Onderwijs

Universiteitsdienst moet de spirit weer opppakken

Hans Beunderman, decaan van de faculteit Bouwkunde, pleit ervoor dat de medewerkers van de Universiteitsdienst de decanen en faculteitsmedewerkers meer als collega’s gaan zien.

,,Laten wij elkaar nu gewoon TU-toyeren.”

De medewerkers van de nieuwe Universiteitsdienst (de voormalige clusterdienst Staf, Bestuur en Servicecentra – SBS) hebben een lastige tijd achter de rug vindt Beunderman. ,,Mijn advies is: probeer nu deze periode achter je te laten en de UD op een positieve manier vorm te geven.” Beunderman adviseert de UD een paar feestelijke en inspirerende evenementen te organiseren om de spirit weer op te pakken. Daarnaast zouden de UD’ers zich moeten spiegelen aan de faculteiten. ,,Beschouw ons % ook de decanen – als collega’s en laat je door ons adviseren. Wij hebben de laatste jaren eveneens met forse reorganisaties te maken gehad en weten hoe je de draad weer op kan pakken. Mijn deur staat in ieder geval open.”

Op de kop

Beunderman staat achter de reorganisatie, maar als hij het voor het zeggen had dan zette hij het hele bestuursorganigram van de TU Delft letterlijk op zijn kop. Bovenaan staan dan de studenten en de wetenschappelijke staf, daaronder de decanen, de directeuren, het cvb en onderaan de diensten. ,,In het huidige organigram staan bijvoorbeeld studenten ten onrechte onderaan. Een bestuurder of medewerker moet nooit uit het oog verliezen dat het zijn taak is studenten en wetenschappers een dusdanige ondersteuning te geven dat deze optimaal kunnen functioneren. Het is niet de dienst die de dienst uitmaakt, maar deze moet zich dienstbaar maken voor de organisatie.”

Het is niet zo dat Beunderman alleen slechte ervaringen heeft met het voormalige SBS. ,,Met individuen had ik goede ervaringen, maar slechte met de afdelingen. SBS was te weinig een geheel. Het is nu eenmaal niet zo dat topspelers bij elkaar automatisch een goed team vormen. In het hoofdgebouw vroeg ik eens naar de kamer van een bepaalde medewerker. Het antwoord was: ,,Dat weet ik niet, ik ken de mensen niet die verderop in de gang zitten.” Dat vind ik niet goed en ik hoop dat de nieuwe structuur zorgt voor meer samenhang.”

Eenheid

Een ander kritiekpunt op SBS was dat deze zich teveel richtte op het college van bestuur en zich te weinig dienstverlenend opstelde naar de faculteiten. ,,De opstelling van een cvb is hierbij ook bepalend. Het uitgangspunt is nu TU first: de faculteiten, de UD en het cvb willen meer als eenheid naar buiten treden. Het nieuwe cvb stimuleert daarom dat de UD zich meer richt op de faculteiten. Dat juich ik natuurlijk toe. Ik hoop dat de UD de flexibiliteit kan opbrengen om zijn aandacht te verdelen. Aan de andere kant realiseer ik me dat de positie van de UD (en het vroegere SBS) natuurlijk lastig is: je werkt voor het cvb, de Groepsraad en voor iedere faculteit afzonderlijk. Het valt niet mee om iedereen tevreden te houden maar het is wel je werk.”

Beunderman hoopt dat de UD een professionele flexibele ploeg wordt, waarbij de medewerkers even makkelijk voor het cvb als de faculteiten werken. ,,Eveneens verwacht ik dat de mensen zich integer en integrerend opstellen.”

Tot slot wil Beunderman nog een prijsvraag uitschrijven. ,,De term Ondersteunend Beheers Personeel (OBP) vind ik niets. Dat is toch geen aanduiding voor professionals? Iemand die met een betere term komt % zo mogelijk ook in het Engels % die krijgt van mij een boek dat is uitgegeven door Bouwkunde.”

Hans Beunderman, decaan van de faculteit Bouwkunde, pleit ervoor dat de medewerkers van de Universiteitsdienst de decanen en faculteitsmedewerkers meer als collega’s gaan zien. ,,Laten wij elkaar nu gewoon TU-toyeren.”

De medewerkers van de nieuwe Universiteitsdienst (de voormalige clusterdienst Staf, Bestuur en Servicecentra – SBS) hebben een lastige tijd achter de rug vindt Beunderman. ,,Mijn advies is: probeer nu deze periode achter je te laten en de UD op een positieve manier vorm te geven.” Beunderman adviseert de UD een paar feestelijke en inspirerende evenementen te organiseren om de spirit weer op te pakken. Daarnaast zouden de UD’ers zich moeten spiegelen aan de faculteiten. ,,Beschouw ons % ook de decanen – als collega’s en laat je door ons adviseren. Wij hebben de laatste jaren eveneens met forse reorganisaties te maken gehad en weten hoe je de draad weer op kan pakken. Mijn deur staat in ieder geval open.”

Op de kop

Beunderman staat achter de reorganisatie, maar als hij het voor het zeggen had dan zette hij het hele bestuursorganigram van de TU Delft letterlijk op zijn kop. Bovenaan staan dan de studenten en de wetenschappelijke staf, daaronder de decanen, de directeuren, het cvb en onderaan de diensten. ,,In het huidige organigram staan bijvoorbeeld studenten ten onrechte onderaan. Een bestuurder of medewerker moet nooit uit het oog verliezen dat het zijn taak is studenten en wetenschappers een dusdanige ondersteuning te geven dat deze optimaal kunnen functioneren. Het is niet de dienst die de dienst uitmaakt, maar deze moet zich dienstbaar maken voor de organisatie.”

Het is niet zo dat Beunderman alleen slechte ervaringen heeft met het voormalige SBS. ,,Met individuen had ik goede ervaringen, maar slechte met de afdelingen. SBS was te weinig een geheel. Het is nu eenmaal niet zo dat topspelers bij elkaar automatisch een goed team vormen. In het hoofdgebouw vroeg ik eens naar de kamer van een bepaalde medewerker. Het antwoord was: ,,Dat weet ik niet, ik ken de mensen niet die verderop in de gang zitten.” Dat vind ik niet goed en ik hoop dat de nieuwe structuur zorgt voor meer samenhang.”

Eenheid

Een ander kritiekpunt op SBS was dat deze zich teveel richtte op het college van bestuur en zich te weinig dienstverlenend opstelde naar de faculteiten. ,,De opstelling van een cvb is hierbij ook bepalend. Het uitgangspunt is nu TU first: de faculteiten, de UD en het cvb willen meer als eenheid naar buiten treden. Het nieuwe cvb stimuleert daarom dat de UD zich meer richt op de faculteiten. Dat juich ik natuurlijk toe. Ik hoop dat de UD de flexibiliteit kan opbrengen om zijn aandacht te verdelen. Aan de andere kant realiseer ik me dat de positie van de UD (en het vroegere SBS) natuurlijk lastig is: je werkt voor het cvb, de Groepsraad en voor iedere faculteit afzonderlijk. Het valt niet mee om iedereen tevreden te houden maar het is wel je werk.”

Beunderman hoopt dat de UD een professionele flexibele ploeg wordt, waarbij de medewerkers even makkelijk voor het cvb als de faculteiten werken. ,,Eveneens verwacht ik dat de mensen zich integer en integrerend opstellen.”

Tot slot wil Beunderman nog een prijsvraag uitschrijven. ,,De term Ondersteunend Beheers Personeel (OBP) vind ik niets. Dat is toch geen aanduiding voor professionals? Iemand die met een betere term komt % zo mogelijk ook in het Engels % die krijgt van mij een boek dat is uitgegeven door Bouwkunde.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.