Op uitnodiging van de Nederlands-Vlaamse gemeenschap in Bologna, hield ik onlangs een lezing over ‘Nederland na de moord op Theo van Gogh’. Om de achtergrond van het drama te belichten, liet ik ook de film Submission 1 zien.
Men was er stil van.
Het is natuurlijk ook onwerkelijk dat dit elf minuten durende videopamflet Nederland zo ingrijpend heeft veranderd. De bijeenkomst was overigens heel gemoedelijk, maar vergde toch meer van mijn krachten dan ik had gedacht. Moe en voldaan kwam ik ver na middernacht terug in mijn hotel.
De volgende dag ging ik naar het Piazza Maggiore, om rust te zoeken in de Basilica di San Petronio. Zodra je die betreedt, overvalt je een immens gevoel van nietigheid. Heerlijk vind ik dat. Als ik ooit de behoefte zou voelen tot religie, dan kies ik zeker een religie die zulke imposante tempels bouwt. Niet zo’n moderne sekte die in kleine bedompte zaaltjes bijeenkomt. Want hoger sferen beginnen bij hoge plafonds.
Zo’n gevoel van serene rust en hoger sferen krijg ik ook in de oude gebouwen van de TU Delft. Zo had ik vorige week een bijeenkomst in de imposante vergaderzaal op de eerste verdieping van Mijnbouw. Ik weet best dat het tegenwoordig ‘de afdeling Technische Aardwetenschappen van de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen’ heet, maar met zó’n naam kun je net zo goed meteen naar een moderne prefab doos verkassen. En dat gaat dus ook gebeuren. In plaats van een bespreking aan een acht meter lange massief houten tafel in een zes meter hoge ruimte met houten wandbekleding en vaste vloerbedekking, vergadert men straks gezellig in een zaaltje met zeil op de vloer en een plafond waar je nog net je kop niet aan stoot.
De TU Delft heeft namelijk het onzalige plan opgevat om de mooiste gebouwen op de campus te verkopen. Dat zijn alle panden ten noorden van de Mekelweg, waaronder ook het Hoofdgebouw. Wist u dat? Ze gaan het Hoofdgebouw verkopen! Te duur in het onderhoud, naar het schijnt. Maar ‘te duur’ ten opzichte van wat? Nog afgezien van hoeveel mensen er verkeren, durf ik te wedden dat het onderhoud van het hoofdgebouw veel goedkoper is dan dat van Huis ten Bosch. Toch hoor ik geen plannen om de koningin naar het Laakkwartier te verhuizen, alwaar de woningen een stuk voordeliger zijn dan in het Bezuidenhout. Het Catshuis, de officiële ambtswoning van de minister-president, is net voor zestien miljoen euro helemaal opgeknapt. Het was nog niet klaar, of het fikte meteen weer af. Dus nu wordt het wéér opgeknapt, want een buitenlands staatshoofd ontvang je natuurlijk niet in Capelle aan den IJssel. Waarom moet de TU Delft dan wel de president van MIT ontvangen in een aanbouwtje van Werktuigbouw, achter het Shell benzinestation? Want daar bivakkeert ons college van bestuur tegenwoordig. Welcome in Delft, Dr. Hockfield!
Groots en indrukwekkend . de universiteit moet zich naar buiten toe presenteren als een tempel van de wetenschap. Daarvoor is uiterlijk vertoon essentieel. De gebouwen rondom het Mijnbouwplein vormen het hart van onze universiteit. Ruk je het hart uit de TU, dan verdwijnt uiteindelijk ook de ziel.
Dap Hartmann is astronoom en werkt als universitair docent aan de faculteit TBM.
Op uitnodiging van de Nederlands-Vlaamse gemeenschap in Bologna, hield ik onlangs een lezing over ‘Nederland na de moord op Theo van Gogh’. Om de achtergrond van het drama te belichten, liet ik ook de film Submission 1 zien. Men was er stil van.
Het is natuurlijk ook onwerkelijk dat dit elf minuten durende videopamflet Nederland zo ingrijpend heeft veranderd. De bijeenkomst was overigens heel gemoedelijk, maar vergde toch meer van mijn krachten dan ik had gedacht. Moe en voldaan kwam ik ver na middernacht terug in mijn hotel.
De volgende dag ging ik naar het Piazza Maggiore, om rust te zoeken in de Basilica di San Petronio. Zodra je die betreedt, overvalt je een immens gevoel van nietigheid. Heerlijk vind ik dat. Als ik ooit de behoefte zou voelen tot religie, dan kies ik zeker een religie die zulke imposante tempels bouwt. Niet zo’n moderne sekte die in kleine bedompte zaaltjes bijeenkomt. Want hoger sferen beginnen bij hoge plafonds.
Zo’n gevoel van serene rust en hoger sferen krijg ik ook in de oude gebouwen van de TU Delft. Zo had ik vorige week een bijeenkomst in de imposante vergaderzaal op de eerste verdieping van Mijnbouw. Ik weet best dat het tegenwoordig ‘de afdeling Technische Aardwetenschappen van de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen’ heet, maar met zó’n naam kun je net zo goed meteen naar een moderne prefab doos verkassen. En dat gaat dus ook gebeuren. In plaats van een bespreking aan een acht meter lange massief houten tafel in een zes meter hoge ruimte met houten wandbekleding en vaste vloerbedekking, vergadert men straks gezellig in een zaaltje met zeil op de vloer en een plafond waar je nog net je kop niet aan stoot.
De TU Delft heeft namelijk het onzalige plan opgevat om de mooiste gebouwen op de campus te verkopen. Dat zijn alle panden ten noorden van de Mekelweg, waaronder ook het Hoofdgebouw. Wist u dat? Ze gaan het Hoofdgebouw verkopen! Te duur in het onderhoud, naar het schijnt. Maar ‘te duur’ ten opzichte van wat? Nog afgezien van hoeveel mensen er verkeren, durf ik te wedden dat het onderhoud van het hoofdgebouw veel goedkoper is dan dat van Huis ten Bosch. Toch hoor ik geen plannen om de koningin naar het Laakkwartier te verhuizen, alwaar de woningen een stuk voordeliger zijn dan in het Bezuidenhout. Het Catshuis, de officiële ambtswoning van de minister-president, is net voor zestien miljoen euro helemaal opgeknapt. Het was nog niet klaar, of het fikte meteen weer af. Dus nu wordt het wéér opgeknapt, want een buitenlands staatshoofd ontvang je natuurlijk niet in Capelle aan den IJssel. Waarom moet de TU Delft dan wel de president van MIT ontvangen in een aanbouwtje van Werktuigbouw, achter het Shell benzinestation? Want daar bivakkeert ons college van bestuur tegenwoordig. Welcome in Delft, Dr. Hockfield!
Groots en indrukwekkend . de universiteit moet zich naar buiten toe presenteren als een tempel van de wetenschap. Daarvoor is uiterlijk vertoon essentieel. De gebouwen rondom het Mijnbouwplein vormen het hart van onze universiteit. Ruk je het hart uit de TU, dan verdwijnt uiteindelijk ook de ziel.
Dap Hartmann is astronoom en werkt als universitair docent aan de faculteit TBM.
Comments are closed.