Vier jaar geleden rondde ze haar studie technische bestuurskunde af aan de TU Delft. Nu is ze de hele dag in de weer met schoonmaakmiddelen.
Wat is er misgegaan met de carrière van Claire de Nerée tot Babberich? Niets. Ze houdt zich bezig met de marketing van Cif en Glorix bij Unilever.
Zelfs als Claire de Nerée tot Babberich terugdenkt aan haar studententijd in Delft, gaan haar gedachten beroepsmatig uit naar schoonmaakmiddelen. Maar hoe ze ook graaft in haar geheugen, ze kan zich geen fles of spuitbus uit die tijd voor de geest halen. Dat lijkt niet zo vreemd. Want wie herinnert zich wel met welke wc-reiniger hij de overbelaste toiletpot in zijn studentenhuis schoonmaakte? Of met wat voor soort ontkalker de badkamertegeltjes een beurt kregen? Maar dat is een schrale troost voor de oud-student technische bestuurskunde, of eigenlijk een teleurstelling. ,,Er wordt van alles aan gedaan om zo’n middel een herkenbaar uiterlijk te geven”, zegt De Nerée tot Babberich. ,,Maar de meeste mensen besteden nauwelijks aandacht aan reinigingsmiddelen als ze die in hun supermarktkarretje gooien. Zelf heb ik me er blijkbaar ook nooit mee bezig gehouden. Dat is niet echt leuk om te beseffen, want we geven een middel heel bewust een bepaalde naam en verpakking om het daarna in te delen in een bepaald segment, zoals extra geur of extra krachtig. We besteden veel tijd aan de uitstraling van een product. Aan de andere kant blijkt gelukkig dat supermarktbezoekers wel vaak de doppen van flessen allesreiniger af draaien.”
De Nerée tot Babberich is nu brand manager bij Unilever. Samen met haar collega’s ‘ontwerpt’ ze het imago van wc-reinigers, hygiënische doekjes, schuurmiddelen, allesreinigers en nog oneindig veel meer poetsproducten. Cif en Glorix zijn de troetelkindjes van de oud-TU-student. Elke geur, verpakkingsvorm en zelfs ieder woord dat op de flessen staat, is voor haar onderwerp van discussie en onderzoek. Want consumenten hebben misschien weinig zin om zich uitgebreid te verdiepen in schoonmaakmiddelen, andersom heeft De Nerée tot Babberich een verregaande interesse ontwikkeld voor de inhoud van keukenkastjes en de ervaringen van schoonmakende huisvrouwen- of mannen. Ze vindt het allang niet gek meer om twee uur te keuvelen over de manier waarop je een douchecabine schoonboent. ,,Want als je specifiek vraagt naar de manier waarop mensen schoonmaken, zijn ze wel geïnteresseerd”, vertelt ze. ,,Tijdens de praatsessies die we bij Unilever houden, raken deelnemers soms niet uitgepraat. Het is een uitdaging om iets te doen met de wensen van de consument. Door een verpakking aan te passen, of de samenstelling van een middel iets aan te passen, kun je soms een compleet nieuw product creëren.”
Boekje
Omgaan met mensen heeft De Nerée tot Babberich altijd getrokken. Tijdens haar studie technische bestuurskunde omzeilde ze de technische vakken. Van haar twee afstudeerrichtingen vond ze procestechnologie, dat inging op vraagstukken over de fabricage van producten, te eenzijdig. Ze miste het ‘het sociale’. Kennismanagement, het tweede afstudeeronderwerp, was haar passie. Hoe maak je zo efficiënt mogelijk gebruik van de aanwezige kennis in een organisatie? De vraag intrigeerde haar zo dat ze er een boekje over schreef met professor Hans de Bruijn van de faculteit Technische Bestuurskunde en Management. En ook in haar beginjarenbij Unilever zette ze zich in om alle expertise binnen het bedrijf te delen. Ze bracht tomatentelers uit de hele wereld bij elkaar en ontketende discussies over de smaak, kleur en voedsel van de groenten. Ze reisde naar fabrieken in de verste landen en vergeleek op welke manier het personeel de voorschriften naleefde van een Japanse methode, die erop gericht was om bedrijven zo efficiënt mogelijk te laten draaien. De regels over bijvoorbeeld de productie, de afvalverwerking, of de trainingen en begeleiding van werknemers, werden vaak met kleine verschillen geïnterpreteerd. Het beste uit al die opvattingen verenigen: dat was haar taak. ,,Je past de puzzelstukjes in elkaar. Je stelt vast wat je nog niet weet, en wat je nog te weten wilt komen. Heel leuk werk.”
Toch maakte ze een jaar geleden de overstap naar de marketingafdeling. ,,Ik wilde me meer bezighouden met de corebusiness bij Unilever”, aldus De Nerée tot Babberich, die ondertussen denkt en spreekt in de Engelse voertaal bij het bedrijf. ,,Niet dat kennismanagement onbelangrijk is, maar de resultaten zijn vaak pas na een lange periode meetbaar, en dan nog niet echt nauwkeurig. Mijn baan stond nooit op de tocht, maar je dacht er wel eens over na. Mijn projecten waren vooral gericht op de lange termijn. En als er iets urgents tussen kwam, sneuvelde zo’n project nogal eens.”
,,Bij de marketing van producten werk je veel meer op de korte termijn. Het is behoorlijk confronterend. Ik kan echt met een rotgevoel naar huis gaan als ik hoor dat de verkoopcijfers van een schoonmaakmiddel waar ik mee bezig ben, zijn gedaald.”
De afstudeerrichting procestechnologie komt haar wel goed van pas tijdens het werk. ,,Ik weet wat het inhoudt om iets te veranderen in de fabricage van een product. Je kunt als marketingmanager wel roepen: die fles moet van mooier materiaal worden gemaakt, of dat middel moet een ander geurtje krijgen. Maar soms is zo’n aanpassing technologisch gezien gewoon niet haalbaar.”
Supermarkt
De nieuwe baan van De Nerée tot Babberich is geen functie die in de studiegids van technische bestuurskunde wordt aangehaald onder het kopje carrièremogelijkheden. Ze ziet haar carrière dan ook meer als een verlengde van de opleiding. ,,Het lijkt me al sinds mijn studietijd fantastisch om zieke organisaties beter maken. Consultancy heet dat met een mooi woord. En dit is het goede pad, mijn eigen opleiding tot organisatiedokter.”
Want wie wil meebeslissen over de koers van grote bedrijven, kan niet teren op theoretische modellen uit studieboeken, vindt De Nerée tot Babberich. Ze wil ervaring opdoen, meedraaien op verschillende niveaus van het bedrijfsleven. ,,Ik leer zo veel door dit werk. Als ik door een supermarkt loop, kijk ik met hele andere ogen naar de schappen. Je moet in dit vak met inventieve dingen te komen om je producten in het spotlight te zetten. Pas heb ik bijvoorbeeld een decoratieve verpakking laten maken voor onze geïmpregneerde schoonmaakdoekjes. Daar kunnen mensen hun aanrecht mee aankleden.”
Ondanks het plezier dat ze beleeft aan haar werk, twijfelt De Nerée tot Babberich soms. ,,Dan denk ik: wil ik wel de hele dag bezig zijn met schoonmaakmiddelen? En duw ik geen producten door de strot van de consument die hij eigenlijk helemaal niet wil hebben? Maar wanneer ik logisch nadenk, weet ik dat iedereen een vrije keuze heeft. Ik manipuleer niemand. Los daarvan doe ik hier heel veel ervaring op. Marketing is een vak. En als je het met schoonmaakmiddelen kunt, kun je het ook met andere merken en producten.”
Aan een precieze tijdsplanning voor haar carrière waagt de brand manager zich niet. ,,Het komt zoals het komt”, vindt ze. Maar dát ze al haar werkervaring uiteindelijk wil bundelen engebruiken in een adviserende of zelfs beleidsbepalende functie, weet ze zeker. ,,Misschien wil ik uiteindelijk zelfs de politiek in. Ik hield tijdens mijn opleiding al van vakken die met het organiseren van groepen mensen te maken hebben. Het politieke spel ligt mij wel. Maar eerst wil ik nog een behoorlijke tijd in de praktijk aan de slag. Als je straks beleid maakt, of advies geeft, luisteren mensen volgens mij alleen naar je op basis van je werkervaring. Want je vraagt toch ook geen advies over je relatie aan iemand die nog nooit een vriend of vriendin heeft gehad?”
www.unilever.nl . .
Naam: Claire de Nerée tot Babberich
Leeftijd: 27
Studie: technische bestuurskunde
Afstudeerrichting: kennismanagement en procestechnologie
Woonplaats: Utrecht
Afstudeerjaar: 1999
Loopbaan: liep stage bij KPN, schreef een boekje over kennismanagement en belandde tijdens haar afstudeerproject bij Unilever.
Vier jaar geleden rondde ze haar studie technische bestuurskunde af aan de TU Delft. Nu is ze de hele dag in de weer met schoonmaakmiddelen. Wat is er misgegaan met de carrière van Claire de Nerée tot Babberich? Niets. Ze houdt zich bezig met de marketing van Cif en Glorix bij Unilever.
Zelfs als Claire de Nerée tot Babberich terugdenkt aan haar studententijd in Delft, gaan haar gedachten beroepsmatig uit naar schoonmaakmiddelen. Maar hoe ze ook graaft in haar geheugen, ze kan zich geen fles of spuitbus uit die tijd voor de geest halen. Dat lijkt niet zo vreemd. Want wie herinnert zich wel met welke wc-reiniger hij de overbelaste toiletpot in zijn studentenhuis schoonmaakte? Of met wat voor soort ontkalker de badkamertegeltjes een beurt kregen? Maar dat is een schrale troost voor de oud-student technische bestuurskunde, of eigenlijk een teleurstelling. ,,Er wordt van alles aan gedaan om zo’n middel een herkenbaar uiterlijk te geven”, zegt De Nerée tot Babberich. ,,Maar de meeste mensen besteden nauwelijks aandacht aan reinigingsmiddelen als ze die in hun supermarktkarretje gooien. Zelf heb ik me er blijkbaar ook nooit mee bezig gehouden. Dat is niet echt leuk om te beseffen, want we geven een middel heel bewust een bepaalde naam en verpakking om het daarna in te delen in een bepaald segment, zoals extra geur of extra krachtig. We besteden veel tijd aan de uitstraling van een product. Aan de andere kant blijkt gelukkig dat supermarktbezoekers wel vaak de doppen van flessen allesreiniger af draaien.”
De Nerée tot Babberich is nu brand manager bij Unilever. Samen met haar collega’s ‘ontwerpt’ ze het imago van wc-reinigers, hygiënische doekjes, schuurmiddelen, allesreinigers en nog oneindig veel meer poetsproducten. Cif en Glorix zijn de troetelkindjes van de oud-TU-student. Elke geur, verpakkingsvorm en zelfs ieder woord dat op de flessen staat, is voor haar onderwerp van discussie en onderzoek. Want consumenten hebben misschien weinig zin om zich uitgebreid te verdiepen in schoonmaakmiddelen, andersom heeft De Nerée tot Babberich een verregaande interesse ontwikkeld voor de inhoud van keukenkastjes en de ervaringen van schoonmakende huisvrouwen- of mannen. Ze vindt het allang niet gek meer om twee uur te keuvelen over de manier waarop je een douchecabine schoonboent. ,,Want als je specifiek vraagt naar de manier waarop mensen schoonmaken, zijn ze wel geïnteresseerd”, vertelt ze. ,,Tijdens de praatsessies die we bij Unilever houden, raken deelnemers soms niet uitgepraat. Het is een uitdaging om iets te doen met de wensen van de consument. Door een verpakking aan te passen, of de samenstelling van een middel iets aan te passen, kun je soms een compleet nieuw product creëren.”
Boekje
Omgaan met mensen heeft De Nerée tot Babberich altijd getrokken. Tijdens haar studie technische bestuurskunde omzeilde ze de technische vakken. Van haar twee afstudeerrichtingen vond ze procestechnologie, dat inging op vraagstukken over de fabricage van producten, te eenzijdig. Ze miste het ‘het sociale’. Kennismanagement, het tweede afstudeeronderwerp, was haar passie. Hoe maak je zo efficiënt mogelijk gebruik van de aanwezige kennis in een organisatie? De vraag intrigeerde haar zo dat ze er een boekje over schreef met professor Hans de Bruijn van de faculteit Technische Bestuurskunde en Management. En ook in haar beginjarenbij Unilever zette ze zich in om alle expertise binnen het bedrijf te delen. Ze bracht tomatentelers uit de hele wereld bij elkaar en ontketende discussies over de smaak, kleur en voedsel van de groenten. Ze reisde naar fabrieken in de verste landen en vergeleek op welke manier het personeel de voorschriften naleefde van een Japanse methode, die erop gericht was om bedrijven zo efficiënt mogelijk te laten draaien. De regels over bijvoorbeeld de productie, de afvalverwerking, of de trainingen en begeleiding van werknemers, werden vaak met kleine verschillen geïnterpreteerd. Het beste uit al die opvattingen verenigen: dat was haar taak. ,,Je past de puzzelstukjes in elkaar. Je stelt vast wat je nog niet weet, en wat je nog te weten wilt komen. Heel leuk werk.”
Toch maakte ze een jaar geleden de overstap naar de marketingafdeling. ,,Ik wilde me meer bezighouden met de corebusiness bij Unilever”, aldus De Nerée tot Babberich, die ondertussen denkt en spreekt in de Engelse voertaal bij het bedrijf. ,,Niet dat kennismanagement onbelangrijk is, maar de resultaten zijn vaak pas na een lange periode meetbaar, en dan nog niet echt nauwkeurig. Mijn baan stond nooit op de tocht, maar je dacht er wel eens over na. Mijn projecten waren vooral gericht op de lange termijn. En als er iets urgents tussen kwam, sneuvelde zo’n project nogal eens.”
,,Bij de marketing van producten werk je veel meer op de korte termijn. Het is behoorlijk confronterend. Ik kan echt met een rotgevoel naar huis gaan als ik hoor dat de verkoopcijfers van een schoonmaakmiddel waar ik mee bezig ben, zijn gedaald.”
De afstudeerrichting procestechnologie komt haar wel goed van pas tijdens het werk. ,,Ik weet wat het inhoudt om iets te veranderen in de fabricage van een product. Je kunt als marketingmanager wel roepen: die fles moet van mooier materiaal worden gemaakt, of dat middel moet een ander geurtje krijgen. Maar soms is zo’n aanpassing technologisch gezien gewoon niet haalbaar.”
Supermarkt
De nieuwe baan van De Nerée tot Babberich is geen functie die in de studiegids van technische bestuurskunde wordt aangehaald onder het kopje carrièremogelijkheden. Ze ziet haar carrière dan ook meer als een verlengde van de opleiding. ,,Het lijkt me al sinds mijn studietijd fantastisch om zieke organisaties beter maken. Consultancy heet dat met een mooi woord. En dit is het goede pad, mijn eigen opleiding tot organisatiedokter.”
Want wie wil meebeslissen over de koers van grote bedrijven, kan niet teren op theoretische modellen uit studieboeken, vindt De Nerée tot Babberich. Ze wil ervaring opdoen, meedraaien op verschillende niveaus van het bedrijfsleven. ,,Ik leer zo veel door dit werk. Als ik door een supermarkt loop, kijk ik met hele andere ogen naar de schappen. Je moet in dit vak met inventieve dingen te komen om je producten in het spotlight te zetten. Pas heb ik bijvoorbeeld een decoratieve verpakking laten maken voor onze geïmpregneerde schoonmaakdoekjes. Daar kunnen mensen hun aanrecht mee aankleden.”
Ondanks het plezier dat ze beleeft aan haar werk, twijfelt De Nerée tot Babberich soms. ,,Dan denk ik: wil ik wel de hele dag bezig zijn met schoonmaakmiddelen? En duw ik geen producten door de strot van de consument die hij eigenlijk helemaal niet wil hebben? Maar wanneer ik logisch nadenk, weet ik dat iedereen een vrije keuze heeft. Ik manipuleer niemand. Los daarvan doe ik hier heel veel ervaring op. Marketing is een vak. En als je het met schoonmaakmiddelen kunt, kun je het ook met andere merken en producten.”
Aan een precieze tijdsplanning voor haar carrière waagt de brand manager zich niet. ,,Het komt zoals het komt”, vindt ze. Maar dát ze al haar werkervaring uiteindelijk wil bundelen engebruiken in een adviserende of zelfs beleidsbepalende functie, weet ze zeker. ,,Misschien wil ik uiteindelijk zelfs de politiek in. Ik hield tijdens mijn opleiding al van vakken die met het organiseren van groepen mensen te maken hebben. Het politieke spel ligt mij wel. Maar eerst wil ik nog een behoorlijke tijd in de praktijk aan de slag. Als je straks beleid maakt, of advies geeft, luisteren mensen volgens mij alleen naar je op basis van je werkervaring. Want je vraagt toch ook geen advies over je relatie aan iemand die nog nooit een vriend of vriendin heeft gehad?”
www.unilever.nl . .
Naam: Claire de Nerée tot Babberich
Leeftijd: 27
Studie: technische bestuurskunde
Afstudeerrichting: kennismanagement en procestechnologie
Woonplaats: Utrecht
Afstudeerjaar: 1999
Loopbaan: liep stage bij KPN, schreef een boekje over kennismanagement en belandde tijdens haar afstudeerproject bij Unilever.
Comments are closed.