Virgiel-clubgenoten Marjolijne Herbergs en Saskia Pronk zagen in de Rotterdamse schouwburg FACT ’00. Korte voorstellingen als avondvullend programma.
Pronk: ,,We hebben drie voorstellingen gezien van toneelgezelschap FACT, dat 25 jaar bestond.”
Herbergs: ,,Bij FACT spelen niet steeds dezelfde spelers. Het is een soort gezelschap dat jonge regisseurs de kans geeft om een professionele voorstelling te maken.”
Pronk: ,,Er waren twee grote voorstellingen en in de pauze werd het publiek opgesplitst in twee delen, die beiden een verschillende korte voorstelling te zien kregen. Wij hebben allebei een andere stuk gezien. Ik heb een stuk gezien in de voormalige bioscoop Calypso. En tussendoor kon je rondkijken bij een tentoonstelling over FACT.”
Herbergs: ,,Helemaal aan het begin, toen we binnenkwamen kregen we een envelop met een tekst van een eerdere voorstelling van FACT. Daarmee konden we naar een van de acteurs toegaan, die aan tafeltjes zaten. Die las dan de tekst op. Dat was heel leuk opgezet. Het leek eigenlijk gewoon geborrel.”
Pronk: ,,Het eerste korte toneelstuk ging over een man die in cirkels over het podium liep. Daarbij somde hij zijn gedachten op. Verder lag er nog een vrouw onder een piano, zodat je alleen haar bovenlijf zag. Om de zoveel tijd verplaatste ze een wijnfles en een glas, sloeg op een paar toetsen en slikte wat vitaminepillen. Echt heel raar.”
Herbergs: ,,De spelers acteerden al toen het publiek binnenkwam. Op een gegeven moment keerden gedachten terug. Het verhaal was ook in een cirkel. Toen was het plotseling afgelopen en werd het donker.”
Pronk: ,,Het stuk dat ik daarna in Calypso zag, was een soort repetitie. Een verhaal van Sophocles over Ajax werd opgevoerd, maar dan een eigen interpretatie. Er was een regisseuse bij die aanwijzingen gaf aan de spelers. Dat stuk komt nog in het theater.”
Herbergs: ,,Mijn pauzevoorstelling was in een soort huiskamer, waar we Turkse thee en baklava kregen.”
Pronk: ,,Het viel me op dat de acteurs in alle stukken erg aan het praten waren. Continu praten, praten, praten. Zonder dat het een dialoog was ofzo.”
Herbergs: ,,Er zaten wel mooie teksten bij, maar soms ook monologen waar geen touw aan vast was te knopen. Dat werd af en toe saai. De grote voorstellingen kostten behoorlijk wat denkwerk. Bij de eerste zag ik de bedoeling nog, maar de laatste vond ik eigenlijk gewoon vervelend. Het was heel absurd en modern. Ik heb een uur lang met mijn wenkbrauwen gefronst gezeten, omdat ik me afvroeg wat er bedoeld werd. Maar toch denk ik dat de gemiddelde Nederlander het niet beter begrijpt dan ik.”
Pronk: ,,We hebben drie voorstellingen gezien van toneelgezelschap FACT, dat 25 jaar bestond.”
Herbergs: ,,Bij FACT spelen niet steeds dezelfde spelers. Het is een soort gezelschap dat jonge regisseurs de kans geeft om een professionele voorstelling te maken.”
Pronk: ,,Er waren twee grote voorstellingen en in de pauze werd het publiek opgesplitst in twee delen, die beiden een verschillende korte voorstelling te zien kregen. Wij hebben allebei een andere stuk gezien. Ik heb een stuk gezien in de voormalige bioscoop Calypso. En tussendoor kon je rondkijken bij een tentoonstelling over FACT.”
Herbergs: ,,Helemaal aan het begin, toen we binnenkwamen kregen we een envelop met een tekst van een eerdere voorstelling van FACT. Daarmee konden we naar een van de acteurs toegaan, die aan tafeltjes zaten. Die las dan de tekst op. Dat was heel leuk opgezet. Het leek eigenlijk gewoon geborrel.”
Pronk: ,,Het eerste korte toneelstuk ging over een man die in cirkels over het podium liep. Daarbij somde hij zijn gedachten op. Verder lag er nog een vrouw onder een piano, zodat je alleen haar bovenlijf zag. Om de zoveel tijd verplaatste ze een wijnfles en een glas, sloeg op een paar toetsen en slikte wat vitaminepillen. Echt heel raar.”
Herbergs: ,,De spelers acteerden al toen het publiek binnenkwam. Op een gegeven moment keerden gedachten terug. Het verhaal was ook in een cirkel. Toen was het plotseling afgelopen en werd het donker.”
Pronk: ,,Het stuk dat ik daarna in Calypso zag, was een soort repetitie. Een verhaal van Sophocles over Ajax werd opgevoerd, maar dan een eigen interpretatie. Er was een regisseuse bij die aanwijzingen gaf aan de spelers. Dat stuk komt nog in het theater.”
Herbergs: ,,Mijn pauzevoorstelling was in een soort huiskamer, waar we Turkse thee en baklava kregen.”
Pronk: ,,Het viel me op dat de acteurs in alle stukken erg aan het praten waren. Continu praten, praten, praten. Zonder dat het een dialoog was ofzo.”
Herbergs: ,,Er zaten wel mooie teksten bij, maar soms ook monologen waar geen touw aan vast was te knopen. Dat werd af en toe saai. De grote voorstellingen kostten behoorlijk wat denkwerk. Bij de eerste zag ik de bedoeling nog, maar de laatste vond ik eigenlijk gewoon vervelend. Het was heel absurd en modern. Ik heb een uur lang met mijn wenkbrauwen gefronst gezeten, omdat ik me afvroeg wat er bedoeld werd. Maar toch denk ik dat de gemiddelde Nederlander het niet beter begrijpt dan ik.”
Comments are closed.