De vakbonden en de personeelsfracties in de u-raad zien niets in een systeem van kiesgroepen bij verkiezingen voor de nieuwe ondernemingsraad. Volgens hen biedt het plan geen enkele garantie voor voldoende belangstelling vanuit het wetenschappelijk personeel.
br />
De bonden en personeelsfracties willen ‘integrale’ verkiezingen, waarbij het gehele personeel als één kiesgroep aangemerkt wordt. Elke groepering of geleding binnen de TU kan in dat systeem een eigen programma en een lijst met kandidaten opstellen.
Daarmee verwerpen ze het voorstel van het college van bestuur voor het instellen van kiesgroepen. Het college wil verkiezingen naar een model van drie kiesgroepen: de hoogleraren en hoofddocenten, het overige wetenschappelijk personeel en het ondersteunend en beheerspersoneel (obp).
Woorvoerder Klooster van Demokratisch Beleid noemde dit plan bij de bekendmaking in de u-raadsvergadering al ,,een droevige ontwikkeling”. Zijn fractiegenoot Gorissen vindt de indeling ‘onnatuurlijk’. ,,Dit plan biedt nog steeds geen garantie dat de professionals voldoende aan bod komen”, meent hij. Boersma van TH-Akkoord onderschrijft die mening: ,,Ik vindt dit een onzalig idee en een gekunstelde manier om de belangstelling van professionals te trekken. Zorg er nu eens voor dat de zeggenschap inhoudelijk interessant en uitdagend wordt. Dáármee trek je professionals.”
In de voorstellen van het college wijkt de zetelverdeling af van de werkelijke verhoudingen. De groep hoogleraren en hoofddocenten maakt nog geen tien procent uit van het totaal van de werknemers, maar krijgt een kwart van de zetels. Hierdoor treedt een verschuiving op ten nadele van het obp, dat met negen zetels relatief ondervertegenwoordigd is.
De woordvoerder namens de vier vakcentrales, ing. F.L.M. Kok, ziet geen reden om hoogleraren en hoofddocenten deze aparte behandeling te geven. ,,Kiesgroepen worden ingesteld als er groepen deelnemen met bijzondere belangen. Daar is in dit geval geen sprake van.” In het voorstel van het college constateert hij dan ook ongelijkheid: ,,Het is voor ons onaanvaardbaar dat het ene lid meer medezeggenschap krijgt dan het andere.”
De bonden zijn overigens verontwaardigd over de opmerking van collegevoorzitter De Voogd dat zij nog ‘gehoord’ zullen worden over de kiesgroepen. Volgens Kuiken van de CMHF is het college ,,even vergeten” dat de bonden instemmingsrecht hebben in deze aangelegenheid. Kok kondigde aan dit recht te zullen claimen in de komende besprekingen met het college.
(L.d.V.)
De vakbonden en de personeelsfracties in de u-raad zien niets in een systeem van kiesgroepen bij verkiezingen voor de nieuwe ondernemingsraad. Volgens hen biedt het plan geen enkele garantie voor voldoende belangstelling vanuit het wetenschappelijk personeel.
De bonden en personeelsfracties willen ‘integrale’ verkiezingen, waarbij het gehele personeel als één kiesgroep aangemerkt wordt. Elke groepering of geleding binnen de TU kan in dat systeem een eigen programma en een lijst met kandidaten opstellen.
Daarmee verwerpen ze het voorstel van het college van bestuur voor het instellen van kiesgroepen. Het college wil verkiezingen naar een model van drie kiesgroepen: de hoogleraren en hoofddocenten, het overige wetenschappelijk personeel en het ondersteunend en beheerspersoneel (obp).
Woorvoerder Klooster van Demokratisch Beleid noemde dit plan bij de bekendmaking in de u-raadsvergadering al ,,een droevige ontwikkeling”. Zijn fractiegenoot Gorissen vindt de indeling ‘onnatuurlijk’. ,,Dit plan biedt nog steeds geen garantie dat de professionals voldoende aan bod komen”, meent hij. Boersma van TH-Akkoord onderschrijft die mening: ,,Ik vindt dit een onzalig idee en een gekunstelde manier om de belangstelling van professionals te trekken. Zorg er nu eens voor dat de zeggenschap inhoudelijk interessant en uitdagend wordt. Dáármee trek je professionals.”
In de voorstellen van het college wijkt de zetelverdeling af van de werkelijke verhoudingen. De groep hoogleraren en hoofddocenten maakt nog geen tien procent uit van het totaal van de werknemers, maar krijgt een kwart van de zetels. Hierdoor treedt een verschuiving op ten nadele van het obp, dat met negen zetels relatief ondervertegenwoordigd is.
De woordvoerder namens de vier vakcentrales, ing. F.L.M. Kok, ziet geen reden om hoogleraren en hoofddocenten deze aparte behandeling te geven. ,,Kiesgroepen worden ingesteld als er groepen deelnemen met bijzondere belangen. Daar is in dit geval geen sprake van.” In het voorstel van het college constateert hij dan ook ongelijkheid: ,,Het is voor ons onaanvaardbaar dat het ene lid meer medezeggenschap krijgt dan het andere.”
De bonden zijn overigens verontwaardigd over de opmerking van collegevoorzitter De Voogd dat zij nog ‘gehoord’ zullen worden over de kiesgroepen. Volgens Kuiken van de CMHF is het college ,,even vergeten” dat de bonden instemmingsrecht hebben in deze aangelegenheid. Kok kondigde aan dit recht te zullen claimen in de komende besprekingen met het college.
(L.d.V.)
Comments are closed.