Lucht- en Ruimtevaart heeft nog een miljoen gulden nodig om na de zomer een goed begin te kunnen maken met een volledig Engelstalig programma.Lucht- en Ruimtevaart wil haast maken met het ontwikkelen en vertalen van het Engelstalige programma; de eerste Master of Science (MSc) studenten uit Indonesië staan deze zomer op Schiphol en het is zeer waarschijnlijk dat in september een aantal Taiwanese studenten aan de Delftse propedeuse wil beginnen.
De onlangs gepensioneerde decaan prof.dr.ir. J.L. van Ingen is aangetrokken om de voorlichting en werving van buitenlandse studenten ter hand te nemen.
De ontwikkeling van het MSc-programma kost 320 duizend gulden, waarvan Lucht- en Ruimtevaart de helft zelf betaalt. Voor de andere helft heeft de faculteit een aanvraag ingediend bij het fonds Strategische Investeringen in het Onderwijs (SIO). De kosten voor het basiscurriculum (eerste tot en met derde jaar) worden geraamd op 1,5 miljoen gulden, waarvan de faculteit een half miljoen van het college hoopt te krijgen. Voor de ondersteuning en werving moet nog eens vier ton op tafel komen.
Voor het Engelstalig curriculum moet niet alleen het bestaand lesmateriaal vertaald worden. Ook moet nieuw studiemateriaal worden ontwikkeld, krijgen docenten taalvaardigheidstrainingen en volgen buitenlandse studenten oriëntatie-cursussen. De opleiding kan kostendekkend worden als zich jaarlijks minstens vijfentwintig tot dertig studenten aanmelden. De (verliesgevende) aanloopfase van het project bedraagt vijf jaar.
Lucht- en Ruimtevaart legt bewust een zwaarder accent op internationalisering sinds het faillissement van Fokker. De faculteit doet een beroep op de algemene middelen van de TU ‘om de beoogde rol te kunnen blijven spelen in de nationale kennisinfrastructuur’.
Lucht- en Ruimtevaart heeft nog een miljoen gulden nodig om na de zomer een goed begin te kunnen maken met een volledig Engelstalig programma.
Lucht- en Ruimtevaart wil haast maken met het ontwikkelen en vertalen van het Engelstalige programma; de eerste Master of Science (MSc) studenten uit Indonesië staan deze zomer op Schiphol en het is zeer waarschijnlijk dat in september een aantal Taiwanese studenten aan de Delftse propedeuse wil beginnen. De onlangs gepensioneerde decaan prof.dr.ir. J.L. van Ingen is aangetrokken om de voorlichting en werving van buitenlandse studenten ter hand te nemen.
De ontwikkeling van het MSc-programma kost 320 duizend gulden, waarvan Lucht- en Ruimtevaart de helft zelf betaalt. Voor de andere helft heeft de faculteit een aanvraag ingediend bij het fonds Strategische Investeringen in het Onderwijs (SIO). De kosten voor het basiscurriculum (eerste tot en met derde jaar) worden geraamd op 1,5 miljoen gulden, waarvan de faculteit een half miljoen van het college hoopt te krijgen. Voor de ondersteuning en werving moet nog eens vier ton op tafel komen.
Voor het Engelstalig curriculum moet niet alleen het bestaand lesmateriaal vertaald worden. Ook moet nieuw studiemateriaal worden ontwikkeld, krijgen docenten taalvaardigheidstrainingen en volgen buitenlandse studenten oriëntatie-cursussen. De opleiding kan kostendekkend worden als zich jaarlijks minstens vijfentwintig tot dertig studenten aanmelden. De (verliesgevende) aanloopfase van het project bedraagt vijf jaar.
Lucht- en Ruimtevaart legt bewust een zwaarder accent op internationalisering sinds het faillissement van Fokker. De faculteit doet een beroep op de algemene middelen van de TU ‘om de beoogde rol te kunnen blijven spelen in de nationale kennisinfrastructuur’.
Comments are closed.