Onderwijs

Kicken in een tweewieler

Zweetdruppeltjes staan op het voorhoofd van Boudewijn van Sambeek. De eerstejaars student werktuigbouwkunde hijgt nog een beetje na van de finalerace tussen de twee beste éénassige tweewielers op het 3mE-plein.

Zweetdruppeltjes staan op het voorhoofd van Boudewijn van Sambeek. De eerstejaars student werktuigbouwkunde hijgt nog een beetje na van de finalerace tussen de twee beste éénassige tweewielers op het 3mE-plein. De hele dag hebben veertig teams eerstejaars tegen elkaar gestreden met hun zelf doorgerekende en zelf gebouwde tweewielers. Het gros viel af door een slechte constructie. In de hal van de faculteit staan de maaksels, inclusief afgelopen kettingen en doorgebroken assen, er wat verlaten bij als de finalisten aan het einde van de middag de eindstrijd openen op het bochtige parcours.

Van Sambeeks tweewieler zit wel solide in elkaar. Zo solide, dat hij zichzelf heeft verbaasd met zijn eindtijd: 29,88 seconden. De tweewieler van de andere finalist werd aangedreven door een elektromotor, Van Sambeek moest trappen. Dat bleek een goede keuze, want Van Sambeek kwam na een vlekkeloze race ruim als eerste over de streep. Hoe zijn tweewieler de winnende werd? “We hebben het theoretische gedeelte serieus aangepakt. En voor de deeloplossingen konden we met hulp van sponsors de duurste onderdelen gebruiken.”

Ook Van Sambeeks postuur kan een rol hebben gespeeld. Hij is klein van stuk en weegt een bescheiden zestig kilo. “Bovendien hockey ik twee keer in de week, dus ik heb een goede conditie.” Allemaal redenen waarom de student van zijn teamleden de tweewieler mocht besturen, hoewel zij ook wel wilden. “Het is een enorme kick om in zo’n ding te rijden”, verklaart Van Sambeek.

De races vormden een interessant schouwspel voor de toeschouwers, die telkens weer van het parcours gesommeerd moesten worden. De tweewielers, bestaande uit twee gigantische fietswielen met een diameter van ruim 120 centimeter en daartussen, in een ligstoel, de bestuurder, reden geregeld in elkaars wielen. Of ze knalden op de afzettingen. Of ze kwamen gewoon nauwelijks vooruit. In eerdere rondes deden sommige voertuigen er wel vijf minuten over om het parcours af te leggen. Als ze de eindstreep al haalden.

Van Sambeek is dan ook niet echt onder de indruk van de bouwsels van zijn medestudenten, vertelt hij met een lichte ergernis in zijn stem. Ze zullen er wel minder aandacht aan hebben besteed dan zijn eigen team.

De meeste deelnemers, gestoken in kanariegele shirts, wekken niet de indruk gedesinteresseerd te zijn. Enthousiast bekijken ze de tweewielers die hun collega’s hebben gebouwd, de spanning in hun gelederen stijgt als de jury zich terugtrekt voor beraad. Er zijn niet alleen prijzen te winnen voor de snelste ronde, maar ook voor het beste ontwerp. Die gaan gedeeltelijk naar andere teams dan de snelheidswinnaars. En zo vallen toch nog behoorlijk wat studenten in de prijzen. Die zullen hun studie wel afmaken.

Saskia Bonger

(Foto: Sam Rentmeester/FMAX)

De hele dag hebben veertig teams eerstejaars tegen elkaar gestreden met hun zelf doorgerekende en zelf gebouwde tweewielers. Het gros viel af door een slechte constructie. In de hal van de faculteit staan de maaksels, inclusief afgelopen kettingen en doorgebroken assen, er wat verlaten bij als de finalisten aan het einde van de middag de eindstrijd openen op het bochtige parcours.



Van Sambeeks tweewieler zit wel solide in elkaar. Zo solide, dat hij zichzelf heeft verbaasd met zijn eindtijd: 29,88 seconden. De tweewieler van de andere finalist werd aangedreven door een elektromotor, Van Sambeek moest trappen. Dat bleek een goede keuze, want Van Sambeek kwam na een vlekkeloze race ruim als eerste over de streep. Hoe zijn tweewieler de winnende werd? “We hebben het theoretische gedeelte serieus aangepakt. En voor de deeloplossingen konden we met hulp van sponsors de duurste onderdelen gebruiken.”



Ook Van Sambeeks postuur kan een rol hebben gespeeld. Hij is klein van stuk en weegt een bescheiden zestig kilo. “Bovendien hockey ik twee keer in de week, dus ik heb een goede conditie.” Allemaal redenen waarom de student van zijn teamleden de tweewieler mocht besturen, hoewel zij ook wel wilden. “Het is een enorme kick om in zo’n ding te rijden”, verklaart Van Sambeek.



De races vormden een interessant schouwspel voor de toeschouwers, die telkens weer van het parcours gesommeerd moesten worden. De tweewielers, bestaande uit twee gigantische fietswielen met een diameter van ruim 120 centimeter en daartussen, in een ligstoel, de bestuurder, reden geregeld in elkaars wielen. Of ze knalden op de afzettingen. Of ze kwamen gewoon nauwelijks vooruit. In eerdere rondes deden sommige voertuigen er wel vijf minuten over om het parcours af te leggen. Als ze de eindstreep al haalden.



Van Sambeek is dan ook niet echt onder de indruk van de bouwsels van zijn medestudenten, vertelt hij met een lichte ergernis in zijn stem. Ze zullen er wel minder aandacht aan hebben besteed dan zijn eigen team.



De meeste deelnemers, gestoken in kanariegele shirts, wekken niet de indruk gedesinteresseerd te zijn. Enthousiast bekijken ze de tweewielers die hun collega’s hebben gebouwd, de spanning in hun gelederen stijgt als de jury zich terugtrekt voor beraad. Er zijn niet alleen prijzen te winnen voor de snelste ronde, maar ook voor het beste ontwerp. Die gaan gedeeltelijk naar andere teams dan de snelheidswinnaars. En zo vallen toch nog behoorlijk wat studenten in de prijzen. Die zullen hun studie wel afmaken.



Saskia Bonger



(Foto: Sam Rentmeester/FMAX)


 

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.