Het werkervaringsproject Supair wordt hoogstwaarschijnlijk opgenomen in het toekomstige Bedrijven Service Centrum. Daarmee krijgt het succesvolle project van Werktuigbouw en Maritieme Techniek een universiteitsbreed vervolg.
Share
br />
Het bedrijfsplan van Supair (acroniem voor Supervisie, Procesregeling en Automatiseringsvraagstukken voor jonge ingenieurs) ligt op dit moment ter goedkeuring bij het college van bestuur. Het is de bedoeling om dit project onder te brengen bij het BSC, zodat de hele TU bestreken kan worden bij het vinden van technici en begeleiders voor het uitvoeren van opdrachten voor het bedrijfsleven.
Initiatiefnemer van Supair is dr.ir. P.A. Wieringa, onderwijscoördinator bij Werktuigbouw. Twee jaar geleden begon hij met de bemiddeling tussen ondernemers en TU. Het concept is even simpel als doeltreffend: een bedrijf wil een (kortdurende) technische opdracht laten uitvoeren, maar bezit zelf de kennis en de faciliteiten niet. Supair zoekt binnen de TU naar afgestudeerde ingenieurs of promovendi die het project kunnen uitvoeren. Via het uitzendbureau IUC (Ingenieurs Uitzend Combinatie) worden geschikte kandidaten gedetacheerd, zodat de TU geen arbeidsverplichtingen behoeft aan te gaan met de jonge academici.
In deze opzet kunnen pas afgestudeerden en promovendi tegen een reëel loon snel werkervaring opdoen, krijgt de TU betaald voor de ter beschikking gestelde kennis en het uitzendbureau IUC voor de detachering. Het bedrijf ten slotte kan snel en relatief goedkoop een kortlopend project laten uitvoeren.
Supair heeft zich inmiddels uitgebreid naar faculteiten als Civiele Techniek en Elektrotechniek. Wieringa ziet geen bezwaren in het onderbrengen van Supair bij het BSC, maar benadrukt dat er sprake moet blijven van een duidelijke meerwaarde. ,,Supair loopt nu lekker”, zegt hij. ,,Onduidelijkheid over de definitieve oprichting van het BSC kan bijvoorbeeld vertraging tot gevolg hebben. En dat kan weer verlies van die meerwaarde betekenen.”
Een ander gevaar is dat faculteiten zich voor de bemiddeling straks niet tot het samenwerkende BSC/Supair zullen wenden, maar, op goede ideeën gebracht, dit liever op eigen houtje uitvoeren. Wieringa: ,,Dat kan ik de faculteiten niet aanbevelen. De winsten van het project zullen namelijk zoveel mogelijk terug gaan naar de faculteiten. Een soort bonus voor medewerking, naast de reguliere vergoedingen.”
Onder de vleugels van het Bedrijven Service Centrum zullen een wetenschappelijk directeur, een zakelijk bemiddelaar en een management-assistent benoemd worden in de staf van Supair. Wieringa heeft al te kennen gegeven zijn activiteiten voor Supair in het BSC te willen voortzetten.
(L.d.V)
Het werkervaringsproject Supair wordt hoogstwaarschijnlijk opgenomen in het toekomstige Bedrijven Service Centrum. Daarmee krijgt het succesvolle project van Werktuigbouw en Maritieme Techniek een universiteitsbreed vervolg.
Het bedrijfsplan van Supair (acroniem voor Supervisie, Procesregeling en Automatiseringsvraagstukken voor jonge ingenieurs) ligt op dit moment ter goedkeuring bij het college van bestuur. Het is de bedoeling om dit project onder te brengen bij het BSC, zodat de hele TU bestreken kan worden bij het vinden van technici en begeleiders voor het uitvoeren van opdrachten voor het bedrijfsleven.
Initiatiefnemer van Supair is dr.ir. P.A. Wieringa, onderwijscoördinator bij Werktuigbouw. Twee jaar geleden begon hij met de bemiddeling tussen ondernemers en TU. Het concept is even simpel als doeltreffend: een bedrijf wil een (kortdurende) technische opdracht laten uitvoeren, maar bezit zelf de kennis en de faciliteiten niet. Supair zoekt binnen de TU naar afgestudeerde ingenieurs of promovendi die het project kunnen uitvoeren. Via het uitzendbureau IUC (Ingenieurs Uitzend Combinatie) worden geschikte kandidaten gedetacheerd, zodat de TU geen arbeidsverplichtingen behoeft aan te gaan met de jonge academici.
In deze opzet kunnen pas afgestudeerden en promovendi tegen een reëel loon snel werkervaring opdoen, krijgt de TU betaald voor de ter beschikking gestelde kennis en het uitzendbureau IUC voor de detachering. Het bedrijf ten slotte kan snel en relatief goedkoop een kortlopend project laten uitvoeren.
Supair heeft zich inmiddels uitgebreid naar faculteiten als Civiele Techniek en Elektrotechniek. Wieringa ziet geen bezwaren in het onderbrengen van Supair bij het BSC, maar benadrukt dat er sprake moet blijven van een duidelijke meerwaarde. ,,Supair loopt nu lekker”, zegt hij. ,,Onduidelijkheid over de definitieve oprichting van het BSC kan bijvoorbeeld vertraging tot gevolg hebben. En dat kan weer verlies van die meerwaarde betekenen.”
Een ander gevaar is dat faculteiten zich voor de bemiddeling straks niet tot het samenwerkende BSC/Supair zullen wenden, maar, op goede ideeën gebracht, dit liever op eigen houtje uitvoeren. Wieringa: ,,Dat kan ik de faculteiten niet aanbevelen. De winsten van het project zullen namelijk zoveel mogelijk terug gaan naar de faculteiten. Een soort bonus voor medewerking, naast de reguliere vergoedingen.”
Onder de vleugels van het Bedrijven Service Centrum zullen een wetenschappelijk directeur, een zakelijk bemiddelaar en een management-assistent benoemd worden in de staf van Supair. Wieringa heeft al te kennen gegeven zijn activiteiten voor Supair in het BSC te willen voortzetten.
(L.d.V)
Comments are closed.