Het Rotterdams Centrum voor Theater brengt ter gelegenheid van zijn tien-jarig bestaan een bewerking van Goethes ‘Faust’. Regisseur Paul Röttger: ,,Faust staat voor de zoekende mens.”
Het Rotterdams Centrum voor Theater brengt ter gelegenheid van zijn tien-jarig bestaan een bewerking van Goethes ‘Faust’. Regisseur Paul Röttger: ,,Faust staat voor de zoekende mens.”
1 ‘Faust’ in een ‘Arabische setting’
‘Verboden te dealen’ staat grote letters op het raam van een aanpalende snackbar. Aan de overkant van het water staat het karkas van een uitgewoond flatgebouw. Ook elders in de buurt stikt het van de leegstaande huizen. Sommige zijn dichtgetimmerd, andere staan te koop of te huur. Op straat lopen voornamelijk kleurlingen. Wie voor het eerst in de Rotterdamse wijk Spangen komt, waant zich een toerist in eigen land.
In deze Rotterdamse Bronx is het Rotterdams Centrum voor Theater gehuisvest. Tien jaar geleden werd het opgericht als een deeltijdopleiding voor theaterspel en -regie. Geregeld vinden er voorstellingen plaats en eens per jaar wordt er een grote productie opgevoerd. Dit jaar viel de keus van Paul Röttger, directeur en regisseur van het centrum, op ‘Faust’, het levenswerk van Johann Wolfgang Goethe (1749-1832).
,,De theaterschool bestaat tien jaar”, legt Röttgers uit na afloop van de voorstelling. ,,Ik vroeg me af: zit ik als theatermaker op de goede weg? Over die vraagstelling wilde ik een voorstelling maken, dus kwam ik uit bij ‘Faust’ van Goethe. Verkoop ik mijn ziel aan het slechte, de duivel, de commercie? Of blijf ik maken wat mijn ziel me ingeeft en toon ik betrokkenheid bij de wereld waarin ik leef?”
Hiermee schetst Röttger zijn interpretatie van het dilemma van Faust, deze heroïsche, tragische figuur die door Mefisto, de handlanger van de duivel, wordt verleid tot het najagen van ijdel genot. Faust staat voor de moderne mens die heen en weer wordt geslingerd tussen verleiding en moraal, die niet tevreden is met wat hij heeft en streeft naar het onbereikbare. ,,Faust staat voor de zoekende mens”, aldus Röttger.
Doorkijkjurk
Goethe was niet de eerste die in de ban was van Faust. De oude sage over de duivelskunstenaar, vastgelegd in het Duitse volksboek ‘Historia von Johann Fausten’ (1588), werd voor het eerst gedramatiseerd door de Engelse toneelschrijver Christopher Marlowe, illuster tijdgenoot van Shakespeare. En ook na Goethe zouden er nog talloze interpretaties volgen, onder meer van Paul Valéry en Thomas Mann.
Röttger heeft Goethe’s drama omgewerkt tot een bijna vier uur durende voorstelling, die zich afspeelt in een donkere ruimte waar het publiek in carré-vorm naast elkaar op houten banken zit rond een lege bak. Het openingsbeeld is prachtig: de ongeveer dertig acteurs van uiteenlopende nationaliteit die aan de voorstellingmeedoen, staan naast elkaar in klassieke, zwarte kostuums, verdeeld over twee verdiepingen achter glazen vitrines. Faust, een grijsaard met een eerbiedwaardig voorkomen, wordt aangezocht door Mefisto, een vrouw in een pikante doorkijkjurk.
,,In het begin van het stuk heeft Faust alles bereikt wat hij wil”, zegt Röttger. ,,Als gevierd wetenschapper heeft hij status en geld. Toch zit hij met een levensvraag: is dit het? Dan moet je als mens bij jezelf te rade gaan. Dat lukt hem niet, dus valt hij ten prooi aan Mefisto. Deze staat voor de tegenkant van het goede. ‘Ik ben het zwart waardoor je het wit kunt zien’, zegt ze. ‘Je kunt pas het goede ervaren als je weet wat het slechte is’.” Mefisto spoort Faust aan zijn studeerkamer te verlaten om de wijde wereld te verkennen. Tijdens zijn omzwervingen ontmoet hij het volksmeisje Gretchen. Faust wordt verliefd op haar en wekt een kind bij haar op. Het kleine geluk van het gezinsleven blijkt niet voor hem weggelegd. Nadat hij haar broer in een onbezonnen daad heeft vermoord, laat hij de arme Gretchen als een baksteen vallen die zich vervolgens in het ongeluk stort.
Het eerste deel van het stuk wordt, zoals aangekondigd, afgesloten met een Marokkaanse maaltijd, geserveerd door de acteurs die gehuld gaan in djellaba’s. Volgens Marokkaanse traditie moeten de schoenen uit en wordt de smakelijke couscous in lotuszit genuttigd aan lage tafels. Het is alsof we ons bevinden in een eethuis middenin een Marokkaanse medina.
Schoonheid
De exotische maaltijd blijkt een voorproefje te zijn van wat ons na de pauze te wachten staat. De theaterruimte heeft een totale gedaanteverwisseling ondergaan. Op de plek van de houten banken liggen zitkussens en de lege bak is gevuld met water. Comfortabel gezeten aan de rand van het bassin, waarin de acteurs in lange gewaden ronddobberen, ontvouwt zich het tweede deel van Goethe’s stuk dat zich afspeelt in de onderwereld.
,,De Arabische setting is mijn interpretatie”, zegt Röttger die het toneelstuk zelf in het Nederlands vertaalde en bewerkte. ,,In de Arabische cultuur heerst een andere opvatting over goed en kwaad. Dat werkt enorm relativerend. Ik wilde de wereld van Goethe niet reconstrueren, maar het op mijn manier in het nu plaatsen. De onderwereld staat voor het spirituele leven, dat draait om de vraag waarom we hier zijn. Dat is erg actueel, denk maar aan de New Age-beweging. Faust zoekt het in de ideale schoonheid. Hij is op zoek naar de schone Helena, maar dat is een geest, een idee.”
Tijdens zijn zoektocht ontmoet Faust veel bekende figuren uit de oudheid die hem confronteren met zijn onverzadigbare verlangens. Uiteindelijk komt hij erachter dat hij het geluk niet buiten, maar in zichzelf moet zoeken. Als beloning voor dit inzicht stijgt zijn ziel aan het slot van het stuk naar de hemel op, zodat hij toch nog gered wordt. ,,Dat vind ik er door Goethe bij gezocht”, meent Röttger, ,,maar ik voelde me verplicht zijn verhaallijn te volgen.”
Evenals Goethe zelf, heeft iedereen volgens de regisseur een beetje van Faust en een beetje van Mefisto in zich. Om dat over te brengenlaat hij beide personages door verschillende acteurs spelen. Dat het stuk eindigt met een vette knipoog van Mefisto is veelzeggend. Röttger: ,,Dat betekent dat de duivel ons iedere dag beloert. Hij gaat altijd weer op zoek naar een volgende slachtoffer.”
‘Faust’ van J.W. Goethe in de regie van Paul Röttger is t/m 27 sept. te zien in het Rotterdams Centrum voor Theater, Mathenesserdijk 293. Reserveren: 010-4773891.
,,
Het Rotterdams Centrum voor Theater brengt ter gelegenheid van zijn tien-jarig bestaan een bewerking van Goethes ‘Faust’. Regisseur Paul Röttger: ,,Faust staat voor de zoekende mens.”
1 ‘Faust’ in een ‘Arabische setting’
‘Verboden te dealen’ staat grote letters op het raam van een aanpalende snackbar. Aan de overkant van het water staat het karkas van een uitgewoond flatgebouw. Ook elders in de buurt stikt het van de leegstaande huizen. Sommige zijn dichtgetimmerd, andere staan te koop of te huur. Op straat lopen voornamelijk kleurlingen. Wie voor het eerst in de Rotterdamse wijk Spangen komt, waant zich een toerist in eigen land.
In deze Rotterdamse Bronx is het Rotterdams Centrum voor Theater gehuisvest. Tien jaar geleden werd het opgericht als een deeltijdopleiding voor theaterspel en -regie. Geregeld vinden er voorstellingen plaats en eens per jaar wordt er een grote productie opgevoerd. Dit jaar viel de keus van Paul Röttger, directeur en regisseur van het centrum, op ‘Faust’, het levenswerk van Johann Wolfgang Goethe (1749-1832).
,,De theaterschool bestaat tien jaar”, legt Röttgers uit na afloop van de voorstelling. ,,Ik vroeg me af: zit ik als theatermaker op de goede weg? Over die vraagstelling wilde ik een voorstelling maken, dus kwam ik uit bij ‘Faust’ van Goethe. Verkoop ik mijn ziel aan het slechte, de duivel, de commercie? Of blijf ik maken wat mijn ziel me ingeeft en toon ik betrokkenheid bij de wereld waarin ik leef?”
Hiermee schetst Röttger zijn interpretatie van het dilemma van Faust, deze heroïsche, tragische figuur die door Mefisto, de handlanger van de duivel, wordt verleid tot het najagen van ijdel genot. Faust staat voor de moderne mens die heen en weer wordt geslingerd tussen verleiding en moraal, die niet tevreden is met wat hij heeft en streeft naar het onbereikbare. ,,Faust staat voor de zoekende mens”, aldus Röttger.
Doorkijkjurk
Goethe was niet de eerste die in de ban was van Faust. De oude sage over de duivelskunstenaar, vastgelegd in het Duitse volksboek ‘Historia von Johann Fausten’ (1588), werd voor het eerst gedramatiseerd door de Engelse toneelschrijver Christopher Marlowe, illuster tijdgenoot van Shakespeare. En ook na Goethe zouden er nog talloze interpretaties volgen, onder meer van Paul Valéry en Thomas Mann.
Röttger heeft Goethe’s drama omgewerkt tot een bijna vier uur durende voorstelling, die zich afspeelt in een donkere ruimte waar het publiek in carré-vorm naast elkaar op houten banken zit rond een lege bak. Het openingsbeeld is prachtig: de ongeveer dertig acteurs van uiteenlopende nationaliteit die aan de voorstellingmeedoen, staan naast elkaar in klassieke, zwarte kostuums, verdeeld over twee verdiepingen achter glazen vitrines. Faust, een grijsaard met een eerbiedwaardig voorkomen, wordt aangezocht door Mefisto, een vrouw in een pikante doorkijkjurk.
,,In het begin van het stuk heeft Faust alles bereikt wat hij wil”, zegt Röttger. ,,Als gevierd wetenschapper heeft hij status en geld. Toch zit hij met een levensvraag: is dit het? Dan moet je als mens bij jezelf te rade gaan. Dat lukt hem niet, dus valt hij ten prooi aan Mefisto. Deze staat voor de tegenkant van het goede. ‘Ik ben het zwart waardoor je het wit kunt zien’, zegt ze. ‘Je kunt pas het goede ervaren als je weet wat het slechte is’.” Mefisto spoort Faust aan zijn studeerkamer te verlaten om de wijde wereld te verkennen. Tijdens zijn omzwervingen ontmoet hij het volksmeisje Gretchen. Faust wordt verliefd op haar en wekt een kind bij haar op. Het kleine geluk van het gezinsleven blijkt niet voor hem weggelegd. Nadat hij haar broer in een onbezonnen daad heeft vermoord, laat hij de arme Gretchen als een baksteen vallen die zich vervolgens in het ongeluk stort.
Het eerste deel van het stuk wordt, zoals aangekondigd, afgesloten met een Marokkaanse maaltijd, geserveerd door de acteurs die gehuld gaan in djellaba’s. Volgens Marokkaanse traditie moeten de schoenen uit en wordt de smakelijke couscous in lotuszit genuttigd aan lage tafels. Het is alsof we ons bevinden in een eethuis middenin een Marokkaanse medina.
Schoonheid
De exotische maaltijd blijkt een voorproefje te zijn van wat ons na de pauze te wachten staat. De theaterruimte heeft een totale gedaanteverwisseling ondergaan. Op de plek van de houten banken liggen zitkussens en de lege bak is gevuld met water. Comfortabel gezeten aan de rand van het bassin, waarin de acteurs in lange gewaden ronddobberen, ontvouwt zich het tweede deel van Goethe’s stuk dat zich afspeelt in de onderwereld.
,,De Arabische setting is mijn interpretatie”, zegt Röttger die het toneelstuk zelf in het Nederlands vertaalde en bewerkte. ,,In de Arabische cultuur heerst een andere opvatting over goed en kwaad. Dat werkt enorm relativerend. Ik wilde de wereld van Goethe niet reconstrueren, maar het op mijn manier in het nu plaatsen. De onderwereld staat voor het spirituele leven, dat draait om de vraag waarom we hier zijn. Dat is erg actueel, denk maar aan de New Age-beweging. Faust zoekt het in de ideale schoonheid. Hij is op zoek naar de schone Helena, maar dat is een geest, een idee.”
Tijdens zijn zoektocht ontmoet Faust veel bekende figuren uit de oudheid die hem confronteren met zijn onverzadigbare verlangens. Uiteindelijk komt hij erachter dat hij het geluk niet buiten, maar in zichzelf moet zoeken. Als beloning voor dit inzicht stijgt zijn ziel aan het slot van het stuk naar de hemel op, zodat hij toch nog gered wordt. ,,Dat vind ik er door Goethe bij gezocht”, meent Röttger, ,,maar ik voelde me verplicht zijn verhaallijn te volgen.”
Evenals Goethe zelf, heeft iedereen volgens de regisseur een beetje van Faust en een beetje van Mefisto in zich. Om dat over te brengenlaat hij beide personages door verschillende acteurs spelen. Dat het stuk eindigt met een vette knipoog van Mefisto is veelzeggend. Röttger: ,,Dat betekent dat de duivel ons iedere dag beloert. Hij gaat altijd weer op zoek naar een volgende slachtoffer.”
‘Faust’ van J.W. Goethe in de regie van Paul Röttger is t/m 27 sept. te zien in het Rotterdams Centrum voor Theater, Mathenesserdijk 293. Reserveren: 010-4773891.
Het Rotterdams Centrum voor Theater brengt ter gelegenheid van zijn tien-jarig bestaan een bewerking van Goethes ‘Faust’. Regisseur Paul Röttger: ,,Faust staat voor de zoekende mens.”
1 ‘Faust’ in een ‘Arabische setting’
‘Verboden te dealen’ staat grote letters op het raam van een aanpalende snackbar. Aan de overkant van het water staat het karkas van een uitgewoond flatgebouw. Ook elders in de buurt stikt het van de leegstaande huizen. Sommige zijn dichtgetimmerd, andere staan te koop of te huur. Op straat lopen voornamelijk kleurlingen. Wie voor het eerst in de Rotterdamse wijk Spangen komt, waant zich een toerist in eigen land.
In deze Rotterdamse Bronx is het Rotterdams Centrum voor Theater gehuisvest. Tien jaar geleden werd het opgericht als een deeltijdopleiding voor theaterspel en -regie. Geregeld vinden er voorstellingen plaats en eens per jaar wordt er een grote productie opgevoerd. Dit jaar viel de keus van Paul Röttger, directeur en regisseur van het centrum, op ‘Faust’, het levenswerk van Johann Wolfgang Goethe (1749-1832).
,,De theaterschool bestaat tien jaar”, legt Röttgers uit na afloop van de voorstelling. ,,Ik vroeg me af: zit ik als theatermaker op de goede weg? Over die vraagstelling wilde ik een voorstelling maken, dus kwam ik uit bij ‘Faust’ van Goethe. Verkoop ik mijn ziel aan het slechte, de duivel, de commercie? Of blijf ik maken wat mijn ziel me ingeeft en toon ik betrokkenheid bij de wereld waarin ik leef?”
Hiermee schetst Röttger zijn interpretatie van het dilemma van Faust, deze heroïsche, tragische figuur die door Mefisto, de handlanger van de duivel, wordt verleid tot het najagen van ijdel genot. Faust staat voor de moderne mens die heen en weer wordt geslingerd tussen verleiding en moraal, die niet tevreden is met wat hij heeft en streeft naar het onbereikbare. ,,Faust staat voor de zoekende mens”, aldus Röttger.
Doorkijkjurk
Goethe was niet de eerste die in de ban was van Faust. De oude sage over de duivelskunstenaar, vastgelegd in het Duitse volksboek ‘Historia von Johann Fausten’ (1588), werd voor het eerst gedramatiseerd door de Engelse toneelschrijver Christopher Marlowe, illuster tijdgenoot van Shakespeare. En ook na Goethe zouden er nog talloze interpretaties volgen, onder meer van Paul Valéry en Thomas Mann.
Röttger heeft Goethe’s drama omgewerkt tot een bijna vier uur durende voorstelling, die zich afspeelt in een donkere ruimte waar het publiek in carré-vorm naast elkaar op houten banken zit rond een lege bak. Het openingsbeeld is prachtig: de ongeveer dertig acteurs van uiteenlopende nationaliteit die aan de voorstellingmeedoen, staan naast elkaar in klassieke, zwarte kostuums, verdeeld over twee verdiepingen achter glazen vitrines. Faust, een grijsaard met een eerbiedwaardig voorkomen, wordt aangezocht door Mefisto, een vrouw in een pikante doorkijkjurk.
,,In het begin van het stuk heeft Faust alles bereikt wat hij wil”, zegt Röttger. ,,Als gevierd wetenschapper heeft hij status en geld. Toch zit hij met een levensvraag: is dit het? Dan moet je als mens bij jezelf te rade gaan. Dat lukt hem niet, dus valt hij ten prooi aan Mefisto. Deze staat voor de tegenkant van het goede. ‘Ik ben het zwart waardoor je het wit kunt zien’, zegt ze. ‘Je kunt pas het goede ervaren als je weet wat het slechte is’.” Mefisto spoort Faust aan zijn studeerkamer te verlaten om de wijde wereld te verkennen. Tijdens zijn omzwervingen ontmoet hij het volksmeisje Gretchen. Faust wordt verliefd op haar en wekt een kind bij haar op. Het kleine geluk van het gezinsleven blijkt niet voor hem weggelegd. Nadat hij haar broer in een onbezonnen daad heeft vermoord, laat hij de arme Gretchen als een baksteen vallen die zich vervolgens in het ongeluk stort.
Het eerste deel van het stuk wordt, zoals aangekondigd, afgesloten met een Marokkaanse maaltijd, geserveerd door de acteurs die gehuld gaan in djellaba’s. Volgens Marokkaanse traditie moeten de schoenen uit en wordt de smakelijke couscous in lotuszit genuttigd aan lage tafels. Het is alsof we ons bevinden in een eethuis middenin een Marokkaanse medina.
Schoonheid
De exotische maaltijd blijkt een voorproefje te zijn van wat ons na de pauze te wachten staat. De theaterruimte heeft een totale gedaanteverwisseling ondergaan. Op de plek van de houten banken liggen zitkussens en de lege bak is gevuld met water. Comfortabel gezeten aan de rand van het bassin, waarin de acteurs in lange gewaden ronddobberen, ontvouwt zich het tweede deel van Goethe’s stuk dat zich afspeelt in de onderwereld.
,,De Arabische setting is mijn interpretatie”, zegt Röttger die het toneelstuk zelf in het Nederlands vertaalde en bewerkte. ,,In de Arabische cultuur heerst een andere opvatting over goed en kwaad. Dat werkt enorm relativerend. Ik wilde de wereld van Goethe niet reconstrueren, maar het op mijn manier in het nu plaatsen. De onderwereld staat voor het spirituele leven, dat draait om de vraag waarom we hier zijn. Dat is erg actueel, denk maar aan de New Age-beweging. Faust zoekt het in de ideale schoonheid. Hij is op zoek naar de schone Helena, maar dat is een geest, een idee.”
Tijdens zijn zoektocht ontmoet Faust veel bekende figuren uit de oudheid die hem confronteren met zijn onverzadigbare verlangens. Uiteindelijk komt hij erachter dat hij het geluk niet buiten, maar in zichzelf moet zoeken. Als beloning voor dit inzicht stijgt zijn ziel aan het slot van het stuk naar de hemel op, zodat hij toch nog gered wordt. ,,Dat vind ik er door Goethe bij gezocht”, meent Röttger, ,,maar ik voelde me verplicht zijn verhaallijn te volgen.”
Evenals Goethe zelf, heeft iedereen volgens de regisseur een beetje van Faust en een beetje van Mefisto in zich. Om dat over te brengenlaat hij beide personages door verschillende acteurs spelen. Dat het stuk eindigt met een vette knipoog van Mefisto is veelzeggend. Röttger: ,,Dat betekent dat de duivel ons iedere dag beloert. Hij gaat altijd weer op zoek naar een volgende slachtoffer.”
‘Faust’ van J.W. Goethe in de regie van Paul Röttger is t/m 27 sept. te zien in het Rotterdams Centrum voor Theater, Mathenesserdijk 293. Reserveren: 010-4773891.

Comments are closed.