Campus

Eindhoven

In Eindhoven volg ik een half jaar vakken op de Design Academy. Waar het in Delft bij Industrieel Ontwerpen gaat over eisenpakketten, materiaalkeuzes, en technisch vernuft, gaat het daar over gevoel, vorm en sfeer.

Dit leek me een mooie aanvulling. Na twee maanden kan ik concluderen: ik mag dan wel tijdelijk weg zijn uit delft, Delft krijg ik niet gemakkelijk tijdelijk uit mij.

In het begin bedacht ik veel, maar verwierp het meteen omdat de uitvoering mij niet praktisch leek. “Het gaat niet om praktisch. Het gaat om jouw persoonlijke expressie”, legden ze mij uit. O. Ja maar, als dit echt gemaakt wordt, dan… Daar hoefde ik helemaal niet over na te denken. “Het gaat om het beeld, Anna! Het gevoel.” O ja.

Mijn medestudenten hadden inmiddels ook door dat ik uit Delft kwam. “Anna, denk je dat ik meer dan zes stekkers op een stopcontact kan aansluiten?” “Weet jij waar je LED’jes kunt kopen?” “Kun jij de beamer even aansluiten?” In Delft keken mijn vrienden niet begrijpend als ik mijn werk uit Eindhoven liet zien. “Geinig, maar het kan toch niet, want…” Het gaat om het gevoehoel, hoorde ik mezelf denken.

Ik leer veel van twee werelden. Wat opvalt is dat ze in Eindhoven prachtige dingen maken, terwijl ze zich wanhopig afvragen hoe ze dat moeten produceren. Aan de andere kant spreek ik IO’ers die nuttige dingen doen, maar zo graag een eigen vormtaal en expressie willen ontwikkelen. Combineren! Dacht ik praktisch. Woensdag kregen we een lezing van het hoofd van de school, tevens een vooraanstaand trendforcaster. Ze keek in haar glazen bol. De zaal luisterde ademloos. “De stad wordt helemaal anders!”, riep ze. Over tien jaar zal iedere stad een heel eigen identiteit hebben, een kleur, een gevoel! Een wanhopige student: “Ook dit saaie gat Eindhoven?” “Kindje, het probleem met Eindhoven is dat deze stad is bedacht door fantasieloze autisten, zogenaamde ingenieurs.”

De zaal lag dubbel van het lachen. Ik staarde naar mijn schoenveters. Ik vind de Design Academy een fantastische school en ben er trots op om Delftenaar te zijn. Ik geloof er heilig in dat beide samen kunnen komen. Laten we beginnen met ophouden met het uitlachen van degenen die ons onzeker maken.

Anna Noyons

In Eindhoven volg ik een half jaar vakken op de Design Academy. Waar het in Delft bij Industrieel Ontwerpen gaat over eisenpakketten, materiaalkeuzes, en technisch vernuft, gaat het daar over gevoel, vorm en sfeer. Dit leek me een mooie aanvulling. Na twee maanden kan ik concluderen: ik mag dan wel tijdelijk weg zijn uit delft, Delft krijg ik niet gemakkelijk tijdelijk uit mij.

In het begin bedacht ik veel, maar verwierp het meteen omdat de uitvoering mij niet praktisch leek. “Het gaat niet om praktisch. Het gaat om jouw persoonlijke expressie”, legden ze mij uit. O. Ja maar, als dit echt gemaakt wordt, dan… Daar hoefde ik helemaal niet over na te denken. “Het gaat om het beeld, Anna! Het gevoel.” O ja.

Mijn medestudenten hadden inmiddels ook door dat ik uit Delft kwam. “Anna, denk je dat ik meer dan zes stekkers op een stopcontact kan aansluiten?” “Weet jij waar je LED’jes kunt kopen?” “Kun jij de beamer even aansluiten?” In Delft keken mijn vrienden niet begrijpend als ik mijn werk uit Eindhoven liet zien. “Geinig, maar het kan toch niet, want…” Het gaat om het gevoehoel, hoorde ik mezelf denken.

Ik leer veel van twee werelden. Wat opvalt is dat ze in Eindhoven prachtige dingen maken, terwijl ze zich wanhopig afvragen hoe ze dat moeten produceren. Aan de andere kant spreek ik IO’ers die nuttige dingen doen, maar zo graag een eigen vormtaal en expressie willen ontwikkelen. Combineren! Dacht ik praktisch. Woensdag kregen we een lezing van het hoofd van de school, tevens een vooraanstaand trendforcaster. Ze keek in haar glazen bol. De zaal luisterde ademloos. “De stad wordt helemaal anders!”, riep ze. Over tien jaar zal iedere stad een heel eigen identiteit hebben, een kleur, een gevoel! Een wanhopige student: “Ook dit saaie gat Eindhoven?” “Kindje, het probleem met Eindhoven is dat deze stad is bedacht door fantasieloze autisten, zogenaamde ingenieurs.”

De zaal lag dubbel van het lachen. Ik staarde naar mijn schoenveters. Ik vind de Design Academy een fantastische school en ben er trots op om Delftenaar te zijn. Ik geloof er heilig in dat beide samen kunnen komen. Laten we beginnen met ophouden met het uitlachen van degenen die ons onzeker maken.

Anna Noyons

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.