Bij sommige TU’ers bestaat de indruk dat de Strategienota in de ijskast is beland. Integendeel. Begin maart is de afronding van de portfoliodiscussie en worden de volgende stappen gezet: beginnen met de implementatie van de portfolio’s en het opstellen van een nieuw financieringsmodel.
br />
Op 27 september 2001 werd de Strategienota TU Delft vastgesteld, waarin de missie van de universiteit voor de komende jaren werd geformuleerd. Uitgangspunt van de nota is dat de TU Delft een internationale toonaangevende technische universiteit wil blijven en zich wenst te profileren met excellent en grensverleggend technisch-wetenschappelijk onderzoek. Om die reden startte de portfoliodiscussie. Traditioneel is de TU een brede universiteit, maar het is onhaalbaar % ook financieel – om op alle onderzoeksgebieden te excelleren. Strategisch keuzen zijn van belang en de portfoliodiscussie is bedoeld om die keuzen te maken.
Toetsing
Door het aantreden van een nieuw college van bestuur (cvb) ontstond de indruk dat de uitvoering van de Strategienota op een lager pitje werd gezet. Niets is minder waar, aldus Jos Veldhoven, hoofd van de Stafeenheid Planning en Evaluatie. ,,De portfoliodiscussie op de faculteiten loopt gewoon door en de verwachting is dat begin maart besluitvorming in het college van bestuur plaatsvindt.”
In juni 2001 hebben de faculteiten het eerste ontwerp van hun onderzoeksportfolio gepresenteerd. Deze is beoordeeld door externe referenten % die de faculteit zelf heeft aangewezen % en de Adviescommissie Onderzoeksportfolio TU Delft, onder voorzitterschap van prof.dr.ir. P. Dewilde. De laatste heeft twaalf technologiethema’s geselecteerd waarmee de TU zich wil profileren en mede aan de hand daarvan werden de portfolio’s getoetst. ,,De suggesties van de referenten en de commissie zijn leidraad geweest bij het bijstellen door de faculteiten van de portfolio’s. In november is een nieuwe versie ingediend, die wederom door de commissie wordt getoetst. Na besluitvorming in het cvb in maart voert het college daarover overleg met de ondernemings- en de studentenraad.”
Na goedkeuring van de TU-portfolio door ook de Raad van Toezicht start de implementatie. Hierbij wordt zeker het onderwijs betrokken en zal gewerkt worden aan de herziening van het financieringsmodel. ,,Wat het onderwijs betreft, geeft de strategienota aan dat er breed technische en niet-specialistische bachelor-opleidingen komen en dat de master-opleidingen gekoppeld worden aan excellente onderzoeksprogramma%s. Wat betreft het financieringsmodel staat vast dat de TU af wil van de overheersende gerichtheid op de kwantitatieve output die het huidige allocatiemodel kenmerkt”
Toepassing doel
In de discussie over de Strategienota valt het Veldhoven op dat een drietal misverstanden hardnekkig blijft terugkeren. Het eerste is dat onderwijs ondergeschikt zou zijn aan het onderzoek. ,,In de nota staat expliciet vermeld: ‘De kwaliteit van de ingenieur is een kroonindicator voor de kwaliteit van de TU Delft.’ Wel stelt het cvb dat een opleiding die ingenieurs aflevert, die ook de concurrentie op de internationale arbeidsmarkt moeten aan kunnen, ondersteund behoort te worden door excellent, grensverleggend onderzoek.”
Een ander misverstand bestaat rond de fundamentalisering van het onderzoek. De faculteiten ontvangen zelfs brieven van externen die bezorgd zijn dat de TU haar praktische karakter verliest en meer opschuift richting de gewone universiteiten. ,,Dat is toch een verkeerde interpretatie van de Strategienota. Uitgangspunt is en blijft dat het onderzoek van de TU geïnspireerd wordt door de grote maatschappelijke problemen. Onderzoek dat uiteindelijk niet leidt tot applicaties is eigenlijk niet interessant voor de TU Delft. Wel is het zo dat de problemen waar ons onderzoek zich op richt niet de problemen zijn van vandaag of morgen, maar de problemen van overmorgen waarvoor de oplossing nog ontdekt moet worden. Dit vraagt om grensverleggend technisch-wetenschappelijk onderzoek van hoog niveau.”
Meetbare ontwerpen
Het laatste regelmatig terugkerende misverstand is dat in de Strategienota het ontwerpen een ondergeschikte rol heeft toebedeeld gekregen ten opzichte van het onderzoek. Veldhoven: ,,Voor grote delen van onze universiteit is en blijft het ontwerpen behoren tot de core business. Maar het is altijd lastig geweest om de kwaliteit van het ontwerpen goedmeetbaar te maken. Het standpunt dat in de Strategienota wordt verwoord, is dat ook het ontwerpen grensverleggend behoort te zijn en dat daarover, net als over het onderzoek, in toonaangevende tijdschriften gepubliceerd kan worden. Op deze manier is ook de kwaliteit van het ontwerpen zichtbaar te maken.”
Om het ontstaan van deze misverstanden te verklaren, steekt Veldhoven ook de hand in eigen boezem. ,,Wellicht hebben we bepaalde aspecten van de Strategienota niet voldoende benadrukt, waardoor deze verkeerde interpretaties kunnen ontstaan. Wij zullen in de toekomst hier nog meer alert op zijn om verdere misverstanden te voorkomen.”
Bij sommige TU’ers bestaat de indruk dat de Strategienota in de ijskast is beland. Integendeel. Begin maart is de afronding van de portfoliodiscussie en worden de volgende stappen gezet: beginnen met de implementatie van de portfolio’s en het opstellen van een nieuw financieringsmodel.
Op 27 september 2001 werd de Strategienota TU Delft vastgesteld, waarin de missie van de universiteit voor de komende jaren werd geformuleerd. Uitgangspunt van de nota is dat de TU Delft een internationale toonaangevende technische universiteit wil blijven en zich wenst te profileren met excellent en grensverleggend technisch-wetenschappelijk onderzoek. Om die reden startte de portfoliodiscussie. Traditioneel is de TU een brede universiteit, maar het is onhaalbaar % ook financieel – om op alle onderzoeksgebieden te excelleren. Strategisch keuzen zijn van belang en de portfoliodiscussie is bedoeld om die keuzen te maken.
Toetsing
Door het aantreden van een nieuw college van bestuur (cvb) ontstond de indruk dat de uitvoering van de Strategienota op een lager pitje werd gezet. Niets is minder waar, aldus Jos Veldhoven, hoofd van de Stafeenheid Planning en Evaluatie. ,,De portfoliodiscussie op de faculteiten loopt gewoon door en de verwachting is dat begin maart besluitvorming in het college van bestuur plaatsvindt.”
In juni 2001 hebben de faculteiten het eerste ontwerp van hun onderzoeksportfolio gepresenteerd. Deze is beoordeeld door externe referenten % die de faculteit zelf heeft aangewezen % en de Adviescommissie Onderzoeksportfolio TU Delft, onder voorzitterschap van prof.dr.ir. P. Dewilde. De laatste heeft twaalf technologiethema’s geselecteerd waarmee de TU zich wil profileren en mede aan de hand daarvan werden de portfolio’s getoetst. ,,De suggesties van de referenten en de commissie zijn leidraad geweest bij het bijstellen door de faculteiten van de portfolio’s. In november is een nieuwe versie ingediend, die wederom door de commissie wordt getoetst. Na besluitvorming in het cvb in maart voert het college daarover overleg met de ondernemings- en de studentenraad.”
Na goedkeuring van de TU-portfolio door ook de Raad van Toezicht start de implementatie. Hierbij wordt zeker het onderwijs betrokken en zal gewerkt worden aan de herziening van het financieringsmodel. ,,Wat het onderwijs betreft, geeft de strategienota aan dat er breed technische en niet-specialistische bachelor-opleidingen komen en dat de master-opleidingen gekoppeld worden aan excellente onderzoeksprogramma%s. Wat betreft het financieringsmodel staat vast dat de TU af wil van de overheersende gerichtheid op de kwantitatieve output die het huidige allocatiemodel kenmerkt”
Toepassing doel
In de discussie over de Strategienota valt het Veldhoven op dat een drietal misverstanden hardnekkig blijft terugkeren. Het eerste is dat onderwijs ondergeschikt zou zijn aan het onderzoek. ,,In de nota staat expliciet vermeld: ‘De kwaliteit van de ingenieur is een kroonindicator voor de kwaliteit van de TU Delft.’ Wel stelt het cvb dat een opleiding die ingenieurs aflevert, die ook de concurrentie op de internationale arbeidsmarkt moeten aan kunnen, ondersteund behoort te worden door excellent, grensverleggend onderzoek.”
Een ander misverstand bestaat rond de fundamentalisering van het onderzoek. De faculteiten ontvangen zelfs brieven van externen die bezorgd zijn dat de TU haar praktische karakter verliest en meer opschuift richting de gewone universiteiten. ,,Dat is toch een verkeerde interpretatie van de Strategienota. Uitgangspunt is en blijft dat het onderzoek van de TU geïnspireerd wordt door de grote maatschappelijke problemen. Onderzoek dat uiteindelijk niet leidt tot applicaties is eigenlijk niet interessant voor de TU Delft. Wel is het zo dat de problemen waar ons onderzoek zich op richt niet de problemen zijn van vandaag of morgen, maar de problemen van overmorgen waarvoor de oplossing nog ontdekt moet worden. Dit vraagt om grensverleggend technisch-wetenschappelijk onderzoek van hoog niveau.”
Meetbare ontwerpen
Het laatste regelmatig terugkerende misverstand is dat in de Strategienota het ontwerpen een ondergeschikte rol heeft toebedeeld gekregen ten opzichte van het onderzoek. Veldhoven: ,,Voor grote delen van onze universiteit is en blijft het ontwerpen behoren tot de core business. Maar het is altijd lastig geweest om de kwaliteit van het ontwerpen goedmeetbaar te maken. Het standpunt dat in de Strategienota wordt verwoord, is dat ook het ontwerpen grensverleggend behoort te zijn en dat daarover, net als over het onderzoek, in toonaangevende tijdschriften gepubliceerd kan worden. Op deze manier is ook de kwaliteit van het ontwerpen zichtbaar te maken.”
Om het ontstaan van deze misverstanden te verklaren, steekt Veldhoven ook de hand in eigen boezem. ,,Wellicht hebben we bepaalde aspecten van de Strategienota niet voldoende benadrukt, waardoor deze verkeerde interpretaties kunnen ontstaan. Wij zullen in de toekomst hier nog meer alert op zijn om verdere misverstanden te voorkomen.”

Comments are closed.