Onderwijs

Zes hoogleraren gaan bestuur adviseren

Het college van decanen maakt na de zomer plaats voor een raad van hoogleraren, die zich vooral richt op wetenschappelijke kwaliteitszorg.In de nieuwe raad worden zes hoogleraren benoemd, die ‘hun sporen hebben verdiend’ en ‘gezag hebben’ binnen de academische gemeenschap.

Zij houden zich bezig met de benoeming van nieuwe hoogleraren en met ‘kwaliteitsgericht carrièrebeleid’ voor de wetenschappenlijke staf. De raad selecteert ook kandidaten voor het rectoraat en de eredoctoraten en is een klankbord voor het universiteitsbestuur.

Het college van bestuur heeft onlangs ingestemd met dit voorstel van een commissie van vier hoogleraren, ondanks forse kritiek van de zittende decanen. Die menen dat de inhoudelijke taken van de raad van hoogleraren bij de decanen moeten blijven. De decanen voorzien problemen wanneer een onafhankelijke raad zich bemoeit met kwaliteitszorg, terwijl de decaan daarvoor uiteindelijk verantwoordelijk is. Volgens hen wordt de decaan teveel ‘gedegradeerd’ tot beheerder, terwijl deze in de nieuwe bestuurssituatie juist integraal manager zou worden.
Filiaalhouder

De universitaire bestuurshervorming (MUB) die de TU per september doorvoert, schrijft voor dat het college van decanen moet verdwijnen. De decaan van de toekomst is een manager, een ‘filiaalhouder’ van het college van bestuur waardoor hij aan dat bestuur geen onafhankelijke advies meer kan uitbrengen. De TU wil de belangrijkste taken van het decanencollege daarom onderbrengen bij de raad van hoogleraren.

De leden ervan zullen uitdrukelijk níet de clusters vertegenwoordigen. Dit om de onafhankelijkheid te waarborgen, licht prof.dr.ir. H. van Bekkum, voorzitter van de adviescommissie toe.

De zes door de wol geverfde TU-profs worden geacht universiteitsbreed te denken. Wel zal bij de keuze rekening gehouden worden met een verdeling naar fundamenteel technische, construerende en ontwerpende disciplines. Om de vrees weg te nemen dat de raad enkel uit ‘vriendjes van het college’ zal bestaan, krijgen de decanen wel inspraak bij de samenstelling van de raad.

Nog niet alle taken van het college van decanen zijn elders ondergebracht. Naast de raad van hoogleraren blijft er een college voor de promoties bestaan. Voor de advisering over research-fellowships, koninklijke onderscheidingen en gastdocenten moet nog een commissie worden gevormd. De afschaffing van het college van decanen heeft ook gevolgen voor andere adviesorganen. Omdat de raad van hoogleraren zich vooral richt op wetenschap, wordt de rol van de AKO (adviescommissie kwaliteitszorg onderwijs) naar verwachtingeen stuk groter.

Het college van decanen maakt na de zomer plaats voor een raad van hoogleraren, die zich vooral richt op wetenschappelijke kwaliteitszorg.

In de nieuwe raad worden zes hoogleraren benoemd, die ‘hun sporen hebben verdiend’ en ‘gezag hebben’ binnen de academische gemeenschap. Zij houden zich bezig met de benoeming van nieuwe hoogleraren en met ‘kwaliteitsgericht carrièrebeleid’ voor de wetenschappenlijke staf. De raad selecteert ook kandidaten voor het rectoraat en de eredoctoraten en is een klankbord voor het universiteitsbestuur.

Het college van bestuur heeft onlangs ingestemd met dit voorstel van een commissie van vier hoogleraren, ondanks forse kritiek van de zittende decanen. Die menen dat de inhoudelijke taken van de raad van hoogleraren bij de decanen moeten blijven. De decanen voorzien problemen wanneer een onafhankelijke raad zich bemoeit met kwaliteitszorg, terwijl de decaan daarvoor uiteindelijk verantwoordelijk is. Volgens hen wordt de decaan teveel ‘gedegradeerd’ tot beheerder, terwijl deze in de nieuwe bestuurssituatie juist integraal manager zou worden.
Filiaalhouder

De universitaire bestuurshervorming (MUB) die de TU per september doorvoert, schrijft voor dat het college van decanen moet verdwijnen. De decaan van de toekomst is een manager, een ‘filiaalhouder’ van het college van bestuur waardoor hij aan dat bestuur geen onafhankelijke advies meer kan uitbrengen. De TU wil de belangrijkste taken van het decanencollege daarom onderbrengen bij de raad van hoogleraren.

De leden ervan zullen uitdrukelijk níet de clusters vertegenwoordigen. Dit om de onafhankelijkheid te waarborgen, licht prof.dr.ir. H. van Bekkum, voorzitter van de adviescommissie toe.

De zes door de wol geverfde TU-profs worden geacht universiteitsbreed te denken. Wel zal bij de keuze rekening gehouden worden met een verdeling naar fundamenteel technische, construerende en ontwerpende disciplines. Om de vrees weg te nemen dat de raad enkel uit ‘vriendjes van het college’ zal bestaan, krijgen de decanen wel inspraak bij de samenstelling van de raad.

Nog niet alle taken van het college van decanen zijn elders ondergebracht. Naast de raad van hoogleraren blijft er een college voor de promoties bestaan. Voor de advisering over research-fellowships, koninklijke onderscheidingen en gastdocenten moet nog een commissie worden gevormd. De afschaffing van het college van decanen heeft ook gevolgen voor andere adviesorganen. Omdat de raad van hoogleraren zich vooral richt op wetenschap, wordt de rol van de AKO (adviescommissie kwaliteitszorg onderwijs) naar verwachtingeen stuk groter.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.