Education

‘Ik merk een omslag richting het bedrijfsleven’

Het is nu ruim twee jaar geleden dat de minister van Onderwijs de MUB invoerde, waardoor de bestuursstructuur van de TU Delft grondig veranderde. Dat betekende naast een juridische ook een cultuuromslag.

Dit is het tweede van zes interviews, waarin verschillende TU-medewerkers een bepaald aspect van de veranderingen belichten.

Universiteit of bedrijfsleven? Iedere veelbelovende afstudeerder en promovendus wordt eens voor die keus gesteld. Na een baan van anderhalf jaar bij een pretentieus adviesbureau keerde dr.ir. Hester Bijl terug naar haar alma mater. ,,Ik miste het puur inhoudelijke denken.”

Hester Bijl is terug op het oude nest. Afgelopen zomer werd zij universitair docent (ud) bij Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek (L&R), na anderhalf jaar bij The Boston Consulting Group (BCG) gewerkt te hebben. Ze miste de wetenschap, en de studenten. In 1994 studeerde Bijl af in numerieke stromingsleer bij Technische Wiskunde, de vier jaar die volgden was ze aio in hetzelfde vak en studeerde ze ook nog eens af in Engelse taal- en letterkunde in Leiden.

,,Ik wilde terug naar het puur inhoudelijke denken”, motiveert Bijl haar terugkeer naar de TU. ,,Wat me vroeger als aio het meeste trok, was het oplossen van moeilijke problemen. Maar de moeilijke problemen bij BCG bleken minder moeilijk dan ik aanvankelijk verwacht had, dan ik als aio gewend was. Toch vond ik die anderhalf jaar bij BCG erg leerzaam en spannend. Praten, overtuigen van klanten, duwen, trekken, dat heb ik daar allemaal geleerd. Maar ik wilde dat niet de rest van mijn leven doen.”

,,Echt inhoudelijk werk vind je weinig in het bedrijfsleven”, meent Bijl. ,,Ook bij R&D-afdelingen heb je weinig tijd om je echt in dingen te verdiepen. Hier bij de universiteit kan ik nog eens een tijdje over een probleem nadenken: is de methode wel goed? Bij bedrijven is die tijd er meestal niet, heb ik het idee.”

,,Er was nog een reden dat ik de universiteit een beetje miste. Als aio werkte ik altijd redelijk autonoom, maar bij BCG had ik ineens een teammanager. Als je van mening verschilde, dolf je als ondergeschikte meestal het onderspit. Moest je zeventig uur in de week iets doen waar je niet helemaal achter stond.

,,Het leuke van mijn nieuwe baan bij L&R vind ik de grotere vrijheid. Ik kan zelf in de literatuur duiken, zelf mijn eigen richting kiezen. Dat vind ik een duidelijk pre. Natuurlijk is er wel leiding, ik doe mijn onderzoek altijd in overleg met mijn hoogleraar. Vroeger, vóór de MUB, was je als wetenschapper praktisch helemáál vrij. Dat is natuurlijk ook niet goed. Zoals het nu gaat – vrij, maar in overleg – werkt het volgens mij het beste.”
Pats-boem

Maar kun je aan de universiteit wel carrière maken, heerst ergeen vastgeroeste cultuur? Bijl: ,,Bij Wiskunde, waar ik student en aio was, was dat inderdaad wel een beetje zo. Aan loopbaanbeleid werd daar niet gedaan. Je kwam binnen, en ging na veertig jaar met pensioen. Daardoor hing er een redelijk negatieve sfeer, vond ik.”

,,Maar nu ik na anderhalf jaar weer terug ben, heb ik het idee dat de TU toch wel aan het veranderen is. Bij L&R wordt over loopbaanbeleid nu echt nagedacht. Tijdens het functioneringsgesprek met de hoogleraar wordt echt gepraat over je verdere carrièrestappen. Zo ga ik binnenkort een tijdje naar de Verenigde Staten.”

,,Bij BCG werd je voortdurend beoordeeld. Elke drie maanden een gesprek met je manager, elk half jaar met het career development committee. Daarbij werd je carrière onder de loep genomen, en beoordeeld welke cursussen je nodig had. Het up-or-out-systeem stond centraal: wie niet vooruitgaat, moet weg. Dat klinkt een beetje hard, maar het is uiteindelijk wel goed. Want niemand wordt er gelukkiger van, als het niet loopt. Bovendien helpt het bedrijf in zo’n geval bij het vinden van een nieuwe baan.

,,Aan de TU merk ik op dit gebied een omslag richting bedrijfsleven, een goede zaak vind ik. Het is een langzaam proces, je kunt natuurlijk niet in één klap alles pats-boem veranderen. Ik denk dat zelfs het up-or-out-systeem aan de TU goed zou kunnen werken. Heel voorzichtig natuurlijk, want het gevaar bestaat dat je zo nog moeilijker mensen kunt vinden. Dan moet ook de beloning omhoog, want die is hier een stuk lager dan in het bedrijfsleven.”

In nog een opzicht ligt het bedrijfsleven voor op de TU, vindt Bijl: het meten van prestaties. ,,In het bedrijfsleven is er heel veel aandacht voor output-meting, er moet dan ook winst gemaakt worden. Bij L&R is hier een begin mee gemaakt. Maar je moet wel goed nadenken wat je meet. Het huidige allocatiemodel is nog te veel gericht op onderzoek. Onderwijs en ontwerpen worden nauwelijks beloond, terwijl dat ook heel belangrijke output is.”

Het is nu ruim twee jaar geleden dat de minister van Onderwijs de MUB invoerde, waardoor de bestuursstructuur van de TU Delft grondig veranderde. Dat betekende naast een juridische ook een cultuuromslag. Dit is het tweede van zes interviews, waarin verschillende TU-medewerkers een bepaald aspect van de veranderingen belichten.

Universiteit of bedrijfsleven? Iedere veelbelovende afstudeerder en promovendus wordt eens voor die keus gesteld. Na een baan van anderhalf jaar bij een pretentieus adviesbureau keerde dr.ir. Hester Bijl terug naar haar alma mater. ,,Ik miste het puur inhoudelijke denken.”

Hester Bijl is terug op het oude nest. Afgelopen zomer werd zij universitair docent (ud) bij Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek (L&R), na anderhalf jaar bij The Boston Consulting Group (BCG) gewerkt te hebben. Ze miste de wetenschap, en de studenten. In 1994 studeerde Bijl af in numerieke stromingsleer bij Technische Wiskunde, de vier jaar die volgden was ze aio in hetzelfde vak en studeerde ze ook nog eens af in Engelse taal- en letterkunde in Leiden.

,,Ik wilde terug naar het puur inhoudelijke denken”, motiveert Bijl haar terugkeer naar de TU. ,,Wat me vroeger als aio het meeste trok, was het oplossen van moeilijke problemen. Maar de moeilijke problemen bij BCG bleken minder moeilijk dan ik aanvankelijk verwacht had, dan ik als aio gewend was. Toch vond ik die anderhalf jaar bij BCG erg leerzaam en spannend. Praten, overtuigen van klanten, duwen, trekken, dat heb ik daar allemaal geleerd. Maar ik wilde dat niet de rest van mijn leven doen.”

,,Echt inhoudelijk werk vind je weinig in het bedrijfsleven”, meent Bijl. ,,Ook bij R&D-afdelingen heb je weinig tijd om je echt in dingen te verdiepen. Hier bij de universiteit kan ik nog eens een tijdje over een probleem nadenken: is de methode wel goed? Bij bedrijven is die tijd er meestal niet, heb ik het idee.”

,,Er was nog een reden dat ik de universiteit een beetje miste. Als aio werkte ik altijd redelijk autonoom, maar bij BCG had ik ineens een teammanager. Als je van mening verschilde, dolf je als ondergeschikte meestal het onderspit. Moest je zeventig uur in de week iets doen waar je niet helemaal achter stond.

,,Het leuke van mijn nieuwe baan bij L&R vind ik de grotere vrijheid. Ik kan zelf in de literatuur duiken, zelf mijn eigen richting kiezen. Dat vind ik een duidelijk pre. Natuurlijk is er wel leiding, ik doe mijn onderzoek altijd in overleg met mijn hoogleraar. Vroeger, vóór de MUB, was je als wetenschapper praktisch helemáál vrij. Dat is natuurlijk ook niet goed. Zoals het nu gaat – vrij, maar in overleg – werkt het volgens mij het beste.”
Pats-boem

Maar kun je aan de universiteit wel carrière maken, heerst ergeen vastgeroeste cultuur? Bijl: ,,Bij Wiskunde, waar ik student en aio was, was dat inderdaad wel een beetje zo. Aan loopbaanbeleid werd daar niet gedaan. Je kwam binnen, en ging na veertig jaar met pensioen. Daardoor hing er een redelijk negatieve sfeer, vond ik.”

,,Maar nu ik na anderhalf jaar weer terug ben, heb ik het idee dat de TU toch wel aan het veranderen is. Bij L&R wordt over loopbaanbeleid nu echt nagedacht. Tijdens het functioneringsgesprek met de hoogleraar wordt echt gepraat over je verdere carrièrestappen. Zo ga ik binnenkort een tijdje naar de Verenigde Staten.”

,,Bij BCG werd je voortdurend beoordeeld. Elke drie maanden een gesprek met je manager, elk half jaar met het career development committee. Daarbij werd je carrière onder de loep genomen, en beoordeeld welke cursussen je nodig had. Het up-or-out-systeem stond centraal: wie niet vooruitgaat, moet weg. Dat klinkt een beetje hard, maar het is uiteindelijk wel goed. Want niemand wordt er gelukkiger van, als het niet loopt. Bovendien helpt het bedrijf in zo’n geval bij het vinden van een nieuwe baan.

,,Aan de TU merk ik op dit gebied een omslag richting bedrijfsleven, een goede zaak vind ik. Het is een langzaam proces, je kunt natuurlijk niet in één klap alles pats-boem veranderen. Ik denk dat zelfs het up-or-out-systeem aan de TU goed zou kunnen werken. Heel voorzichtig natuurlijk, want het gevaar bestaat dat je zo nog moeilijker mensen kunt vinden. Dan moet ook de beloning omhoog, want die is hier een stuk lager dan in het bedrijfsleven.”

In nog een opzicht ligt het bedrijfsleven voor op de TU, vindt Bijl: het meten van prestaties. ,,In het bedrijfsleven is er heel veel aandacht voor output-meting, er moet dan ook winst gemaakt worden. Bij L&R is hier een begin mee gemaakt. Maar je moet wel goed nadenken wat je meet. Het huidige allocatiemodel is nog te veel gericht op onderzoek. Onderwijs en ontwerpen worden nauwelijks beloond, terwijl dat ook heel belangrijke output is.”

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.