Campus

‘Toponderzoekscholen zijn het stomste wat er is’

Kees le Pair vertrekt bij techniekfinancier STW. De directeur met de grote mond gaat zeezeilen. Maar totdat hij voorgoed zijn anker licht, blijft hij zich kwaad maken over het Nederlands wetenschapsbeleid.

Markant en eigenzinnig: het lijkt een cliché, maar deze kenschets op iemand van toepassing is, dan is het dr. C. le Pair. Vanaf de oprichting in 1981 stond hij aan het roer van Technologiestichting STW. Hij werd geroemd om zijn deskundigheid, maar gevreesd om zijn onverbloemde kritiek. Zijn nalatenschap is niet gering: van een subsidieverstrekker in de marge (budget: vier miljoen) heeft hij STW omgevormd tot mega-financier van toepasbaar universitair onderzoek, met jaarlijks 93 miljoen in kas.

STW is een vrijgevochten dochter van de onderzoeksorganisatie NWO. NWO subsidieert zuivere wetenschap, STW is er voor het toegepaste, technisch onderzoek. Toch komt slechts (ruim) de helft van het STW-geld bij de technische universiteiten terecht. Ook de andere universiteiten halen vele miljoenen binnen, als ze maar aan de STW-voorwaarden voldoen: onderzoek moet origineel zijn, maar ook nuttig. Daarom is het bedrijfsleven bij veel projecten betrokken.

De stichting hanteert een heel eigen methode om onderzoek te selecteren. Niet met een commissie van deskundigen, maar met een telkens wisselende, anonieme jury van leken. Daardoor geen gelobby en vriendjespolitiek. En het werkt: STW blijkt een fijne neus te hebben voor kansrijk onderzoek. Het bedrijfsleven loopt met de technologiestichting weg. ,,STW is een succesformule, en dat is het”, aldus Le Pair.
Flauwekul

Le Pair heeft geen goed woord over voor het onderzoekbeleid van voormalig minister Ritzen. Diens opvolger Hermans heeft door één voornemen al een streep gehaald: het plan om 500 miljoen gulden aan onderzoeksgeld weg te halen bij de universiteiten en in beheer te geven van NWO. Le Pair geeft Hermans groot gelijk. ,,Volkomen flauwekul”, noemt hij de gedachte dat NWO dat geld beter besteedt.

Als het aan Le Pair ligt, verdwijnt ook het beleid om een aantal toponderzoekscholen vele miljoenen guldens te geven, ten koste van het andere universitaire onderzoek. Afgelopen voorjaar zijn de eerste zes toppers aangewezen. ,,Het stomste wat er is”, zegt Le Pair over dit plan. ,,Daar moet Hermans onmiddelijk mee stoppen.”

Allereerst deugt het idee an sich niet, vindt Le Pair. ,,Belachelijk. Maar Wijers had hoge ogen gegooid met de technologische topinstituten, en dus wilde Ritzen voor hij vertrok ook nog even scoren. Zo zie ik dat.” Bovendien, voegt hij eraan toe, wat is er niet kapotgemaakt? ,,Ruzies, overspannen hoogleraren, eindeloze vergaderingen: er is zeker voor een miljard verouwehoerd. Voordat je dat hebt terugverdiend…”

Minstens zo veel kritiek heeft Le Pair op de keus van de zestopscholen. ,,De selectie door NWO zou bij ons nooit door de beugel kunnen.” Volgens hem steken er drie technische onderzoekscholen met kop en schouders boven de rest uit: Dimes (Delft), het Burgerscentrum (Delft, Eindhoven, Twente, Utrecht) en Mesa (Twente). Maar geen van drieën is als toponderzoekschool aangewezen. ,,Het ergste is dat deze groepen nu kandidaat zijn om geld bij weg te halen. Universiteiten denken nu: al die lof was kennelijk niet terecht.”

Over de vier technologische topinstituten die Wijers bedacht, is Le Pair veel minder negatief: ,,Dat kunnen goede researchcentra worden.” Toch had hij liever gezien dat het geld hiervoor (jaarlijks vijftig miljoen) gewoon door NWO en STW was verdeeld. Het toverwoord bij de vier technologische instituten is namelijk samenwerking tussen universiteiten en bedrijfsleven. ,,Maar die samenwerking is nu al fantastisch. Tachtig procent van de zelf-producerende bedrijven in Nederland hebben wij in onze kennissenkring. Het probleem is echter dat de top van een bedrijf dat vaak niet weet.”
Begraven

Het gehamer op meer samenwerking heeft volgens Le Pair zelfs gevaren. Bedrijven zijn daardoor geneigd hun eigen research- budget te verkleinen, en ook de overheid heeft een excuus om te snoeien in de onderzoeksbudgetten. Le Pair: ,,Daar ben ik erg bezorgd over. Jarenlang liep Nederland voorop wat research-uitgaven van de overheid betreft, maar tegenwoordig besteden we anderhalf keer zo weinig als andere westerse landen. Nu merk je de gevolgen daarvan nog niet, maar over vijftien tot twintig jaar gaat het verkeerd.”

Niet alleen de overheid ontmoet in Le Pair een geducht criticus. Ook de manier waarop universiteiten hun technisch onderzoek beoordelen zint hem niet. ,,Je moet dat niet beoordelen op basis van wetenschappelijke publicaties. Het draait om technologische successen; om originaliteit en het nut voor industrie of andere gebruikers.”

Weg met citatie-indices en ranglijsten met toptijdschriften wanneer het technologie betreft, concludeert Le Pair: ,,Resultaten publiceren in een internationaal tijdschrift is vaak hetzelfde als ze begraven. Veel bedrijven kijken nooit een high-brow tijdschrift in. STW waarschuwt de technische universiteiten op dit vlak al jaren. Je ziet het gedrag van wetenschappers in negatieve zin veranderen als ze alleen op hun artikelen beoordeeld worden.” (HOP)

Markant en eigenzinnig: het lijkt een cliché, maar deze kenschets op iemand van toepassing is, dan is het dr. C. le Pair. Vanaf de oprichting in 1981 stond hij aan het roer van Technologiestichting STW. Hij werd geroemd om zijn deskundigheid, maar gevreesd om zijn onverbloemde kritiek. Zijn nalatenschap is niet gering: van een subsidieverstrekker in de marge (budget: vier miljoen) heeft hij STW omgevormd tot mega-financier van toepasbaar universitair onderzoek, met jaarlijks 93 miljoen in kas.

STW is een vrijgevochten dochter van de onderzoeksorganisatie NWO. NWO subsidieert zuivere wetenschap, STW is er voor het toegepaste, technisch onderzoek. Toch komt slechts (ruim) de helft van het STW-geld bij de technische universiteiten terecht. Ook de andere universiteiten halen vele miljoenen binnen, als ze maar aan de STW-voorwaarden voldoen: onderzoek moet origineel zijn, maar ook nuttig. Daarom is het bedrijfsleven bij veel projecten betrokken.

De stichting hanteert een heel eigen methode om onderzoek te selecteren. Niet met een commissie van deskundigen, maar met een telkens wisselende, anonieme jury van leken. Daardoor geen gelobby en vriendjespolitiek. En het werkt: STW blijkt een fijne neus te hebben voor kansrijk onderzoek. Het bedrijfsleven loopt met de technologiestichting weg. ,,STW is een succesformule, en dat is het”, aldus Le Pair.
Flauwekul

Le Pair heeft geen goed woord over voor het onderzoekbeleid van voormalig minister Ritzen. Diens opvolger Hermans heeft door één voornemen al een streep gehaald: het plan om 500 miljoen gulden aan onderzoeksgeld weg te halen bij de universiteiten en in beheer te geven van NWO. Le Pair geeft Hermans groot gelijk. ,,Volkomen flauwekul”, noemt hij de gedachte dat NWO dat geld beter besteedt.

Als het aan Le Pair ligt, verdwijnt ook het beleid om een aantal toponderzoekscholen vele miljoenen guldens te geven, ten koste van het andere universitaire onderzoek. Afgelopen voorjaar zijn de eerste zes toppers aangewezen. ,,Het stomste wat er is”, zegt Le Pair over dit plan. ,,Daar moet Hermans onmiddelijk mee stoppen.”

Allereerst deugt het idee an sich niet, vindt Le Pair. ,,Belachelijk. Maar Wijers had hoge ogen gegooid met de technologische topinstituten, en dus wilde Ritzen voor hij vertrok ook nog even scoren. Zo zie ik dat.” Bovendien, voegt hij eraan toe, wat is er niet kapotgemaakt? ,,Ruzies, overspannen hoogleraren, eindeloze vergaderingen: er is zeker voor een miljard verouwehoerd. Voordat je dat hebt terugverdiend…”

Minstens zo veel kritiek heeft Le Pair op de keus van de zestopscholen. ,,De selectie door NWO zou bij ons nooit door de beugel kunnen.” Volgens hem steken er drie technische onderzoekscholen met kop en schouders boven de rest uit: Dimes (Delft), het Burgerscentrum (Delft, Eindhoven, Twente, Utrecht) en Mesa (Twente). Maar geen van drieën is als toponderzoekschool aangewezen. ,,Het ergste is dat deze groepen nu kandidaat zijn om geld bij weg te halen. Universiteiten denken nu: al die lof was kennelijk niet terecht.”

Over de vier technologische topinstituten die Wijers bedacht, is Le Pair veel minder negatief: ,,Dat kunnen goede researchcentra worden.” Toch had hij liever gezien dat het geld hiervoor (jaarlijks vijftig miljoen) gewoon door NWO en STW was verdeeld. Het toverwoord bij de vier technologische instituten is namelijk samenwerking tussen universiteiten en bedrijfsleven. ,,Maar die samenwerking is nu al fantastisch. Tachtig procent van de zelf-producerende bedrijven in Nederland hebben wij in onze kennissenkring. Het probleem is echter dat de top van een bedrijf dat vaak niet weet.”
Begraven

Het gehamer op meer samenwerking heeft volgens Le Pair zelfs gevaren. Bedrijven zijn daardoor geneigd hun eigen research- budget te verkleinen, en ook de overheid heeft een excuus om te snoeien in de onderzoeksbudgetten. Le Pair: ,,Daar ben ik erg bezorgd over. Jarenlang liep Nederland voorop wat research-uitgaven van de overheid betreft, maar tegenwoordig besteden we anderhalf keer zo weinig als andere westerse landen. Nu merk je de gevolgen daarvan nog niet, maar over vijftien tot twintig jaar gaat het verkeerd.”

Niet alleen de overheid ontmoet in Le Pair een geducht criticus. Ook de manier waarop universiteiten hun technisch onderzoek beoordelen zint hem niet. ,,Je moet dat niet beoordelen op basis van wetenschappelijke publicaties. Het draait om technologische successen; om originaliteit en het nut voor industrie of andere gebruikers.”

Weg met citatie-indices en ranglijsten met toptijdschriften wanneer het technologie betreft, concludeert Le Pair: ,,Resultaten publiceren in een internationaal tijdschrift is vaak hetzelfde als ze begraven. Veel bedrijven kijken nooit een high-brow tijdschrift in. STW waarschuwt de technische universiteiten op dit vlak al jaren. Je ziet het gedrag van wetenschappers in negatieve zin veranderen als ze alleen op hun artikelen beoordeeld worden.” (HOP)

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.