gaat het al de goede kant op. “De laatste drie jaar staan de neuzen in de goede richting”, zegt hij. “Er worden bijvoorbeeld zogeheten Poss-sensoren bij wissels geplaatst. Die registreren hoeveel energie het schuiven van een wissel kost. Gaat die energie omhoog, dan schuift de wissel stroever en is het tijd voor reparatie. Op dit vlak van schade voorkomen valt nog veel winst te behalen.” (RZ)
De directe schade aan het landelijk spoornet, bijvoorbeeld door vandalisme, kan effectiever geregistreerd worden. Ook de algemene achteruitgang van het spoornetwerk in ons land door ouderdom.
Volgens promovendus Arjen Zoeteman, die onderzoek deed naar de beheerseffectiviteit van het spoornet, is er op onderhoudsgebied veel te verbeteren. Zoeteman promoveert maandag bij Rob van der Heijden van TBM en hoogleraar railbouwkunde Coenraad Esveld.
“Het beheer kan minstens tien procent goedkoper als Prorail slimmer zou beheren en materiaal zou hergebruiken”, zegt Zoeteman. “Dat geld zou je weer in de betrouwbaarheid van andere spooronderdelen kunnen steken.”
Ook zou geld bespaard kunnen worden door meer overzicht te hebben in de gegevens. “Alle partijen afzonderlijk, zoals de aannemers en de beheerder, hebben allemaal wel kennis en gegevens over de mate van schade aan trajecten”, zegt Zoeteman. “Maar die is nog niet voor iedereen tegelijk inzichtelijk. Het management kan daarom geen effectief onderhoudsbeleid voeren.”
De privatisering van de NS, waaruit Prorail als zelfstandig beheerder ontstond, heeft niet voor lagere onderhoudskosten gezorgd. In tegendeel, de kosten stegen zelfs en op jaarbasis zijn de onderhoudskosten sterk wisselend. De chaotische categorisering van onderhoudsgegevens en zwakke plekken in het spoor zijn hier debet aan.
Om dit te veranderen werkt Zoeteman samen met Prorail de komende jaren aan een schadecatalogus. “Hierin staat per spoorgedeelte de schade gecategoriseerd met een puntensysteem”, zegt hij. “Daarmee kun je voor een heel spoortraject inschatten binnen welk tijdsbestek reparatie noodzakelijk is. Ook kun je zien waar net onderhoud is gepleegd.”
Een beheerder kan in een soort fotoboek zien of de schade over een heel traject het repareren waard is. In plaats van steeds kleine stukjes te repareren, is het misschien goedkoper om het hele baanvak in één keer aan te pakken. Dat scheelt weer een aantal dagen met treinomleidingen.
Tijdig en slim onderhoud kan dus vertragingen voorkomen. Een groot deel van vertragingen wordt overigens niet door achterstallig beheer veroorzaakt, maar door vandalen. Jaarlijks zorgen deze voor honderden vertragingen door bijvoorbeeld stenen op de rails en vernieling van wissels en spoorovergangen. Zelfs kwartjes op de lasnaad van een wissel, kunnen voor storingen zorgen. De muntjes kunnen voor tienduizenden euro schade veroorzaken, omdat voor reparatie van de wissel het treinverkeer moet worden omgeleid. Seinstoringen en wissels komen respectievelijk op een tweede en derde plek.
Wat de schademonitoring betreft: volgens Zoeteman gaat het al de goede kant op. “De laatste drie jaar staan de neuzen in de goede richting”, zegt hij. “Er worden bijvoorbeeld zogeheten Poss-sensoren bij wissels geplaatst. Die registreren hoeveel energie het schuiven van een wissel kost. Gaat die energie omhoog, dan schuift de wissel stroever en is het tijd voor reparatie. Op dit vlak van schade voorkomen valt nog veel winst te behalen.” (RZ)
Comments are closed.