Education

Gespierde vrouwen en het tragische heelal

Tonie Mudde studeerde luchtvaart- en ruimtevaarttechniek, maar voelde zich in Delft altijd de vreemde eend in de bijt. Halverwege zijn studie ontdekte hij de literatuur en de journalistiek.

Hij werkt nu voor het blad Quest, waar hij o.a. schrijft over de worsteling van vrouwelijke bodybuilders en de tragiek van het heelal.

Luchtvaart- en ruimtevaarttechniek studeren was voor Tonie Mudde (29) een jongensdroom. “Het was een puur, romantisch idee. Voordat ik aan de studie begon, dacht ik: ik ga een raket bouwen, we gaan naar de sterren. Ik loods die nieuwe ontdekkingsreizigers wel naar de planeten.”

Maar eenmaal aan de studie begonnen, viel de praktijk Mudde vies tegen. “De romantiek was er snel af, omdat je in de praktijk vooral dagenlang bezig bent met rekenen aan details, bijvoorbeeld hoe groot een hoogteroer precies moet zijn,” zegt Mudde. Hij koos voor zijn afstuderen voor de managementrichting, maar kon ook daar niet aarden. “Het draaide altijd om vragen als ‘wat is efficiënt?’, terwijl ik juist gefascineerd was door vragen als ‘wat is mooi?’ of ‘wat is spannend?’. Ik wist dat ik qua loopbaan snel om me heen moest gaan kijken, omdat ik anders vroeg oud en doodongelukkig zou worden.”

Tijdens zijn studie haalde Mudde dan ook rare fratsen uit. Hij volgde colleges bij industrieel ontwerpen en bij psychologie. “In mijn derde jaar ontdekte ik de literatuur en raakte ik gefascineerd door verhalen.” Die fascinatie kwam niet zomaar uit de lucht vallen. “Tijdens mijn middelbare schooltijd keek ik in de weekenden tien films in twee dagen tijd. Ik was dolverliefd op het meisje met wie ik ze bekeek, maar zij had alleen aandacht voor de films, helaas. Het meisje heb ik laten lopen, maar de fascinatie voor verhalen bleef.”
Schrijversvakschool

Hoewel Mudde in zijn puberjaren romans vaak maar moeilijk te verteren vond, kreeg hij in zijn derde studiejaar de smaak te pakken. Hij ging naar de Schrijversvakschool in Rotterdam, en later in Amsterdam, waar hij les kreeg van ‘oude, wijze dames’. “Zij leerden mij observeren. In ‘Lolita’ van Vladimir Nabokov, beschrijft Nabokov de aankomst van hoofdpersoon Humbert Humbert in het huis van Lolita. Hij heeft allerlei fantasieën over de moeder van het jonge meisje en als hij binnenkomt, ziet hij de sigarettenas van de trap naar beneden dalen. Inmiddels stel je de vrouw voor als ma Flodder, terwijl je nog niets van haar weet. Het is geweldig om te leren, hoe je dat moet doen: spanning opbouwen. Want als je goede verhalen wilt schrijven, moet je hard werken en willen leren. Er gaat geen engeltje op je schouder zitten die je mooie zinnen influistert.”

Mudde stortte zich in die tijd niet alleen op de literatuur, maar ook op de journalistiek. “Ik schreef al voor het faculteitsblad, toen iemand mij op Delta attendeerde. Dat was een echte eyeopener, want ik was verbaasd dat je met schrijven ook geld kon verdienen.” De journalist was zo enthousiast over het vak, dat hij zichzelf na zijn studie een jaar de tijd wilde geven, om het als journalist te maken. “Heel veel studiegenoten waren verbaasd en vroegen mij: ‘Maar wil je dan niets meer met je studie doen, kun je dan wel rondkomen?’ Het begin was inderdaad niet eenvoudig, want in Delft had ik een grote studentenkamer middenin het centrum en in Amsterdam zat ik in een blok beton van twaalf vierkante meter.”

Maar Mudde’s pen stond niet stil. Hij schreef voor De Groene Amsterdammer, Delta en voor literaire bladen, won een columnwedstrijd van de Volkskrant en de schrijfwedstrijd van het literaire tijdschrift Passionate. En het populair-wetenschappelijke maandblad Quest kwam op zijn pad. “Ik zag een advertentie staan voor jonge journalisten voor een nog op te richten blad. Ze wilden niets zeggen over de inhoud, maar toen ik zei dat ik over wetenschap schreef, raadden ze me aan om zeker te reageren. Ik kon een maand later aan de slag.”

Inmiddels schrijft Mudde over de meest veelzijdige onderwerpen. In Chili bezocht hij de grootste telescopen ter wereld, in een bijna buitenaards aandoend berglandschap. “Dat vind ik reuze fascinerend. Tijdens die reportage wilde ik niet alleen beschrijven hoe ingenieus de telescopen zijn, maar ook hoe het voelt om daar te zijn. Als je daar bent wordt goed duidelijk hoe dapper en tegelijkertijd onmogelijk de poging van de mens is om het heelal te willen bevatten. Een Britse sterrenkundige verzuchtte op een avond dat ze het liefste een grote sluitertijd in haar hersenen zou willen hebben, zodat ze het zwakke sterrenlicht met haar eigen ogen kon zien. Dan had ze al die apparaten die alleen maar tabellen en grafieken produceren, niet meer nodig. Zo’n quote vind ik ontroerend mooi, omdat het de wetenschap ook tragisch maakt.”

Mudde schrijft ook over onderwerpen die niets met sterren en planeten te maken hebben. Hij ging bijvoorbeeld een dag met een vrouwelijke bodybuilder op pad, om de werking van spieren verder uit te diepen. “Vroeger had ik waarschijnlijk een standaard verhaal geschreven over de spieropbouw, en de werking ervan, maar ik heb geleerd dat een verhaal beter wordt, als je lang met mensen op pad gaat. De bodybuilder vergeet namelijk dat je haar interviewt, als je de hele dag samen weg bent. Ze vertelde me bijvoorbeeld dat haar coach haar soms slaat om haar op te peppen, en dat ze daar geen problemen mee heeft. Dat zou ze me anders nooit hebben verteld.”

De journalist gebruikt tijdens zijn werk ook technieken die hij tijdens de schrijfcursussen leerde. “Ik probeer er ook verhalende elementen in te passen, zoals hoe mensen eruit zien of hoe hun omgeving eruit ziet. Je moet niet bang zijn om een sfeer neer te zetten. Bij die bodybuildter beschreef ik bijvoorbeeld hoe de vrouwen elkaar met klusrollers in de bruine lichaamsverf zetten, om er beter uit te zien. Hoewel ze er op het podium op haar sterkst uitziet, vertelde ze me dat ze zich op dat moment juist op haar zwakst voelt. Voor de show mochten de bodybuilders namelijk niets meer drinken, omdat hun spieren het mooist uitkomen als ze weinig vocht bevatten.”

Lange reportages bevallen Mudde wel. “Ik vertel mensen nooit dat ik aan de TU Delft heb gestudeerd. Ik wil ook domme vragen kunnen stellen en helemaal in een onderwerp kunnen plonzen als ik iets schrijf. Als mensen mijn voorkennis weten, levert dat mindere artikelen op en dat wil ik niet.”
Mooie vrouwen

Samen met collega Rik Kuiper schreef Mudde ook een populair wetenschappelijk werk van een langere journalistieke adem. “Rik Kuiper en ik kennen elkaar al vanaf onze studie en we zijn altijd plannetjes aan het bedenken. We willen de wereld veroveren, of op zijn minst een stad of dorp.” Dat resulteerde in ‘Kijk niet naar mooie vrouwen (als je nog moet nadenken)’. Voor dit boek verzamelden ze 107 wetenschappelijke tips met een dikke knipoog. “Het boekje moet niet bij de wetenschappelijke boeken komen te liggen, want dat vinden mensen al snel eng en moeilijk. Het moet vooral leuk zijn, en dan vertellen we ook nog stiekem hoe wetenschap werkt.” Zo gaan Kuiper en Mudde bijvoorbeeld in op onderzoek waaruit blijkt dat mensen intelligenter worden ingeschat als ze met hun rechterkant zijn gefotografeerd. “Blijkbaar werken je hersens zo, dat je mensen die zo op de foto staan, intelligenter vindt. En andersom werkt het ook: als je intelligent wilt overkomen, keer je iemand je rechterwang toe.”

De toekomst ziet Mudde gretig tegemoet, door zijn keuze voor de journalistiek en de literatuur. Spijt heeft Mudde niet van zijn studie. “Ik heb er niets op aan te merken, want de studie is prima. Alleen ik paste er niet. Ik zou dan ook tegen iedereen die zich niet prettig voelt in zijn studie willen zeggen: je hebt altijd wel een flauw vermoeden wat je wel leuk vindt. Geef jezelf een jaar de tijd en maak er wat van. Dat heb ik ook gedaan en ik heb er geen moment spijt van gehad.”

Naam: ir. Tonie Mudde

Woonplaats: Amsterdam

Leeftijd: 29

Verliefd/Verloofd/Getrouwd: verliefd

Studie: luchtvaart- en ruimtevaarttechniek

Afstudeerrichting: industriële organisatie

Afstudeerjaar: 2003

Loopbaan: Half jaar freelance journalist voor De Groene Amsterdammer, literaire tijdschriften, Delta en NRC-Handelsblad. Daarna volgde zijn baan bij Quest als redacteur

www.toniemudde.nl

Luchtvaart- en ruimtevaarttechniek studeren was voor Tonie Mudde (29) een jongensdroom. “Het was een puur, romantisch idee. Voordat ik aan de studie begon, dacht ik: ik ga een raket bouwen, we gaan naar de sterren. Ik loods die nieuwe ontdekkingsreizigers wel naar de planeten.”

Maar eenmaal aan de studie begonnen, viel de praktijk Mudde vies tegen. “De romantiek was er snel af, omdat je in de praktijk vooral dagenlang bezig bent met rekenen aan details, bijvoorbeeld hoe groot een hoogteroer precies moet zijn,” zegt Mudde. Hij koos voor zijn afstuderen voor de managementrichting, maar kon ook daar niet aarden. “Het draaide altijd om vragen als ‘wat is efficiënt?’, terwijl ik juist gefascineerd was door vragen als ‘wat is mooi?’ of ‘wat is spannend?’. Ik wist dat ik qua loopbaan snel om me heen moest gaan kijken, omdat ik anders vroeg oud en doodongelukkig zou worden.”

Tijdens zijn studie haalde Mudde dan ook rare fratsen uit. Hij volgde colleges bij industrieel ontwerpen en bij psychologie. “In mijn derde jaar ontdekte ik de literatuur en raakte ik gefascineerd door verhalen.” Die fascinatie kwam niet zomaar uit de lucht vallen. “Tijdens mijn middelbare schooltijd keek ik in de weekenden tien films in twee dagen tijd. Ik was dolverliefd op het meisje met wie ik ze bekeek, maar zij had alleen aandacht voor de films, helaas. Het meisje heb ik laten lopen, maar de fascinatie voor verhalen bleef.”
Schrijversvakschool

Hoewel Mudde in zijn puberjaren romans vaak maar moeilijk te verteren vond, kreeg hij in zijn derde studiejaar de smaak te pakken. Hij ging naar de Schrijversvakschool in Rotterdam, en later in Amsterdam, waar hij les kreeg van ‘oude, wijze dames’. “Zij leerden mij observeren. In ‘Lolita’ van Vladimir Nabokov, beschrijft Nabokov de aankomst van hoofdpersoon Humbert Humbert in het huis van Lolita. Hij heeft allerlei fantasieën over de moeder van het jonge meisje en als hij binnenkomt, ziet hij de sigarettenas van de trap naar beneden dalen. Inmiddels stel je de vrouw voor als ma Flodder, terwijl je nog niets van haar weet. Het is geweldig om te leren, hoe je dat moet doen: spanning opbouwen. Want als je goede verhalen wilt schrijven, moet je hard werken en willen leren. Er gaat geen engeltje op je schouder zitten die je mooie zinnen influistert.”

Mudde stortte zich in die tijd niet alleen op de literatuur, maar ook op de journalistiek. “Ik schreef al voor het faculteitsblad, toen iemand mij op Delta attendeerde. Dat was een echte eyeopener, want ik was verbaasd dat je met schrijven ook geld kon verdienen.” De journalist was zo enthousiast over het vak, dat hij zichzelf na zijn studie een jaar de tijd wilde geven, om het als journalist te maken. “Heel veel studiegenoten waren verbaasd en vroegen mij: ‘Maar wil je dan niets meer met je studie doen, kun je dan wel rondkomen?’ Het begin was inderdaad niet eenvoudig, want in Delft had ik een grote studentenkamer middenin het centrum en in Amsterdam zat ik in een blok beton van twaalf vierkante meter.”

Maar Mudde’s pen stond niet stil. Hij schreef voor De Groene Amsterdammer, Delta en voor literaire bladen, won een columnwedstrijd van de Volkskrant en de schrijfwedstrijd van het literaire tijdschrift Passionate. En het populair-wetenschappelijke maandblad Quest kwam op zijn pad. “Ik zag een advertentie staan voor jonge journalisten voor een nog op te richten blad. Ze wilden niets zeggen over de inhoud, maar toen ik zei dat ik over wetenschap schreef, raadden ze me aan om zeker te reageren. Ik kon een maand later aan de slag.”

Inmiddels schrijft Mudde over de meest veelzijdige onderwerpen. In Chili bezocht hij de grootste telescopen ter wereld, in een bijna buitenaards aandoend berglandschap. “Dat vind ik reuze fascinerend. Tijdens die reportage wilde ik niet alleen beschrijven hoe ingenieus de telescopen zijn, maar ook hoe het voelt om daar te zijn. Als je daar bent wordt goed duidelijk hoe dapper en tegelijkertijd onmogelijk de poging van de mens is om het heelal te willen bevatten. Een Britse sterrenkundige verzuchtte op een avond dat ze het liefste een grote sluitertijd in haar hersenen zou willen hebben, zodat ze het zwakke sterrenlicht met haar eigen ogen kon zien. Dan had ze al die apparaten die alleen maar tabellen en grafieken produceren, niet meer nodig. Zo’n quote vind ik ontroerend mooi, omdat het de wetenschap ook tragisch maakt.”

Mudde schrijft ook over onderwerpen die niets met sterren en planeten te maken hebben. Hij ging bijvoorbeeld een dag met een vrouwelijke bodybuilder op pad, om de werking van spieren verder uit te diepen. “Vroeger had ik waarschijnlijk een standaard verhaal geschreven over de spieropbouw, en de werking ervan, maar ik heb geleerd dat een verhaal beter wordt, als je lang met mensen op pad gaat. De bodybuilder vergeet namelijk dat je haar interviewt, als je de hele dag samen weg bent. Ze vertelde me bijvoorbeeld dat haar coach haar soms slaat om haar op te peppen, en dat ze daar geen problemen mee heeft. Dat zou ze me anders nooit hebben verteld.”

De journalist gebruikt tijdens zijn werk ook technieken die hij tijdens de schrijfcursussen leerde. “Ik probeer er ook verhalende elementen in te passen, zoals hoe mensen eruit zien of hoe hun omgeving eruit ziet. Je moet niet bang zijn om een sfeer neer te zetten. Bij die bodybuildter beschreef ik bijvoorbeeld hoe de vrouwen elkaar met klusrollers in de bruine lichaamsverf zetten, om er beter uit te zien. Hoewel ze er op het podium op haar sterkst uitziet, vertelde ze me dat ze zich op dat moment juist op haar zwakst voelt. Voor de show mochten de bodybuilders namelijk niets meer drinken, omdat hun spieren het mooist uitkomen als ze weinig vocht bevatten.”

Lange reportages bevallen Mudde wel. “Ik vertel mensen nooit dat ik aan de TU Delft heb gestudeerd. Ik wil ook domme vragen kunnen stellen en helemaal in een onderwerp kunnen plonzen als ik iets schrijf. Als mensen mijn voorkennis weten, levert dat mindere artikelen op en dat wil ik niet.”
Mooie vrouwen

Samen met collega Rik Kuiper schreef Mudde ook een populair wetenschappelijk werk van een langere journalistieke adem. “Rik Kuiper en ik kennen elkaar al vanaf onze studie en we zijn altijd plannetjes aan het bedenken. We willen de wereld veroveren, of op zijn minst een stad of dorp.” Dat resulteerde in ‘Kijk niet naar mooie vrouwen (als je nog moet nadenken)’. Voor dit boek verzamelden ze 107 wetenschappelijke tips met een dikke knipoog. “Het boekje moet niet bij de wetenschappelijke boeken komen te liggen, want dat vinden mensen al snel eng en moeilijk. Het moet vooral leuk zijn, en dan vertellen we ook nog stiekem hoe wetenschap werkt.” Zo gaan Kuiper en Mudde bijvoorbeeld in op onderzoek waaruit blijkt dat mensen intelligenter worden ingeschat als ze met hun rechterkant zijn gefotografeerd. “Blijkbaar werken je hersens zo, dat je mensen die zo op de foto staan, intelligenter vindt. En andersom werkt het ook: als je intelligent wilt overkomen, keer je iemand je rechterwang toe.”

De toekomst ziet Mudde gretig tegemoet, door zijn keuze voor de journalistiek en de literatuur. Spijt heeft Mudde niet van zijn studie. “Ik heb er niets op aan te merken, want de studie is prima. Alleen ik paste er niet. Ik zou dan ook tegen iedereen die zich niet prettig voelt in zijn studie willen zeggen: je hebt altijd wel een flauw vermoeden wat je wel leuk vindt. Geef jezelf een jaar de tijd en maak er wat van. Dat heb ik ook gedaan en ik heb er geen moment spijt van gehad.”

Naam: ir. Tonie Mudde

Woonplaats: Amsterdam

Leeftijd: 29

Verliefd/Verloofd/Getrouwd: verliefd

Studie: luchtvaart- en ruimtevaarttechniek

Afstudeerrichting: industriële organisatie

Afstudeerjaar: 2003

Loopbaan: Half jaar freelance journalist voor De Groene Amsterdammer, literaire tijdschriften, Delta en NRC-Handelsblad. Daarna volgde zijn baan bij Quest als redacteur

www.toniemudde.nl

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.