Na het VWO moet je kiezen: universiteit of hogeschool. De verschillen zijn aanzienlijk. De hogeschool heeft, het woord zegt het al, een meer schoolse aanpak.
Delen
Bij de opleiding Civiele Techniek aan de Hogeschool van Utrecht zit je bijvoorbeeld vaak in een schoolklas, en de stof is erg praktijkgericht. Bij Civiele Techniek op de TU in Delft zit je met 100 medestudenten in grote collegezalen waar de praktische toepassingen die op de HTS aan bod kwamen, fundamenteel worden onderbouwd. Op de TU leer je hoe een bepaalde formule is opgebouwd, op de HTS leer je die formule toe te passen.
Een ander verschil is de instelling: op de TU kun je een opdracht niet te laat inleveren. Je moet er zelf voor zorgen dat de opdracht op tijd af is, zo niet, dan volgend jaar beter. Je bent op jezelf aangewezen. Op de HTS valt er altijd wel een mouw aan te passen.
De uren die je er doorbrengt, worden op de TU beter benut. Elk uur wordt nieuwe stof aangeboden in colleges die goed worden voorbereid. Op de HTS kwam je nogal eens uit de les met de vraag of je wel wat gedaan had. Academische vorming leidt tot meer zelfstandigheid.
De vakken bij de studies Civiele Techniek zijn wel vergelijkbaar, al is de manier waarop ze worden aangeboden verschillend. Na een HBO-studie kan de HTS-er de TU-er uitleggen hoe het er op een bouwplaats aan toe gaat, terwijl de TU-er op een ingenieursbureau de HTS-er kan vertellen hoe een bepaalde computerberekening in elkaar zit. Op de HTS wordt je geleerd hoe je bestaande regels toe moet passen; bestaande kennis wordt toegepast op een project. De TU probeert die bestaande kennis uit te breiden, door de studenten diep(er)gaande stof aan te bieden. Academische vorming betekent kennis overbrengen die nodig is voor wetenschappelijk onderzoek. Van de wetenschapper wordt verwacht dat hij via onderzoek nieuwe kennis ontwikkelt. Innovatief op de TU versus conservatief op de HTS.
Tenslotte is de HBO-studie wat makkelijker en praktischer dan de universiteit. Het HBO sluit goed aan op de HAVO, VWO leerlingen kunnen vaak een universitaire opleiding wel aan. Er is kortom sprake van verschillende leermethoden die het HBO en het WO tot verschillende opleidingen maakt, gericht op verschillende doelen en vaardigheden.
Het is maar wat je prefereert.
Wietse Kragting, student Civiele Techniek TU Delft, post-HBO opleiding.
Dit is de laatste column in deze reeks.
Na het VWO moet je kiezen: universiteit of hogeschool. De verschillen zijn aanzienlijk. De hogeschool heeft, het woord zegt het al, een meer schoolse aanpak. Bij de opleiding Civiele Techniek aan de Hogeschool van Utrecht zit je bijvoorbeeld vaak in een schoolklas, en de stof is erg praktijkgericht. Bij Civiele Techniek op de TU in Delft zit je met 100 medestudenten in grote collegezalen waar de praktische toepassingen die op de HTS aan bod kwamen, fundamenteel worden onderbouwd. Op de TU leer je hoe een bepaalde formule is opgebouwd, op de HTS leer je die formule toe te passen.
Een ander verschil is de instelling: op de TU kun je een opdracht niet te laat inleveren. Je moet er zelf voor zorgen dat de opdracht op tijd af is, zo niet, dan volgend jaar beter. Je bent op jezelf aangewezen. Op de HTS valt er altijd wel een mouw aan te passen.
De uren die je er doorbrengt, worden op de TU beter benut. Elk uur wordt nieuwe stof aangeboden in colleges die goed worden voorbereid. Op de HTS kwam je nogal eens uit de les met de vraag of je wel wat gedaan had. Academische vorming leidt tot meer zelfstandigheid.
De vakken bij de studies Civiele Techniek zijn wel vergelijkbaar, al is de manier waarop ze worden aangeboden verschillend. Na een HBO-studie kan de HTS-er de TU-er uitleggen hoe het er op een bouwplaats aan toe gaat, terwijl de TU-er op een ingenieursbureau de HTS-er kan vertellen hoe een bepaalde computerberekening in elkaar zit. Op de HTS wordt je geleerd hoe je bestaande regels toe moet passen; bestaande kennis wordt toegepast op een project. De TU probeert die bestaande kennis uit te breiden, door de studenten diep(er)gaande stof aan te bieden. Academische vorming betekent kennis overbrengen die nodig is voor wetenschappelijk onderzoek. Van de wetenschapper wordt verwacht dat hij via onderzoek nieuwe kennis ontwikkelt. Innovatief op de TU versus conservatief op de HTS.
Tenslotte is de HBO-studie wat makkelijker en praktischer dan de universiteit. Het HBO sluit goed aan op de HAVO, VWO leerlingen kunnen vaak een universitaire opleiding wel aan. Er is kortom sprake van verschillende leermethoden die het HBO en het WO tot verschillende opleidingen maakt, gericht op verschillende doelen en vaardigheden.
Het is maar wat je prefereert.
Wietse Kragting, student Civiele Techniek TU Delft, post-HBO opleiding.
Dit is de laatste column in deze reeks.
Comments are closed.