Oras wint één zetel in studentenraad

De Orasfractie is blij met de uitslag. “We hebben er heel hard voor gewerkt”, zegt lijsttrekker Suze Ann Bakker. Met de opkomst is zij minder tevreden. Die bleef steken op 35,6 procent, een paar procentpunten minder dan vorig jaar.

Bijna vijfduizend studenten hebben hun stem uitgebracht. Omdat het aantal studenten dit studiejaar iets groter is, betekent de daling in het percentage nog geen daling in het aantal stemmers. Dat waren er dit jaar precies twee meer dan vorig jaar.

Bakker had verwacht dat het er veel meer zouden zijn. Twee weken geleden zei ze in deze krant dat ze streefde naar een opkomst van ‘ruim boven de veertig, misschien wel vijftig procent’. Studenten weten, na vorig jaar voor het eerst via het internet gestemd te hebben, nu immers wat digitaal stemmen is, was haar redenering.

Nu de verkiezingen voorbij zijn, kan Bakker niet verklaren waarom zij haar streefgetal niet heeft gehaald. “Ik heb tijdens de campagne wel gemerkt dat veel studenten zich niet interesseren voor de verkiezingen of dat ze niet weten wat het verschil is tussen Oras en AAG. Toen hebben we ze aangespoord toch te gaan stemmen, al is het blanco. Een klein percentage heeft dat ook gedaan.”

Zij denkt niet dat Oras AAG met vier zetels meer compleet zal overstemmen. “Natuurlijk kunnen we met zeven man meer doen dan met zes. We kunnen harder werken om onze verkiezingsbeloftes waar te maken. En we kunnen onze punten meer kracht bijzetten. Maar we blijven in de studentenraad met twee partijen en samenwerking met AAG blijft dus ook belangrijk.”

Gelijktijdig met de verkiezingen voor de studentenraad is vorige week ook de ledenraad van de studentenvakbond VSSD, de DSR, gekozen. Die verkiezingen, die alleen toegankelijk zijn voor de 3200 leden van de VSSD, zijn uitgelopen op een klein drama. Stemde vorig jaar zeventien procent, dit jaar is dat teruggelopen tot zeven procent.

VSSD-bestuurslid Peter van Tol denkt dat de verkiezingen voor de DSR te weinig zijn gepromoot, maar laat het zoeken naar de redenen voor de lage opkomst over aan de verkiezingscommissie.

Over de vraag of het nog wel zin heeft verkiezingen te houden als niemand daarin geïnteresseerd lijkt, wil hij geen uitspraken doen. Net zo min als over de vraag of anders in ieder geval de vorm van die verkiezingen moet veranderen. “Maar we denken wel na over hoe het verder moet want als dit een trend is, is het niet goed.”

De Orasfractie is blij met de uitslag. “We hebben er heel hard voor gewerkt”, zegt lijsttrekker Suze Ann Bakker. Met de opkomst is zij minder tevreden. Die bleef steken op 35,6 procent, een paar procentpunten minder dan vorig jaar.

Bijna vijfduizend studenten hebben hun stem uitgebracht. Omdat het aantal studenten dit studiejaar iets groter is, betekent de daling in het percentage nog geen daling in het aantal stemmers. Dat waren er dit jaar precies twee meer dan vorig jaar.

Bakker had verwacht dat het er veel meer zouden zijn. Twee weken geleden zei ze in deze krant dat ze streefde naar een opkomst van ‘ruim boven de veertig, misschien wel vijftig procent’. Studenten weten, na vorig jaar voor het eerst via het internet gestemd te hebben, nu immers wat digitaal stemmen is, was haar redenering.

Nu de verkiezingen voorbij zijn, kan Bakker niet verklaren waarom zij haar streefgetal niet heeft gehaald. “Ik heb tijdens de campagne wel gemerkt dat veel studenten zich niet interesseren voor de verkiezingen of dat ze niet weten wat het verschil is tussen Oras en AAG. Toen hebben we ze aangespoord toch te gaan stemmen, al is het blanco. Een klein percentage heeft dat ook gedaan.”

Zij denkt niet dat Oras AAG met vier zetels meer compleet zal overstemmen. “Natuurlijk kunnen we met zeven man meer doen dan met zes. We kunnen harder werken om onze verkiezingsbeloftes waar te maken. En we kunnen onze punten meer kracht bijzetten. Maar we blijven in de studentenraad met twee partijen en samenwerking met AAG blijft dus ook belangrijk.”

Gelijktijdig met de verkiezingen voor de studentenraad is vorige week ook de ledenraad van de studentenvakbond VSSD, de DSR, gekozen. Die verkiezingen, die alleen toegankelijk zijn voor de 3200 leden van de VSSD, zijn uitgelopen op een klein drama. Stemde vorig jaar zeventien procent, dit jaar is dat teruggelopen tot zeven procent.

VSSD-bestuurslid Peter van Tol denkt dat de verkiezingen voor de DSR te weinig zijn gepromoot, maar laat het zoeken naar de redenen voor de lage opkomst over aan de verkiezingscommissie.

Over de vraag of het nog wel zin heeft verkiezingen te houden als niemand daarin geïnteresseerd lijkt, wil hij geen uitspraken doen. Net zo min als over de vraag of anders in ieder geval de vorm van die verkiezingen moet veranderen. “Maar we denken wel na over hoe het verder moet want als dit een trend is, is het niet goed.”