Onderwijs

‘Meisjes vragen direct of ik een vriendje heb’

Volgens de Delftse Werkgroep Homoseksualiteit (DWH) zijn weinig homo’s in het hoger onderwijs open over hun geaardheid. Bouwkundestudent Mario van Megen (24), lid van homo-jongerenvereniging Outsite, denkt dat het op de TU per faculteit verschilt.

Wie de ‘politiek-maatschappelijke nota’ van de DWH leest, wordt niet vrolijk. Er zou in de samenleving een steeds homovijandiger sfeer ontstaan, met subtiele en minder subtiele vormen van discriminatie en zelfs met geweldsincidenten. Heb jij daar last van?

“Afgelopen zomer zijn er in Amsterdam een paar keer homo’s aangevallen en in elkaar geslagen. Je hoort er tegenwoordig veel over, deels omdat er meer op gefocust wordt. Maar ook bij onze vereniging Outsite gebeuren er soms nare dingen. Tijdens de Owee bijvoorbeeld, hadden we een buitenbar. Een meisje dat daarachter stond, is in haar gezicht gespuugd. Of mensen roepen bij ons ‘homo’s!’ naar binnen. Ik ben heel nuchter, maar ik weet dat veel mensen er niet meer gemakkelijk voor uit komen dat ze homo zijn.”

Vertel jij mensen op de universiteit dat je homo bent?

“Ik stap niet op mensen af met ‘hallo, ik ben Mario en ik ben homo’. Ik laat het in een gesprek een keer vallen. Meisjes zijn dan direct enthousiast en vragen of ik een vriendje heb. Jongens vallen vaak stil en durven me niet meer aan te kijken. Homoseksualiteit is tussen aanhalingstekens geaccepteerd, maar veel mensen weten niet hoe ze ermee om moeten gaan. Dat is trouwens niet op elke faculteit hetzelfde. Bij Bouwkunde en Industrieel Ontwerpen zijn mensen opener dan bij Techniek, Bestuur en Management of Wiskunde, Elektrotechniek en Informatica. Homo’s die aan die faculteiten studeren, leven vaak in twee werelden, weet ik uit verhalen.”

De DWH vindt dat de gemeente en de universiteit subsidies voor studentenverenigingen moeten stopzetten als zij niet voldoende homovriendelijk zijn.

“Ik vind dat een beetje overdreven. Verenigingen verschillen onderling. Bij Sint Jansbrug lopen bijvoorbeeld heel veel homo’s rond. Daar zit in bijna elke jaarclub wel een homo. Bij de Delftsche Studenten Bond of de Bolk is het ook heel geaccepteerd. Maar als ik een kennis die lid is van Virgiel vraag of hij daar homo’s kent, weet hij er maar één. Een kennis bij het corps weet zelfs niemand.”

Hoe komt dat?

“Ik kan me niet voorstellen dat er bij Virgiel of het corps geen homo’s lid zijn. Alleen al omdat veel eerstejaars nog niet weten dat ze homo zijn als ze in de Owee lid worden van een vereniging. Is de sfeer bij Virgiel en het corps dan zo macho dat mensen daar niet uit de kast komen? Ik weet het niet. Ik wil ook geen kwaad spreken over die verenigingen. Zij doen natuurlijk vooral heel veel leuke dingen.”

Wie de ‘politiek-maatschappelijke nota’ van de DWH leest, wordt niet vrolijk. Er zou in de samenleving een steeds homovijandiger sfeer ontstaan, met subtiele en minder subtiele vormen van discriminatie en zelfs met geweldsincidenten. Heb jij daar last van?

“Afgelopen zomer zijn er in Amsterdam een paar keer homo’s aangevallen en in elkaar geslagen. Je hoort er tegenwoordig veel over, deels omdat er meer op gefocust wordt. Maar ook bij onze vereniging Outsite gebeuren er soms nare dingen. Tijdens de Owee bijvoorbeeld, hadden we een buitenbar. Een meisje dat daarachter stond, is in haar gezicht gespuugd. Of mensen roepen bij ons ‘homo’s!’ naar binnen. Ik ben heel nuchter, maar ik weet dat veel mensen er niet meer gemakkelijk voor uit komen dat ze homo zijn.”

Vertel jij mensen op de universiteit dat je homo bent?

“Ik stap niet op mensen af met ‘hallo, ik ben Mario en ik ben homo’. Ik laat het in een gesprek een keer vallen. Meisjes zijn dan direct enthousiast en vragen of ik een vriendje heb. Jongens vallen vaak stil en durven me niet meer aan te kijken. Homoseksualiteit is tussen aanhalingstekens geaccepteerd, maar veel mensen weten niet hoe ze ermee om moeten gaan. Dat is trouwens niet op elke faculteit hetzelfde. Bij Bouwkunde en Industrieel Ontwerpen zijn mensen opener dan bij Techniek, Bestuur en Management of Wiskunde, Elektrotechniek en Informatica. Homo’s die aan die faculteiten studeren, leven vaak in twee werelden, weet ik uit verhalen.”

De DWH vindt dat de gemeente en de universiteit subsidies voor studentenverenigingen moeten stopzetten als zij niet voldoende homovriendelijk zijn.

“Ik vind dat een beetje overdreven. Verenigingen verschillen onderling. Bij Sint Jansbrug lopen bijvoorbeeld heel veel homo’s rond. Daar zit in bijna elke jaarclub wel een homo. Bij de Delftsche Studenten Bond of de Bolk is het ook heel geaccepteerd. Maar als ik een kennis die lid is van Virgiel vraag of hij daar homo’s kent, weet hij er maar één. Een kennis bij het corps weet zelfs niemand.”

Hoe komt dat?

“Ik kan me niet voorstellen dat er bij Virgiel of het corps geen homo’s lid zijn. Alleen al omdat veel eerstejaars nog niet weten dat ze homo zijn als ze in de Owee lid worden van een vereniging. Is de sfeer bij Virgiel en het corps dan zo macho dat mensen daar niet uit de kast komen? Ik weet het niet. Ik wil ook geen kwaad spreken over die verenigingen. Zij doen natuurlijk vooral heel veel leuke dingen.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.