Opinie

Was will das Weib

Tijd voor het R&O-gesprek, dat vroeger beoordelingsgesprek heette. Het invullen van het standaardformulier brengt mij altijd in verwarring. Het is een moment van bezinning, niet voor de eerste maal leidend tot existentiële vragen.

Hoe doen al die andere mensen dat? Denken die niet na, zijn die voldaan over hun huidige werk of doen die gewoon maar wat en waarom doe ik dat dan niet? Want al dat getwijfel kost zoveel energie en het levert lang niet altijd iets op.

Als mijn oriëntaties zich zouden beperken tot een taakje erbij of eraf binnen mijn huidige baan, was het wel te behappen. Maar nee, aangespoord door Marsmans  ‘Brief aan een vriend’: ‘het roer kan nog zesmaal om!’, laat ik regelmatig opties de revue passeren waarin ik succesvolle internetwinkels begin; in Azië woon en werk; of een luxe bejaardenhuis run. Ideeën genoeg, maar ze passen niet in de standaardvakjes van het R&O-formulier.
Volgende vraag. Wat zijn mijn ambities voor komend jaar? Ik wil leniger worden, ik wil eindelijk eens af van die sluimerende rsi, ik wil volgend jaar in galop door de duinen kunnen crossen – sprak ik na drie paardrijlessen. En ik wil de borstcrawl onder de knie krijgen. Mijn lijstje van voornemens is nog veel langer, maar ik kan u verzekeren dat er geen directe overlap is met de categorieën van ‘te verwerven competenties’ en ‘vervolgstappen in de carrière’ binnen het R&O-format.

Ik vul het formulier naar vermogen in en heb vervolgens het leukste R&O-gesprek van alle negen jaren die ik bij de TU Delft werk. Maar beslist heb ik nog niets. Dat gebeurt als ik aansluitend mijn zwemspullen pak om verder te oefenen op mijn borstcrawl. Tijdens het baantjestrekken is er geen tijd voor beschouwingen en afwegingen. Insteken, S-maken, ademhalen in de oksel – dat is het geheim!- en swoesj, weet ik opeens dat ik minstens nog negen jaren bij de TU wil blijven werken. Ik besluit om aan dit idee vast te houden – in ieder geval tot aan mijn volgende R&O-gesprek.

Delft Cultuurjaar combineert komend weekend de landelijke Open Monumentendag met speciale aandacht voor de verdwijnende Spoorzone. Focus dus op verleden én toekomst van de Delfse cultuur.
Thema van de landelijke monumentendag is ‘Op de kaart’. In Delft zijn zo’n 45 monumenten geselecteerd die op historische kaarten te vinden zijn. Veel hiervan zijn alleen dit weekend  toegankelijk. Heel bijzonder is een varend monument: de pakschuit ‘Nooitgedacht’ is onlangs volledig gerestaureerd en nu te zien aan de Hooikade.
Het weekend is tegelijkertijd de start van de manifestatie ‘Leven aan het Spoor’, georganiseerd door de Werkplaats Spoorzone Delft (WeSD). Langzaam wordt de hele spoorzone afgebroken voor het nieuwe station, met ondergrondse rails. WeSD bracht de verdwijnende spoorzone al eerder onder de aandacht: zij maakten de huizen aan de Van Leeuwenhoeksingel tot kunstwerk. Dit weekend kun je eten, slapen, dansen, muziek luisteren en wandelen aan het spoor. Het evenement wordt zondagavond afgesloten met ‘Retourtje Delft’, een theatervoorstelling op het water voor het legermuseum.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.