‘Instellingspakket moet voor hele studie gelden’

De Aviesraad voor Technologie Delft (ARTD) heeft aan het college een advies uitgebracht over de inrichting van het onderwijs aan de TU. Het advies haakt aan bij de onderwijsnota die rector Wakker eerder dit jaar het licht deed zien. De ARTD schaart zich onder meer achter diens plannen om studenten na het derde jaar van hun studie een BSc-diploma te geven.

Een van de opvallendste nieuwe voorstellen in het advies is om niet alleen voor de propedeuse maar voor de hele studie een ‘instellingspakket’ vast te stellen. In de propedeuse zou dit pakket vooral vakken als analyse en mechanica moeten bevatten. Daarna gaat het om kennis van economisch, financiële en sociale processen, om systeem-ontwerpkunde over de grenzen van het vakgebied, om inzicht in informatieprocessen en om wetenschappelijke mondigheid ofwel het kweken van een kritische geest.

,,We vinden de breedte van de ingenieursopleiding erg belangrijk”, licht ARTD-voorzitter prof.dr.ir. P. Dewilde toe. ,,Natuurlijk is het belangrijk om specialistische kennis op te doen, maar een goede ingenieur is geen nerd.”

De vakken in het instellingspakket zouden met elkaar moeten concurreren. Studenten IO zouden dan bijvoorbeeld zelf kunnen kiezen tussen mechanica volgen bij Werktuigbouw of bij L&R. De gedachte is dat in zo’n competitie de beste colleges komen bovendrijven.

Rector Wakker reageert positief op het plan voor een breder instellingspakket: ,,Het is belangrijk dat Delftse ingenieurs een eigen profiel hebben vergeleken met die uit bijvoorbeeld Twente. Maar ik denk wel dat het gemeenschappelijke deel voorin de studie groter kan zijn dan in de laatste jaren.”

Ook op andere terreinen vraagt de ARTD om verdere verbreding en flexibilisering van het onderwijsprogramma. Zo zouden studenten meer keuzevrijheid moeten krijgen, bijvoorbeeld om af te studeren op gamma-onderwerpen. Docenten zouden niet langer dan zeven jaar achter elkaar een bepaald basisvak mogen geven. Dewilde: ,,Zowel voor de docenten als voor de vakken is het van belang dat zij niet vastgeroest raken.”

Meer vrijheid voor de studenten moet wel gepaard gaan met goede studiebegeleiding en -planning. ,,Goed leren plannen is sowieso een belangrijke ingenieursvaardigheid”, aldus Dewilde.

De ARTD-plannen voorzien ook in studiepaviljoens waar studenten vrijwel continu terecht kunnen. Die paviljoens moeten meer zijn dan bijspijkerplaatsen voor matige studenten. Alle studenten moeten er terecht kunnen om onder optimale omstandigheden te studeren, studiegenoten te ontmoeten, te internetten en tussendoor zich even te ontspannen. Het rendement van de studies kan nog zo’n vijf procent omhoog, maar veel meer is niet haalbaar, denkt de ARTD.

De Aviesraad voor Technologie Delft (ARTD) heeft aan het college een advies uitgebracht over de inrichting van het onderwijs aan de TU. Het advies haakt aan bij de onderwijsnota die rector Wakker eerder dit jaar het licht deed zien. De ARTD schaart zich onder meer achter diens plannen om studenten na het derde jaar van hun studie een BSc-diploma te geven.

Een van de opvallendste nieuwe voorstellen in het advies is om niet alleen voor de propedeuse maar voor de hele studie een ‘instellingspakket’ vast te stellen. In de propedeuse zou dit pakket vooral vakken als analyse en mechanica moeten bevatten. Daarna gaat het om kennis van economisch, financiële en sociale processen, om systeem-ontwerpkunde over de grenzen van het vakgebied, om inzicht in informatieprocessen en om wetenschappelijke mondigheid ofwel het kweken van een kritische geest.

,,We vinden de breedte van de ingenieursopleiding erg belangrijk”, licht ARTD-voorzitter prof.dr.ir. P. Dewilde toe. ,,Natuurlijk is het belangrijk om specialistische kennis op te doen, maar een goede ingenieur is geen nerd.”

De vakken in het instellingspakket zouden met elkaar moeten concurreren. Studenten IO zouden dan bijvoorbeeld zelf kunnen kiezen tussen mechanica volgen bij Werktuigbouw of bij L&R. De gedachte is dat in zo’n competitie de beste colleges komen bovendrijven.

Rector Wakker reageert positief op het plan voor een breder instellingspakket: ,,Het is belangrijk dat Delftse ingenieurs een eigen profiel hebben vergeleken met die uit bijvoorbeeld Twente. Maar ik denk wel dat het gemeenschappelijke deel voorin de studie groter kan zijn dan in de laatste jaren.”

Ook op andere terreinen vraagt de ARTD om verdere verbreding en flexibilisering van het onderwijsprogramma. Zo zouden studenten meer keuzevrijheid moeten krijgen, bijvoorbeeld om af te studeren op gamma-onderwerpen. Docenten zouden niet langer dan zeven jaar achter elkaar een bepaald basisvak mogen geven. Dewilde: ,,Zowel voor de docenten als voor de vakken is het van belang dat zij niet vastgeroest raken.”

Meer vrijheid voor de studenten moet wel gepaard gaan met goede studiebegeleiding en -planning. ,,Goed leren plannen is sowieso een belangrijke ingenieursvaardigheid”, aldus Dewilde.

De ARTD-plannen voorzien ook in studiepaviljoens waar studenten vrijwel continu terecht kunnen. Die paviljoens moeten meer zijn dan bijspijkerplaatsen voor matige studenten. Alle studenten moeten er terecht kunnen om onder optimale omstandigheden te studeren, studiegenoten te ontmoeten, te internetten en tussendoor zich even te ontspannen. Het rendement van de studies kan nog zo’n vijf procent omhoog, maar veel meer is niet haalbaar, denkt de ARTD.