Grote kans dat als u een Van Gogh bezit, u er eigenlijk twee aan de muur heeft hangen. Van Gogh hergebruikte zijn doeken vaak. Over enkele jaren hopen Delftse onderzoekers die verborgen schatten te onthullen. In kleur wel te verstaan.
Afgelopen vrijdag begonnen zowel het eerste dames- als het eerste herenteam van Punch het competitieseizoen. De herenvolleyballers wisten met 4-0 te winnen van Leython DC, de dames verloren met 0-4 van dezelfde club. Middenveldster Kyra de Korte: “We hebben hard gestreden, maar ik merkte dat we nog moeten wennen aan ons nieuwe team. Leython kon scoren door onze fouten, omdat zij al wel op elkaar ingespeeld waren.” De winst van de heren was daarentegen een aangename verrassing. In de vorige competitie wonnen de Leiderdorpers van Punch. Diagonaalaanvaller Koen Keijsers is tevreden: “We hebben goed gespeeld. Alleen in de derde set stond Leython voor, maar over de hele wedstrijd gezien hadden ze weinig kansen.” De heren zijn vastberaden om meer overwinningen te behalen en promotie te maken. Keijsers: “Vorig jaar hadden we in de winter een dip. Dit jaar gaan we onze missie afmaken.”
Op zaterdag werd in de zonovergoten heuvels rondom Sint Geertruid het Nederlands Studenten Kampioenschap Wielrennen op de weg 2008 verreden. Hoewel WTOS met een grote groep aanwezig was, moesten de Delftse wielrenners de eretitels afstaan aan respectievelijk Dion Beukeboom uit Ouderkerk aan de Amstel en Noortje Tabak uit Bergeijk. WTOS-secretaris Suzanne de Lange: “Het was een zware wedstrijd voor WTOS. Onze deelnemers zijn voornamelijk amateurs, die het op moesten nemen tegen eliterenners.” Alleen Delftenaar Emmanuel van Ruitenbeek behaalde een plaats in het eindklassement. De titelverdediger eindigde als twaalfde van de licentiehouders.
Ook de deelnemers aan de door Proteus georganiseerde Pinewood University Eights profiteerden van het heerlijke weer. Achtkoppige teams van dertien Nederlandse en vijf buitenlandse universiteiten namen het tegen elkaar op op de 2008 meter lange baan. De TU Delft behaalde een mooie eindscore. In beide A-finales wonnen de Delftse teams met 07:14.51 voor de DU8+ en 06:09.76 voor de U8+. De TU Delft-cup werd eveneens gewonnen door de TU Delft, met een tijd van 26:04.42.
Het klimaat is sporters niet altijd goed gezind. Om zich voor te bereiden op de grillen van moeder natuur deden zes leden van Alpenclub DSAC mee aan het Snow Safety Event in Scheveningen. Zij leerden hier hoe zij met behulp van zogenaamde sneeuwpiepers lawineslachtoffers kunnen opsporen. DSAC-bestuurslid Wouter van der Gronden is enthousiast over het evenement: “Deze dag was enorm leerzaam. De sneeuwpieper is lastig te gebruiken. We hebben uitleg gekregen over verschillende modellen. Snel en accuraat gebruik van de pieper is van levensbelang. Als iemand binnen vijftien minuten gevonden wordt, is zijn overlevingskans negentig procent. Na een half uur is dat nog maar vijftig procent.” De dag werd afgesloten met een praktijkoefenening en een ludiek kampioenschap sneeuwpieps zoeken. Na deze droogoefening op het Nederlandse strand kunnen de deelnemers komende winter met een iets veiliger gevoel de bergen in. (AvdP)
De kunstwereld stond op zijn kop toen materiaalonderzoekers van de TU en van de Universiteit Antwerpen vorig jaar met een röntgentechniek aantoonden dat er een vrouwengezicht schuilging achter het doek ‘Grasgrond’ van Vincent van Gogh.
De onderzoekers konden aan de hand van de röntgenfluorescentie van de verflagen het gezicht goed reconstrueren in zwart-wit. Maar welke kleuren Van Gogh de vrouw precies gegeven had, bleef grotendeels giswerk. Dat hiaat willen de materiaalkundigen nu opvullen met een heel andere techniek: foto-akoestische spectroscopie.
Een promovendus begint deze zomer een onderzoek naar deze techniek waarbij lichtstralen trillingen veroorzaken in het doek die op hun beurt via gevoelige microfoontjes de verborgen kleuren verraden. Volgens materiaalkundige en kunsthistoricus dr. Joris Dik (3mE), die vorig jaar met de ontdekking van het vrouwengezicht furore maakte, is de techniek de “enige methode om zuivere informatie te verzamelen over de kleur van verborgen verflagen”.
Met de eerder gebruikte methode, bestraling met een röntgenbundel afkomstig uit een synchrotronstralingsbron, is het weliswaar mogelijk om de chemische samenstelling van pigmenten te bepalen. “Maar”, zegt Dik, “door spoorelementen in de pigmenten kunnen de kleuren enorm variëren. En die spoorelementen kun je niet allemaal vinden. Oker, een ijzeroxide, kan daardoor bijvoorbeeld variëren van lichtgeel tot bruin.”
De methode met fotoakoestische spectroscopie is volgens Dik veelbelovend. Maar hij staat nog wel in de kinderschoenen. Voor wat betreft verfonderzoek althans. Materiaalonderzoekers maken er al decennia dankbaar gebruik van om eigenschappen van stoffen, zoals warmtegeleiding, mee te onderzoeken.
Maar de eerste stappen in het fotoakoestisch verfonderzoek zijn gezet. “Met simpele experimenten hebben we aangetoond dat we kleuren kunnen herkennen”, zegt prof.dr.ir. Andreas Schmidt-Ott van DelftChemTech (Technische natuurwetenschappen) die het technische gedeelte van het onderzoek leidt.
Schmidt-Ott en student Dana Zeelenberg hebben een laserstraal door een vel papier met twee laagjes groene verf gestuurd en een laserstraal door een vel gestuurd met een laagje rood en een laagje groen. Met microfoontjes registreerden ze de akoestische signalen, veroorzaakt door warmtegolven in de verf. Die signalen bleken duidelijk van elkaar te verschillen. Schmidt-Ott legt momenteel de laatste hand aan een publicatie over het onderwerp.
Maar om uit die verschillende signalen kleuren te herleiden, is nog een hele klus. “Om alle kleuren die achter een schilderij schuil gaan te kunnen ontdekken, moeten we licht van heel het kleurenspectrum gebruiken, golflengte na golflengte”, vertelt Schmidt-Ott. “En we moeten de frequentie van de pulsjes waarmee we de doeken bestralen, variëren. De laserstralen zijn eigenlijk geen stralen maar snel achtereenvolgende lichtpulsjes. De plek in het doek waar het licht het meeste geluid produceert, is afhankelijk van de frequentie van het licht en van de kleur verf.”
Door met de frequentie en de golflengte van het licht te spelen, kunnen de kleuren op alle dieptes ontdekt worden. Maar als output krijg je in eerste instantie alleen geluid. Het juist interpreteren van de geluiden vergt volgens Schmidt-Ott nog ingewikkelde wiskunde.
Veel simpeler is het eerste foto-akoestische project waar Schmidt-Ott en zijn collega dr.ir. Mirko Ballarini zich op stortten en dat hen later inspireerden tot het doen van het schilderijenonderzoek. Enkele jaren geleden ontwikkelden zij een methode om geld op echtheid te controleren. Als gelddrukkers nanodeeltjes van cadmiumselenide (met een zinksulfide coating) in een bepaald patroontje in bankbiljetten zou verwerken, dan zouden die biljetten later heel simpel, met een apparaatje dat slechts twee lichtstralen zendt, op echtheid gescreend kunnen worden, bedachten de twee Delftenaren.
“Het onderzoek werd gesponsord door een gelddrukkerij”, vertelt Schmidt-Ott. “Maar die haakte af omdat de nanodeeltjes te duur waren. Per biljet mochten ze maar maximaal een tiende cent kwijt zijn aan de deeltjes. En dat bedrag overschreden ze.”
Schmidt-Ott is intussen bezig met het ontwikkelen van technieken om zelf goedkoper nanodeeltjes te maken. Hij hoopt dat er op die manier interesse komt, niet alleen in verborgen schilderijen, maar ook in zijn anti-nepgeldapparaat.
Do you have a question or comment about this article?
tomas.vandijk@tudelft.nl
Comments are closed.