Education

Nobelprijs voor onderzoek naar supernova’s

Voor hun onderzoek naar exploderende sterren krijgen drie wetenschappers de Nobelprijs voor de natuurkunde. Met hun waarnemingen konden ze bewijzen dat het heelal steeds sneller uitdijt.


De prijs gaat voor de helft naar de Amerikaan Saul Perlmutter, die in 1988 aan zijn werk begon, en voor de andere helft naar Brian Schmidt uit Australië en zijn Amerikaanse collega Adam Riess, die in 1994 van start gingen met een vergelijkbare missie. De twee onderzoeksgroepen wilden het universum tot aan de uiterste grenzen in kaart brengen.


Daarbij stuitten ze op een verrassing. Wetenschappers namen altijd aan dat het universum onder invloed van de zwaartekracht steeds langzamer zou uitdijen om dan uiteindelijk weer in elkaar te klappen. Maar waarnemingen van supernova’s bewezen het tegendeel.


Met geavanceerde telescopen en analyse-instrumenten speurden de wetenschappers naar verre supernova’s. Dat zijn sterren die spectaculair ontploffen. Ze hadden vooral belangstelling voor supernova’s van ‘witte dwergen’: sterren zo klein als de aarde en zo zwaar als de zon. Zulke supernova’s zenden altijd dezelfde hoeveelheid licht uit, waardoor ze geschikt zijn om de afstand van sterrenstelsels mee te kunnen berekenen.


Zo’n vijftig van deze supernova’s gaven zwakker licht dan verwacht. Na enig rekenen bleek dat het maar één ding kon betekenen: ze vlogen steeds sneller weg het heelal in. “Het is alsof je in een auto op de rem trapt en erachter komt dat je juist steeds sneller rijdt”, verklaarde een hoogleraar vanmorgen bij de persconferentie van het Nobelprijscomité.


Het uitdijen van het heelal gaf ook voeding aan het idee van de donkere materie. Slechts vijf procent van het heelal bestaat uit zichtbare materie als sterren en planeten, terwijl wetenschappers nog geen idee hebben waar de rest van alle energie in het heelal vandaan komt.

Jazzkoor Vocalzz werd drie jaar geleden opgericht door zanglustige leden van studentenjazzvereniging Groover. De groep dijde gaandeweg uit tot een club van twintig mannen en vrouwen. De onlangs gehouden open avond leverde tien verse leden op.
Ze zijn blij met hun nieuwe dirigent Norman Ebicilio. Het begon met het instuderen van jazz standards als Summertime en Mood Indigo, maar sinds diens komst richt het koor zich vooral op close harmony. Het hele palet van stemmen hebben ze in huis, van alten en sopranen tot bassen en tenoren. “Norman is heel enthousiast en pakt het professioneel aan”, vertelt woordvoerster Doris van Hooijdonk. “Hij komt ook met korte stukjes aan, zodat er op een repetitie veel gezongen kan worden. Een kort stukje, zoals een refreintje uit een oude Grolschreclame, kan je in een half uur instuderen. Het is best wel vet om te horen dat je met zoveel stemmen door elkaar in zo’n korte tijd tot een tof klinkend iets kan komen. Je verwacht niet dat dat kan met zoveel mensen. Hij gaat vooral in op de dynamiek. Er worden solopartijtjes en tweestemmige stukjes ingestudeerd voor tussendoor, voor de afwisseling. Dat is ook leuk voor het publiek.” De ambities zijn duidelijk: meer optredens en beter worden. “We zijn aan het opbouwen. Onze dirigent wil prijzen winnen bij koorwedstrijden.”
Naast het zingen worden veel leuke dingen georganiseerd. “Gezelligheid is heel belangrijk, of je nu een zangkoor bent of een hockeyclub. We eten bijna altijd samen voor een repetitie en komen niet alleen bij elkaar om te zingen. Je moet toffe activiteiten hebben, en borrelen.”
Bij optredens hullen de koorleden zich wel in dezelfde kleur kleren, maar ze dragen geen uniforme pakken. “En we doen niet aan rare pasjes.”

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.