Campus

Antwoord

De vergadering vond plaats bij een bedrijf in chemisch en natuurkundig onderzoek, laten we het NatChemitron noemen. Het bedrijf was gevestigd in twee witte villa’s die verscholen in de bossen lagen.

Het bedrijfsterrein was afgesloten met hoge hekken.

Door alle slagbomen, sluizen en paspoortcontroles was ik te laat. Onzichtbaar probeerde ik aan te schuiven aan de vergadertafel, maar een man met een gele pully onder een zwart ribpak heette me omstandig welkom en somde mijn complete cv op.

Aan de ovale vergadertafel zaten negen mannen, allen 50+. Er was iets met die mannen, maar pas tijdens het tweede kopje koffie wist ik aan wie ze mij deden denken: wetenschappers, zoals je ze niet meer ziet op de universiteit. Ze hoefden zich niet om de markt of subsidies te bekommeren. Verborgen in het bos deden zij onderzoek om het onderzoek in hun eigen tempo, in hun eigen jargon.

NatChemitron had een ontdekking gedaan. In rap tempo volgden dertien slides met een tekening van hun uitvinding, het gebied dat men kon bestrijken en de investeringen die nodig waren voor een werelddekkend systeem. Het was technisch geavanceerd. Het systeem kon alles. Ze waren de enige in de wereld die hiermee bezig waren. Het was uniek.

Het was het antwoord.

Ze wisten alleen nog niet op welke vragen.

Net toen ik een hap van een krentenbol nam, vroeg de voorzitter of ik een paar problemen kon noemen waarop deze ontdekking zou passen. Het werd stil aan tafel. Iedereen keek naar mij.

Ik wist nog niet helemaal wat die uitvinding wel en niet kon, maar afgaande op de dertien slides deed ik een paar pogingen. De man in de pully schreef alles op wat ik zei. Ik ging vanzelf langzamer praten. De voorzitter knikte me na elke poging bemoedigend toe. ‘Ga door’, zei hij zelfs een keer.

Willemijn Dicke

De vergadering vond plaats bij een bedrijf in chemisch en natuurkundig onderzoek, laten we het NatChemitron noemen. Het bedrijf was gevestigd in twee witte villa’s die verscholen in de bossen lagen. Het bedrijfsterrein was afgesloten met hoge hekken.

Door alle slagbomen, sluizen en paspoortcontroles was ik te laat. Onzichtbaar probeerde ik aan te schuiven aan de vergadertafel, maar een man met een gele pully onder een zwart ribpak heette me omstandig welkom en somde mijn complete cv op.

Aan de ovale vergadertafel zaten negen mannen, allen 50+. Er was iets met die mannen, maar pas tijdens het tweede kopje koffie wist ik aan wie ze mij deden denken: wetenschappers, zoals je ze niet meer ziet op de universiteit. Ze hoefden zich niet om de markt of subsidies te bekommeren. Verborgen in het bos deden zij onderzoek om het onderzoek in hun eigen tempo, in hun eigen jargon.

NatChemitron had een ontdekking gedaan. In rap tempo volgden dertien slides met een tekening van hun uitvinding, het gebied dat men kon bestrijken en de investeringen die nodig waren voor een werelddekkend systeem. Het was technisch geavanceerd. Het systeem kon alles. Ze waren de enige in de wereld die hiermee bezig waren. Het was uniek.

Het was het antwoord.

Ze wisten alleen nog niet op welke vragen.

Net toen ik een hap van een krentenbol nam, vroeg de voorzitter of ik een paar problemen kon noemen waarop deze ontdekking zou passen. Het werd stil aan tafel. Iedereen keek naar mij.

Ik wist nog niet helemaal wat die uitvinding wel en niet kon, maar afgaande op de dertien slides deed ik een paar pogingen. De man in de pully schreef alles op wat ik zei. Ik ging vanzelf langzamer praten. De voorzitter knikte me na elke poging bemoedigend toe. ‘Ga door’, zei hij zelfs een keer.

Willemijn Dicke

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.