Campus

Bijles achter de pc

Veel studenten geven bijles aan scholieren. Vaak doen ze dat op een bijlesinstituut of bij scholieren thuis. Drie (voormalige) TU-studenten pakken het eigentijdser aan.


Een microfoontje, goede internetverbinding en Flash Player. Meer is er niet nodig om voormalig TU-student Jim Bijwaard en de bijna afgestudeerde Sebastiaan Lemmens (beiden 25) te interviewen in hun eigen ‘online leeromgeving’. De twee startten een jaar geleden samen met TU-alumnus Jan Pieter Versluijs (26) het bedrijfje Net-Les. De naam zegt het al: daarmee geven ze les via het net.


De zelf ontworpen en gebouwde online leeromgeving bestaat uit een pagina waarin lesmateriaal ingevoerd kan worden. Veel is op internet te vinden, bijvoorbeeld op www.wikiwijs.nl. Heeft de scholier een boek of een proefwerk dat nergens online staat, dan kan hij er een foto van maken en die op de pagina laten zien. Daarna is het mogelijk om te tekenen en te schrijven op de pagina, zodat degene aan de andere kant kan meekijken. Via een belverbinding à la Skype praten de twee met elkaar, met of zonder beeld.



Voor het interview hebben Bijwaard en Lemmens samen plaatsgenomen achter de webcam, op de kamer van de eerste. Bijwaard studeerde onlangs af bij de masteropleiding management of technology. Lemmens hoopt nog vóór de zomer zijn studie luchtvaart- en ruimtevaarttechniek af te ronden. De niet-aanwezige Versluijs studeerde sustainable energy technology. Een kantoor hebben de drie nog niet, ze werken vanuit huis.


Dat kan veranderen als hun ambities werkelijkheid worden. Ze hebben de testfase net afgesloten met wekelijkse bijlessen aan vijftien scholieren in de vakken wiskunde, natuurkunde en scheikunde. Lemmens en Versluijs verzorgen die lessen zelf, samen met zeven andere TU-studenten. Volgend jaar willen ze vijfhonderd tot duizend scholieren lesgeven, ook in vakken als economie en biologie gegeven door studenten uit Leiden en Rotterdam. “Dat klinkt veel”, geeft Bijwaard toe, “maar die schatting is gebaseerd op de markt. Volgens cijfers van het CBS krijgt twaalf procent van de middelbare schoolleerlingen een vorm van betaalde bijles. En wij kunnen het hele land beslaan.”



Lemmens, die eerder al bijles gaf via een instituut, merkte al eerder dat de vraag groot is. “Ik heb wel eens een advertentie op Marktplaats gezet. Binnen een paar weken zat ik vol.” Het vinden van studenten die bijles willen en kunnen geven, is ook niet moeilijk, weten de twee. De laatste keer dat ze een advertentie plaatsten met Net-Les, konden ze kiezen. “We zijn vooral op zoek naar studenten met ervaring”, vertelt Lemmens. Vervolgens kunnen zij een cursus volgen, waarvan Net-Les de inhoud heeft gekregen van de TU-minor didactiek.



Didactische en communicatieve vaardigheden zijn bij het online les geven nog meer nodig dan wanneer je fysiek naast elkaar zit, vertelt Bijwaard. Maar daar staat tegenover dat de scholieren en studenten van nu gewend zijn aan online communicatie. Om die reden en omdat de technologie nu echt goed genoeg is, is de markt volgens hem toe aan deze vorm van bijles.



De online leeromgeving van Net-Les leent zich volgens Bijwaard en Lemmens niet alleen goed voor bijles aan leerlingen van havo en vwo, ook studenten van de TU zouden er voordeel van kunnen hebben. Vooral eerstejaars kunnen wel wat hulp gebruiken. “Door het bindend studieadvies kunnen zij in de knel raken. Wij willen ze een ouderejaars coach geven, die hen bijles geeft, maar die hen ook vertelt dat het echt belangrijk is om meteen hard te studeren. Vakken als statica en analyse moeten er meteen goed in.”



Maar waarom zouden scholieren en hun ouders kiezen voor studenten in plaats van gediplomeerde docenten om bijles te geven? Bijwaard: “We zijn goedkoper, kunnen ieder moment van de dag een afspraak maken, staan dicht bij de scholieren en het scheelt reistijd. Garantie op een voldoende kunnen we niet geven, maar dat kan volgens mij niemand. Wel kunnen we scholieren goed laten presteren op hun eigen niveau. En de stof van de middelbare school zit er bij ons nog prima in.”



www.net-les.nl

Minister Donner van binnenlandse zaken is van plan om het puntensysteem te veranderen dat de hoogte van huurprijzen bepaalt. Wie in een studentenhuis gaat wonen heeft daar geen last van, maar de maximale huurprijs voor een zelfstandige woonruimte kan tot 120 euro hoger worden. Op dit moment tellen alleen de eigenschappen van de woning mee voor het bepalen van de huur, maar Donner wil dat vanaf 1 juli ook de locatie meetelt.

Ongeveer een kwart van de uitwonende studenten in Nederland. De LSVb is bang dat deze tachtigduizend studenten een forse huurstijging kunnen verwachten als minister Donner zijn zin krijgt.

“De minister probeert ons gerust te stellen met de belofte dat de nieuwe telling alleen voor nieuwe huurders geldt, maar studenten verhuizen vaak en dus zullen zij er snel mee geconfronteerd worden”, zegt LSVb-voorzitter Sander Breur. De bond verwacht dat studenten hierdoor voor hun master minder snel zullen switchen naar een andere universiteit.

Maar zo’n vaart zal het niet lopen, verwacht Vincent Buitenhuis van het kenniscentrum studentenhuisvesting. “Ik snap dat de LSVb zich zorgen maakt, maar het is de vraag of de corporaties acuut veel hogere huren zullen vragen.” Ze willen wel graag kleinere kamers gaan bouwen, waardoor ze op hetzelfde oppervlakte meer studenten kunnen huisvesten. Dat is in het huidige systeem niet rendabel en met de aanpassingen van Donner wel.

Breur is niettemin tegen de plannen van Donner. “De corporaties zijn vaak wel netjes, maar particulieren zullen de huurprijs gewoon omhooggooien.” Hij hoopt dat de Tweede Kamer de minister morgen kan overtuigen om studenten uit te zonderen van zijn plannen met het huurstelsel.

Zowel de corporaties als de studenten pleiten ervoor om studenten vaker in aanmerking te laten komen voor huurtoeslag. Maar Donner heeft al eerder laten weten daar niets in te zien.

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.