Dineke Heersma werd onlangs herkozen als voorzitter van de ondernemingsraad. Ze blikt terug op de eerste drie jaar. “De herijking verloopt niet overal even netjes.”
Gezondheidsprogramma
Honderd TU-medewerkers nemen sinds afgelopen maandag deel aan een wetenschappelijk gezondheidsprogramma. Doel van het Health Coach Programma, waarbij de TU Delft en zorgverzekeraar Ohra/CZ samenwerken, is ‘aanzienlijke verbetering’ van de gezondheid van de medewerkers. De nadruk ligt op het voorkomen, beheersen en terugdraaien van hart- en vaatziekten, overgewicht en diabetes type 2. De deelnemers krijgen zes maanden lang een intensief gezondheidsprogramma dat elektronisch wordt ondersteund. Ze krijgen begeleiding op het gebied van voeding, beweging, stress en management. Een ander onderdeel is sociale ondersteuning. De deelnemers begonnen maandag met startworkshops om ze inzicht te geven in belangrijke basisfacetten van hun gezondheid. Ze kunnen hun vorderingen tijdens het onderzoek via de computer bijhouden op een persoonlijk dashboard. Verder maken metingen van onder meer bloeddruk en cholesterolgehalte en gesprekken met gezondheidscoaches en bedrijfsarts deel uit van het project.
Maxime Verhagen
Vice-premier en minister van economische zaken, landbouw en innovatie Maxime Verhagen bezoekt woensdag 26 januari de TU Delft. Hij spreekt dan over het belang van ict en innovatie voor het Nederlandse bedrijfsleven. Zijn optreden is onderdeel van een campagnebijeenkomst van het CDA Zuid-Holland in de aanloop naar de verkiezingen voor Provinciale Staten. Onderwerp is cloud computing, een naam voor het via internet inschakelen van groepen computers voor gebruik van software, hardware en gegevens. Liesbeth Spies, lijsttrekker van het CDA in Zuid-Holland, zal aangeven wat de provincie kan doen om de kansen van ict voor bedrijven te benutten. De bijeenkomst is gratis toegankelijk en wordt gehouden in de faculteit Bouwkunde aan de Julianalaan 134. De zaal is open om 20.00 uur. Het programma duurt tot 22.00 uur. Eerder op de dag brengt Verhagen met Spies een bezoek aan bedrijven incubator YesDelft.
Afvalwaterprijs
Dr.ir. Merle de Kreuk heeft vorige week de Jaap van der Graafprijs gekregen voor haar artikel ‘Behavior of polymeric substrates in an aerobic granular sludge system’. De prijs van vijfduizend euro wordt jaarlijks door ingenieursbedrijf Witteveen + Bos toegekend voor het beste Engelstalige artikel over afvalwater. De Kreuk promoveerde aan de TU op de ontwikkeling van een eenvoudige, kostenefficiënte en compacte waterzuiveringsinstallatie. De prijs is genoemd naar Jaap van der Graaf, die tot 2009 aan de TU hoogleraar behandeling van afvalwater was.
Leiden leaks
Anonieme medewerkers van de Universiteit Leiden hebben vorige week onder de schuilnaam Babette Bietje een reeks e-mails openbaar gemaakt waaruit volgens hen blijkt dat de bestuurscultuur op hun universiteit niet deugt. De groep bestaat naar eigen zeggen sinds het najaar van 2009. Babette Bietje vindt dat haar berichtgeving ‘onthult wat de gevolgen zijn als een universiteit wordt geleid door zogenaamde moderne managers als ware de universiteit een bedrijf’. Ze zegt wanbeleid, misstanden, inhaligheid en intimidatie te kunnen aantonen. Ze vergelijkt zichzelf met WikiLeaks, maar in de e-mails ontbreken harde bewijzen. De toon van de mails, die door Babette Bietje zelf zijn geschreven, is hard en op de persoon. Het universiteitsblad Mare schreef al in december 2009 over Babette Bietje. De redacteuren zijn destijds niet aan de weet gekomen wie er achter die naam schuilgaan.
Tramperikelen
Op tramlijn 19 van station Delft naar de TU-wijk rust geen zegen. De aanleg van het tracé is al talloze malen uitgesteld, en weer is het zover. Vorige week donderdag bleek in een vergadering van de gemeenteraadscommissie spoorzone, verkeer en ruimte dat de tram weer met een jaar is vertraagd. In juni 2010 trad er vertraging op doordat de aanbesteding voor een nieuwe Sint Sebastiaansbrug over gedaan moest worden. Wethouder Junius zei toen dat de tram niet voor 2015 zou rijden. Donderdag bleek dat de tram pas in 2016 reizigers zal kunnen gaan vervoeren op het voor de TU Delft belangrijke traject. Ditmaal is het uitstel te wijten aan problemen bij de aanleg van de spoortunnel. In de tussentijd zint de wethouder op creatieve manieren om studenten op het station de weg naar de bussen te wijzen die naar de TU-campus rijden. Die bevinden zich op een aanzienlijke loopafstand van de perrons.
Hoe beviel het?
“De eerste periode was wennen. Het valt toch niet mee om al die kikkers in de wagen te houden. Als voorzitter moet je iets minder je eigen emotie laten spreken, want je moet de groep begeleiden. Voor mij een beetje moeilijk want ik ben een emotioneel mens. Het feit dat ik weer gekozen ben – ook door de raad – betekent dat ik toch iets goed gedaan moet hebben. Ik vind het nu erg leuk om te doen. Nu ben ik ontspannener begonnen dan de vorige keer. Via het informele circuit kun je ook nog wel eens wat dingen oplossen. Als er een probleem is naar collegevoorzitter Dirk Jan van den Berg of naar Hans Krul (voormalig universiteitssecretaris, red.) lopen. Aan Hans Krul heb ik heel veel gehad. Die verdient zeker een veer.”
Voordat u voorzitter werd in 2008 zei u: we worden soms niet vroeg genoeg bij onderwerpen betrokken. Is dat inmiddels veranderd?
“Nee, dat is nog zo. Dat blijft denk ik een eeuwig probleem in de medezeggenschap. Neem het bevriezen van het geldverdelingsmodel. Daarin zit onder meer geld voor je aantallen promoties en diploma’s. Het college van bestuur heeft een lumpsum-model (een vast bedrag, red.) bedacht op basis van het jaar 2007-2008. Maar met het huidige aantal studenten en promovendi klopt die lumpsum niet helemaal. Nu is het nieuwe model niet klaar en bevriest het college het weer. Daar zijn we nu over in discussie. Ik denk dat we het gaan oplossen, maar ondertussen is het wel gebeurd. Dit is een zaak van de or en de studentenraad.”
Hoe zou u de samenwerking met het college van bestuur willen typeren?
“Niet altijd even gemakkelijk. Van beide kanten. Ik heb wel eens gehoord dat ze ons nee-zeggers vinden. Wij willen niet geconfronteerd worden met voldongen feiten. Het verschil in hiërarchie en medezeggenschap is heel erg moeilijk. Wij zijn de enigen niet die daar mee worstelen. In maart hebben we een hei-sessie waarin we met elkaar rond de tafel gaan zitten in een ontspannen sfeer. Om de relatie goed te houden. Dat heb je in een huwelijk, maar hier ook. Hoe ga je met elkaar om, waar vertrouw je elkaar mee? In woorden lijkt het alsof ons standpunt wordt meegenomen, maar in de daden is het niet altijd zo.”
Heeft u een voorbeeld?
“De fusie. Over de fusie hebben we een paar keer informeel gepraat. Dan gaat het over ‘leuk’ en ‘groot’. Een praatje in Delta en een keer informeel praten, is niet het voorbereiden op een fusie. En nu de uitslag van de Keuzegids: daar zie je dat kleinschalige. Mijn motto is altijd geweest: klein maar fijn. Stel je voor Leiden-Delft-Rotterdam: vijftigduizend studenten. Kijk nu naar ons: zeventienduizend. Het commentaar van de studenten is toch niet echt positief geweest. Misschien zijn onze studenten extra kritisch. Ik vind het vervelend dat het weer in de krant komt dat de TU onderaan staat. Jammer. Als ik zo naar onze docenten en studenten kijk, vind ik dat hier heel veel gedaan wordt. Heel veel leuke dingen. Deuren staan altijd open voor de studenten. Voor ons hoeft het niet zo groot. Je ziet het succes van Wageningen: die universiteit eindigt voor de tweede keer op de eerste plaats en is kleinschalig. Samenwerking is er al lang. Ik denk dat wetenschappers door de eeuwen heen altijd al naar elkaar toetrokken als ze elkaar nodig hadden. In deze tijd is het zo gemakkelijk om samen te werken. Een fusie is heel wat anders. Een fusie wordt altijd duurder: je krijgt een superbestuur en drie lokale besturen. Ik denk dat de overheid zegt: dat kan wel iets minder, heeft wat minder geld nodig.”
Bent u tevreden over de manier waarop de universiteit herijkt?
“De processen die wij hebben gezien verlopen niet allemaal even netjes. We horen toch nog verhalen via vakbonden en afdelingshoofden dat mensen zich soms onder druk gezet voelen. Waar dan de waarheid ligt, is heel moeilijk te vinden. Soms hoor je een naam van een leidinggevende te veel in een afdeling waar bezuinigd moet worden. We doen ook aan nazorg.”
Hoe kijkt u terug op de NRC-storm? NRC schreef dat bij de TU miljoenen verloren gingen met vastgoed, rijksgeld niet rechtmatig werd besteed en integriteit niet de hoogste aandacht had.
“Naar mijn mening is het uit de hand gelopen. Wij vinden dat het college van bestuur te heftig heeft gereageerd. Je moet dingen aanpakken in plaats van je zo te verdedigen. In zo’n groot bedrijf gebeurt altijd iets. Ik denk dat de aanpak na het artikel over Marco Waas (die zich volgens NRC schuldig had gemaakt aan belangenverstrengeling, red.) heeft geleid tot meer onderzoek. De journalist heeft gedacht: er is misschien wel meer aan de hand. Ik ben zelf ook behoorlijk neergezet in het artikel. Daar word je niet vrolijk van. Ik neem aan dat er nog iets moet gebeuren naar aanleiding van NRC. Wij willen ook het woord NRC niet meer gebruiken maar gewoon: wat is er aan de hand op de TU Delft en hoe wordt het aangepakt?”
Niet over NRC klagen, maar over het gedrag.
“Het lijkt alsof NRC ruzie heeft met ons, maar dat is natuurlijk niet waar. NRC is gewoon een goed blad. Die journalist is ook de minste niet. ik denk dat als hij hier aangesteld was, hij vast een goede onderzoeker was geweest. Het moet voor veel mensen heel vervelend zijn geweest dat hij hen benaderd heeft. Ik heb dat zelf ook als zeer onprettig ervaren. Het gaat over onze TU Delft, hè? Je voelt je echt aangepakt. Als de TU wordt aangepakt, voel je je zelf aangepakt.”
Wat vond u hoogtepunten van de afgelopen drie jaar dat u voorzitter was?
“De intensieve samenwerking met de onderdeelcommissies (odc’s, de lokale or op faculteiten, red.) tijdens de herijking. We hebben de advisering omgedraaid. De odc’s adviseren aan ons. Voorheen adviseerden zij bij kleine facultaire dingen aan de decaan. Nu is alles via ons gegaan. Het heeft wat moeite gekost om het college van bestuur zover te krijgen, maar het is daar toch mee akkoord gegaan. Je had de herijking ook in één keer kunnen goedkeuren, maar dat hebben wij niet gedaan. We hebben positief geadviseerd voor de vijftien miljoen om de tekorten op de begroting weg te werken, maar alle zaken die het personeel betreffen moesten langs de or komen. Dat is een werkverzwaring, maar ook een geruststelling dat we niks missen. Ik denk dat het beter is. De odc’s zijn ook overal bij. Kunnen hun eigen zegje doen. Zitten aan tafel.”
Dieptepunten?
“Het geschil van vorig jaar over het bevriezen van het verdelingsmodel. Het is geslecht en ik denk dat het nu weer zo gaat, maar het gebeurt nu weer. Het is toch mogelijk dat bestuurders eenzijdig iets beslissen dat heel belangrijk is voor medewerkers. Iedereen kan het beste met iedereen voor hebben, maar mensen van de werkvloer weten ook heel vaak hoe het moet. Er is altijd een kloof tussen bestuurders en werkvloer. Ik weet dat rector Luyben dat altijd bestrijdt – die heeft ook goed op de werkvloer gezeten – maar ik denk toch dat er altijd een kloof blijft. Wij zitten in het midden. Ik vind het echt een uitdaging om dat te slechten en te zorgen dat we allemaal bij de les blijven.”
Is dit het allemaal waard?
“Ja, anders had ik het niet weer gedaan. Het is een enorme aanslag op je tijd. Ik kan er redelijk mee omgaan.”
U zei ‘ik ben een emotioneel mens’.
“Ja, maar dat houdt me ook gaande. Ik word kwaad en daal af naar de rede en dan komt het wel weer goed. Ik denk dat het goed is dat er medezeggenschap is en dat het misschien eens wat anders moet. De vakbonden zij er mee gekomen dat de medezeggenschap eigenlijk wat anders zou moeten. Je kunt jonge mensen die hun carrière plannen moeilijk vragen om drie jaar in een or te gaan zitten. Het kost je heel veel tijd. Je privéleven kan daar onder lijden. Nu denken wij na over de vorm. Een kleinere or en daarnaast actieteams, commissies. Personeel gaat bijvoorbeeld Het Nieuwe Werken behandelen. Dan vraag je uit de odc’s of uit de TU mensen die voor zes maanden aan willen schuiven. Zij zijn dan kort betrokken en je houdt een frisse kijk. Dat zou ik willen. Ik wil graag een pilot hiervoor aanvragen bij SoFoKles, een organisatie die een budget heeft voor onderzoeksvragen van onder meer medezeggenschap in universiteiten.”
Wat vindt u dat de or de afgelopen drie jaar heeft bereikt?
“Dat de herijking niet onmiddellijk op 45 miljoen euro is ingezet. Daar hebben we niet mee ingestemd. Het college moet nog maar zien of het die dertig van de 45 miljoen haalt. We hebben geprobeerd om vastgoed transparanter te krijgen. Onze commissie is daar voor een groot deel in geslaagd.”
Maar de or heeft een rapport over vastgoedprojecten waarover NRC schreef niet gehad.
“Nog niet. Daar wordt nog over gepraat. Ik denk dan: wat transparanter geeft minder problemen. Dat NRC-artikel hebben we te danken gehad aan draaien. Wees gewoon open. Wat hebben we te verbergen? Hoe erg kan het zijn? We hebben altijd gewezen op externe inhuur. Ik vind nog steeds dat die een beetje te hoog is. Als we daar niet op letten, loopt het uit de hand. Er is veel aandacht besteed aan werkdruk die bestaat door het niet vervangen van mensen die weg gaan. Ik denk dat daar wel wat mee wordt gedaan.”
Welk doel heeft de or de afgelopen drie jaar niet bereikt?
“We hebben nu al een paar keer gezegd dat het praten over het gereguleerd parkeren op de campus straks leidt tot vergunningen in de wijk ernaast. Dat mensen daar moeten gaan betalen. Dat vind ik jammer. Wij hebben dat ook genoemd, maar dat soort dingen gebeurt. Daar kun je weinig aan doen. Het is erg moeilijk om een standpunt over het voetlicht te brengen zonder dat het als vertragend wordt ervaren. Bij de herijking ook: sommige zaken zijn niet duidelijk en dan wil je er nog een keer een toelichting op hebben. Dat wordt wel als irritant ervaren, maar het gaat om de medewerkers. Die verantwoording drukt.”
En dan nu weer drie jaar voorzitter: wat zijn uw doelen?
“Daar hebben we als nieuwe or nog niet met elkaar over gesproken. Ik denk aan goed afronden van de herijking, indammen van de externe inhuur, een scherpe blik op de noodzaak van vastgoedinvesteringen en een goede werkomgeving voor medewerkers van deTU.”
Do you have a question or comment about this article?
c.j.c.vanuffelen@tudelft.nl
Comments are closed.