Studenten niet overal betrokken bij management

Een mogelijkheid is het opnemen van een student in hun managementteam. Interim-decaan Van Voorden van Bouwkunde en Dalmijn van Ontwerp, Constructie en Productie hebben al besloten ten gunste van de studenten.

Bij de faculteiten Technische Natuurwetenschappen, Techniek, Bestuur en Management en Informatietechnologie en Systemen zien de decanen geen reden om permanent een student te betrekken bij het management. Van Lucht- en Ruimtevaart, en Civiele Techniek en Geowetenschappen is nog niet bekend hoe ze met de nieuwe regel omgaan.

Volgens het BBR kan de decaan volstaan met ‘toezending van de agenda en de notulen van de vergaderingen van het managementteam’. Studenten kunnen wel ‘op verzoek een belangrijk agendapunt bijwonen’. Van deze regel kan worden afgeweken als decaan en studenten van mening zijn dat er al ‘een goede interactie’ bestaat.

Volgens de centrale studentenraad moet het BBR zo uitgelegd worden, dat er in principe een student aanwezig is bij de vergaderingen van het management, tenzij anders wordt overeengekomen. Collegevoorzitter De Voogd vindt dat de decanen ‘ruimhartig’ moeten omgaan met de regeling: ,,Decanen moeten studenten zoveel mogelijk betrekken in het managementteam.”

Het nieuwe bestuurs- en beheersreglement (BBR) vraagt de decanen afspraken te maken met de facultaire studentenraad over de informatievoorziening. Een mogelijkheid is het opnemen van een student in hun managementteam. Interim-decaan Van Voorden van Bouwkunde en Dalmijn van Ontwerp, Constructie en Productie hebben al besloten ten gunste van de studenten.

Bij de faculteiten Technische Natuurwetenschappen, Techniek, Bestuur en Management en Informatietechnologie en Systemen zien de decanen geen reden om permanent een student te betrekken bij het management. Van Lucht- en Ruimtevaart, en Civiele Techniek en Geowetenschappen is nog niet bekend hoe ze met de nieuwe regel omgaan.

Volgens het BBR kan de decaan volstaan met ‘toezending van de agenda en de notulen van de vergaderingen van het managementteam’. Studenten kunnen wel ‘op verzoek een belangrijk agendapunt bijwonen’. Van deze regel kan worden afgeweken als decaan en studenten van mening zijn dat er al ‘een goede interactie’ bestaat.

Volgens de centrale studentenraad moet het BBR zo uitgelegd worden, dat er in principe een student aanwezig is bij de vergaderingen van het management, tenzij anders wordt overeengekomen. Collegevoorzitter De Voogd vindt dat de decanen ‘ruimhartig’ moeten omgaan met de regeling: ,,Decanen moeten studenten zoveel mogelijk betrekken in het managementteam.”