Zen en de kunst van de interieurverzorging

Mannus van der Laan

,,Welkom op het meest complete interieurevenement van Nederland!”, staat op de voorkant van de catalogus. Met een tentoonstellingsoppervlak van 28.000 vierkante meter, verdeeld over twee immense hallen, is De Woonbeurs weer een stuk groter dan die van vorig jaar. Urenlang kan de bezoeker er ronddwalen om te zien hoe het Nederlandse interieur er straks uit gaat zien. Daar kan geen IKEA tegenop.

Afgelopen maandag waren de meeste standhouders nog druk in de weer om hun kavels op te bouwen. Het is alsof er een complete stad van reusachtige poppenhuizen wordt opgetrokken. Sommige woonkamers zijn al volledig ingericht, zoals die van Het Oude Ambacht, waar klassieke, bruinleren clubfauteuils uitnodigend wachten op de eerste klant. Andere zijn nog zo goed als leeg – of hebben we hier te maken met ruimten die zijn ingericht volgens het Zen-principe?

Volgens Annet van Baarle, die namens het bedrijf HPR belast is met de organisatie van De Woonbeurs, kan Zen namelijk weleens een onstuitbare opmars maken in ons interieur. Zen staat voor soberheid en minimalisme. Dat betekent dat alles eruit moet, op een enkel meubelstuk na. Niet zomaar een meubelstuk, maar één die het vertrek kan ,,dragen”. Zoiets als een antieke boerentafel uit de Provence met opzichtige wormsteken. Of helemaal eigentijds: een kast van sloophout naar of van Piet Hein Eek. De oude meubels hoeven we niet weg te gooien, verzekert Van Baarle. ,,Die zet je gewoon op zolder, zodat je ze over een tijdje, wanneer alles weer gezellig vol moet, terug in de kamer kunt zetten.”

Mocht het zover komen, dan hoeven we er niet over in te zitten dat we straks met een ratjetoe van stijlen zitten opgescheept. Ook dat is namelijk ‘in’. Dat is het al veel langer, maar de doelgroep van De Woonbeurs, ,,vooral stellen van eind twintig tot achter in de vijftig”, mogen hipper zijn dan de bezoekers van de Huishoudbeurs, ze lopen ook weer niet voorop. Ze voegen zich naar wat de smaakmakers hun in de woonbladen voorschrijven.
Sfeerhuis

De woonbladen zijn op de Woonbeurs nadrukkelijk aanwezig. Ariadne, DoehetZelf Wonen, Eigen Huis & Interieur en VT Wonen, hebben niet alleen een bijdrage geleverd aan de organisatie, hun lezers al maandenlang opgewarmd voor de beurs, maarpresenteren zich ook allemaal met een eigen stand en een voorplein. Bovendien zijn de redacteuren aanwezig om de bezoekers persoonlijke tips te geven.

Uiteraard sluiten de stands van de woonbladen nauw aan bij de formule die ze in hun tijdschrift uitdragen. Zo heeft het styling- en decoratieteam van Ariadne een Bretons sfeerhuis ingericht. Dat betekent veel natuurlijke materialen – ook een trend – zoals hout en gevlochten riet, een landelijke zithoek rond een open haard en een babykamer in Bretons blauw. Op het terras dat op het voorplein verrijst, kan de bezoeker in Franse sfeer aan een wijntje nippen.

De stand van DoethetZelf Wonen heeft niet zo’n romantische uitstraling. Een duidelijk in het zicht opgestelde iMac-computer drukt het imago uit. Hier moeten de creatieven zijn. De meubels ogen dan ook vooral praktisch. Natuurlijke materialen als hout en metaal voeren wederom de boventoon en de meeste meubelstukken zien er sober uit, zodat ze probleemloos kunnen worden nagemaakt. Van Baarle: ,,Echt niet alleen om budgettaire redenen, maar ook omdat veel mensen het leuk vinden.”
Keukenplaza

Ook in deze stand neemt de keukenapparatuur erg veel plaats in. Waar al die kookeilanden, magnetronpilaren en snijbanken moeten komen te staan, is een raadsel. Zo groot is de gemiddelde Nederlandse keuken niet. Toch is het een trend. Vandaar dat op De Woonbeurs, onder het kopje ‘Keuken & Koken’, alles aan bod komt wat ermee te maken heeft. Er worden demonstraties gegeven van de nieuwste keukensnufjes, topkoks geven de hele dag kookles en Jan des Bouvrie, Piet Hein Eek en Roderick Vos hebben speciaal voor de gelegenheid keukens ontworpen.

Op deze centrale ‘keukenplaza’ na, staat alles door elkaar heen op De Woonbeurs. Van Baarle: ,,Het is een driedimensionaal tijdschrift. Het is opgezet als een blad. Hier zie je wat kleine snuisterijen bij elkaar, daar een hele badkamer, even verderop geeft een interieurverzorger advies welke gordijnen het best uitkomen in de slaapkamer. Wat je in een tijdschrift al bladerend tegenkomt, dat zie je hier al wandelend. Daarom staat alles verspreid.”

Wie de trends op de voet wil volgen, zal van de bladen het best aan zijn trekken komen bij de stand van Eigen Huis & Interieur. Deze glossy is vooral populair bij mensen die wat te besteden hebben en willen laten zien dat ze niet van de straat zijn. Wie op zoek is naar een klassieke designmeubel raadplege de advertentierubriek van Eigen Huis & Interieur. ,,Het blad loopt voorop in het signaleren van trends”, beaamt Van Baarle. ,,Soms ook best wel in extreme vormen, zoals meubels die je nauwelijks meer als meubels herkent, maar eerder als kunstvoorwerpen.”

Op de beurs laat ze daarvan meteen een voorbeeld zien: een ‘stoelenbankje’ gemaakt van doorzichtig plastic, waarbij drie stoelen aan elkaar zijn gekoppeld, naar voorbeeld van bioscoopstoelen. ,,Een ware primeur!” Even verderop staat een metalen buisstoel met krylon (lijkt op plastic) bekleding. Van Baarle: ,,Meubels van kunststof zijn de allernieuwste trend.”

Al slenterend over de pleinen en de boulevards van woonbeurs-city komen we ten slotte uit bij de stands waar de nieuwste trends nog niet eens zijn geboren. Pas afgestudeerde ontwerpers tonen hier hun eigenzinnige creaties. Stoelen bekleed met snippers leer, spiegels omlijst met vogelveren, barokke stijlmeubelen veelkleurig beschilderd. ,,De meesten hebben nog niet veel om te laten zien”, zegt Van Baarle. ,,Ze zijn net de prototype-fase voorbij en hebben nog geen vertegenwoordiger. Voor deze mensen is De Woonbeurs een soort toetssteen om te kijken of hun produkten aanslaan bij het grote publiek.”

,,,

Mannus van der Laan

,,Welkom op het meest complete interieurevenement van Nederland!”, staat op de voorkant van de catalogus. Met een tentoonstellingsoppervlak van 28.000 vierkante meter, verdeeld over twee immense hallen, is De Woonbeurs weer een stuk groter dan die van vorig jaar. Urenlang kan de bezoeker er ronddwalen om te zien hoe het Nederlandse interieur er straks uit gaat zien. Daar kan geen IKEA tegenop.

Afgelopen maandag waren de meeste standhouders nog druk in de weer om hun kavels op te bouwen. Het is alsof er een complete stad van reusachtige poppenhuizen wordt opgetrokken. Sommige woonkamers zijn al volledig ingericht, zoals die van Het Oude Ambacht, waar klassieke, bruinleren clubfauteuils uitnodigend wachten op de eerste klant. Andere zijn nog zo goed als leeg – of hebben we hier te maken met ruimten die zijn ingericht volgens het Zen-principe?

Volgens Annet van Baarle, die namens het bedrijf HPR belast is met de organisatie van De Woonbeurs, kan Zen namelijk weleens een onstuitbare opmars maken in ons interieur. Zen staat voor soberheid en minimalisme. Dat betekent dat alles eruit moet, op een enkel meubelstuk na. Niet zomaar een meubelstuk, maar één die het vertrek kan ,,dragen”. Zoiets als een antieke boerentafel uit de Provence met opzichtige wormsteken. Of helemaal eigentijds: een kast van sloophout naar of van Piet Hein Eek. De oude meubels hoeven we niet weg te gooien, verzekert Van Baarle. ,,Die zet je gewoon op zolder, zodat je ze over een tijdje, wanneer alles weer gezellig vol moet, terug in de kamer kunt zetten.”

Mocht het zover komen, dan hoeven we er niet over in te zitten dat we straks met een ratjetoe van stijlen zitten opgescheept. Ook dat is namelijk ‘in’. Dat is het al veel langer, maar de doelgroep van De Woonbeurs, ,,vooral stellen van eind twintig tot achter in de vijftig”, mogen hipper zijn dan de bezoekers van de Huishoudbeurs, ze lopen ook weer niet voorop. Ze voegen zich naar wat de smaakmakers hun in de woonbladen voorschrijven.
Sfeerhuis

De woonbladen zijn op de Woonbeurs nadrukkelijk aanwezig. Ariadne, DoehetZelf Wonen, Eigen Huis & Interieur en VT Wonen, hebben niet alleen een bijdrage geleverd aan de organisatie, hun lezers al maandenlang opgewarmd voor de beurs, maarpresenteren zich ook allemaal met een eigen stand en een voorplein. Bovendien zijn de redacteuren aanwezig om de bezoekers persoonlijke tips te geven.

Uiteraard sluiten de stands van de woonbladen nauw aan bij de formule die ze in hun tijdschrift uitdragen. Zo heeft het styling- en decoratieteam van Ariadne een Bretons sfeerhuis ingericht. Dat betekent veel natuurlijke materialen – ook een trend – zoals hout en gevlochten riet, een landelijke zithoek rond een open haard en een babykamer in Bretons blauw. Op het terras dat op het voorplein verrijst, kan de bezoeker in Franse sfeer aan een wijntje nippen.

De stand van DoethetZelf Wonen heeft niet zo’n romantische uitstraling. Een duidelijk in het zicht opgestelde iMac-computer drukt het imago uit. Hier moeten de creatieven zijn. De meubels ogen dan ook vooral praktisch. Natuurlijke materialen als hout en metaal voeren wederom de boventoon en de meeste meubelstukken zien er sober uit, zodat ze probleemloos kunnen worden nagemaakt. Van Baarle: ,,Echt niet alleen om budgettaire redenen, maar ook omdat veel mensen het leuk vinden.”
Keukenplaza

Ook in deze stand neemt de keukenapparatuur erg veel plaats in. Waar al die kookeilanden, magnetronpilaren en snijbanken moeten komen te staan, is een raadsel. Zo groot is de gemiddelde Nederlandse keuken niet. Toch is het een trend. Vandaar dat op De Woonbeurs, onder het kopje ‘Keuken & Koken’, alles aan bod komt wat ermee te maken heeft. Er worden demonstraties gegeven van de nieuwste keukensnufjes, topkoks geven de hele dag kookles en Jan des Bouvrie, Piet Hein Eek en Roderick Vos hebben speciaal voor de gelegenheid keukens ontworpen.

Op deze centrale ‘keukenplaza’ na, staat alles door elkaar heen op De Woonbeurs. Van Baarle: ,,Het is een driedimensionaal tijdschrift. Het is opgezet als een blad. Hier zie je wat kleine snuisterijen bij elkaar, daar een hele badkamer, even verderop geeft een interieurverzorger advies welke gordijnen het best uitkomen in de slaapkamer. Wat je in een tijdschrift al bladerend tegenkomt, dat zie je hier al wandelend. Daarom staat alles verspreid.”

Wie de trends op de voet wil volgen, zal van de bladen het best aan zijn trekken komen bij de stand van Eigen Huis & Interieur. Deze glossy is vooral populair bij mensen die wat te besteden hebben en willen laten zien dat ze niet van de straat zijn. Wie op zoek is naar een klassieke designmeubel raadplege de advertentierubriek van Eigen Huis & Interieur. ,,Het blad loopt voorop in het signaleren van trends”, beaamt Van Baarle. ,,Soms ook best wel in extreme vormen, zoals meubels die je nauwelijks meer als meubels herkent, maar eerder als kunstvoorwerpen.”

Op de beurs laat ze daarvan meteen een voorbeeld zien: een ‘stoelenbankje’ gemaakt van doorzichtig plastic, waarbij drie stoelen aan elkaar zijn gekoppeld, naar voorbeeld van bioscoopstoelen. ,,Een ware primeur!” Even verderop staat een metalen buisstoel met krylon (lijkt op plastic) bekleding. Van Baarle: ,,Meubels van kunststof zijn de allernieuwste trend.”

Al slenterend over de pleinen en de boulevards van woonbeurs-city komen we ten slotte uit bij de stands waar de nieuwste trends nog niet eens zijn geboren. Pas afgestudeerde ontwerpers tonen hier hun eigenzinnige creaties. Stoelen bekleed met snippers leer, spiegels omlijst met vogelveren, barokke stijlmeubelen veelkleurig beschilderd. ,,De meesten hebben nog niet veel om te laten zien”, zegt Van Baarle. ,,Ze zijn net de prototype-fase voorbij en hebben nog geen vertegenwoordiger. Voor deze mensen is De Woonbeurs een soort toetssteen om te kijken of hun produkten aanslaan bij het grote publiek.”