Het komende jaar onderzoekt de TU Delft of het een goed idee is om een Engelstalige bachelor in te voeren.
Op dit moment kent enkel de faculteit Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek een Engelstalige bachelor.
Die blijkt ook bij Nederlandse en Belgische studenten populair. “De vraag overtreft het aanbod”, vertelt Irma Croese, hoofd onderwijs en studentenzaken bij de faculteit. “We moeten buitenlandse studenten tijdelijk voorrang geven boven geïnteresseerde Nederlandse studenten.” De colleges in het derde jaar van de bachelor worden uitsluitend in het Engels gegeven: in september geldt dat ook voor het tweede jaar.
Het onderzoek moet duidelijk maken of andere faculteiten dit voorbeeld zouden moeten en willen volgen. “De TU Delft heeft goede en voor de hand liggende redenen om de mogelijkheden van een Engelstalige bachelor te onderzoeken”, zegt Anka Mulder, directeur Onderwijs en Studentenzaken. “Om demografische redenen zal het aantal Nederlandse studenten op de TU Delft de komende decennia afnemen. Bovendien zou het aantal vwo-leerlingen dat voor een profiel kiest dat toegang biedt tot een technische universiteit ook percentueel kunnen teruglopen.”
Eind 2006 is de TU begonnen met het universiteitsbreed toetsen en waar nodig bijschaven van de Engelse taalvaardigheid van TU-docenten. Dat lijkt de ideale voorbereiding voor zo’n Engelstalige bachelor. Mulder benadrukt echter dat het universiteitsbreed invoeren van een Engelstalige bachelor voor het college van bestuur nog allerminst een uitgemaakte zaak is. “Eerst willen we onderzoeken hoe groot het draagvlak bij de faculteiten is. En we moeten in kaart brengen hoe groot de groep potentiële buitenlandse bachelorstudenten is. Daar zijn wel bemoedigende cijfers over. Op Britse universiteiten is het aantal buitenlandse bachelorstudenten bijvoorbeeld beduidend groter dan het aantal buitenlandse masterstudenten. We moeten ook onderzoeken hoe Nederlandse studenten tegen een Engelstalige bachelor aankijken: vinden ze die aantrekkelijk of schrikt het ze juist af?”
Net als Mulder denkt Irma Croese dat het succesverhaal van de Engelstalige bachelor op L&R niet zomaar door andere faculteiten kan worden gekopieerd. “We zijn bewust voorzichtig begonnen. Zolang we niet konden garanderen dat studenten de bachelor volledig in het Engels konden volgen, hebben we geen studenten toegelaten die geen Nederlands spreken.” (JP)
Op dit moment kent enkel de faculteit Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek een Engelstalige bachelor. Die blijkt ook bij Nederlandse en Belgische studenten populair. “De vraag overtreft het aanbod”, vertelt Irma Croese, hoofd onderwijs en studentenzaken bij de faculteit. “We moeten buitenlandse studenten tijdelijk voorrang geven boven geïnteresseerde Nederlandse studenten.” De colleges in het derde jaar van de bachelor worden uitsluitend in het Engels gegeven: in september geldt dat ook voor het tweede jaar.
Het onderzoek moet duidelijk maken of andere faculteiten dit voorbeeld zouden moeten en willen volgen. “De TU Delft heeft goede en voor de hand liggende redenen om de mogelijkheden van een Engelstalige bachelor te onderzoeken”, zegt Anka Mulder, directeur Onderwijs en Studentenzaken. “Om demografische redenen zal het aantal Nederlandse studenten op de TU Delft de komende decennia afnemen. Bovendien zou het aantal vwo-leerlingen dat voor een profiel kiest dat toegang biedt tot een technische universiteit ook percentueel kunnen teruglopen.”
Eind 2006 is de TU begonnen met het universiteitsbreed toetsen en waar nodig bijschaven van de Engelse taalvaardigheid van TU-docenten. Dat lijkt de ideale voorbereiding voor zo’n Engelstalige bachelor. Mulder benadrukt echter dat het universiteitsbreed invoeren van een Engelstalige bachelor voor het college van bestuur nog allerminst een uitgemaakte zaak is. “Eerst willen we onderzoeken hoe groot het draagvlak bij de faculteiten is. En we moeten in kaart brengen hoe groot de groep potentiële buitenlandse bachelorstudenten is. Daar zijn wel bemoedigende cijfers over. Op Britse universiteiten is het aantal buitenlandse bachelorstudenten bijvoorbeeld beduidend groter dan het aantal buitenlandse masterstudenten. We moeten ook onderzoeken hoe Nederlandse studenten tegen een Engelstalige bachelor aankijken: vinden ze die aantrekkelijk of schrikt het ze juist af?”
Net als Mulder denkt Irma Croese dat het succesverhaal van de Engelstalige bachelor op L&R niet zomaar door andere faculteiten kan worden gekopieerd. “We zijn bewust voorzichtig begonnen. Zolang we niet konden garanderen dat studenten de bachelor volledig in het Engels konden volgen, hebben we geen studenten toegelaten die geen Nederlands spreken.” (JP)
Comments are closed.