Campus

‘Het is bij jullie’

Nietsvermoedend de straat in fietsen en zien hoe de brandweer je huis blust. Het overkwam Dickie, Jolijn, Loes en Suzanne, de vier bewoonsters van een pand aan de Rotterdamseweg. Hoe gaat het inmiddels, twee weken later?

,Het is bij jullie”, hoorde Suzanne toen ze zondagavond 13 september in de stromende regen de straat in fietste. De vlammen kwamen op dat moment al door de ramen naar buiten, door de ramen van haar eigen kamer, aan de voorkant onder andere. Het pand brandde van binnen geheel uit. Kortsluiting in een elektrisch apparaat is waarschijnlijk de oorzaak geweest.

Geen van de vier studentes was thuis toen om ongeveer tien uur ‘s avonds de brand op de tweede verdieping begon. ‘Maar goed ook’, vond de brandweer, die nog naar binnen stormde om te kijken of er echt niemand was. Ladders, touwen of vluchtwegen ontbraken in het oude pand.

Jolijn: ,,Ik had me altijd voorgenomen bij brand op de erker aan de voorkant te springen.” De erker stond als eerste in lichterlaaie. Doordat Loes haar kamerdeur op slot had gedaan voordat ze wegging, heeft haar kamer de minste schade opgelopen. Als haar deur open was geweest had de hitte zich zo snel verspreid dat het hele pand tot op de grond afgebrand zou zijn.

Op het eerste gezicht leek bij binnenkomst in haar kamer de volgende dag zelfs nog een en ander onaangetast. Schijn bedriegt: roetaanslag en de stank van rook maken alle spullen waardeloos. De verzekering betaalt haar nieuw te kopen inboedel. Dickie had meer pech: haar inboedel was niet tegen brand verzekerd.
Dali

Op een foto die de dag na de brand werd genomen is te zien wat de hitte van de brand heeft gedaan. Door slierten gesmolten plastic van shampooflessen, snoeren en de telefoon waan je je in een schilderij van Salvador Dali.

Dickie: ,,Als je alles optelt wat je moet vervangen kom je op een enorm bedrag. Kleding, cd’s, computer, boeken: al snel tienduizend gulden.” Het spreekt voor zich dat ze inmiddels vijftig gulden per jaar neertelt voor een brandverzekering. Maar geld vervangt niet alles: foto’s, brieven en zelfs een oude knuffelbeer zijn niet in geld uit te drukken. De vier dames werden nog dezelfde zondagavond ondergebracht in een leegstaand pand aan de Piet Heinstraat, dat de huiseigenaar eigenlijk net wilde verkopen.

In het uitgebrande pand wordt inmiddels druk gewerkt om de schade te herstellen, zodat de dames over drie maanden weer terug kunnen. Dankzij de enthousiaste inzet van tientallen vrienden en kennissen is de tijdelijke behuizing omgetoverd van een kaal pand in een huis met tapijt op de vloer en vrolijk geverfde deuren. Bossen zonnebloemen, chips en wijn werden aangesleept om de pijn te verzachten.

Loes: ,,Iedere dag stond er een ploegje mensen klaar. Oudehuis leegruimen, nieuwe huis inrichten, naar de Ikea: alle meubels, kopjes, borden enzovoort hebben we gekregen. We hebben nu zelfs een videorecorder.”

Nog elke dag gaan de gesprekken over de brand. ,,Hoe vaker je het verhaal vertelt hoe beter”, vindt Loes. Elke dag blijkt ook dat iets nog niet is gekocht. Waslijn en wasknijpers, boeken die normaalgesproken in de kast staan. Jolijn: ,,Over drie maanden gaan we weer terugverhuizen: nieuw huis, nieuwe kozijnen, zelfs de glas-in-lood-raampjes worden in oorspronkelijke staat hersteld.” En er komen vluchtladders en en een brandblusser.

,Het is bij jullie”, hoorde Suzanne toen ze zondagavond 13 september in de stromende regen de straat in fietste. De vlammen kwamen op dat moment al door de ramen naar buiten, door de ramen van haar eigen kamer, aan de voorkant onder andere. Het pand brandde van binnen geheel uit. Kortsluiting in een elektrisch apparaat is waarschijnlijk de oorzaak geweest.

Geen van de vier studentes was thuis toen om ongeveer tien uur ‘s avonds de brand op de tweede verdieping begon. ‘Maar goed ook’, vond de brandweer, die nog naar binnen stormde om te kijken of er echt niemand was. Ladders, touwen of vluchtwegen ontbraken in het oude pand.

Jolijn: ,,Ik had me altijd voorgenomen bij brand op de erker aan de voorkant te springen.” De erker stond als eerste in lichterlaaie. Doordat Loes haar kamerdeur op slot had gedaan voordat ze wegging, heeft haar kamer de minste schade opgelopen. Als haar deur open was geweest had de hitte zich zo snel verspreid dat het hele pand tot op de grond afgebrand zou zijn.

Op het eerste gezicht leek bij binnenkomst in haar kamer de volgende dag zelfs nog een en ander onaangetast. Schijn bedriegt: roetaanslag en de stank van rook maken alle spullen waardeloos. De verzekering betaalt haar nieuw te kopen inboedel. Dickie had meer pech: haar inboedel was niet tegen brand verzekerd.
Dali

Op een foto die de dag na de brand werd genomen is te zien wat de hitte van de brand heeft gedaan. Door slierten gesmolten plastic van shampooflessen, snoeren en de telefoon waan je je in een schilderij van Salvador Dali.

Dickie: ,,Als je alles optelt wat je moet vervangen kom je op een enorm bedrag. Kleding, cd’s, computer, boeken: al snel tienduizend gulden.” Het spreekt voor zich dat ze inmiddels vijftig gulden per jaar neertelt voor een brandverzekering. Maar geld vervangt niet alles: foto’s, brieven en zelfs een oude knuffelbeer zijn niet in geld uit te drukken. De vier dames werden nog dezelfde zondagavond ondergebracht in een leegstaand pand aan de Piet Heinstraat, dat de huiseigenaar eigenlijk net wilde verkopen.

In het uitgebrande pand wordt inmiddels druk gewerkt om de schade te herstellen, zodat de dames over drie maanden weer terug kunnen. Dankzij de enthousiaste inzet van tientallen vrienden en kennissen is de tijdelijke behuizing omgetoverd van een kaal pand in een huis met tapijt op de vloer en vrolijk geverfde deuren. Bossen zonnebloemen, chips en wijn werden aangesleept om de pijn te verzachten.

Loes: ,,Iedere dag stond er een ploegje mensen klaar. Oudehuis leegruimen, nieuwe huis inrichten, naar de Ikea: alle meubels, kopjes, borden enzovoort hebben we gekregen. We hebben nu zelfs een videorecorder.”

Nog elke dag gaan de gesprekken over de brand. ,,Hoe vaker je het verhaal vertelt hoe beter”, vindt Loes. Elke dag blijkt ook dat iets nog niet is gekocht. Waslijn en wasknijpers, boeken die normaalgesproken in de kast staan. Jolijn: ,,Over drie maanden gaan we weer terugverhuizen: nieuw huis, nieuwe kozijnen, zelfs de glas-in-lood-raampjes worden in oorspronkelijke staat hersteld.” En er komen vluchtladders en en een brandblusser.

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.