Figuur 1 Klaas Noorland demonstreert de brandweeruitrustingEen paar jaar geleden haalde de bedrijfshulpverlening zich de woede van een Delftse dokter op de hals.
Delen
Voor een EHBO-oefening was in het gebouw van Elektrotechniek een zogenaamd lotusslachtoffer neergelegd. Lotusslachtoffers zijn acteurs die getraind zijn in het spelen van gewonden.
,,Hoe ‘echt’ dergelijke slachtoffers lijken, bleek toen wel”, vertelt Klaas Noorland, hoofd Bedrijfshulpverlening. ,,Deze acteur deed alsof hij onwel geworden was en er waren verwondingen bij hem geschminkt. Voordat de EHBO-ploeg ter plekke was, kwam er een Delftse huisarts langs. Die greep direct in. Het slachtoffer dacht dat het een EHBO-er was en bleef in zijn rol. Pas toen de oefening ten einde was, drong het tot de arts door dat het een nep-slachtoffer betrof. De dokter was woedend, maar voor ons was dit het bewijs dat wij met onze oefeningen de praktijk goed nabootsen.”
De term EHBO’er is inmiddels verleden tijd. Sinds 1 september 1995 zit achter het groene schildje met het witte kruis de ‘bedrijfshulpverlener’. En die heeft niet alleen een diploma eerste hulp bij ongelukken, maar ook dat voor ‘brandbestrijding’ – kortom: het takenpakket is verzwaard.
Aline van der Ende, bevelvoerder bedrijfshulpverlening van het hoofdgebouw: ,,Wij zijn nu ook bevoegd complexen te ontruimen, kleine brandjes te blussen en te beslissen of de brandweer wel of niet gewaarschuwd moet worden.”
Ook hun uitrusting is uitgebreid. Naast de blauwe EHBO-tas hebben de bedrijfshulpverleners een oranje helm en vest. Van der Ende: ,,Dit is vooral belangrijk bij grote calamiteiten waarbij er samengewerkt wordt met de Delftse brandweer en andere hulpverleners. Door de uitrusting kunnen wij ons duidelijk onderscheiden van hulpvaardige of bemoeizuchtige omstanders.”
De reden voor het uitbreiden van de taken was in de eerste plaats een praktische. Van der Ende: ,,Als in het gebouw een brand uitbreekt zijn wij veel sneller ter plaatse dan de gemeentelijke brandweer. Door snel in te grijpen kan vaak erger worden voorkomen. Daarin zijn wij tijdens de cursus getraind. Nu weet ik bijvoorbeeld dat een brand, die is ontstaan door elektriciteit, geblust moet worden met een poederblusser en niet met water.”
Omdat het aantal bedrijfshulpverleners teruggebracht wordt, betekent dit, dat het pakket van de overblijvers wordt verzwaard. Van der Ende: ,,Dat terugdringen is een beetje dubbel. Op sommige complexen is het juist moeilijk om voldoende mensen voor een ploeg te krijgen. Sommigen blijken – ondanks hun EHBO-diploma – het in de praktijk toch moeilijk te vinden om snel ingrijpende beslissingen te nemen bij mensen met letsel. Daarom zijn de praktijkoefeningen met de lotusslachtoffers zo belangrijk. Hierdoor krijg je een goede selectie van bedrijfshulpverleners die crisissituaties aankunnen.”
Door de opkomst van aids is er de laatste jaren steeds meer aandacht voor hygiëne. Iedere gewonde moet met latex-handschoenen worden aangepakt worden. Bij mond-op-mondbeademing is het niet langer nodig dat de hulpverlener zijn lippen onbeschermd op die van het slachtoffer drukt. Van der Ende: ,,Ik heb het eigenlijk altijd bij me: een stuk plastic met een filter erin. Zelf ben ik er erg blij mee. Bij het beademen van iemand moet je toch een drempel over. Een mond kan er door braken of bloed weleens onprettig uitzien. Met dit plastic kom je niet direct in contact met de mond en dat vind ik – en veel van mijn collega’s – toch prettiger.”
Figuur 1 Klaas Noorland demonstreert de brandweeruitrusting
Een paar jaar geleden haalde de bedrijfshulpverlening zich de woede van een Delftse dokter op de hals. Voor een EHBO-oefening was in het gebouw van Elektrotechniek een zogenaamd lotusslachtoffer neergelegd. Lotusslachtoffers zijn acteurs die getraind zijn in het spelen van gewonden.
,,Hoe ‘echt’ dergelijke slachtoffers lijken, bleek toen wel”, vertelt Klaas Noorland, hoofd Bedrijfshulpverlening. ,,Deze acteur deed alsof hij onwel geworden was en er waren verwondingen bij hem geschminkt. Voordat de EHBO-ploeg ter plekke was, kwam er een Delftse huisarts langs. Die greep direct in. Het slachtoffer dacht dat het een EHBO-er was en bleef in zijn rol. Pas toen de oefening ten einde was, drong het tot de arts door dat het een nep-slachtoffer betrof. De dokter was woedend, maar voor ons was dit het bewijs dat wij met onze oefeningen de praktijk goed nabootsen.”
De term EHBO’er is inmiddels verleden tijd. Sinds 1 september 1995 zit achter het groene schildje met het witte kruis de ‘bedrijfshulpverlener’. En die heeft niet alleen een diploma eerste hulp bij ongelukken, maar ook dat voor ‘brandbestrijding’ – kortom: het takenpakket is verzwaard.
Aline van der Ende, bevelvoerder bedrijfshulpverlening van het hoofdgebouw: ,,Wij zijn nu ook bevoegd complexen te ontruimen, kleine brandjes te blussen en te beslissen of de brandweer wel of niet gewaarschuwd moet worden.”
Ook hun uitrusting is uitgebreid. Naast de blauwe EHBO-tas hebben de bedrijfshulpverleners een oranje helm en vest. Van der Ende: ,,Dit is vooral belangrijk bij grote calamiteiten waarbij er samengewerkt wordt met de Delftse brandweer en andere hulpverleners. Door de uitrusting kunnen wij ons duidelijk onderscheiden van hulpvaardige of bemoeizuchtige omstanders.”
De reden voor het uitbreiden van de taken was in de eerste plaats een praktische. Van der Ende: ,,Als in het gebouw een brand uitbreekt zijn wij veel sneller ter plaatse dan de gemeentelijke brandweer. Door snel in te grijpen kan vaak erger worden voorkomen. Daarin zijn wij tijdens de cursus getraind. Nu weet ik bijvoorbeeld dat een brand, die is ontstaan door elektriciteit, geblust moet worden met een poederblusser en niet met water.”
Omdat het aantal bedrijfshulpverleners teruggebracht wordt, betekent dit, dat het pakket van de overblijvers wordt verzwaard. Van der Ende: ,,Dat terugdringen is een beetje dubbel. Op sommige complexen is het juist moeilijk om voldoende mensen voor een ploeg te krijgen. Sommigen blijken – ondanks hun EHBO-diploma – het in de praktijk toch moeilijk te vinden om snel ingrijpende beslissingen te nemen bij mensen met letsel. Daarom zijn de praktijkoefeningen met de lotusslachtoffers zo belangrijk. Hierdoor krijg je een goede selectie van bedrijfshulpverleners die crisissituaties aankunnen.”
Door de opkomst van aids is er de laatste jaren steeds meer aandacht voor hygiëne. Iedere gewonde moet met latex-handschoenen worden aangepakt worden. Bij mond-op-mondbeademing is het niet langer nodig dat de hulpverlener zijn lippen onbeschermd op die van het slachtoffer drukt. Van der Ende: ,,Ik heb het eigenlijk altijd bij me: een stuk plastic met een filter erin. Zelf ben ik er erg blij mee. Bij het beademen van iemand moet je toch een drempel over. Een mond kan er door braken of bloed weleens onprettig uitzien. Met dit plastic kom je niet direct in contact met de mond en dat vind ik – en veel van mijn collega’s – toch prettiger.”
Comments are closed.