De nieuwe Universiteitsbibliotheek trekt mensen en mensen krijgen trek in eten. Met een ingang aan de bibliotheekzijde en een gezelliger interieur hoopt Wob Rombouts de mensa nieuw leven in te blazen.
Het liefst had hij aan de achterzijde van de Aula een glazen aanbouw gezien, maar ‘dat was te duur en zou het aangezicht van de Aula verstoren’. Wob Rombouts, hoofd Restauratieve Voorzieningen, kijkt hoopvol uit naar de verbouwing van het universiteitsrestaurant. Naar een ontwerp van Mecanoo-arcitecte Francine Houben, die ook de bibliotheek ontworpen heeft, wordt het restaurant straks verbouwd tot ‘iets grand-café-brasserie-achtigs’.
Tot verhoogde prijzen hoeft de verbouwing volgens Rombouts niet te leiden: ,,De basismaaltijd zal niet veel duurder worden. We denken dat mensen als ze het gezellig vinden langer blijven zitten.” Wie langer blijft zitten, bestelt al snel extra’s als koffie en dus wordt er meer verdiend. Hoe meer koffie hoe meer vreugd.
Zodra het over koffie gaat begint Rombouts te lachen. ,,Koffie is een vreselijk onderwerp.” Bergen reacties ontving hij naar aanleiding van de nieuwe automaten: ,,De één vindt het fantastisch smaken, de ander vindt van niet maar staat achter het Max-Havelaar-idee. En dan zijn er nog de mensen die de bediening van de automaten te ingewikkeld of te traag vinden. Nee, met koffie komt het nooit goed in Nederland.”
In een gedeelte van het nieuwe restaurant zal à la carte kunnen worden gegeten. En als er genoeg belangstelling is kan er ‘s morgens ontbeten worden in de Aula. Rombouts heeft nog meer noviteiten op de plank liggen. ,,Op dit moment werken we een idee uit voor een multimediamuur: online informatie over de TU, files, treintijden, plattegronden, evenementen. En met camera’s in de gebouwen kunnen colleges, promoties en afscheidsredes live worden gevolgd.”
Of het allemaal doorgaat is nog niet zeker. ,,In ieder geval zal de muur er bij de heropening, halverwege februari, nog niet staan.”
Meubilair
De vensterbank van zijn kantoor is gevuld met milieumokken van andere universiteiten. Rombouts is voorzitter van het landelijke Overlegorgaan Catering Universiteiten. Vier keer per jaar wisselt hij ervaringen uit met collega’s van de andere universiteiten zodat deze niet elkaars fouten herhalen.
In Leiden werd de impopulaire mensa gesloten. ,,Daar hadden ze meer dan tien jaar niets aan het interieur gedaan.” Ook in de Aula neemt het aantal eters gestaag af: dagelijks lunchen tegenwoordig zo’n 1300 mensen, ‘s avonds komen 300 à 400 eters. Het interieur stamt uit 1991.
Er bestaat volgens Rombouts een publiek voor een goedkope kazerne-achtige gaarkeuken en een publiek voor een wat prijziger maar gezelliger gelegenheid. ,,Op dit moment zit het universiteitsrestaurant daar een beetje tussenin. Geen gaarkeuken, maar ook niet de kwaliteit die de andere groep verlangt.” Aan de locatie ligt het volgens hem niet: ,,We zitten hier op een A-locatie, maar het restaurant mist uitstraling.”
Een van de grootste afknappers in het huidige restaurant is het oerdegelijke kantinemeubilair. Rombouts verzekert dat het nieuwe restaurant wat dat betreft gezelliger zal zijn: ,,Kantinestoelen moeten tien jaar mee voordat ze afgeschreven worden. In de nieuwe opzet komen caféstoelen. Als ze na vijf jaar niet meer sfeervol blijken, kunnen ze vervangen worden door stoelen die dan weer modern zijn.” Dat ze niet stapelbaar zijn neemt hij op de koop toe.
Kelderclubjes
Wat Rombouts betreft houdt de verbetering van de TU-wijk niet op bij de verbouwing van het restaurant. ,,Winkeltjes, een copy-shop, een supermarkt. Er moet een ontmoetingsplaats zijn: Nu zie je overal van die kelderclubjes.”
Of die gezelschappen straks massaal naar de Aula gaan is nog maar de vraag: ,,Mijn grootste angst is dat die mensen het restaurant te duur vinden en liever in de kelders blijven hangen. In de Aula betaal je geen horecaprijzen maar het is natuurlijk duurder dan een kratje bier van de Makro.”
Als de TU wil dat er meer leven in de wijk komt moet daar actief iets aan worden gedaan: ,,Nog altijd staat de TU-wijk vol treurige gebouwen met treurige kantines, de gebouwen zijn nog steeds onneembare vestingen. Voor laboratoria maakt dat niet zoveel uit maar naar sfeergevoelige ruimten zal toch echt anders moeten worden gekeken.”
Rombouts maakt onderscheid tussen twee soorten universiteiten: universiteiten met een campus en stadsuniversiteiten. ,,Overal valt hetzelfde op: op de campussen gebeurt helemaal niets.”
Wat hem betreft kan er een voorbeeld worden genomen aan Nijmegen: ,,Daar is op een plein tussen vier gebouwen een ontmoetingsplaats gebouwd die intensief gebruikt wordt. Dan krijg je tenminste kruisbestuiving: kom je ook nog eens iemand van een andere faculteit tegen. De Aula zou die functie kunnen hebben als protocollair gebouw en ontmoetingsplaats.”
Mocht het ooit nog zover komen dan zal Rombouts het niet meer meemaken: wellicht over een jaar of twee maakt hij plaats voor iemand anders. ,,Als de facilitaire dienst na de MOD een beetje op touw is gezet, wordt het tijd voor iemand met nieuwe ideeën. Dan zit ik hier acht jaar en wordt het tijd voor wat doorstroming.” Hij vindt dat meer mensen dat zouden moeten doen: ,,Teveel mensen vieren hun 25-jarig jubileum aan de TU.”
Het liefst had hij aan de achterzijde van de Aula een glazen aanbouw gezien, maar ‘dat was te duur en zou het aangezicht van de Aula verstoren’. Wob Rombouts, hoofd Restauratieve Voorzieningen, kijkt hoopvol uit naar de verbouwing van het universiteitsrestaurant. Naar een ontwerp van Mecanoo-arcitecte Francine Houben, die ook de bibliotheek ontworpen heeft, wordt het restaurant straks verbouwd tot ‘iets grand-café-brasserie-achtigs’.
Tot verhoogde prijzen hoeft de verbouwing volgens Rombouts niet te leiden: ,,De basismaaltijd zal niet veel duurder worden. We denken dat mensen als ze het gezellig vinden langer blijven zitten.” Wie langer blijft zitten, bestelt al snel extra’s als koffie en dus wordt er meer verdiend. Hoe meer koffie hoe meer vreugd.
Zodra het over koffie gaat begint Rombouts te lachen. ,,Koffie is een vreselijk onderwerp.” Bergen reacties ontving hij naar aanleiding van de nieuwe automaten: ,,De één vindt het fantastisch smaken, de ander vindt van niet maar staat achter het Max-Havelaar-idee. En dan zijn er nog de mensen die de bediening van de automaten te ingewikkeld of te traag vinden. Nee, met koffie komt het nooit goed in Nederland.”
In een gedeelte van het nieuwe restaurant zal à la carte kunnen worden gegeten. En als er genoeg belangstelling is kan er ‘s morgens ontbeten worden in de Aula. Rombouts heeft nog meer noviteiten op de plank liggen. ,,Op dit moment werken we een idee uit voor een multimediamuur: online informatie over de TU, files, treintijden, plattegronden, evenementen. En met camera’s in de gebouwen kunnen colleges, promoties en afscheidsredes live worden gevolgd.”
Of het allemaal doorgaat is nog niet zeker. ,,In ieder geval zal de muur er bij de heropening, halverwege februari, nog niet staan.”
Meubilair
De vensterbank van zijn kantoor is gevuld met milieumokken van andere universiteiten. Rombouts is voorzitter van het landelijke Overlegorgaan Catering Universiteiten. Vier keer per jaar wisselt hij ervaringen uit met collega’s van de andere universiteiten zodat deze niet elkaars fouten herhalen.
In Leiden werd de impopulaire mensa gesloten. ,,Daar hadden ze meer dan tien jaar niets aan het interieur gedaan.” Ook in de Aula neemt het aantal eters gestaag af: dagelijks lunchen tegenwoordig zo’n 1300 mensen, ‘s avonds komen 300 à 400 eters. Het interieur stamt uit 1991.
Er bestaat volgens Rombouts een publiek voor een goedkope kazerne-achtige gaarkeuken en een publiek voor een wat prijziger maar gezelliger gelegenheid. ,,Op dit moment zit het universiteitsrestaurant daar een beetje tussenin. Geen gaarkeuken, maar ook niet de kwaliteit die de andere groep verlangt.” Aan de locatie ligt het volgens hem niet: ,,We zitten hier op een A-locatie, maar het restaurant mist uitstraling.”
Een van de grootste afknappers in het huidige restaurant is het oerdegelijke kantinemeubilair. Rombouts verzekert dat het nieuwe restaurant wat dat betreft gezelliger zal zijn: ,,Kantinestoelen moeten tien jaar mee voordat ze afgeschreven worden. In de nieuwe opzet komen caféstoelen. Als ze na vijf jaar niet meer sfeervol blijken, kunnen ze vervangen worden door stoelen die dan weer modern zijn.” Dat ze niet stapelbaar zijn neemt hij op de koop toe.
Kelderclubjes
Wat Rombouts betreft houdt de verbetering van de TU-wijk niet op bij de verbouwing van het restaurant. ,,Winkeltjes, een copy-shop, een supermarkt. Er moet een ontmoetingsplaats zijn: Nu zie je overal van die kelderclubjes.”
Of die gezelschappen straks massaal naar de Aula gaan is nog maar de vraag: ,,Mijn grootste angst is dat die mensen het restaurant te duur vinden en liever in de kelders blijven hangen. In de Aula betaal je geen horecaprijzen maar het is natuurlijk duurder dan een kratje bier van de Makro.”
Als de TU wil dat er meer leven in de wijk komt moet daar actief iets aan worden gedaan: ,,Nog altijd staat de TU-wijk vol treurige gebouwen met treurige kantines, de gebouwen zijn nog steeds onneembare vestingen. Voor laboratoria maakt dat niet zoveel uit maar naar sfeergevoelige ruimten zal toch echt anders moeten worden gekeken.”
Rombouts maakt onderscheid tussen twee soorten universiteiten: universiteiten met een campus en stadsuniversiteiten. ,,Overal valt hetzelfde op: op de campussen gebeurt helemaal niets.”
Wat hem betreft kan er een voorbeeld worden genomen aan Nijmegen: ,,Daar is op een plein tussen vier gebouwen een ontmoetingsplaats gebouwd die intensief gebruikt wordt. Dan krijg je tenminste kruisbestuiving: kom je ook nog eens iemand van een andere faculteit tegen. De Aula zou die functie kunnen hebben als protocollair gebouw en ontmoetingsplaats.”
Mocht het ooit nog zover komen dan zal Rombouts het niet meer meemaken: wellicht over een jaar of twee maakt hij plaats voor iemand anders. ,,Als de facilitaire dienst na de MOD een beetje op touw is gezet, wordt het tijd voor iemand met nieuwe ideeën. Dan zit ik hier acht jaar en wordt het tijd voor wat doorstroming.” Hij vindt dat meer mensen dat zouden moeten doen: ,,Teveel mensen vieren hun 25-jarig jubileum aan de TU.”

Comments are closed.