Onderwijs

Bouwkunde krijgt hoofdrol bij ontwikkeling stadshavens

Het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam (OBR) en de faculteit Bouwkunde zijn een samenwerkingsverband voor tien jaar aangegaan. Belangrijkste opgave: de herstructurering van de oude stadshavens.

/strong>

“De grootste bouwput van Europa.” Zo omschreef de Rotterdamse wethouder Wim van Sluis (economische infrastructuur) vorige week woensdag het stadshavengebied. Van Sluis was niet voor niets aanwezig bij de ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst tussen OBR en de faculteit Bouwkunde: Rotterdam droomt van een nieuwe metamorfose. De Ontwikkelingsmaatschappij Stadshavens Rotterdam is al in bedrijf.

Het stadshavengebied, dat de Eemhaven, Waalhaven en Merwedehaven omvat, telt 1470 hectare en is daarmee vele malen groter dan de Kop van Zuid, dat in de jaren tachtig een metamorfose onderging. Nieuwe wijken moeten er in de stadshavens verrijzen, Feyenoord en Ahoy zouden er hun vleugels kunnen uitslaan, en nieuwe economische bedrijvigheid is essentieel voor de vitaliteit van het gebied. Bedrijven zijn er nu ook al, maar dan van het ‘zware’ soort dat zich niet makkelijk laat verenigen met wonen en recreatie. Rotterdam hoopt dat een flink aantal van die bedrijven te zijner tijd zal kunnen vertrekken naar de Tweede Maasvlakte. Wat de stadsbestuurders willen vermijden is een rommelige overgangsfase, die alle kansen biedt aan verloedering en kaalslag.

Over zulke problemen mag men bij bouwkunde, waar kennis is opgebouwd rond thema’s als sustainable urban areas, de hersens laten kraken. Bouwkundedecaan Hans Beunderman stelde dat het daarbij om meer gaat dan goede architectuur. “Er is ook de proceskant: het managen van zulke enorme projecten. En het gebied is een proeftuin voor nieuwe stedenbouwkundige concepten. Al wil ik met dat begrip ‘proeftuin’ niet suggereren dat we deze opgave lichtvaardig opvatten.”

Collegevoorzitter Hans van Luijk benadrukte de noodzaak van gezamenlijk werken aan de dynamiek van de regio Zuid-Holland. “Deze samenwerkingsovereenkomst is geen vrijblijvend papiertje dat in een la verdwijnt.” (JP)

Het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam (OBR) en de faculteit Bouwkunde zijn een samenwerkingsverband voor tien jaar aangegaan. Belangrijkste opgave: de herstructurering van de oude stadshavens.

“De grootste bouwput van Europa.” Zo omschreef de Rotterdamse wethouder Wim van Sluis (economische infrastructuur) vorige week woensdag het stadshavengebied. Van Sluis was niet voor niets aanwezig bij de ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst tussen OBR en de faculteit Bouwkunde: Rotterdam droomt van een nieuwe metamorfose. De Ontwikkelingsmaatschappij Stadshavens Rotterdam is al in bedrijf.

Het stadshavengebied, dat de Eemhaven, Waalhaven en Merwedehaven omvat, telt 1470 hectare en is daarmee vele malen groter dan de Kop van Zuid, dat in de jaren tachtig een metamorfose onderging. Nieuwe wijken moeten er in de stadshavens verrijzen, Feyenoord en Ahoy zouden er hun vleugels kunnen uitslaan, en nieuwe economische bedrijvigheid is essentieel voor de vitaliteit van het gebied. Bedrijven zijn er nu ook al, maar dan van het ‘zware’ soort dat zich niet makkelijk laat verenigen met wonen en recreatie. Rotterdam hoopt dat een flink aantal van die bedrijven te zijner tijd zal kunnen vertrekken naar de Tweede Maasvlakte. Wat de stadsbestuurders willen vermijden is een rommelige overgangsfase, die alle kansen biedt aan verloedering en kaalslag.

Over zulke problemen mag men bij bouwkunde, waar kennis is opgebouwd rond thema’s als sustainable urban areas, de hersens laten kraken. Bouwkundedecaan Hans Beunderman stelde dat het daarbij om meer gaat dan goede architectuur. “Er is ook de proceskant: het managen van zulke enorme projecten. En het gebied is een proeftuin voor nieuwe stedenbouwkundige concepten. Al wil ik met dat begrip ‘proeftuin’ niet suggereren dat we deze opgave lichtvaardig opvatten.”

Collegevoorzitter Hans van Luijk benadrukte de noodzaak van gezamenlijk werken aan de dynamiek van de regio Zuid-Holland. “Deze samenwerkingsovereenkomst is geen vrijblijvend papiertje dat in een la verdwijnt.” (JP)

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.