Campus

Fax van verre

De studentenraadsfractie van AAG brengt een bezoek aan ETH in Zürich, een van de technische universiteiten waar Delft mee samenwerkt in de Idea-league.

/strong>

In een wereld waarin mensen in exotische plaatsen als China, Zuid-Afrika, Japan en India op vakantie gaan, is Zwitserland misschien meer het wintersportoord ‘om de hoek’. Maar gedurende onze treinreis van elf uur realiseren we ons dat zelfs negenhonderd kilometer een forse afstand is om hecht samen te werken. En een hechte samenwerking ligt in de bedoeling met de opgerichte Idea-league tussen Delft, Zürich en twee andere technische universiteiten in Europa.

Het onderzoeken van de mogelijkheden van die samenwerking is een van de redenen waarom wij, de studentenraadsleden van AAG, naar Zürich zijn afgereisd. Dat ETH Zürich wordt gezien als de technische topuniversiteit van Europa is een andere reden. We zijn benieuwd of het echt zo ’top’ is en wat we kunnen overnemen. Misschien kunnen zij ook van ons leren en kunnen overeenkomstige problemen gezamenlijk worden opgelost.

Het instituut ademt de sfeer uit van een gerenommeerde topuniversiteit. In de imposante hoofdvestiging % compleet met fonteinen, ornamenten en kolossale centrale hal % spreken studenten en staf alleen op fluistertoon. De studenten zien zichzelf ook als topinstituut en vinden hard studeren daarom vanzelfsprekend. Hoewel er strenge voortgangscontrole is, lijken de meeste studenten uit mentaliteit nog stipter te studeren: nominaal is hier regel en een kleine vertraging nog maar net acceptabel. Het Nederlandse begrip ‘eeuwige student’ begrijpt men hier maar moeizaam. Het begrip ‘gezelligheidsvereniging’ ook.

Strikt is het woord dat past bij ETH. Zo wordt de plechtige rust in de gebouwen ieder uur ruw verstoord door de schoolbel die het begin van het volgende uur aankondigt. Vooral de eerste twee jaar zijn schools. Of zoals een president van een studievereniging het stelt: ,,Er wordt je niet alleen precies verteld wat je moet doen, maar ook precies wanneer je dat moet doen.” Met 36 contact-uren in de week is daar ook tijd genoeg voor. De universiteit stelt iets tegenover die striktheid die ze eist: regelmatig watertanden we over de faciliteiten. Er is een richtlijn dat computers om de twee jaar vervangen moeten zijn en er is een draadloos blue tooth netwerk voor de laptops van studenten. Maar ook essentiëlere zaken worden goed geregeld. Zo is de begeleiding veel persoonlijker dan in Delft en wordt er zeer goed naar de mening van studenten geluisterd.

Of ons eerste oordeel daadwerkelijk klopt, hopen we de komende dagen te ontdekken. Het lijkt in ieder geval een vruchtbaar bezoek te worden. ETH en Delft lijken in structuur genoeg op elkaar om te kunnen samenwerken, maar verschillen in inhoud voldoende om veel van elkaar te kunnen leren.

AAG Studentenraad ,

Zwitserland . .

De studentenraadsfractie van AAG brengt een bezoek aan ETH in Zürich, een van de technische universiteiten waar Delft mee samenwerkt in de Idea-league.

In een wereld waarin mensen in exotische plaatsen als China, Zuid-Afrika, Japan en India op vakantie gaan, is Zwitserland misschien meer het wintersportoord ‘om de hoek’. Maar gedurende onze treinreis van elf uur realiseren we ons dat zelfs negenhonderd kilometer een forse afstand is om hecht samen te werken. En een hechte samenwerking ligt in de bedoeling met de opgerichte Idea-league tussen Delft, Zürich en twee andere technische universiteiten in Europa.

Het onderzoeken van de mogelijkheden van die samenwerking is een van de redenen waarom wij, de studentenraadsleden van AAG, naar Zürich zijn afgereisd. Dat ETH Zürich wordt gezien als de technische topuniversiteit van Europa is een andere reden. We zijn benieuwd of het echt zo ’top’ is en wat we kunnen overnemen. Misschien kunnen zij ook van ons leren en kunnen overeenkomstige problemen gezamenlijk worden opgelost.

Het instituut ademt de sfeer uit van een gerenommeerde topuniversiteit. In de imposante hoofdvestiging % compleet met fonteinen, ornamenten en kolossale centrale hal % spreken studenten en staf alleen op fluistertoon. De studenten zien zichzelf ook als topinstituut en vinden hard studeren daarom vanzelfsprekend. Hoewel er strenge voortgangscontrole is, lijken de meeste studenten uit mentaliteit nog stipter te studeren: nominaal is hier regel en een kleine vertraging nog maar net acceptabel. Het Nederlandse begrip ‘eeuwige student’ begrijpt men hier maar moeizaam. Het begrip ‘gezelligheidsvereniging’ ook.

Strikt is het woord dat past bij ETH. Zo wordt de plechtige rust in de gebouwen ieder uur ruw verstoord door de schoolbel die het begin van het volgende uur aankondigt. Vooral de eerste twee jaar zijn schools. Of zoals een president van een studievereniging het stelt: ,,Er wordt je niet alleen precies verteld wat je moet doen, maar ook precies wanneer je dat moet doen.” Met 36 contact-uren in de week is daar ook tijd genoeg voor. De universiteit stelt iets tegenover die striktheid die ze eist: regelmatig watertanden we over de faciliteiten. Er is een richtlijn dat computers om de twee jaar vervangen moeten zijn en er is een draadloos blue tooth netwerk voor de laptops van studenten. Maar ook essentiëlere zaken worden goed geregeld. Zo is de begeleiding veel persoonlijker dan in Delft en wordt er zeer goed naar de mening van studenten geluisterd.

Of ons eerste oordeel daadwerkelijk klopt, hopen we de komende dagen te ontdekken. Het lijkt in ieder geval een vruchtbaar bezoek te worden. ETH en Delft lijken in structuur genoeg op elkaar om te kunnen samenwerken, maar verschillen in inhoud voldoende om veel van elkaar te kunnen leren.

AAG Studentenraad ,

Zwitserland . .

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.