Kaatsen, korfbal, klootschieten. Begint het met een K dan zijn wij wereldkampioen vanwege gebrek aan competitie. Kenniseconomie begint ook met een K.
Vandaar dat de Tweede Kamer unaniem de wens heeft uitgesproken dat we daar ook wereldkampioen in worden. Kaaskoppen.
Hoe word je wereldkampioen kenniseconomie? De VSNU, de vereniging van samenwerkende Nederlandse universiteiten, meent dat daarvoor meer investeringen in het hoger onderwijs nodig zijn. Dat denkt de VSNU wel meer. Gebeurt er iets op onderwijsgebied, dan schrijft de VSNU het zoveelste rapport waarin wordt gehengeld naar meer geld. Zijn het niet hogere salarissen dan is het wel meer onderzoeksgeld. VSNU. Een Vereniging van Samenwerkers. Da’s zo’n koe van een pleonasme, van zo’n club kun je niet veel meer verwachten.
De ranglijst van kenniseconomieën wordt aangevoerd door Zwitserland en dat is toevallig ook het land waarin de lijst wordt samengesteld. Nederland staat op 10, boven Engeland en Frankrijk, landen waar wij op universitair gebied niet tegenop kunnen, maar dat schijnt voor het WK kenniseconomie niet relevant te zijn. Vorig jaar stond Nederland zelfs op 8, maar dit jaar is ons land twee plaatsen gezakt omdat, zo lees ik in het rapport, de ‘kwaliteit van de financiële markt is gedaald, vanwege zorg over kredietwaardigheid en solvabiliteit van de Nederlandse banken’. Zo zie je maar, de miljardeninjecties in de ABN zijn goed voor de kenniseconomie. Van Wouter voor Gerrit, een hele goede kennis.
De Zwitserse lijst is niet de enige lijst, er is er ook eentje uit Sjanghai. In Delta verscheen onlangs het trotse bericht dat Delft op die lijst boven Twente en Eindhoven staat. Ook boven Aken trouwens. Zo wordt een 150ste plaats op een lijst van 500 universiteiten toch nog eervol. Waar heeft Delft deze duizelingwekkend hoge positie aan te danken? Niet aan wetenschappelijke output. Niet aan het aantal citaties. Daarop scoren alle universiteiten ongeveer hetzelfde. Het verschil wordt gemaakt door twee categorieën: Nobelprijswinnaars en alumni. Qua Nobelprijswinnaars scoort bijna elke instelling een nul, wat Gerard ’t Hooft in staat stelt om de universiteit van Utrecht eigenhandig tot de top van Nederland te bombarderen. Delft scoort beter dan Eindhoven en Twente op de categorie alumni. Hoe deze marginaal betere score wordt bepaald, is een raadsel. Een ding is duidelijk: bij de top 50 staan maar liefst 37 Amerikaanse universiteiten. Zo’n bizarre verhouding alleen is voldoende om de Sjanghai-ranking te diskwalificeren als een schijtlijst.
Meneer van de Wiel, Oranje Plantage 44.
Buurman van het studentenhuis op nummer 45/46.
Meneer van de Wiel heeft gestudeerd in Delft en is daarom naar eigen zeggen gewend aan studentikoos gedrag. Maar wat hij heeft meegemaakt met het jongenscorpshuis naast hem slaat alles. “Dronken jongens die je uitschelden en bekogelen en je dochters lastig vallen. Er zijn goede en slechte tijden. Gelukkig leven we nu in een redelijk rustige periode.” Van de Wiel is niet blij met het varkenshok dat aan zijn tuin grenst. ‘s Zomers scharrelen daar varkens rond, die een belangrijke rol spelen in de kennismakingstijd. “Dit geeft een enorme stank, net als de afvoerpijp van het verwarmingssysteem van hun jacuzzi dat langs mijn balkon loopt. De afgelopen twee zomers hebben wij vanwege de stank en de vliegen binnengezeten.”
Soms kon Van de Wiel nachten niet slapen door de overlast van de feesten. Zelfs een door de studenten georganiseerd buurtfeest ontaardde in een twee dagen durend studentenfeest, waar de buurt alleen maar last van had. “Het spelletje van lawaai, politie, minder lawaai, politie weg, weer lawaai, verlies je na verloop van tijd.” Enkele jaren geleden heeft Van de Wiel vanaf zijn balkon een video-opname gemaakt van de wantoestanden in de achtertuin van de jongens. Die opname was van fundamenteel belang bij de aangifte van hem en de buurt tegen het studentenhuis. Sindsdien is er veel veranderd. De meeste feesten worden nu niet meer in of rond het huis gehouden en excessen zoals vijf nachten durende tuinfeesten ‘met prostituees’ zijn niet meer aan de orde. “Bovendien zijn er altijd jongens die je tegemoet komen en het beste ervan willen maken. Tegenwoordig vindt er niet alleen druk vanuit de wijkagent plaats, maar ook vanuit het corps. Een fijne ontwikkeling.” (DL)
Dit is de laatste aflevering van ‘De Buren’. Na de voorjaarsvakantie komt op deze plek een nieuwe rubriek.
Comments are closed.