Onderwijs

TU overweegt sluiting IRI-reactor

Het reactorinstituut IRI is het grootste slachtoffer bij de herverdeling van de TU-budgetten. Deze maand begint een commissie zelfs met een onderzoek naar het bestaansrecht van de reactor.

br />
Het IRI viert dit jaar zijn veertigjarig bestaan, maar van een feeststemming is allerminst sprake. De komende jaren krijgt het instituut maar liefst vijf miljoen euro minder van de TU Delft, ruim een derde van het huidige budget. Voor 2004 is al een bezuiniging van één miljoen euro begroot. Op initiatief van collegevoorzitter Hans van Luijk wordt deze maand bovendien een commissie opgericht die de toekomst van het IRI kritisch onder de loep moet nemen.

Hierbij wordt ook de sluiting van de reactor overwogen, bevestigt IRI-directeur dr.ir. Ad Verkooijen. De forse bezuinigingen kwamen voor Verkooijen als een onaangename verrassing. ,,Twee jaar geleden presenteerde de TU Delft zich nog als een onderzoeksuniversiteit. Daarin scoorde het IRI in de jaarverslagen als één van de beste onderdelen. Het huidige college van bestuur heeft besloten om veel meer aandacht aan onderwijs te besteden en de onderzoeksportfolio te beperken tot de speerpunten. Helaas blijkt in de praktijk dat deze speerpunten voornamelijk binnen de faculteiten blijven.”

Verkooijen vindt het verder onverstandig dat in de onderzoekscommissie van het college niemand van het IRI is opgenomen. Het IRI heeft daarom zelf zijn eigen commissie opgericht, bestaande uit de IRI-directie en drie afdelingshoofden. Deze zogenaamde taskforce zoekt zijn heil met name in het aanboren van tweede- en derdegeldstromen. Er wordt onder andere een beroep gedaan op de ministeries van Economische Zaken en Onderwijs en Wetenschappen.

Het IRI houdt zich naast puur kernenergieonderzoek bezig met onderwerpen als zonnecellen, lithium-ionbatterijen, stollingseigenschappen van staal, katalysatoren en radiochemische medische toepassingen. De ioniserende straling die vrijkomt bij de kettingreactie in de reactor wordt hierbij gezien als het bindend element van de wetenschappelijke activiteiten.

De bezuinigingen en geruchten over eventuele sluiting van de reactor leiden dan ook tot grote onrust onder de circa 220 IRI-medewerkers. ,,Er heerst enorme somberheid en onduidelijkheid”, aldus dr. Menno Blauw, als voorzitter van de onderdeelscommissie verantwoordelijk voor de belangenbehartiging van het IRI-personeel. ,,De bezuinigingen zijn zo fors dat we voor de ondergang van het IRI vrezen.”

Het reactorinstituut IRI is het grootste slachtoffer bij de herverdeling van de TU-budgetten. Deze maand begint een commissie zelfs met een onderzoek naar het bestaansrecht van de reactor.

Het IRI viert dit jaar zijn veertigjarig bestaan, maar van een feeststemming is allerminst sprake. De komende jaren krijgt het instituut maar liefst vijf miljoen euro minder van de TU Delft, ruim een derde van het huidige budget. Voor 2004 is al een bezuiniging van één miljoen euro begroot. Op initiatief van collegevoorzitter Hans van Luijk wordt deze maand bovendien een commissie opgericht die de toekomst van het IRI kritisch onder de loep moet nemen.

Hierbij wordt ook de sluiting van de reactor overwogen, bevestigt IRI-directeur dr.ir. Ad Verkooijen. De forse bezuinigingen kwamen voor Verkooijen als een onaangename verrassing. ,,Twee jaar geleden presenteerde de TU Delft zich nog als een onderzoeksuniversiteit. Daarin scoorde het IRI in de jaarverslagen als één van de beste onderdelen. Het huidige college van bestuur heeft besloten om veel meer aandacht aan onderwijs te besteden en de onderzoeksportfolio te beperken tot de speerpunten. Helaas blijkt in de praktijk dat deze speerpunten voornamelijk binnen de faculteiten blijven.”

Verkooijen vindt het verder onverstandig dat in de onderzoekscommissie van het college niemand van het IRI is opgenomen. Het IRI heeft daarom zelf zijn eigen commissie opgericht, bestaande uit de IRI-directie en drie afdelingshoofden. Deze zogenaamde taskforce zoekt zijn heil met name in het aanboren van tweede- en derdegeldstromen. Er wordt onder andere een beroep gedaan op de ministeries van Economische Zaken en Onderwijs en Wetenschappen.

Het IRI houdt zich naast puur kernenergieonderzoek bezig met onderwerpen als zonnecellen, lithium-ionbatterijen, stollingseigenschappen van staal, katalysatoren en radiochemische medische toepassingen. De ioniserende straling die vrijkomt bij de kettingreactie in de reactor wordt hierbij gezien als het bindend element van de wetenschappelijke activiteiten.

De bezuinigingen en geruchten over eventuele sluiting van de reactor leiden dan ook tot grote onrust onder de circa 220 IRI-medewerkers. ,,Er heerst enorme somberheid en onduidelijkheid”, aldus dr. Menno Blauw, als voorzitter van de onderdeelscommissie verantwoordelijk voor de belangenbehartiging van het IRI-personeel. ,,De bezuinigingen zijn zo fors dat we voor de ondergang van het IRI vrezen.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.