De bouw van het Holland Particle Therapy Centre (HollandPTC) start in mei. Dat maakten initiatiefnemers TU Delft, Erasmus Medisch Centrum en het Leids Universitair Medisch Centrum woensdagmiddag 25 februari bekend.
Het centrum voor protonentherapie wordt gebouwd naast het Reactor Instituut Delft en moet in 2017 zijn deuren openen.
Protontherapie wordt in Nederland nog nergens gegeven. In enkele andere landen wordt de methode wel al toegepast bij de behandeling van kanker, waaronder in de Verenigde Staten, Zwitserland, Duitsland en Japan.
Het belangrijkste voordeel van radiotherapie met protonen ten opzichte van de huidige behandeling is dat tumoren veel gerichter kunnen worden aangepakt, met veel minder schade aan het omringende weefsel. Voor sommige kankersoorten, bijvoorbeeld rond het oog, het hoofd/hals-gebied, de hersenen en vermoedelijk ook de alvleesklier, is zulke precieze bestraling van groot belang.
De techniek lijkt veelbelovend. Behalve HollandPTC start ook het Universitair Medisch Centrum Groningen binnenkort met de bouw van een protonenkliniek, zo liet de raad van bestuur van het UMCG gisteravond weten. En ook in Maastricht en Amsterdam worden plannen gesmeed voor de bouw van klinieken.
Minister Schippers van Volksgezondheid gaf in 2013 aan alle vier de groepen vergunningen en besloot de therapie voor 2200 Nederlandse patiënten per jaar in de verzekerde zorg op te nemen, van wie HollandPTC er 600 zal kunnen behandelen.
Maar niet iedereen juicht de komst van de behandelcentra toe. De zorgverzekeraars vinden dit niet de tijd om dure klinieken te bouwen (samen kosten ze 350 miljoen euro) voor een therapie die in hun ogen onvoldoende bewezen is. Eén centrum in Nederland zou voorlopig volstaan en ze willen dan ook maar met één, nog nader te bepalen kliniek, een contract afsluiten.
Ben Crul, medisch adviseur bij Zilveren Kruis Achmea, zegt hierover vandaag in De Volkskrant: “We zijn bang dat er gemeenschapsgeld wordt gestopt in faciliteiten, waarvan we ons over tien jaar afvragen of we het geld niet beter hadden kunnen besteden. […] Er zijn medische ontwikkelingen aan de gang waardoor protonentherapie in veel gevallen niet meer nodig zal zijn.”
De voorzitter van het college van bestuur van de TU, Dirk Jan van den Berg, kijkt daar uiteraard heel anders tegenaan: “Het fundamentele voordeel van protonentherapie staat al vast, maar er is nog zoveel potentieel voor verdere innovatie. Niet alleen klinisch, maar ook op technologisch gebied waar we nu al toonaangevend zijn.”
HollandPTC is een belangrijk speerpunt binnen de Medical Delta, de medisch-technologische samenwerking tussen de universiteiten en universitair medische centra van Leiden, Delft en Rotterdam.
Comments are closed.