Opinie

Onpartijdig en objectief

Tot voor kort was ondergetekende abonnee van het blad Zeno, dat interessante, veelzijdige en actuele artikelen publiceerde over maatschappelijke ontwikkelingen en controverses op het snijvlak van wetenschap, technologie en samenleving.

De hoofdredacteur van dat blad blijkt nu de kandidaat te zijn die door het cvb is afgewezen voor de hoofdredactie van Delta.

Groot was dan ook mijn verbazing toen ik het stuk las van de voorzitter van het cvb waarin hij motiveerde waarom het cvb deze persoon heeft afgewezen. Daarin vermeldt hij uitsluitend dat de kandidaat hoofdredacteur is geweest van het voormalige politieke dagblad De Waarheid, en in dat kader uit hij zijn twijfels over de mate van objectiviteit en partijdigheid die de betreffende persoon als journalist zou kunnen opbrengen. Dit stuk kan ik niet anders dan als misleidend karakteriseren, gezien het bovengenoemde gegeven waarin veel meer aan de criteria wordt voldaan die de cvb-voorzitter als noodzakelijk voor een hoofdredacteur omschreef.

Bij zo%n bestuurder heeft de VSSD dan ook volkomen gelijk als ze niet al te gretig ingaat op ‘onderonsjes’ met het cvb, dat immers niet in staat blijkt te zijn om ‘op onpartijdige en objectief wijze’ de relevante informatie met betrekking tot zijn beslissing te verstrekken.

Het verhaal riep nog veel meer vragen en twijfels op over de inzet van het cvb. Zou het cvb bijvoorbeeld ook afwijzend op een kandidaat gereageerd hebben als de betreffende figuur een PR-blad van een gerenommeerd concern had geredigeerd (toonbeeld van conformisme, met een juiste neus voor wat wel en niet publicabel is in de ogen van topbestuurders met hun voorstelling over wat wel en niet in het belang is van de organisatie)? Met zo%n journalist zijn vermoedelijk eerder ‘rechtstreekse’ afstemmingen en een gemoedelijke verstandhouding mogelijk, dan bij een persoon die controverses niet schuwt.

De hoofdredacteur van dat blad blijkt nu de kandidaat te zijn die door het cvb is afgewezen voor de hoofdredactie van Delta.

Groot was dan ook mijn verbazing toen ik het stuk las van de voorzitter van het cvb waarin hij motiveerde waarom het cvb deze persoon heeft afgewezen. Daarin vermeldt hij uitsluitend dat de kandidaat hoofdredacteur is geweest van het voormalige politieke dagblad De Waarheid, en in dat kader uit hij zijn twijfels over de mate van objectiviteit en partijdigheid die de betreffende persoon als journalist zou kunnen opbrengen. Dit stuk kan ik niet anders dan als misleidend karakteriseren, gezien het bovengenoemde gegeven waarin veel meer aan de criteria wordt voldaan die de cvb-voorzitter als noodzakelijk voor een hoofdredacteur omschreef.

Bij zo%n bestuurder heeft de VSSD dan ook volkomen gelijk als ze niet al te gretig ingaat op ‘onderonsjes’ met het cvb, dat immers niet in staat blijkt te zijn om ‘op onpartijdige en objectief wijze’ de relevante informatie met betrekking tot zijn beslissing te verstrekken.

Het verhaal riep nog veel meer vragen en twijfels op over de inzet van het cvb. Zou het cvb bijvoorbeeld ook afwijzend op een kandidaat gereageerd hebben als de betreffende figuur een PR-blad van een gerenommeerd concern had geredigeerd (toonbeeld van conformisme, met een juiste neus voor wat wel en niet publicabel is in de ogen van topbestuurders met hun voorstelling over wat wel en niet in het belang is van de organisatie)? Met zo%n journalist zijn vermoedelijk eerder ‘rechtstreekse’ afstemmingen en een gemoedelijke verstandhouding mogelijk, dan bij een persoon die controverses niet schuwt.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.