Binnen de TU wordt terughoudend gereageerd op de eerste besparingsplannen van het college van bestuur. “Het zijn nog maar plannen.”
Het college van bestuur (cvb) liet onlangs weten dat de TU binnen drie jaar 45 miljoen euro moet besparen. In de eerste besparingsplannen werden de onderzoeksinstituten OTB en Dimes met naam genoemd.
Wetenschappelijk directeur van OTB Peter Boelhouwer vindt het ‘op zich jammer’ dat het zelfstandige instituut moet samengaan met de faculteit Bouwkunde. “Blijkbaar is het onderzoek dat wij uitvoeren van minder belang. Het aantal onderzoeksvelden waarop wij actief zijn, wordt minder. We zullen ook op de afdeling transport moeten bezuinigen.”
In de samenwerking met Bouwkunde valt volgens Boelhouwer ‘inhoudelijk winst te behalen’. “Wij gaan meer in onderwijs participeren en kunnen meer onderzoek doen. Andere onderzoekers kunnen hier ook meer onderzoek doen.”
Overigens bestaat er binnen OTB discussie over de vraag of fusie met een faculteit als Civiele Techniek en Geowetenschappen niet meer voor de hand zou liggen. De onderdeelcommissie heeft aangekondigd een poll te houden.
OTB wordt volgens Boelhouwer ‘behoorlijk hard aangeslagen’. “Meer dan tien procent: we moeten naar een nulbegroting, tien procent flexibiliseren en extra bezuinigen door de inpassing bij Bouwkunde. De bezuiniging kan twintig procent zijn, maar ook vijftien of dertig procent.”
OTB heeft rond de 120 medewerkers verspreid over zo’n negentig fte’s. Na deze operatie houdt OTB zo’n 70 tot 75 fte’s, schat Boelhouwer. “We hebben ook tijdelijke aanstellingen en proberen het zoveel mogelijk via natuurlijk verloop op te lossen. Overigens zijn het nog maar plannen.”
Wetenschappelijk directeur Kees Beenakker van Dimes, het Delfts Instituut voor Microsystemen en Nanoelectronica, reageert gelaten op het nieuws dat zijn instituut straks niet meer vier miljoen euro per jaar krijgt van het cvb. Dat Dimes zich meer in de markt moet zetten als onderzoeksfaciliteit voor het bedrijfsleven ziet Beenakker als ‘een uitdaging’. “We hebben honderdvijftig projecten lopen vanuit de tweede en derde geldstroom. We kunnen daar wel wat meer geld voor vragen. Er zit een uitdaging in om beschikbaar geld naar je toe te halen.”
De ondernemingsraad (or) vindt dat het college van bestuur ‘de herijking’, waarbij meer dan honderd arbeidsplaatsen vervallen, moet bestempelen als een reorganisatie ‘code 2’. Dat houdt in dat decanen hun veranderingsplannen pas mogen uitvoeren na instemming van de or en de vakbonden in het lokaal overleg. Daarmee wil de or voorkomen dat de decanen en de universiteitsdienst hun plannen per gebied voorleggen aan de lokale onderdeelcommissies (odc’s).
De or zegt de odc’s niet te willen uitsluiten. Ze worden nauw bij de besluitvorming betrokken, omdat ze het dichtst bij de werkvloer staan, aldus de or. Maar de or wil waken voor versplintering en een gebrek aan overzicht bij de medezeggenschap van de komende veranderingen.
Studentenraadsfractie Oras vindt dat besparingen niet ten koste mogen gaan van de onderwijskwaliteit, zegt Oras-lid Edske Smit. Hij vreest daar wel voor, met de toenemende studentenaantallen.
De inventarisatie komt er op verzoek van Martin Bosma, Kamerlid voor de PVV. Bosma vindt dat ‘de positie van het Nederlands wordt uitgehold’ door het veelvuldige gebruik van Engels in het hoger onderwijs. Hij vroeg minister Plasterk om een overzicht van het gebruik van Engels aan de universiteiten en hogescholen en het niveau daarvan.
Volgens internationaliseringorganisatie Nuffic zijn er nu 1388 Engelstalige opleidingen, waaronder veel masters. Veertien opleidingen worden deels in het Engels gegeven. Samen beslaan ze ruim een vijfde van alle geaccrediteerde opleidingen in Nederland.
Over het niveau van al dat Engels is veel minder bekend, ondanks veelgehoorde klachten van studenten over het slechte Engels van hun docenten. De Delftse Studentenvakbond VSSD begon in 2003 met de uitreiking van de ‘worst teacher award’ – een rookworst – aan de docent met het kromste Engels. Reden was dat de masteropleidingen vanaf 1 september 2005 volledig in het Engels gegeven gingen worden.
Met Bosma vindt ook Plasterk het tijd voor een onderzoek. Hij gaat op zoek naar bestaande initiatieven om het Engels van docenten te verbeteren. De minister wil in kaart brengen welke hogescholen en universiteiten zich inzetten voor beter Engels – en hoe ze dat doen – en welke opleidingsinstituten dit niet doen. Eind dit jaar moeten de resultaten bekend zijn.
Bezorgd lijkt Plasterk niet. Hij vertrouwt erop dat de Engelse taalbeheersing van de docenten is gewaarborgd via de accreditatieprocedure. Een Engelstalige opleiding moet kunnen laten zien dat haar docenten het Engels voldoende beheersen.
“We kijken onder meer naar het cv”, bevestigt woordvoerder IJda van den Hout van accreditatieorganisatie NVAO. “Heeft een docent eerder in het Engels les gegeven of heeft hij in een Engelstalig land gestudeerd?”
NVAO let ook op de begeleiding aan de opleiding. “Krijgen docenten de kans hun Engels te verbeteren en hoe gaat de opleiding om met klachten van studenten? En we bekijken de werkstukken van studenten, want eigenlijk zijn die het eindproduct van een docent. Is het Engels goed doorgegeven en wordt het wel juist gecorrigeerd?”
Het college van bestuur (cvb) liet onlangs weten dat de TU binnen drie jaar 45 miljoen euro moet besparen. In de eerste besparingsplannen werden de onderzoeksinstituten OTB en Dimes met naam genoemd.
Wetenschappelijk directeur van OTB Peter Boelhouwer vindt het ‘op zich jammer’ dat het zelfstandige instituut moet samengaan met de faculteit Bouwkunde. “Blijkbaar is het onderzoek dat wij uitvoeren van minder belang. Het aantal onderzoeksvelden waarop wij actief zijn, wordt minder. We zullen ook op de afdeling transport moeten bezuinigen.”
In de samenwerking met Bouwkunde valt volgens Boelhouwer ‘inhoudelijk winst te behalen’. “Wij gaan meer in onderwijs participeren en kunnen meer onderzoek doen. Andere onderzoekers kunnen hier ook meer onderzoek doen.”
Overigens bestaat er binnen OTB discussie over de vraag of fusie met een faculteit als Civiele Techniek en Geowetenschappen niet meer voor de hand zou liggen. De onderdeelcommissie heeft aangekondigd een poll te houden.
OTB wordt volgens Boelhouwer ‘behoorlijk hard aangeslagen’. “Meer dan tien procent: we moeten naar een nulbegroting, tien procent flexibiliseren en extra bezuinigen door de inpassing bij Bouwkunde. De bezuiniging kan twintig procent zijn, maar ook vijftien of dertig procent.”
OTB heeft rond de 120 medewerkers verspreid over zo’n negentig fte’s. Na deze operatie houdt OTB zo’n 70 tot 75 fte’s, schat Boelhouwer. “We hebben ook tijdelijke aanstellingen en proberen het zoveel mogelijk via natuurlijk verloop op te lossen. Overigens zijn het nog maar plannen.”
Wetenschappelijk directeur Kees Beenakker van Dimes, het Delfts Instituut voor Microsystemen en Nanoelectronica, reageert gelaten op het nieuws dat zijn instituut straks niet meer vier miljoen euro per jaar krijgt van het cvb.
Dat Dimes zich meer in de markt moet zetten als onderzoeksfaciliteit voor het bedrijfsleven ziet Beenakker als ‘een uitdaging’. “We hebben honderdvijftig projecten lopen vanuit de tweede en derde geldstroom. We kunnen daar wel wat meer geld voor vragen. Er zit een uitdaging in om beschikbaar geld naar je toe te halen.”
De ondernemingsraad (or) vindt dat het college van bestuur ‘de herijking’, waarbij meer dan honderd arbeidsplaatsen vervallen, moet bestempelen als een reorganisatie ‘code 2’.
Dat houdt in dat decanen hun veranderingsplannen pas mogen uitvoeren na instemming van de or en de vakbonden in het lokaal overleg. Daarmee wil de or voorkomen dat de decanen en de universiteitsdienst hun plannen per gebied voorleggen aan de lokale onderdeelcommissies (odc’s).
De or zegt de odc’s niet te willen uitsluiten. Ze worden nauw bij de besluitvorming betrokken, omdat ze het dichtst bij de werkvloer staan, aldus de or. Maar de or wil waken voor versplintering en een gebrek aan overzicht bij de medezeggenschap van de komende veranderingen.
Studentenraadsfractie Oras vindt dat besparingen niet ten koste mogen gaan van de onderwijskwaliteit, zegt Oras-lid Edske Smit. Hij vreest daar wel voor, met de toenemende studentenaantallen.
De studentenraad zegt in te zien dat er ‘een efficiencyslag nodig is.’ Vanuit de TU zijn voorstellen gedaan voor een efficiëntere organisatie van het onderwijs. “Sommige adviezen zijn best goed”, zegt Oraslid Marcel Klomp.
Hij wijst bijvoorbeeld op het advies om inkomsten uit de markt voor onderwijs te verhogen. “Hoe kun je meer samenwerken met het bedrijfsleven? Bijvoorbeeld door projectonderwijs waarvoor een bedrijf betaalt. Je kunt dat zien als een verkapte stage in het projectonderwijs.”
De sr kan zich ook wel vinden in het advies om het instellingsgeld van studenten die van buiten de TU komen te verhogen tot een kostendekkend tarief. “Anders moet de TU er zelf geld op toeleggen en dat schaadt de TU.”
Minder te spreken is de sr over het afstoten van masteropleidingen waar te weinig studenten op af komen. “Als een master van wezenlijk belang is voor de kennis en aansluiting bij de Delft Research Initiatives moet je die niet afstoten”, zegt Klomp. “Als hij niet maatschappelijk relevant is, kun je hem wel afstoten.”
Fel tegen is de raad op flexibel roosteren. De TU wil vanwege de groeiende studentenaantallen en beperkte collegezalen per september een 10-uurs rooster invoeren. “Die maatregel moet echt zo snel mogelijk vervallen”, zegt Klomp. “De tijden buiten het reguliere rooster moeten vrij blijven voor een bijbaan of sport. Daarom zetten wij ons nu in om samen met de TU tot andere oplossingen te komen.”

Comments are closed.