Drie corporale muziekverenigingen uit Groningen, Amsterdam en Delft trokken afgelopen zondagmiddag tweehonderd bezoekers naar de Vredeskerk voor een concert van het Intercorporaal Koor en Orkest (ICKO).
br />
Figuur 1 Het ICKO in de Vredeskerk
Voor de pauze werden het orkeststuk Akademische Festouverture van Brahms en Celloconcert no. 1 van Saint-Saëns gespeeld. In dat laatste bespeelde Otto Jellema als solist de cello. Het tweede deel bestond uit Nänie van wederom Brahms en Due Madrigali van Andriessen, beide voor koor en orkest.
Zes jaar gelden ontstond het idee musicerende corpsstudenten samen te voegen tot één orkest. Apollo uit Delft, Aedon uit Amsterdam en het Groningse Pan sloegen de handen ineen. Het succes van dat concert leidde twee jaar later weer tot een samenwerking, nu uitgebreid met een koor (‘Hardcorps from Hell’.
Dit jaar werden 48 koorleden gerecruteerd en maar liefst 68 orkestleden. Ook Utrechters, een Leidenaar en ‘nog enkele loslopende studenten’ deden mee, aldus ICKO-voorzitter Pascal van Putten, die tijdens het concert een minirol op de luid klinkende triangel vervulde. Van Putten bleek tevreden met het resultaat: ,,De kwaliteit is goed voor wat er mogelijk is met mensen die zo ver uit elkaar wonen.” Eerst is afzonderlijk gerepeteerd, afgerond met drie gezamenlijke repetitieweekenden op de Veluwe. Zes repetitoren en de dirigenten Geert Soenen en Bas Bijvoet werden benut om alles tot een geheel te smelten.
De tour door Nederland begon vrijdag in Groningen, zaterdag werd in Amsterdam gespeeld om zondag in Delft voor de finale te zorgen. Hier bleek dat Groningen en Amsterdam danig hun tol hadden geëist. ,,Het is een zwaar stuk om te zingen”, verklaarde Astarte Krijgsman de schorre stemmen. De verrichtingen van het koor waren dan ook niet feilloos. Ook de timing en zuiverheid van het orkest lieten soms te wensen over. Desondanks werd door de 120 studerende musici en 35 medewerkers een indrukwekkende produktie is neergezet. (I.W.)
Drie corporale muziekverenigingen uit Groningen, Amsterdam en Delft trokken afgelopen zondagmiddag tweehonderd bezoekers naar de Vredeskerk voor een concert van het Intercorporaal Koor en Orkest (ICKO).
Figuur 1 Het ICKO in de Vredeskerk
Voor de pauze werden het orkeststuk Akademische Festouverture van Brahms en Celloconcert no. 1 van Saint-Saëns gespeeld. In dat laatste bespeelde Otto Jellema als solist de cello. Het tweede deel bestond uit Nänie van wederom Brahms en Due Madrigali van Andriessen, beide voor koor en orkest.
Zes jaar gelden ontstond het idee musicerende corpsstudenten samen te voegen tot één orkest. Apollo uit Delft, Aedon uit Amsterdam en het Groningse Pan sloegen de handen ineen. Het succes van dat concert leidde twee jaar later weer tot een samenwerking, nu uitgebreid met een koor (‘Hardcorps from Hell’.
Dit jaar werden 48 koorleden gerecruteerd en maar liefst 68 orkestleden. Ook Utrechters, een Leidenaar en ‘nog enkele loslopende studenten’ deden mee, aldus ICKO-voorzitter Pascal van Putten, die tijdens het concert een minirol op de luid klinkende triangel vervulde. Van Putten bleek tevreden met het resultaat: ,,De kwaliteit is goed voor wat er mogelijk is met mensen die zo ver uit elkaar wonen.” Eerst is afzonderlijk gerepeteerd, afgerond met drie gezamenlijke repetitieweekenden op de Veluwe. Zes repetitoren en de dirigenten Geert Soenen en Bas Bijvoet werden benut om alles tot een geheel te smelten.
De tour door Nederland begon vrijdag in Groningen, zaterdag werd in Amsterdam gespeeld om zondag in Delft voor de finale te zorgen. Hier bleek dat Groningen en Amsterdam danig hun tol hadden geëist. ,,Het is een zwaar stuk om te zingen”, verklaarde Astarte Krijgsman de schorre stemmen. De verrichtingen van het koor waren dan ook niet feilloos. Ook de timing en zuiverheid van het orkest lieten soms te wensen over. Desondanks werd door de 120 studerende musici en 35 medewerkers een indrukwekkende produktie is neergezet. (I.W.)

Comments are closed.