Han Bout droeg om zijn omvangrijke buik een T-shirt waar zijn eigen portret op prijkte en daaronder de tekst ‘Han Bout rulez the network!’ Al de hele ochtend zat Han onder Ortners bureau, waar hij met tangetjes, printplaatjes en een pincet de computer opereerde.
Af en toe richtte hij zich op en keken twee Han Bouts Ortner aan: het portret op het T-shirt lachend, het gezicht daarboven steeds somberder. ,,Schroevendraaier”, commandeerde hij dan, of: ,,Klik nog eens op ‘online’, wat zie je?”
Ortner klikte en keek naar het beeldscherm. In de rechterbovenhoek draaide een ster zijn zoveelste baan rond een letter.
,,Hetzelfde als steeds. Alleen maar grijs.”
,,Als dat zo doorgaat eet ik mijn shirt opÆÆ, bromde Han onder de tafel.
Wat weerhoud je, dacht Ortner. Een shirt met een boeventronie en een typfout, eet smakelijk.
Han stak zijn hoofd boven het bureaublad uit. ,,Weet u hoe ik aan dit T-shirt kom?” Ortner klikte nog maar eens op de knop ‘online’. ,,Ik heb hem gekregen van de collega’s toen ik geslaagd was voor de cursus netwerkbeheer. Dat is niet niks hoor, zo’n cursus. Ik ben drie keer gezakt, het T-shirt lag al anderhalf jaar te verstoffen. Maar we hebben het goed gevierd.”
Han glunderde. Hij stak zijn handen in de lucht. ,,Er hing een spandoek op mijn deur: ’the king of the web wide world’. Dat heeft er nog weken gehangen. Twee jaar cursus, man, ik wist alles! Er was geen probleem zo groot of ik wist er een oplossing voor. Maar nu hebben we een ander soort netwerk. Kan ik weer van voor af aan beginnen. Druk nog eens op die drie toetsen die ik je aanwees.”
Ortner voerde de commando’s van koning Han braaf uit. Het scherm werd zwart, de computer startte opnieuw. De hele ochtend verliep volgens dezelfde routine: programma starten, op ‘online’ klikken, wachten op niets. Ortner keek naar het grijze scherm; er verscheen een tekst en plaatjes.
,,Han? Ik geloof dat hij het doet.”
Han kwam nu helemaal onder het bureau vandaan, veegde een haarlok achter zijn oor en draaide het scherm naar zich toe. ,,Yes, we hebben een connection”, siste hij, alsof hij een bericht van Mars had ontvangen. Hij klopte zich op de borst. ,,Han rules!”
Jaja, dacht Ortner, mijn hele ochtend naar de maan. ,,Kan ik nu mijn e-mail binnenhalen?”
Met de routine van een computerjunk drilde Han de muis. In het beeld verscheen een zandlopertje. ,,Wow!”, bracht Han uit. ,,Heavy traffic! U heeft meer dan driehonderd berichten. Dat duurt wel even, voordat die allemaal binnen zijn. Maar het werkt in ieder geval: thumbs up!”
Bewaar je peppraatjes maar voor je volgende klus, dacht Ortner, ik weet precies hoe dat gaat met netwerken. De ene dag doen ze het, de volgende dag schreeuwt iedereen om Han Bout. En dan ben jij toevallig net een paar daagjes op cursus.
Han keek op zijn horloge. ,,Lunch!”, verkondigde hij, en hobbelde de deur uit.
Ortner zette zich voor de computer. Driehonderd berichten, wat een opgave. Hij bekeek een paar berichten en ontdekte dat de meeste achterhaald waren. Dus wiste hij alles dat meer dan een week oud was. Daarna wiste hij alle berichten die aan de hele vakgroep gericht waren, alle berichten met als onderwerp ‘vrijwilligers voorlichtingsdag gezocht’ en nog een paar categorieën, tot hij vijftien berichten overhield. Dat kan ermee door, vond Ortner. Als ik nu een uurtje besteed aan het beantwoorden van de post, ben ik weer helemaal bij. Wat is het toch een snel medium, als je er mee om kunt gaan.
Na een half uur had Ortner vier berichten af. ,,Lunch!”, imiteerde hij Han Bout, terwijl hij op de knop ‘verzenden en ontvangen’ klikte. Op het scherm verscheen een postvakje dat werd geleegd. Opgeruimd staat netjes, dacht Ortner. Daarna verscheen een ander postvakje, waar een envelopje in stak. ‘U heeft zeven nieuwe berichten’, meldde het beeldscherm.
Nee, dat kan niet juist zijn, dacht Ortner. Hier is een vergissing in het spel. Dat kan toch niet allemaal voor mij zijn? Krijg ik de post van alle medewerkers binnen? Misschien wel van de hele universiteit! Ik moet Han bellen. Dit kan wel eens heel ernstig zijn. Of heb ik een virus op mijn computer, dat in het wilde weg post aanmaakt? Hij bekeek de lijst nieuwe berichten. De eerste kwam van h.bout@webserver.tudelft.nl, de tweede ook. Alle zeven kwamen van Han. Onderwerp: test123, testtest.
Blikskater
Han Bout droeg om zijn omvangrijke buik een T-shirt waar zijn eigen portret op prijkte en daaronder de tekst ‘Han Bout rulez the network!’ Al de hele ochtend zat Han onder Ortners bureau, waar hij met tangetjes, printplaatjes en een pincet de computer opereerde. Af en toe richtte hij zich op en keken twee Han Bouts Ortner aan: het portret op het T-shirt lachend, het gezicht daarboven steeds somberder. ,,Schroevendraaier”, commandeerde hij dan, of: ,,Klik nog eens op ‘online’, wat zie je?”
Ortner klikte en keek naar het beeldscherm. In de rechterbovenhoek draaide een ster zijn zoveelste baan rond een letter.
,,Hetzelfde als steeds. Alleen maar grijs.”
,,Als dat zo doorgaat eet ik mijn shirt opÆÆ, bromde Han onder de tafel.
Wat weerhoud je, dacht Ortner. Een shirt met een boeventronie en een typfout, eet smakelijk.
Han stak zijn hoofd boven het bureaublad uit. ,,Weet u hoe ik aan dit T-shirt kom?” Ortner klikte nog maar eens op de knop ‘online’. ,,Ik heb hem gekregen van de collega’s toen ik geslaagd was voor de cursus netwerkbeheer. Dat is niet niks hoor, zo’n cursus. Ik ben drie keer gezakt, het T-shirt lag al anderhalf jaar te verstoffen. Maar we hebben het goed gevierd.”
Han glunderde. Hij stak zijn handen in de lucht. ,,Er hing een spandoek op mijn deur: ’the king of the web wide world’. Dat heeft er nog weken gehangen. Twee jaar cursus, man, ik wist alles! Er was geen probleem zo groot of ik wist er een oplossing voor. Maar nu hebben we een ander soort netwerk. Kan ik weer van voor af aan beginnen. Druk nog eens op die drie toetsen die ik je aanwees.”
Ortner voerde de commando’s van koning Han braaf uit. Het scherm werd zwart, de computer startte opnieuw. De hele ochtend verliep volgens dezelfde routine: programma starten, op ‘online’ klikken, wachten op niets. Ortner keek naar het grijze scherm; er verscheen een tekst en plaatjes.
,,Han? Ik geloof dat hij het doet.”
Han kwam nu helemaal onder het bureau vandaan, veegde een haarlok achter zijn oor en draaide het scherm naar zich toe. ,,Yes, we hebben een connection”, siste hij, alsof hij een bericht van Mars had ontvangen. Hij klopte zich op de borst. ,,Han rules!”
Jaja, dacht Ortner, mijn hele ochtend naar de maan. ,,Kan ik nu mijn e-mail binnenhalen?”
Met de routine van een computerjunk drilde Han de muis. In het beeld verscheen een zandlopertje. ,,Wow!”, bracht Han uit. ,,Heavy traffic! U heeft meer dan driehonderd berichten. Dat duurt wel even, voordat die allemaal binnen zijn. Maar het werkt in ieder geval: thumbs up!”
Bewaar je peppraatjes maar voor je volgende klus, dacht Ortner, ik weet precies hoe dat gaat met netwerken. De ene dag doen ze het, de volgende dag schreeuwt iedereen om Han Bout. En dan ben jij toevallig net een paar daagjes op cursus.
Han keek op zijn horloge. ,,Lunch!”, verkondigde hij, en hobbelde de deur uit.
Ortner zette zich voor de computer. Driehonderd berichten, wat een opgave. Hij bekeek een paar berichten en ontdekte dat de meeste achterhaald waren. Dus wiste hij alles dat meer dan een week oud was. Daarna wiste hij alle berichten die aan de hele vakgroep gericht waren, alle berichten met als onderwerp ‘vrijwilligers voorlichtingsdag gezocht’ en nog een paar categorieën, tot hij vijftien berichten overhield. Dat kan ermee door, vond Ortner. Als ik nu een uurtje besteed aan het beantwoorden van de post, ben ik weer helemaal bij. Wat is het toch een snel medium, als je er mee om kunt gaan.
Na een half uur had Ortner vier berichten af. ,,Lunch!”, imiteerde hij Han Bout, terwijl hij op de knop ‘verzenden en ontvangen’ klikte. Op het scherm verscheen een postvakje dat werd geleegd. Opgeruimd staat netjes, dacht Ortner. Daarna verscheen een ander postvakje, waar een envelopje in stak. ‘U heeft zeven nieuwe berichten’, meldde het beeldscherm.
Nee, dat kan niet juist zijn, dacht Ortner. Hier is een vergissing in het spel. Dat kan toch niet allemaal voor mij zijn? Krijg ik de post van alle medewerkers binnen? Misschien wel van de hele universiteit! Ik moet Han bellen. Dit kan wel eens heel ernstig zijn. Of heb ik een virus op mijn computer, dat in het wilde weg post aanmaakt? Hij bekeek de lijst nieuwe berichten. De eerste kwam van h.bout@webserver.tudelft.nl, de tweede ook. Alle zeven kwamen van Han. Onderwerp: test123, testtest.
Blikskater
Comments are closed.