Het collegegeld stijgt in september 1996 met honderdvijftig gulden naar 2400 gulden. Het is de eerste van drie verhogingen, die er toe zullen leiden dat het collegegeld in 1998 2750 gulden bedraagt.
br />
De Tweede Kamer heeft begin dit jaar al ingestemd met het voornemen van Ritzen. Hij moest dit voorstel echter formeel nog indienen. Dat is vorige week gebeurd. In totaal gaat het collegegeld met vijfhonderd gulden omhoog. Na de verhoging in 1996 komt er in 1997 en 1998 nog eens 175 gulden bij. Met de verhoging leveren de studenten hun bijdrage in de omvangrijke bezuinigingen van het paarse kabinet op het hoger onderwijs. De maatregel levert 150 van de 500 miljoen gulden op die het kabinet bij het hoger onderwijs weghaalt.
Minister Ritzen gaat er vanuit dat het onderwijs in 1996 kwalitatief goed genoeg is om de stijging te kunnen verantwoorden.
Tegelijk met de stijging wil Ritzen in 1996 ook het collegegeld vrijgeven voor studenten die geen recht meer hebben op studiefinanciering (beurs en/of lening). De universiteit of hogeschool mag voortaan zelf bepalen welk bedrag zij in rekening brengt. Wel geldt voor deze studenten een minimum, dat gelijk is aan het ‘normale’ collegegeld. Deeltijd-studenten betalen vanaf 1996 minimaal 1250 gulden. Dat blijft zo in de jaren erna. In het studiejaar 1995-1996 betalen deeltijders nog 1700 gulden. Het examengeld van extraneï (in ’95-’96 1300 gulden) wordt vanaf september 1996 geheel vrijgelaten. (HOP/P.E.)
Het collegegeld stijgt in september 1996 met honderdvijftig gulden naar 2400 gulden. Het is de eerste van drie verhogingen, die er toe zullen leiden dat het collegegeld in 1998 2750 gulden bedraagt.
De Tweede Kamer heeft begin dit jaar al ingestemd met het voornemen van Ritzen. Hij moest dit voorstel echter formeel nog indienen. Dat is vorige week gebeurd. In totaal gaat het collegegeld met vijfhonderd gulden omhoog. Na de verhoging in 1996 komt er in 1997 en 1998 nog eens 175 gulden bij. Met de verhoging leveren de studenten hun bijdrage in de omvangrijke bezuinigingen van het paarse kabinet op het hoger onderwijs. De maatregel levert 150 van de 500 miljoen gulden op die het kabinet bij het hoger onderwijs weghaalt.
Minister Ritzen gaat er vanuit dat het onderwijs in 1996 kwalitatief goed genoeg is om de stijging te kunnen verantwoorden.
Tegelijk met de stijging wil Ritzen in 1996 ook het collegegeld vrijgeven voor studenten die geen recht meer hebben op studiefinanciering (beurs en/of lening). De universiteit of hogeschool mag voortaan zelf bepalen welk bedrag zij in rekening brengt. Wel geldt voor deze studenten een minimum, dat gelijk is aan het ‘normale’ collegegeld. Deeltijd-studenten betalen vanaf 1996 minimaal 1250 gulden. Dat blijft zo in de jaren erna. In het studiejaar 1995-1996 betalen deeltijders nog 1700 gulden. Het examengeld van extraneï (in ’95-’96 1300 gulden) wordt vanaf september 1996 geheel vrijgelaten. (HOP/P.E.)
Comments are closed.