Het College van Bestuur heeft enkele kleine wijzigingen aangebracht in het voorstel voor het allocatiemodel. Het nieuwe model wordt in januari 1998 ingevoerd, maar krijgt pas een jaar later financiële consequenties.
br />
Begin maart had het college al besloten de verfijning over te nemen van de wetenschappelijke outputmeting, zoals voorgesteld door de Begeleidingscommissie Toepassing Allocatiemodel (BTA). Het cvb heeft nog enkele wijzingingen aangebracht in de weegfactoren alvorens het voorstel aan de u-raad aan te bieden. Die zal het in mei behandelen.
Voor conference proceedings, vakpublicaties, rapporten aan derden en een conference editorschap krijgen wetenschappers twee punten in plaats van anderhalf. Ook de waardering voor wetenschappelijke publicaties wordt omhoog afgerond. Wanneer de impactfactor van het tijdschrift groter is dan 0,75, wordt de weegfactor van de publicatie vijf (was vier plus de impactfactor). Voor ontwerpen handhaaft het college de weegfactor vier, maar het wil ontwerpen met een lagere kwaliteit minder punten toekennen, namelijk twee.
Het nieuwe allocatiemodel gaat op 1 januari 1998 in. De invoering moet budgettair neutraal geschieden. Bovendien moet het systeem zodanig herijkt worden dat de gevolgen voor de afzonderlijke faculteiten binnen de perken blijven. Daarvoor is tijd nodig. Om die reden zullen de financiële consequenties voor de faculteiten in het eerste jaar volledig afgedempt worden. In feite komt dit erop neer dat de effecten van het nieuwe systeem pas vanaf 1999 voelbaar worden.
Zonder de herijking zouden de verschuivingen aanzienlijk zijn, in de orde van één tot drie miljoen gulden meer of minder per faculteit. Als het systeem met ingang van dit jaar was ingevoerd, zouden met name TWI, CT en het OTB flink hebben moeten inleveren, terwijl ET en STM erop vooruit zouden zijn gegaan.
De faculteiten zijn nog niet op de hoogte van de verschuivingen die het systeem tot gevolg zou hebben. ,,Wij zijn er niet tegen dat de onderzoeksoutput anders berekend wordt, maar dan moet er ook een herijking komen, anders is het niet acceptabel”, zegt plaatsvervangend decaan prof.dr. H.G. Meijer van TWI in een voorlopige reactie. TWI publiceert een eigen rapportenserie die in het nieuwe model niet meetelt, waardoor de waarde van het onderzoek zonder compensatie met 2,5 miljoen zou kelderen.
(C.J.)
Het College van Bestuur heeft enkele kleine wijzigingen aangebracht in het voorstel voor het allocatiemodel. Het nieuwe model wordt in januari 1998 ingevoerd, maar krijgt pas een jaar later financiële consequenties.
Begin maart had het college al besloten de verfijning over te nemen van de wetenschappelijke outputmeting, zoals voorgesteld door de Begeleidingscommissie Toepassing Allocatiemodel (BTA). Het cvb heeft nog enkele wijzingingen aangebracht in de weegfactoren alvorens het voorstel aan de u-raad aan te bieden. Die zal het in mei behandelen.
Voor conference proceedings, vakpublicaties, rapporten aan derden en een conference editorschap krijgen wetenschappers twee punten in plaats van anderhalf. Ook de waardering voor wetenschappelijke publicaties wordt omhoog afgerond. Wanneer de impactfactor van het tijdschrift groter is dan 0,75, wordt de weegfactor van de publicatie vijf (was vier plus de impactfactor). Voor ontwerpen handhaaft het college de weegfactor vier, maar het wil ontwerpen met een lagere kwaliteit minder punten toekennen, namelijk twee.
Het nieuwe allocatiemodel gaat op 1 januari 1998 in. De invoering moet budgettair neutraal geschieden. Bovendien moet het systeem zodanig herijkt worden dat de gevolgen voor de afzonderlijke faculteiten binnen de perken blijven. Daarvoor is tijd nodig. Om die reden zullen de financiële consequenties voor de faculteiten in het eerste jaar volledig afgedempt worden. In feite komt dit erop neer dat de effecten van het nieuwe systeem pas vanaf 1999 voelbaar worden.
Zonder de herijking zouden de verschuivingen aanzienlijk zijn, in de orde van één tot drie miljoen gulden meer of minder per faculteit. Als het systeem met ingang van dit jaar was ingevoerd, zouden met name TWI, CT en het OTB flink hebben moeten inleveren, terwijl ET en STM erop vooruit zouden zijn gegaan.
De faculteiten zijn nog niet op de hoogte van de verschuivingen die het systeem tot gevolg zou hebben. ,,Wij zijn er niet tegen dat de onderzoeksoutput anders berekend wordt, maar dan moet er ook een herijking komen, anders is het niet acceptabel”, zegt plaatsvervangend decaan prof.dr. H.G. Meijer van TWI in een voorlopige reactie. TWI publiceert een eigen rapportenserie die in het nieuwe model niet meetelt, waardoor de waarde van het onderzoek zonder compensatie met 2,5 miljoen zou kelderen.
(C.J.)
Comments are closed.