Campus

‘Wakker blijven, wakker blijven, wakker blijven…’

De hele nacht ploffen dronken Delftenaren neer op de oranje stoelen van de nachttrein. Voor sommigen het begin van een lange reis naar Delft.

,,Het mooist aan Amsterdam is de intercity naar Eindhoven”, zei cabaretier Theo Maassen eens. Iets soortgelijks geldt voor Delft en de nachttrein. Wie het Delftse uitgaansleven beu is, kan met de OV-jaarkaart zijn geluk zoeken in andere steden.

Keurig op tijd komt de nachttrein uit de richting Amsterdam in Delft aan. Weinigen stappen uit, weinigen stappen in. Kwart voor drie: te laat om nog ergens heen te gaan, te vroeg om al aan te komen.

Conducteurs Hans en Dennis hangen relaxed onderuit in de stoelen van een eerste klas coupé. Ze knippen al sinds half elf ’s ochtends kaartjes. Gevraagd naar hun voorkeur, dag- of nachtdienst, aarzelen ze geen moment: ,,De nachttrein is het leukst”, klinkt het in stereo.

Eens in de twee maanden hebben ze nachtdienst. ,,Iets meer agressie dan overdag, maar dat wordt ruimschoots goedgemaakt door de verhalen die we in de coupés horen”, vindt Dennis. Ondanks de snor is Hans minder streng dan doet vermoeden: ,,Als een schoonheid zonder kaartje mij lief aankijkt, strijk ik met de hand over het hart.”

Overdag zijn intercity’s gevuld met forensen, dagjesmensen en scholieren. Reizigers staren verveeld de polder in en voeren op gedempte toon gesprekken over werk, de huishoudbeurs of de dagaanbieding van de Railtender. In de nachttrein is dat anders: buiten is niets te zien, binnen des te meer. Schipholreizigers en studenten bevolken de trein. Met verheven stem en dubbele tong klinken ouwehoerverhalen door de coupé. Vaak aandachtig gevolgd door Schipholreizigers, die doen alsof ze de krant lezen, maar zich verraden door de bladzijde niet om te slaan.
Verslapen

Dennis pakt zijn portofoon en hoort zichzelf via de intercom omroepen: ‘station Rotterdam CS’. Aan de andere kant van het perron wordt gewacht op de trein richting Delft.

Civielstudent Serge Tool stapt uit en loopt onmiddellijk naar de andere kant van het perron. In Delft had hij uit willen stappen, maar daar is hij slapend voorbij gereden. ,,Het is voor het eerst dat dit me overkomt. Welk station is dit, Rotterdam toch?” Tool is nog steeds niet helemaal wakker.

,,Domme pech. Gelukkig heb ik een OV, dus hoef ik niet opnieuw een kaartje te kopen.” Hij zal een half uur later thuis zijn dan gepland. Dat valt nog mee: iets dieper slapen en de reis duurt drie uur en veertig minuten.

Het bankje voor civieler Tool wordt bezet door Theo Kruse en Michiel Brons, net terug van een concert van het Nederlands Studenten Orkest. Met de nachttrein uit Rotterdam komen, is voor hen ‘gelukkig een vette uitzondering’. Utrecht vinden ze een betere stad om uit te gaan.

Beiden zijn Delft wel eens slapend voorbijgereden. Brons heefteen tip voor vermoeide reizigers: ,,Op een gegeven moment moet je gewoon tegen de deuren leunen. In slaap vallen is dan niet erg: wanneer de deuren openen val je vanzelf op het perron.”

Kruse is het er niet mee eens: ,,Als je dan aan het begin van de reis al moe bent klap je dus een paar keer op het perron.” Brons: ,,Dat is niet erg, daar word je wakker van.”
Irritant

,,Doen jullie een enquête over de nachttrein?” Carlijn de Rombhe en Marga Strubbe, op weg naar Leiden, hebben een lange avond achter de rug: de Ski-hut, Amigo, Holiday, Breakdown… Nog in de waan dat ze geënquêteerd worden stellen ze een verbetering voor: ,,Dat irritante reizigers toegang tot de trein wordt geweigerd. Die jongen daar zeurt al vanaf Rotterdam tegen ons aan.”

Janneke uit Tilburg heeft het woord ‘enquête’ gehoord en komt spontaan alvast met wat gegevens: ,,Ik kom uit Tilburg, studeer beleids- en organisatiewetenschappen – over fusies enzo -, dit was mijn eerste keer stappen in Rotterdam en ik logeer bij mijn vriend in Delft. Oh, en let maar niet op wat ik allemaal zeg want ik ben een beetje dronken.”

Eerstejaars IO-ers Joliene Boschman, Max Derneden en Pascal Kuijten zijn enthousiast over de nachttrein. Boschman: ,,We zijn nog niet vaak met het nachtnet geweest, maar dat komt dit jaar nog wel. Dit zijn trouwens erg relaxte stoelen.”

Relaxte stoelen zijn het zeker, maar wie ooit al slapend Delft voorbij is gereden, had die drie uur en veertig minuten toch liever op zijn matras doorgebracht. Of op de matras van iemand anders natuurlijk.
Het alternatief

Waar had je in drie uur en veertig minuten ook heen gekund?

De nachttreinen pendelen heen en weer tussen Utrecht en Rotterdam. Overdag duurt een reisje Utrecht-Rotterdam 37 minuten, ’s nachts bijna twee uur.

Rotterdam-Delft duurt voor wakkere mensen elf minuten. Wie in die elf minuten dronken in slaap valt, kan de pech hebben pas in Utrecht te ontwaken. Nighttown-Delft duurt dan drie uur en veertig minuten. Als je tenminste niet nog een keer Delft voorbijslaapt. Vergelijk:

Delft-Warffum (nog ver voorbij Groningen): 3.40 uur

Delft-Köln Hbf: 3.34 uur

Delft-Paris Nord: 3.29 uur

,,Het mooist aan Amsterdam is de intercity naar Eindhoven”, zei cabaretier Theo Maassen eens. Iets soortgelijks geldt voor Delft en de nachttrein. Wie het Delftse uitgaansleven beu is, kan met de OV-jaarkaart zijn geluk zoeken in andere steden.

Keurig op tijd komt de nachttrein uit de richting Amsterdam in Delft aan. Weinigen stappen uit, weinigen stappen in. Kwart voor drie: te laat om nog ergens heen te gaan, te vroeg om al aan te komen.

Conducteurs Hans en Dennis hangen relaxed onderuit in de stoelen van een eerste klas coupé. Ze knippen al sinds half elf ’s ochtends kaartjes. Gevraagd naar hun voorkeur, dag- of nachtdienst, aarzelen ze geen moment: ,,De nachttrein is het leukst”, klinkt het in stereo.

Eens in de twee maanden hebben ze nachtdienst. ,,Iets meer agressie dan overdag, maar dat wordt ruimschoots goedgemaakt door de verhalen die we in de coupés horen”, vindt Dennis. Ondanks de snor is Hans minder streng dan doet vermoeden: ,,Als een schoonheid zonder kaartje mij lief aankijkt, strijk ik met de hand over het hart.”

Overdag zijn intercity’s gevuld met forensen, dagjesmensen en scholieren. Reizigers staren verveeld de polder in en voeren op gedempte toon gesprekken over werk, de huishoudbeurs of de dagaanbieding van de Railtender. In de nachttrein is dat anders: buiten is niets te zien, binnen des te meer. Schipholreizigers en studenten bevolken de trein. Met verheven stem en dubbele tong klinken ouwehoerverhalen door de coupé. Vaak aandachtig gevolgd door Schipholreizigers, die doen alsof ze de krant lezen, maar zich verraden door de bladzijde niet om te slaan.
Verslapen

Dennis pakt zijn portofoon en hoort zichzelf via de intercom omroepen: ‘station Rotterdam CS’. Aan de andere kant van het perron wordt gewacht op de trein richting Delft.

Civielstudent Serge Tool stapt uit en loopt onmiddellijk naar de andere kant van het perron. In Delft had hij uit willen stappen, maar daar is hij slapend voorbij gereden. ,,Het is voor het eerst dat dit me overkomt. Welk station is dit, Rotterdam toch?” Tool is nog steeds niet helemaal wakker.

,,Domme pech. Gelukkig heb ik een OV, dus hoef ik niet opnieuw een kaartje te kopen.” Hij zal een half uur later thuis zijn dan gepland. Dat valt nog mee: iets dieper slapen en de reis duurt drie uur en veertig minuten.

Het bankje voor civieler Tool wordt bezet door Theo Kruse en Michiel Brons, net terug van een concert van het Nederlands Studenten Orkest. Met de nachttrein uit Rotterdam komen, is voor hen ‘gelukkig een vette uitzondering’. Utrecht vinden ze een betere stad om uit te gaan.

Beiden zijn Delft wel eens slapend voorbijgereden. Brons heefteen tip voor vermoeide reizigers: ,,Op een gegeven moment moet je gewoon tegen de deuren leunen. In slaap vallen is dan niet erg: wanneer de deuren openen val je vanzelf op het perron.”

Kruse is het er niet mee eens: ,,Als je dan aan het begin van de reis al moe bent klap je dus een paar keer op het perron.” Brons: ,,Dat is niet erg, daar word je wakker van.”
Irritant

,,Doen jullie een enquête over de nachttrein?” Carlijn de Rombhe en Marga Strubbe, op weg naar Leiden, hebben een lange avond achter de rug: de Ski-hut, Amigo, Holiday, Breakdown… Nog in de waan dat ze geënquêteerd worden stellen ze een verbetering voor: ,,Dat irritante reizigers toegang tot de trein wordt geweigerd. Die jongen daar zeurt al vanaf Rotterdam tegen ons aan.”

Janneke uit Tilburg heeft het woord ‘enquête’ gehoord en komt spontaan alvast met wat gegevens: ,,Ik kom uit Tilburg, studeer beleids- en organisatiewetenschappen – over fusies enzo -, dit was mijn eerste keer stappen in Rotterdam en ik logeer bij mijn vriend in Delft. Oh, en let maar niet op wat ik allemaal zeg want ik ben een beetje dronken.”

Eerstejaars IO-ers Joliene Boschman, Max Derneden en Pascal Kuijten zijn enthousiast over de nachttrein. Boschman: ,,We zijn nog niet vaak met het nachtnet geweest, maar dat komt dit jaar nog wel. Dit zijn trouwens erg relaxte stoelen.”

Relaxte stoelen zijn het zeker, maar wie ooit al slapend Delft voorbij is gereden, had die drie uur en veertig minuten toch liever op zijn matras doorgebracht. Of op de matras van iemand anders natuurlijk.
Het alternatief

Waar had je in drie uur en veertig minuten ook heen gekund?

De nachttreinen pendelen heen en weer tussen Utrecht en Rotterdam. Overdag duurt een reisje Utrecht-Rotterdam 37 minuten, ’s nachts bijna twee uur.

Rotterdam-Delft duurt voor wakkere mensen elf minuten. Wie in die elf minuten dronken in slaap valt, kan de pech hebben pas in Utrecht te ontwaken. Nighttown-Delft duurt dan drie uur en veertig minuten. Als je tenminste niet nog een keer Delft voorbijslaapt. Vergelijk:

Delft-Warffum (nog ver voorbij Groningen): 3.40 uur

Delft-Köln Hbf: 3.34 uur

Delft-Paris Nord: 3.29 uur

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.