Ortner was oprecht verbaasd geweest dat hij op de foto mocht. 1 Illustratie Bas Wilschut,,Waarom ik?”, had hij de public relations manager gevraagd.,,U zult op de foto de rol van de universiteit verbeelden.
Als intermediair tussen het talent en het bedrijfsleven, past u precies in het statement dat de campagne wil maken. De uienpeller,” Ortner hoorde geen schijn van ironie in de stem, ,,is een schoolvoorbeeld van de werking van Delft Kennisstad.”
Op de gevoelige plaat vastgelegd worden samen met een uienpeller, kon het gekker? Ortner had geen deel aan de opwinding die vorige week rond het ding ontstaan was. Corneel had hem opgebeld, stotterend van enthousiasme had hij verteld dat de eerste schoongepelde uien uit het prototype gerold waren.
,,Stel je voor wat dit op industriële schaal kan betekenen. Ons bedrijf gaat hier mee scoren, Hein. Die studenten van jou hebben iets geniaals bedacht!”
Wat een heisa om niets. Maar als het dan toch opgeklopt moest worden tot een nieuw wereldwonder, wilde Ortner wel een graantje meepikken. Hij kon alle publiciteit gebruiken bij zijn opmars naar de top van het wetenschappelijk bedrijf. De foto zou in heel Delft op grote affiches te zien zijn, als advertentie verschijnen in de dagbladen, in folders richting het bedrijfsleven gaan. Dus trok hij zijn nette pak aan, bezocht de kapper – een beetje gedekt houden bij de slapen graag – en verscheen in de fotostudio.
Corneel was er al, hij demonstreerde het prototype van de uienpeller aan de fotograaf. Het ding, een soort snelkookpan met hulpmotor, maakte een rochelend lawaai. Ortner vreesde dat het apparaat nu al in de soep liep en de ui er gesnipperd uit zou komen. Maar nadat het tumult gestopt was, opende Corneel het deksel van de pan en viste een gladgepelde ui uit het vocht.
Op dat moment slofte een ratachtige jongen binnen. In zijn wenkbrauw en lip zaten stukjes metaal geprikt. Een vale spijkerbroek hing in rafels op zijn afgetrapte gympen.
,,Hoi”, zei hij, op een aanmatigend nonchalante toon.
,,Hallo Ianus, je hebt net de demonstratie gemist. Ik zal nog een ui voor je doen.”
Blijkbaar kende Corneel de schooier.
,,Ben jij de student die de meest bruikbare oplossing…”
,, Yep. ”
,,Zo’n slimme vondst, die vloeistofdruk!”, prees Corneel. ,,De stuikkracht wordt tangentieel omgebogen tot een schuifkracht. Het werkt fantastisch.”
Ortner bekeek nog eens de student. Hij zag er niet uit alsof hij zijn eigen fiets zou kunnen repareren. Ortner besloot een neutrale vraag te stellen.
,,Hoe kwam je zo op dit idee?”
,,Je moet het probleem gewoon niet als een probleem zien”, antwoordde de rat. ,,Waarom zou je moeten uitgaan van pelkracht? Ik dacht: die uienschillen moet je niet pellen, maar schuiven. Dan is het geen probleem als ze scheuren.Altijd met de stroom mee denken, weet je wel. Jezelf verplaatsen in wat die ui wil, enzo.”
Een vervolgvraag wilde in Ortner niet opkomen. Hij inspecteerde de uien; daar was werkelijk niets op aan te merken.
Inmiddels had de fotograaf zijn lampen afgesteld, hij zette het drietal op hun plek. Corneel moest achter zijn uienpeller plaatsnemen, Ortner en de student aan weerszijden van hem. Het is niet te geloven, dacht Ortner, ik kom met dat stuk zwerfvuil op de foto. Wie verzint zoiets? Ik ben nota bene vanmorgen nog naar de kapper geweest. Kan ik dit nog tegenhouden?
Flits: de eerste foto werd gemaakt. Even lachen graag: flits. Ga eens schouder aan schouder staan: flits, flits. De fotograaf schudde zijn hoofd.
,,Het leeft niet. Als jij nu eens,” hij wees naar de student, ,,een uienschil boven het vloeistofvat houdt. En u pakt deze vast.”
Ortner kreeg twee gepelde uien in zijn handen gedrukt. De fotograaf kroop weer achter zijn camera.
,,Dat is al veel beter! Ga maar wat losser staan, het hoeft niet zo strak.” Flits.
Ortner vermoedde, nee wist dat hij voor joker stond. Het is goede publiciteit, hield hij zichzelf voor, goede publiciteit. Maar onder de warme studiolampen voelde Ortner zich een slechte clown. De lucht van de uien kroop in zijn neus en prikte in zijn ogen. Moest hij zo bekend worden, als een uienboer?
De fotograaf richtte zich op. De blik in zijn ogen drukte verbazing uit.
,,Wilt u alstublieft de tranen van uw wangen vegen?”
,,Waarom ik?”, had hij de public relations manager gevraagd.
,,U zult op de foto de rol van de universiteit verbeelden. Als intermediair tussen het talent en het bedrijfsleven, past u precies in het statement dat de campagne wil maken. De uienpeller,” Ortner hoorde geen schijn van ironie in de stem, ,,is een schoolvoorbeeld van de werking van Delft Kennisstad.”
Op de gevoelige plaat vastgelegd worden samen met een uienpeller, kon het gekker? Ortner had geen deel aan de opwinding die vorige week rond het ding ontstaan was. Corneel had hem opgebeld, stotterend van enthousiasme had hij verteld dat de eerste schoongepelde uien uit het prototype gerold waren.
,,Stel je voor wat dit op industriële schaal kan betekenen. Ons bedrijf gaat hier mee scoren, Hein. Die studenten van jou hebben iets geniaals bedacht!”
Wat een heisa om niets. Maar als het dan toch opgeklopt moest worden tot een nieuw wereldwonder, wilde Ortner wel een graantje meepikken. Hij kon alle publiciteit gebruiken bij zijn opmars naar de top van het wetenschappelijk bedrijf. De foto zou in heel Delft op grote affiches te zien zijn, als advertentie verschijnen in de dagbladen, in folders richting het bedrijfsleven gaan. Dus trok hij zijn nette pak aan, bezocht de kapper – een beetje gedekt houden bij de slapen graag – en verscheen in de fotostudio.
Corneel was er al, hij demonstreerde het prototype van de uienpeller aan de fotograaf. Het ding, een soort snelkookpan met hulpmotor, maakte een rochelend lawaai. Ortner vreesde dat het apparaat nu al in de soep liep en de ui er gesnipperd uit zou komen. Maar nadat het tumult gestopt was, opende Corneel het deksel van de pan en viste een gladgepelde ui uit het vocht.
Op dat moment slofte een ratachtige jongen binnen. In zijn wenkbrauw en lip zaten stukjes metaal geprikt. Een vale spijkerbroek hing in rafels op zijn afgetrapte gympen.
,,Hoi”, zei hij, op een aanmatigend nonchalante toon.
,,Hallo Ianus, je hebt net de demonstratie gemist. Ik zal nog een ui voor je doen.”
Blijkbaar kende Corneel de schooier.
,,Ben jij de student die de meest bruikbare oplossing…”
,, Yep. ”
,,Zo’n slimme vondst, die vloeistofdruk!”, prees Corneel. ,,De stuikkracht wordt tangentieel omgebogen tot een schuifkracht. Het werkt fantastisch.”
Ortner bekeek nog eens de student. Hij zag er niet uit alsof hij zijn eigen fiets zou kunnen repareren. Ortner besloot een neutrale vraag te stellen.
,,Hoe kwam je zo op dit idee?”
,,Je moet het probleem gewoon niet als een probleem zien”, antwoordde de rat. ,,Waarom zou je moeten uitgaan van pelkracht? Ik dacht: die uienschillen moet je niet pellen, maar schuiven. Dan is het geen probleem als ze scheuren.Altijd met de stroom mee denken, weet je wel. Jezelf verplaatsen in wat die ui wil, enzo.”
Een vervolgvraag wilde in Ortner niet opkomen. Hij inspecteerde de uien; daar was werkelijk niets op aan te merken.
Inmiddels had de fotograaf zijn lampen afgesteld, hij zette het drietal op hun plek. Corneel moest achter zijn uienpeller plaatsnemen, Ortner en de student aan weerszijden van hem. Het is niet te geloven, dacht Ortner, ik kom met dat stuk zwerfvuil op de foto. Wie verzint zoiets? Ik ben nota bene vanmorgen nog naar de kapper geweest. Kan ik dit nog tegenhouden?
Flits: de eerste foto werd gemaakt. Even lachen graag: flits. Ga eens schouder aan schouder staan: flits, flits. De fotograaf schudde zijn hoofd.
,,Het leeft niet. Als jij nu eens,” hij wees naar de student, ,,een uienschil boven het vloeistofvat houdt. En u pakt deze vast.”
Ortner kreeg twee gepelde uien in zijn handen gedrukt. De fotograaf kroop weer achter zijn camera.
,,Dat is al veel beter! Ga maar wat losser staan, het hoeft niet zo strak.” Flits.
Ortner vermoedde, nee wist dat hij voor joker stond. Het is goede publiciteit, hield hij zichzelf voor, goede publiciteit. Maar onder de warme studiolampen voelde Ortner zich een slechte clown. De lucht van de uien kroop in zijn neus en prikte in zijn ogen. Moest hij zo bekend worden, als een uienboer?
De fotograaf richtte zich op. De blik in zijn ogen drukte verbazing uit.
,,Wilt u alstublieft de tranen van uw wangen vegen?”

Comments are closed.