Campus

Sociaal is geen vies woord

De Amerikaanse docent en onderzoeker Larry Bucciarelli is een semester te gast bij de TU Delft. Met lezingen, onderzoek en een door hem zelf ontworpen bordspel richt hij zich op de sociale processen bij ontwerpen.

br />
Het eerste wat aan hem opvalt, is waarschijnlijk zijn naam. Louis Lorence Bucciarelli, of kortweg: Larry Bucciarelli. Het lijkt wel een artiestennaam voor een Italiaanse operazanger. ,,Mijn grootouders van mijn vaders kant zijn inderdaad Italiaans”, lacht Bucciarelli. ”Ik ben zelf echter volledig Engelstalig opgevoed. Af en toe bezoek ik verre familie in Italië.”

Bucciarelli studeerde werktuigbouwkunde en promoveerde in de lucht- en ruimtevaarttechniek. In 1966 trad hij aan bij het Massachusetts Institute of Technology (MIT) en werd daar hoogleraar. Hij raakte al vroeg in zijn carrière geïnteresseerd in filosofische vraagstukken. ,,Studenten stelden mij vragen waarvan de antwoorden niet in hun tekstboeken te vinden waren. Fundamentele vragen, over hoe een vraagstelling geformuleerd moet worden, wanneer gegevens betrouwbaar zijn en hoe die geïnterpreteerd moeten worden.” Dit semester is Bucciarelli te gast bij de sectie filosofie van de techniek van Techniek, Bestuur en Management.

Bucciarelli: ,,Het onderwijs dat studenten krijgen is erg eenzijdig. Zij krijgen alleen de uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek en technische projecten gepresenteerd. Vaak krijgen ze geen inzicht in het voortraject. De aannames die er gemaakt zijn, de fouten, de sociale strubbelingen om tot beslissingen te komen.”

En die sociale processen zijn voor Bucciarelli nu juist zo belangrijk. ”Voor sommige ingenieurs is ‘sociaal’ een vies woord. Terwijl in elk technisch project sociale aspecten een grote rol spelen.”

Sabbatsjaar

Over dit onderwerp schreef hij dan ook tijdens een sabbatsjaar aan een Franse universiteit zijn boek ‘Designing Engineers’. Bucciarelli: ,,Een ontwerpteam bestaat uit een grote verscheidenheid aan deelnemers. Elk van die deelnemers heeft een andere opleiding, andere verantwoordelijkheden, andere kwaliteiten. De traditionele modellen en methodes beschouwen het ontwerpproces als een blokkenschema, waarin een ontwerpdoel haast automatisch leidt tot een lijst met eisen, concepten en uiteindelijk tot het best functionerende product. Maar dat is te mechanistisch, zo werkt het natuurlijk niet.”

Hij vergelijkt de complexiteit van sociale interactie tussen leden van een ontwerpteam met die van bewoners van verschillende landen. ,,Je spreekt een andere taal, hebt een andere cultuur.” Vooral als er gewichten aan bepaalde functionele eisen voor een product gegeven moeten worden, is ontwerpen bij lange na geen rationeel proces. ,,Hoe bepaal je met mensen van verschillende disciplines wat belangrijk is en wat niet? Begrijpt de constructiedeskundige van een vliegtuig hoe belangrijk bepaalde aërodynamische eisen zijn? En vice versa. Wie beslist er over dit soort vraagstukken? Een dictator? God?”

Maar biedt het onderzoek van Bucciarelli dan de uitkomst voor dergelijke wegingsproblemen? ,,Nee, niet direct”, geeft hij toe. ”Hiervoor bestaan ook geen kant en klare oplossingen. Het gaat in eerste instantie om bewustwording. Een lid van een ontwerpteam moet zich afvragen welke aspecten een rol spelen buiten de eigen discipline. En waarom en voor wie. Als hij zichdergelijke vragen stelt, wordt het proces van toekennen van gewichten al een stuk sterker, en het uiteindelijke resultaat dus beter.”

Bordspel

Om het begrip tussen de leden van een ontwerpteam te vergroten, ontwikkelde hij een bordspel gericht op onderhandelingen tijdens ontwerpen. De naam voor dit spel kreeg hij aangereikt van een Franse collega: Jeu de Bucciarelli. Bucciarelli haalt uit een koker een serie rode en blauwe driehoeken en een vel papier waarop een raster is getekend. ,,Dit is een potentiële woonplaats voor inwoners van een virtuele wereld, de zogenaamde Deltawereld”, legt hij uit. Het science-fictionachtige spelscenario doet denken aan het bekende bordspel ‘Kolonisten van Katan’. Alleen hebben de spelers, die allemaal een andere rol krijgen toebedeeld, bij het Jeu de Bucciarelli een gemeenschappelijk doel: het tegen lage kosten scheppen van een prettige en veilige leefomgeving. Net als bij het ‘echte’ ontwerpen, zullen de eisen van bijvoorbeeld de architect en die van de constructiespecialist conflicteren. Het spel is inmiddels gespeeld op ongeveer veertig universiteiten in de Verenigde Staten. Bucciarelli is van plan ook IO- of TBM-studenten met zijn blauwe en rode driehoeken te laten kennismaken. ,,Het is altijd leuk om waar te nemen dat iedereen hetzelfde speelbord ziet, maar dat elke speler op andere zaken let. De één telt de rode driehoeken, de ander de blauwe, weer een ander kijkt naar hoe ze gerangschikt zijn.” Een ontwerpmodel waar hij dan ook meer in ziet dan het mechanistische, is die van verschillende disciplines. Zelf gebruikt hij liever de wiskundige term ‘verschillende objectwerelden’: verzamelingen waarvan bepaalde delen volstrekt gescheiden zijn van andere verzamelingen en bepaalde delen overlappen. Pas als de mensen uit deze verschillende objectwerelden elkaar begrijpen, kan er een succesvol resultaat ontstaan.

Illusie

Maar volledig begrip van elkaars objectwereld is volgens Bucciarelli een illusie. ,,Je kunt als ingenieur natuurlijk niet van alle disciplines in het leven verstand hebben. We zijn beperkt in onze tijd en vermogen om kennis op te nemen. Iemand kan ook maar een klein aantal talen spreken. En bovendien: een taal van een bepaald land vloeiend spreken is nog steeds niet hetzelfde als in dat land geboren en getogen zijn.” Toch is enige verdieping in de situatie van de collega een absolute vereiste voor iedere ingenieur. Hij juicht de toenemende rol van vakken als talen, economie, rechten, ethiek en filosofie in het ingenieurscurriculum dan ook toe. Het zou volgens Bucciarelli echter nog beter kunnen: ,,Zoals het nu wordt aangeboden, lijkt het nog steeds alsof al die verschillende vakgebieden totaal verschillende werelden zijn. Maandagochtend vier uur mechanica, woensdagochtend twee uur rechten. Ik zou het liefst zien dat bij een mechanicavraagstuk tegelijkertijd de bijbehorende ethische en economische aspecten worden behandeld. Hierdoor wordt de samenhang, die er nu eenmaal altijd is, veel duidelijker.”

Lezingen van Louis L. Bucciarelli (MIT): Donderdag 18 april: Engineers a Fix: What engineers don’t know and why they believe it. Woensdag 8 mei: Engineers Modeling: What’s fundamental in the stories engineers construct? Donderdag 30 mei: Engineers Teaching: objectives, Methods and opportunities.

Alle lezingen worden gehouden in zaal 2.0.300 van de faculteit TBM. Aanvang 16:00 uur.

De Amerikaanse docent en onderzoeker Larry Bucciarelli is een semester te gast bij de TU Delft. Met lezingen, onderzoek en een door hem zelf ontworpen bordspel richt hij zich op de sociale processen bij ontwerpen.

Het eerste wat aan hem opvalt, is waarschijnlijk zijn naam. Louis Lorence Bucciarelli, of kortweg: Larry Bucciarelli. Het lijkt wel een artiestennaam voor een Italiaanse operazanger. ,,Mijn grootouders van mijn vaders kant zijn inderdaad Italiaans”, lacht Bucciarelli. ”Ik ben zelf echter volledig Engelstalig opgevoed. Af en toe bezoek ik verre familie in Italië.”

Bucciarelli studeerde werktuigbouwkunde en promoveerde in de lucht- en ruimtevaarttechniek. In 1966 trad hij aan bij het Massachusetts Institute of Technology (MIT) en werd daar hoogleraar. Hij raakte al vroeg in zijn carrière geïnteresseerd in filosofische vraagstukken. ,,Studenten stelden mij vragen waarvan de antwoorden niet in hun tekstboeken te vinden waren. Fundamentele vragen, over hoe een vraagstelling geformuleerd moet worden, wanneer gegevens betrouwbaar zijn en hoe die geïnterpreteerd moeten worden.” Dit semester is Bucciarelli te gast bij de sectie filosofie van de techniek van Techniek, Bestuur en Management.

Bucciarelli: ,,Het onderwijs dat studenten krijgen is erg eenzijdig. Zij krijgen alleen de uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek en technische projecten gepresenteerd. Vaak krijgen ze geen inzicht in het voortraject. De aannames die er gemaakt zijn, de fouten, de sociale strubbelingen om tot beslissingen te komen.”

En die sociale processen zijn voor Bucciarelli nu juist zo belangrijk. ”Voor sommige ingenieurs is ‘sociaal’ een vies woord. Terwijl in elk technisch project sociale aspecten een grote rol spelen.”

Sabbatsjaar

Over dit onderwerp schreef hij dan ook tijdens een sabbatsjaar aan een Franse universiteit zijn boek ‘Designing Engineers’. Bucciarelli: ,,Een ontwerpteam bestaat uit een grote verscheidenheid aan deelnemers. Elk van die deelnemers heeft een andere opleiding, andere verantwoordelijkheden, andere kwaliteiten. De traditionele modellen en methodes beschouwen het ontwerpproces als een blokkenschema, waarin een ontwerpdoel haast automatisch leidt tot een lijst met eisen, concepten en uiteindelijk tot het best functionerende product. Maar dat is te mechanistisch, zo werkt het natuurlijk niet.”

Hij vergelijkt de complexiteit van sociale interactie tussen leden van een ontwerpteam met die van bewoners van verschillende landen. ,,Je spreekt een andere taal, hebt een andere cultuur.” Vooral als er gewichten aan bepaalde functionele eisen voor een product gegeven moeten worden, is ontwerpen bij lange na geen rationeel proces. ,,Hoe bepaal je met mensen van verschillende disciplines wat belangrijk is en wat niet? Begrijpt de constructiedeskundige van een vliegtuig hoe belangrijk bepaalde aërodynamische eisen zijn? En vice versa. Wie beslist er over dit soort vraagstukken? Een dictator? God?”

Maar biedt het onderzoek van Bucciarelli dan de uitkomst voor dergelijke wegingsproblemen? ,,Nee, niet direct”, geeft hij toe. ”Hiervoor bestaan ook geen kant en klare oplossingen. Het gaat in eerste instantie om bewustwording. Een lid van een ontwerpteam moet zich afvragen welke aspecten een rol spelen buiten de eigen discipline. En waarom en voor wie. Als hij zichdergelijke vragen stelt, wordt het proces van toekennen van gewichten al een stuk sterker, en het uiteindelijke resultaat dus beter.”

Bordspel

Om het begrip tussen de leden van een ontwerpteam te vergroten, ontwikkelde hij een bordspel gericht op onderhandelingen tijdens ontwerpen. De naam voor dit spel kreeg hij aangereikt van een Franse collega: Jeu de Bucciarelli. Bucciarelli haalt uit een koker een serie rode en blauwe driehoeken en een vel papier waarop een raster is getekend. ,,Dit is een potentiële woonplaats voor inwoners van een virtuele wereld, de zogenaamde Deltawereld”, legt hij uit. Het science-fictionachtige spelscenario doet denken aan het bekende bordspel ‘Kolonisten van Katan’. Alleen hebben de spelers, die allemaal een andere rol krijgen toebedeeld, bij het Jeu de Bucciarelli een gemeenschappelijk doel: het tegen lage kosten scheppen van een prettige en veilige leefomgeving. Net als bij het ‘echte’ ontwerpen, zullen de eisen van bijvoorbeeld de architect en die van de constructiespecialist conflicteren. Het spel is inmiddels gespeeld op ongeveer veertig universiteiten in de Verenigde Staten. Bucciarelli is van plan ook IO- of TBM-studenten met zijn blauwe en rode driehoeken te laten kennismaken. ,,Het is altijd leuk om waar te nemen dat iedereen hetzelfde speelbord ziet, maar dat elke speler op andere zaken let. De één telt de rode driehoeken, de ander de blauwe, weer een ander kijkt naar hoe ze gerangschikt zijn.” Een ontwerpmodel waar hij dan ook meer in ziet dan het mechanistische, is die van verschillende disciplines. Zelf gebruikt hij liever de wiskundige term ‘verschillende objectwerelden’: verzamelingen waarvan bepaalde delen volstrekt gescheiden zijn van andere verzamelingen en bepaalde delen overlappen. Pas als de mensen uit deze verschillende objectwerelden elkaar begrijpen, kan er een succesvol resultaat ontstaan.

Illusie

Maar volledig begrip van elkaars objectwereld is volgens Bucciarelli een illusie. ,,Je kunt als ingenieur natuurlijk niet van alle disciplines in het leven verstand hebben. We zijn beperkt in onze tijd en vermogen om kennis op te nemen. Iemand kan ook maar een klein aantal talen spreken. En bovendien: een taal van een bepaald land vloeiend spreken is nog steeds niet hetzelfde als in dat land geboren en getogen zijn.” Toch is enige verdieping in de situatie van de collega een absolute vereiste voor iedere ingenieur. Hij juicht de toenemende rol van vakken als talen, economie, rechten, ethiek en filosofie in het ingenieurscurriculum dan ook toe. Het zou volgens Bucciarelli echter nog beter kunnen: ,,Zoals het nu wordt aangeboden, lijkt het nog steeds alsof al die verschillende vakgebieden totaal verschillende werelden zijn. Maandagochtend vier uur mechanica, woensdagochtend twee uur rechten. Ik zou het liefst zien dat bij een mechanicavraagstuk tegelijkertijd de bijbehorende ethische en economische aspecten worden behandeld. Hierdoor wordt de samenhang, die er nu eenmaal altijd is, veel duidelijker.”

Lezingen van Louis L. Bucciarelli (MIT): Donderdag 18 april: Engineers a Fix: What engineers don’t know and why they believe it. Woensdag 8 mei: Engineers Modeling: What’s fundamental in the stories engineers construct? Donderdag 30 mei: Engineers Teaching: objectives, Methods and opportunities.

Alle lezingen worden gehouden in zaal 2.0.300 van de faculteit TBM. Aanvang 16:00 uur.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.